Téa Obreht - Achterland

Anna Vossers, eindredacteur: 2020 was het jaar van het afzien. En in de donkerste dagen vond ik troost bij de Servisch-Amerikaanse romanschrijver Téa Obreht. Haar boek Inland (in het Nederlands vertaald als Achterland) verscheen vorig jaar. Dit Wilde Westen-verhaal is ontdaan van alle cowboyromantiek en voelt bijna eng realistisch – hoewel de ontknoping magisch is. Het speelt zich af in de tweede helft van de negentiende eeuw in de woestenij die tegenwoordig Arizona heet. Lurie, een wees-die-outlaw-werd, is al bijna zijn hele leven op de vlucht voor de politie. Hij sluit zich aan bij een kamelencorps uit de Levant, raakt verknocht aan een kameel en verstrikt in een onmogelijke zoektocht naar edelmetalen. Nora, een prairievrouw, ziet haar laatste beetje water verdampen, terwijl haar man en twee van haar zonen spoorloos verdwenen zijn. Het leven in het achterland is keihard, de zon is meedogenloos, verlossing is mijlenver, en dan zijn er nog ‘de andere levenden’ die maar blijven rondspoken...

Mariana Enriquez - The Dangers of Smoking in Bed

Irene Caselli, correspondent First 1,000 Days bij The Correspondent: Een dronken oude man uit een sloppenwijk verschijnt plotseling op een zondagmiddag in een keurige buitenwijk. De man trekt zijn broek naar beneden en begint te poepen, waarop de buurtbewoners hem als groep te lijf gaan en de wijk uit willen zetten – behalve één vrouw, die het voor hem opneemt. Een paar weken later lijkt er een vloek te rusten op de hele straat: mensen worden ontslagen, beginnen honger te lijden en alles wordt grauwer. Slechts één gezin wordt gespaard...

In deze verzameling korte verhalen van de Argentijnse schrijver Mariana Enriquez gaat sociopolitiek commentaar hand in hand met macabere details en klassieke horrorelementen. Hoe kan een straat in een paar weken gemarginaliseerd raken, lijkt de verteller zich af te vragen. Enriquez’ unieke, openhartige en soms wat afstandelijke toon bleef me in elk verhaal in dit boek verrassen.

Ik lachte van ongeloof en walging bij het lezen van een ander verhaal waarin een dode, rottende baby opstaat uit haar graf dat wordt verbouwd tot zwembad, en een nieuw leven begint in het appartement van een van de afstammelingen van haar familie die in haar eentje woont en geen kinderen wil. Het boek verscheen meer dan tien jaar geleden, dus voor Spaanstaligen is het niks nieuws, maar in 2021 komt de Engelse vertaling door Mega McDowell uit – iets om in de gaten te houden dus!

Dave Eggers - De kapitein en de Glory

Maite Vermeulen, correspondent Migratie: In de hilarische novelle The Captain and the Glory (in het Nederlands vertaald als De kapitein en de Glory) steekt Dave Eggers de draak met het presidentschap van Donald Trump. Niet dat Trumps naam erin voorkomt – dit verhaal gaat over het schip de Glory, dat een nieuwe kapitein nodig heeft nu de oude, zeer geliefde kapitein met pensioen gaat.

Een onwaarschijnlijke man steekt zijn hand op om kapitein te worden. Eerst moet iedereen lachen: deze man staat bekend als een perverse zakkenroller die altijd staart naar vrouwen in bikini, zijn eigen dochter de meest sexy vrouw op het schip vindt, en de vorige oorlog doorbracht in het ruim van het schip met een stapel pornoblaadjes. Maar op het schip heerst al generaties lang een motto: iedereen kan later kapitein worden. En betekent dat dan niet, oppert iemand, dat ze júist de minst gekwalificeerde persoon – de grootste idioot aan boord – moeten verkiezen?

Zo geschiedt. Wat het romannetje prachtig doet, is laten zien hoe de aanhangers van Trump de daden van hun leider blijven goedpraten. Ze vinden zijn dagelijkse mededelingen op het krijtbord (meestal over zijn penis of over samenzweringen tegen hem) misschien wat vreemd, maar toch ook: verfrissend. Zijn ongescripte leugens maken hem in hun ogen de meest eerlijke kapitein ooit. En dat hij ‘Bepaalde Mensen’ die het niet met hem eens zijn overboord gooit? Nu ja, het schudt dingen tenminste eens op... Dit is een heerlijk piepklein boekje om te lezen ter afsluiting van Trumps presidentschap.

Nino Haratischwili - Het achtste leven (voor Brilka)

Gwen Martèl, gespreksredacteur: Als ik niet naar Georgië kan, haal ik Georgië wel in huis. Het achtste leven (voor Brilka) van Nino Haratischwili is een monumentaal, Tolstojaans familie-epos dat zes generaties omspant tussen 1900 en nu. Dit (uit het Duits vertaalde) boek over acht levens van één Georgische familie begint in een kleine stad tussen Georgië en Azerbeidzjan, waar een getalenteerde chocolatier zijn dochters grootbrengt en een recept bedenkt voor een verrukkelijke chocoladedrank met gevaarlijke krachten. Het brengt hem rijkdom en aanzien, maar dat betekent in die tijd ook al spoedig gevaar.

Nitsa is de achterkleindochter van Stasia, een van de dochters van de chocolatier. Ze woont in Berlijn en vertelt op meeslepende wijze, en ook met veel ironie en humor, de dramatische geschiedenis van haar familie en die van de ‘rode’ twintigste eeuw. Een prachtig boek en een van de weinige waarbij ik hardop gehuild heb.

Sinan Çankaya - Mijn ontelbare identiteiten

Rutger Bregman, correspondent Vooruitgang: Ik ken niemand die zo diepgravend, vlijmscherp, snoeihard én genuanceerd schrijft over racisme, uitsluiting, discriminatie en identiteit als Sinan Çankaya. Mijn ontelbare identiteiten is non-fictie, maar leest als een roman. Het gaat over hoe het is om als migrantenkind op te groeien in Nederland. Als je kijkt naar wat er nu in Amerika gebeurt en je je afvraagt wat dit betekent voor Nederland, lees dan dit boek. Çankaya is de Nederlandse Ta-Nehisi Coates.

David Mitchell - Utopia Avenue

Hans Pieter van Stein Callenfels, eindredacteur: De Brit David Mitchell is bij de meeste mensen bekend als de auteur van Cloud Atlas, een kaleidoscopische roman waarin de schrijver dwars door de eeuwen heen – en gebruikmakend van totaal uiteenlopende stijlen – een verhaal vertelt over leven en dood en wat mensen verbindt. Dat klinkt pompeus en dat is het boek in zekere zin ook, maar dat is geen reden om het links te laten liggen (de film uit 2012 is een ander verhaal). Waarom? Omdat het schrijfplezier en het meesterschap er bij Mitchell vanaf spatten, en dat wordt eens te meer duidelijk in Utopia Avenue, dat hij dit jaar publiceerde.

Een vrolijke biografie van een fictionele rockband die in het Londen van eind jaren zestig doorbreekt. Veel cameo-verschijningen (van o.a. David Bowie, Jimi Hendrix, Leonard Cohen en Joni Mitchell) en hilarische anekdotes over creatieve strubbelingen, drugs, het onverbloemde seksisme van de muziekindustrie en het vrijheid-blijheiddecennium dat op zijn laatste benen loopt. En, o ja, ook een lading Mitchelliaanse metafysica en nogal wat verwijzingen naar figuren en thema’s uit zijn eerdere boeken, wat voor mij reden was om ze dit jaar allemaal te herlezen.

Catherine Belton - Putin’s People: How the KGB Took Back Russia and Then Took On the West

Dimitri Tokmetzis, correspondent Surveillance & Technologie: Er zijn honderden boeken over Vladimir Poetin verschenen, dus wat maakt Putin’s People van de Britse journalist Catherine Belton zo goed? Allereerst heeft deze Financial Times-journalist bijna twintig jaar op de eerste rij gezeten en van dichtbij kunnen zien hoe Poetin zijn macht gaandeweg heeft uitgebouwd. Belton spreekt met getrouwen van de president, maar vooral met ex-getrouwen die in ongenade zijn geraakt en dat soms later met hun leven hebben moeten bekopen.

Ten tweede omdat het boek eigenlijk niet over Poetin gaat, maar over de kliek die hem omringt en die zijn opkomst mogelijk heeft gemaakt. Daardoor krijg je veel meer oog voor het spel dat Poetin speelt, wat uiteindelijk vooral een balanceeract is tussen allerlei botsende economische belangen. Wie mag uiteindelijk de Russische staat leegroven?

Ten derde laat Belton overtuigend zien dat de opkomst van Poetin in grote mate te danken is aan de georganiseerde misdaad. Niet alleen heeft de oude KGB zich in het hart van de Russische macht genesteld, maar ook de maffia. Tot slot leest deze kroniek van de achtbaan van dertig jaar Russische politiek gewoon heel lekker weg.

Philippus Zandstra & Wietse Pottjewijd - XTC. Een biografie

Lynn Berger, correspondent Zorgzaamheid: ‘Je kan de werking van xtc op twee manieren beschrijven’, schrijven Philippus Zandstra en Wietse Pottjewijd in XTC. Een biografie. De ene is fysiek: wat er in je lichaam en je geest gebeurt wanneer je een pilletje slikt. De tweede werking ‘is trager en veel complexer’ en gaat over het effect van xtc op de ondergrondse drugsmarkt, op internationale wet- en regelgeving, en de beleving van menig feest.

Xtc is na cannabis de meest gebruikte drug in ons land: volgens Trimbos heeft bijna een kwart van de 20- tot 24-jarigen en bijna een op de vijf 25- tot 29-jarigen het weleens gebruikt, waarmee Nederland wat gebruik betreft met kop en schouders boven andere Europese landen uitsteekt. Dat geldt trouwens ook voor de vervaardiging van het pilletje: Nederland maakt en exporteert het als geen ander.

In hun heerlijk geschreven biografie vertellen Zandstra en Pottjewijd over de aantrekkingskracht die xtc de afgelopen veertig jaar op allerlei groepen heeft uitgeoefend, van hippies tot ravers en van therapeuten tot amateurchemici. Ook het kat-en-muisspel tussen producenten, gebruikers en wetgevers, en de manier waarop het Nederlandse drugsbeleid de levensloop van de drug mede vormgaf worden uiteengezet – aan de hand van grappige personages, menige inval, en natuurlijk heel veel feestjes.

Anna Wiener - Uncanny Valley

Sanne Blauw, correspondent Ontcijferen: Midden twintig zegt de Amerikaanse Anna Wiener haar baan op bij een uitgeverij in New York en verhuist naar San Francisco. Naar de wereld van disruption, van move fast and break things, van ‘mannen die K zeiden in plaats van duizend’. Door haar vrij naïeve bril leren we de start-upcultuur kennen. Wiener heeft een fijne pen en tikt – zij het soms kort – alle grote thema’s aan die rond tech spelen. Privacy, contentmoderatie, verslaving, surveillance, efficiëntie, seksisme, jonge miljardairs...

Ze komt niet met oplossingen, maar maakt vooral het ongemak invoelbaar. Telkens staat ze met één been in een wereld, die ze tegelijkertijd bewondert en haat, waar ze zowel bij hoort als buiten valt als niet-developer. Uiteindelijk verlaat je het boek met een knoop in je maag: zijn deze millennials echt de mensen die onze wereld domineren?

Raoul de Jong - Jaguarman

Maaike Goslinga, redactiechef: Raoul de Jong groeit op in Rotterdam, als een bruin stipje in een witte wereld. Op zijn 28ste ontmoet hij zijn Surinaamse vader voor het eerst, die hem vertelt dat ze afstammen van een jaguar. Daarop besluit Raoul het land van zijn vader voor het eerst te bezoeken. Daar, gewikkeld in de groen-bruine deken van de Amazone en tussen de lichtheid van de mensen, ontdekt hij dat het verhaal van Suriname er een van hoop en levenskracht is. Een schitterend geschreven boek, dat bouwt op het werk van Surinaamse schrijvers, denkers en verzetshelden.

Ezra Klein - Why We’re Polarized

Ruben Mersch, correspondent Big Pharma: In de VS vindt 20 procent van de Democraten en 15 procent van de Republikeinen dat hun land er beter aan toe zou zijn als een groot gedeelte van hun politieke tegenstanders zou sterven. Amerika is een hopeloos verdeeld land geworden. In zijn nieuwste boek gaat Ezra Klein, een van de oprichters van de nieuwssite Vox, op zoek naar de oorzaken van die polarisatie.

Hij beschrijft de negatieve spiraal die ontstaat als politieke partijen handig gebruikmaken van de tribale tendensen die we erfden uit een ver verleden, toen mensen in kleine groepen leefden en iedere onbekende een potentiële vijand was. Amerika is natuurlijk Europa niet, maar dit boek houdt ook ons een spiegel voor. Diep ingesleten denkpatronen verander je niet zomaar, maar we kunnen wel onze politieke structuren zo organiseren dat dit stammendenken niet aangewakkerd wordt, maar wel gedempt.

Thomas Heerma van Voss - Verdwenen boeken

Andreas Jonkers, adjunct-uitgever: Verdwenen boeken is een hartverwarmend kleinood over een man die van geen opgeven weet. Thomas Heerma van Voss wordt op zijn 21ste redacteur bij de nieuwe uitgeverij Babel & Voss, opgericht door een man – Reinjan Mulder – die elke dag vol enthousiasme nieuwe plannen lanceert en net zo enthousiast de mislukkingen incasseert die daarop volgen. Dat laatste is hard nodig, want ondanks de mooie boeken die verschijnen, blijft het gedroomde succes uit en zal de uitgeverij langzaam uitdoven.

Als zijn relatie uitgaat, kijkt Heerma van Voss een laatste keer terug op het avontuur met Mulder. Verdwenen boeken leest als een eerbetoon aan de ploeteraars, vol prachtige zinnen en hilarische momenten die lang blijven naschrijnen.

Benjamin Moser - Sontag

Lena Bril, chef engagement: Eerlijk is eerlijk, het boek Sontag van de Amerikaan Benjamin Moser over het leven en werk van schrijver en filosoof Susan Sontag verscheen al in 2019. In 2020 las ik deze indrukwekkende baksteen van een biografie uit, en droeg Sontags ideeën en verhalen het hele jaar bij me.

Op de cover van het boek staat een in zwart gehulde Sontag. Haar hoofd springt uit de foto – buitenproportioneel groot, statig, haast ontkoppeld van haar lichaam. Dit beeld van Sontag toont voor mij precies de kern van hoe Moser Sontag beschijft: intellectueel oppermachtig, maar totaal onbekwaam in ‘aardse’ zaken als eten en wassen (Sontag verwaarloosde haar lichaam regelmatig, en hoorde voor het eerst dat een bevalling pijnlijk was toen de weeën al waren begonnen).

Ook leren we Sontags onzekerheid kennen, die ze bestrijdt met onuitputtelijke ambitie. Moser schetst een compleet beeld van de literaire ster, soms meedogenloos, vaker liefdevol. Ik vond het een feest om te lezen en een fantastische (her)introductie in het werk van Sontag.

Joan Ryan - Little Girls in Pretty Boxes

Michiel de Hoog, correspondent Sport: Nee, ik had in januari niet verwacht dat het beste boek dat ik dit jaar zou lezen een boek uit 1995 zou zijn over kunstschaatsen en turnen. Maar toch is Little Girls in Pretty Boxes van Joan Ryan dat. De Amerikaanse Ryan vroeg zich in 1992 af hoe het eigenlijk kan dat meisjes van 13 en 14 jaar wereldkampioen zijn in een sport waaraan ook vrouwen kunnen deelnemen. Hoe word je zo jong zo goed? Hoe zien de levens van de meisjes, hun ouders, en hun coaches eruit?

Het antwoord: ongeveer zoals de hel. Ryans boek is show, don’t tell van de hoogste orde. De ene WTF volgt de andere OMG op. Het deed me denken aan Walter White uit Breaking Bad: de scheikundeleraar die door een keten van op zichzelf verklaarbare gebeurtenissen en keuzes een drugsbaron wordt. Zo ook de ouders van de turnsters die Ryan profileert: ze beginnen enthousiast aan een sport die hen opslokt en transformeert in obsessievelingen met medailles in hun ogen. Blessures, psychisch leed en seksueel misbruik van hun dochters – het wordt allemaal min of meer door de vingers gezien met de Olympische Spelen in het vizier.

Lees ook:

3D render van een boek tussen primaire objecten op een grid Boekentips van correspondenten Nog meer leestips nodig? Hier verzamelen we alle boekaanbevelingen van onze correspondenten. Ga naar de tips