De Nederlandse staatsschuld bedraagt op dit moment 355 miljard euro, of iets preciezer 354.877.000.000 euro. Dat lijkt een enorm bedrag. Maar in historisch en internationaal opzicht valt het mee. Afgelopen juni zette het Centraal Planbureau (CPB) de belangrijkste bevindingen

De staatsschuld stijgt snel, maar de stijging is niet de grootste ooit. De grootste stijgingen vonden vooral aan het begin van de vorige eeuw plaats en tijdens de Tweede Wereldoorlog. De afgelopen 200 jaar zijn er vijf perioden geweest met relatief meer schuld. We hadden de minste schuld in 1977 en het meeste in 1834. Pas sinds 1997 ligt de Nederlandse schuldquote (schuld als percentage van het bruto binnenlands product, de omvang van de economie) onder het gemiddelde niveau van de hoogontwikkelde landen. Dat is nog steeds het geval. De schuldquote verslechterde de laatste jaren vooral omdat het bruto binnenlands product is afgenomen. 

De schuldquote stijgt, maar ligt nog altijd lager dan in veel naoorlogse jaren. Illustratie: Martijn van Dam (Momkai)

Tijdens eerdere crises (de Grote Depressie en de oliecrisis van de jaren zeventig) steeg de Nederlandse schuld sneller dan die van andere landen. Dat is in deze crisis niet zo. Ondanks de oplopende schuld zijn de rentebetalingen redelijk gelijk gebleven omdat Nederland goedkoop kan lenen. Op de geldmarkt (korte termijn) kreeg Nederland de laatste jaren een aantal keren negatieve rente - beleggers gaven geld toe. Huishoudens en financiele instellingen hebben veel meer schuld dan de Nederlandse overheid, ongeveer twintig keer zoveel. Dat is veel hoger dan in de ons omringende landen.

De Nederlandse schuldquote lag vorig jaar onder het Europese gemiddelde. Illustratie: Martijn van Dam (Momkai)

Daarnaast kun je op verschillende manieren naar schuld kijken. Gebruikelijk is de bruto schuld, simpewel de som der leningen die we moeten terugbetalen. Maar de Nederlandse staat leent zelf ook weer geld uit. Als je alle ‘financiele activa’ meerekent, krijg je de netto schuld. Dat is ongeveer 33 procent van het bruto binnenlands product, al een stuk lager dus.

Daarnaast bezit de Nederlandse staat ook veel, zoals de gasvoorraden. Als je kijkt naar het netto vermogen van Nederland, dus bezit minus schuld, dan staan we ongeveer 41 procent van het bruto binnenlands product in de plus. Het CPB kijkt ook nog naar het zogenoemde houdbaarheidssaldo: dat cijfer voorspelt of je de schuld kunt blijven dragen. Sinds 2010 is dat saldo verbeterd. 

Econoom Bas Jacobs becijferde enkele weken geleden ook al dat de huidige schuld . Sterker nog, volgens hem leiden bezuinigingen alleen maar tot een lagere groei en weegt die afname niet op tegen een tijdelijk grotere schuldenlast.