Deze zomer twintig jaar geleden. De weken voor de moorddadige aanslagen van 9/11. Washington was zoals gebruikelijk klam en verlaten door wie zich een paar dagen aan de kust kon veroorloven.

Hoewel een enkele veiligheidsdienst had voor mogelijke terreurdaden, koesterde de regering van George W. Bush zich in de gloed van onaantastbaarheid. In een zeldzame periode in de wereldgeschiedenis was er maar één grootmacht. Zijn belangrijkste buitenlandadviseurs spraken liefkozend over ‘America’s unipolar moment’.

Bij denktanks als het had ik eerder dat jaar al meer dan eens gehoord over het Republikeinse intellectuelen hadden zich erin verzameld rond ideeën over een machtig Amerika dat met stevige hand de democratie in de wereld zou verbreiden. Bush-veteranen als Dick Cheney, Donald Rumsfeld en Paul Wolfowitz maakten allen deel uit van deze groep van twintig neoconservatieve activisten met visioenen over Amerika als enige grootmacht.

Wraak en wegwezen

Na de overrompelende vliegtuigaanvallen van 11 september 2001, sinds Pearl Harbor de eerste op Amerikaans grondgebied, was het deze groep die onmiddellijk wist wat de president te doen stond. Bin Laden en zijn Al-Qaeda in het Tora Bora-gebergte van Afghanistan opsporen en uitroeien. En vervolgens door naar Irak om Saddam Hussein te pakken. Die werd verdacht van steun aan Al-Qaeda en hij zou massavernietigingswapens bezitten – naar later bleek kolossale blunders.

Die laatste operatie stond al in de draaiboeken van de PNAC-groep, maar kon pas in 2003 met ‘shock and awe’-bombardementen worden ingeluid nadat de publieke opinie in de Verenigde Staten en de westerse wereld voldoende was opgewarmd. Daarom werd Amerika’s machtige oorlogsmachine eerst gericht op de onherbergzame ‘failed state’ Afghanistan.

In and out’, was de bedoeling. Wraak en wegwezen. De Amerikanen bleven twintig jaar.

President Biden wilde de vierde en laatste Amerikaanse president zijn die met militaire betrokkenheid bij Afghanistan te maken had. Vóór de symbolische datum van 9/11 wilde hij de laatste 2.500 militairen naar huis brengen, in de hoop dat het jarenlang door de Verenigde Staten en de NAVO-bondgenoten getrainde en modern geoutilleerde Afghaanse leger zich staande zou houden tegen de Taliban.

Twintig jaar, waarvoor?

Het liep anders. Nog voordat de Amerikanen de hielen hadden gelicht, werd Afghanistan door de Taliban opgerold. De president was Kabul ontvlucht, de krijgsmacht gaf zich zonder slag of stoot over. President Biden zag zich genoodzaakt de geschiedenis een beetje te herschrijven door te zeggen dat de twintigjarige operatie in Afghanistan altijd alleen maar was gegaan om Al-Qaeda en andere terreurbewegingen een thuisbasis te ontnemen, om te voorkomen dat de Verenigde Staten nog eens op eigen grondgebied zouden worden aangevallen.

Niet alleen voor Bush en de neocons was het doel breder. Ook de Britse premier Tony Blair had grootse ambities met gezamenlijk optreden in het verscheurde land. Op het congres van zijn Labourpartij in oktober 2001 beschreef hij het wereldtoneel na 9/11 als ‘een kaleidoscoop die door elkaar is geschud. Laat ons de wereld opnieuw ordenen voordat de stukjes weer tot rust zijn gekomen.

Nederland liftte mee op die humaan getoonzette missie, die de Nederlandse krijgsmacht bovendien de kans gaf het gedeukte zelfrespect en aanzien in de wereld na de ramp van Srebrenica te repareren. Wij kunnen ook vechten als het nodig is. Met het door politieke perikelen bepaalde vertrek uit Uruzgan deed Nederland die winst na vijf jaar goed werk weer deels teniet.

‘Let us reorder the world around us’

Blairs visie bleef leidend binnen de NAVO. Broedplaatsen van terrorisme dichtschroeien door eerst in Afghanistan en later in Irak. Als morele plicht om de wereld beter te maken. ‘Let us reorder the world around us.’ De vroegere koloniale mogendheden op beschavingsmissie onder Amerikaanse leiding.

Als het doel was om een stabiel land achter te laten dat voor zichzelf kan zorgen zonder gevaar voor de VS, dan is de balans negatief

De Verenigde Staten investeerden 1.000 miljard dollar, 2.500 gesneuvelde militairen en het dubbele aantal burgers. Andere NAVO-troepen leden ongeveer 1.150 verliezen. Aan Afghaanse kant stierven 66.000 militairen en politiemensen en 47.000 burgers. De VS voerden twintig jaar oorlog tegen een ongrijpbare tegenstander en maakten het met deze chaotische aftocht makkelijk voor concullega-grootmacht om ‘de doodsklok van de Amerikaanse hegemonie’ uit te roepen en de Amerikanen neer te zetten als onbetrouwbare beschermheer: ‘Saigon, Kabul, Taiwan?’

Waarin de VS dan weer verschillen van China en het even tevreden Rusland is dat zij een inspecteur-generaal voor de wederopbouw van Afghanistan hebben. Die onlangs hard over het blijvend effect en de vraag of het alle offers waard is geweest. Ja, de operatie heeft het terrorisme twee decennia van een thuisbasis beroofd, maar dat kan onder de Taliban weer snel veranderen.

Als het doel was een stabiel land achter te laten dat voor zichzelf kan zorgen zonder gevaar op te leveren voor de veiligheid van de Verenigde Staten, dan is de balans negatief. Vandaar dat president Biden in zijn toespraak na de val van Kabul het bredere doel van de Amerikaanse en internationale inspanning wegpoetste.

Aanvankelijke steun voor de operatie

Zijn voorganger George W. Bush genoot in de nadagen van 9/11 veel steun voor een operatie met groot militair vertoon om Bin Laden mores te leren. Ook al kregen ze hem met alle mankracht, wapentuig en elektronica toen niet te pakken. Bush kon de missie – met steun van internationale bondgenoten – vrij rimpelloos uitrekken en volhouden. Het Amerikaanse publiek werd alweer meegezogen in de aanloop naar de rampzalig slecht voorbereide (begonnen in 2003).

Niet iedereen in Amerika deelde de logica van de regering in Washington. Terwijl bij de huisdenktank van het Bush-Witte Huis, het American Enterprise Institute, wekelijks de oorlogstrom werd geroerd onder de titel ‘The Road to War... and Beyond. Black Coffee Briefing on the War in Iraq’, gingen enkelingen de straat op met slagzinnen als ‘Zet tragedie niet om in oorlog’ en ‘Onze rouw is geen roep om oorlog’.

Een jaar na 9/11 sprak ik in Cary, North Carolina, met David Potorti, ex-reclameman en radiomaker, die zijn broer voor zijn ogen live op tv de dood tegemoet zag vallen bij het instorten van de tweede WTC-toren in New York. Hij had zijn verdriet omgezet in voor een andere manier om vrede te stichten tussen mensen en volkeren.

Zijn organisatie Victims of September 11th for Peaceful Tomorrows deed pogingen het begrip tussen moslims en andere Amerikanen te bevorderen, zocht contact met burgerslachtoffers van de oorlog in Afghanistan. In tv-programma’s als dat van Oprah Winfrey werden Potorti en de zijnen weggezet als nestbevuilers. Potorti: ‘Er zijn kennelijk goede en slechte slachtoffers.’

Worstelen met een niet-eindigende oorlog

Vier Amerikaanse presidenten worstelden met de erfenis van de oorlog in Afghanistan. Allen voerden campagne met de belofte de troepen terug te trekken. Biden is de eerste die woord houdt. Dat komt hem nu op kritiek van links en rechts te staan, zijn populariteit heeft een fikse deuk opgelopen.

Of we een jaar of nog vijf jaar langer waren gebleven, het had niet uitgemaakt, is zijn verdediging. Een land en een leger dat zich niet wíl verdedigen kunnen wij niet redden. Tussen die zwart-witkeuze liggen nog wat nuances, met nog geleidelijker terugtrekking, maar een feit blijft dat de Taliban de tijd hadden en rustig doorgingen met het verwerven van steun onder de bevolking.

Amerikanen don’t care zolang het homeland maar veilig is

Terwijl de in wezen idealistische neocons van George W. Bush met hun Amerikaanse beschavingsveren pronkten, schreef Charles Kupchan, buitenlandspecialist voor de Clinton- en Obama-regeringen, al in 2002 het toen profetische boek The End of the American Era. Hij schetste hoe de VS in de globaliserende wereld hun grip op de gebeurtenissen aan het verliezen zijn, en dat het Amerikaanse volk daar vrede mee lijkt te hebben.

De Vietnamoorlog werd jarenlang grotendeels in het geheim gevoerd, de Afghanistanoorlog bleef ook goeddeels achter de schermen – president Obama kon dankzij onbemande oorlogvoering het alarmerende aantal slachtoffers beperkt houden. Amerikanen don’t care zolang het homeland maar veilig is. Daar kunnen ze elkaar met vrij wapenbezit veel meer gevaar aandoen, maar dat is een taboe met steun van de Grondwet.

Europa overwoog niet eens te blijven

De Europese bondgenoten hebben niet eens overwogen de humanitaire missie in Afghanistan voort te zetten nadat president Biden de Amerikaanse terugtocht had aangekondigd. Zonder hen daarover te hebben geraadpleegd. Ook relatief grote landen als Duitsland, Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk hebben niet de middelen of de politieke rugdekking om een gezamenlijk zelfstandige rol in een betrekkelijk nabije gevaarzone uit te voeren.

Dat maakt deze roemloze aftocht uit Afghanistan een zoveelste moment van de waarheid. Voor de Verenigde Staten, voor alle betrokken bondgenoten en voor het idee van het Westen als waakhond van de democratische rechtsstaat. We kunnen het samen niet meer, we willen het niet meer, we zien het niet meer.

Zelfs al is het vertrek van het Westen nu chaotisch en zonder dankjewels, het moet nog blijken of twintig jaar flarden moderniteit het Afghaanse volk blijvend hebben veranderd. De Taliban kunnen de mobiele telefoonmasten sluiten, maar of de Afghanen zich onderwijs en de vreugde van wat vrijheid blijvend laten verbieden is de vraag.

Landen met minder morele bagage ontleend aan de Verlichting vullen intussen de gaten en gaatjes die het Westen laat vallen. Opnieuw een kanjer van een voorzet voor de EU-landen en het VK om serieus en met urgentie te gaan werken aan gemeenschappelijk veiligheidsbeleid. Ook als we de rest van de wereld niet gaan ‘herordenen’ zullen we toch ten minste het eigen erf moeten verdedigen.

En blijven nadenken over vreedzame manieren om vrede te stichten.

De kloof oversteken

Op de dag van de jongste val van Kabul stuurde David Potorti, die zijn broer verloor in 9/11, me een dichtbundel die hij mede heeft geredigeerd, met werk van 116 dichters uit North Carolina over de najaren van 9/11. ‘Het is vrij surrealistisch te zien dat we na twintig jaar op dezelfde plek zijn gekomen waar we toen waren, alleen erger’, schrijft Potorti. Hij heeft het over ‘racisme, islamofobie, nationalisme, militarisme, enzovoort’.

Crossing the Rift heet Naar de overkant van de kloof. Op het omslag de Franse koordloper Philippe Petit die in 1974 illegaal overstak tussen de twee toen nieuwe torens van het World Trade Center.

Meer lezen?

Het kabinet versoepelde te snel, maar is te demissionair om erop te worden afgerekend Het aantal coronabesmettingen loopt hard op. Een dubbel-demissionair kabinet tast mis en biedt excuses aan. Nederland is beland op een politiek kruispunt van wegen naar nergens. Grijpt de Kamer haar verantwoordelijkheid of moet iedereen naar het Malieveld? Politiek Dagboek over de ultieme stilstand. Lees hier de vorige bijdrage in Politiek Dagboek