Nederlanders maken zich zorgen over spanningen in de samenleving; al precorona meende driekwart van ons dat maatschappelijke tegenstellingen in het land Daarom vraag ik me af of we iets kunnen leren van een tot op het bot verdeeld land: mijn geboorteland Turkije.

Hoe kun je in zo’n verdeelde samenleving samenleven? Hoe wordt iemand die bijvoorbeeld direct wordt geraakt door het beleid dat volgt na een coup, vrienden met een voorstander van datzelfde beleid? Een vraag die mij bezighoudt, omdat de vraag de realiteit van mijn ouders en veel van hun vrienden beschrijft. 

Hoe Turkije verdeeld raakte

Op 28 februari 1997 klonk het startschot van een coup: het Turkse leger legde de toenmalige een lijst met resoluties op om de islam stap voor stap uit het publieke leven te verdringen. Enkele punten waren het sluiten van en een hoofddoekverbod in openbare gebouwen zoals universiteiten. 

Toen ik voor op zoek ging naar de ervaringen van mijn ouders in die periode, vertelde mijn moeder me over haar klasgenoot Berna. Mijn moeder en Berna, toentertijd allebei twintig jaar oud, waren tijdens de discussies die oplaaiden in de lessen op tegenpolen. Waar mijn moeder een hoofddoek droeg en zich dagelijks bezighield met het bestuderen en onderwijzen van de islam, was Berna ongesluierd, tegenstander van hoofddoeken in openbare ruimtes en pleitbezorger van een seculiere samenleving. 

Na de coup werden de discussies in de lessen feller, de sfeer in de samenleving grimmiger. Mijn moeder bleef net als veel van haar gesluierde vriendinnen naar de universiteit gaan, weerstand bieden. Vaak tevergeefs. Zo ook op een dag tijdens een belangrijk tentamen: ze mochten het lokaal niet in. Uit solidariteit verlieten veel klasgenoten die tot dan toe bij alle voorvallen zwijgzaam hadden toegekeken ditmaal de klas. Ook Berna. De kiem van een hechte vriendschap was gelegd. 

De woelige recente geschiedenis die het heden vormde

Als je eenmaal ziet wat je met een ander gemeen hebt, is het moeilijk diegene alleen nog te zien als pleitbezorger van een voor jou verwerpelijke ideologie. Dat gebeurde bij mijn moeder en Berna. Maar dit verhaal gaat niet enkel over deze twee vrouwen: veel Turken stonden én staan nog dagelijks voor dit dilemma. 

De turbulente, met vele machtsgrepen doordrenkte geschiedenis van Turkije zorgt ervoor dat veel Turken tot op de dag van vandaag gegijzeld worden door een corrumperende en polariserende angst: degenen die behoren tot de groep met de meeste macht leven met een (reële) angst dat de macht ze ontnomen zal worden, en degenen met minder gezag vrezen dat ook zij hun handjevol aan verworvenheden zullen verliezen. 

Fethullah Gülen, een zeer invloedrijke (en vaak als conservatief bestempelde) islamitische prediker stond tijdens de eerdergenoemde coup aan de overheersende kant: het seculiere leger. Twee jaar later werd hij vervolgd omdat hij als ‘conservatieve prediker’ met een toenemend aantal volgelingen een bedreiging zou vormen voor het seculiere karakter van de staat. Recep Tayyip Erdoğan, de huidige president van Turkije en toenmalig burgemeester van Istanbul, moest in datzelfde jaar een gevangenisstraf van vier maanden uitzitten wegens het voordragen van een religieus-nationalistisch gedicht.

De polarisatie van vandaag is voor een deel een product van de hectiek van gisteren

In 2003 werd Erdoğan de premier van het land, maar meermaals werd gepoogd de invloed van zijn partij in te perken. Zo werd in 2008 een klacht bij het Grondwettelijk Hof ingediend met het verzoek de partij te verbieden, omdat deze het seculiere karakter van de republiek zou ondermijnen. Erdoğan sloeg op zijn beurt terug door samen met Gülen en zijn volgelingen de seculiere autoriteiten in de loop der jaren terug te dringen. 

Flashforward naar de eindstand: momenteel is Erdoğan de machtigste man van Turkije, worden Gülen en gelieerden vervolgd omdat zij achter de meest recente (mislukte) staatsgreep van 15 juli 2016 zouden zitten, en is er van een seculiere staat weinig meer over. 

De polarisatie van vandaag is voor een deel een product van de hectiek van gisteren. Juist daarom is het ontroerend om te zien hoe sommigen – te midden van de ruïnes van die hectiek – bouwen aan een verbonden, gemeenschappelijke toekomst. Zo ook in de literatuur en de filmindustrie. 

Ongemakkelijke tegenstellingen in de Turkse populaire cultuur

De Turkse Netflix-serie uit 2020 speelt zich af in het hedendaagse Istanbul. De serie geeft de segregatie in Turkije schrijnend goed weer. Meryem, een gesluierde moslima, komt bij een seculiere psycholoog, Peri, terecht. Er is nog geen minuut verstreken van hun intakegesprek en Meryem vraagt al hoe ze de bus terug naar huis moet pakken – een vraag die ze in hetzelfde consult nog een paar keer herhaalt. Ook Peri ziet Meryem liever gaan, zoals zijzelf later bij haar supervisor zal toegeven: ‘Ze is zo slim, zo knap en zo jong. Maar ik kan het niet. Ik luister naar het meisje, maar voel iets dat ik niet los kan laten. Woede.’ Ze ervaart dit telkens wanneer ze een gesluierde vrouw in haar praktijk ontvangt.

Eenzelfde tegenstelling is te bekennen in de roman Gör beni (een titel die is te vertalen als ‘Zie mij’) van Azra Kohen. Het verhaal speelt zich af in Istanbul ten tijde van de val van het Ottomaanse Rijk, maar is net zo goed een reflectie van de hedendaagse polarisatie. Het verhaal begint in de auto van de in gedachten verzonken Selim, zoon van de verbannen Een deel van het land en bezittingen van de familie is door de staat in beslag genomen. Hij schrikt op als een vrouw op een paard voorbij racet: Ülkü. Vol afgrijzen foetert hij dat ‘het vaderland gestoord is’ geworden: vrouwen horen niet op een paard te zitten en dienen gesluierd te zijn. Opgelucht dat Ülkü weer uit zijn gezichtsveld is verdwenen, rijdt hij hoofdschuddend door. 

Te vroeg gejuicht, blijkt later: Selim en Ülkü zullen elkaar nog vaak tegenkomen. Telkens zullen beiden overmeesterd worden door afgrijzen: Selim, omdat Ülkü voor hem staat voor de verwerpelijke hervormingen die president de bevolking oplegt ten koste van het voor hem waardevolle Ottomaanse erfgoed en gedachtegoed. Ülkü, omdat Selim voor haar staat voor de Ottomaanse elite die de hervormingen van Atatürk tegenwerkt en de vrouw objectiveert. 

Ziedaar ook de titel Zie mij: Ülkü wil als mens gezien worden, niet als lichaam of als minderwaardig. Maar Ülkü zelf ziet Selim aanvankelijk ook niet bepaald als individu. Toch lees je na elke ontmoeting, tussen de veroordelingen en vooroordelen door, de groeiende twijfels bij Selim en Ülkü en hun geleidelijke toenadering. 

De relaties die zowel bij Gör Beni als bij Bir Başkadır ontspruiten uit alledaagse, ongemakkelijke ontmoetingen bieden hoop. Hoezeer de werelden van alle personages aanvankelijk ook onverenigbaar lijken, hoezeer vastgeroeste opvattingen en de wonden van de geschiedenis ontmoetingen ook lijken te dwarsbomen – de uiteindelijke kruisbestuivingen laten zien hoezeer hun levens met elkaar verweven zijn en hoezeer de personages op elkaar lijken. 

‘De Ander’ mag wellicht staan voor iets – een leider, een stroming, een opvatting – dat pertinent ingaat tegen alles waar zij voor staan. Maar als ze De Ander beter leren kennen, lukt het ze uiteindelijk beter diens wereldbeeld te begrijpen. Pas dan ontstaat er ruimte voor het bestaan van De Ander, die ze van tijd tot tijd confronteert met hun eigen vooroordelen – en met zichzelf. 

Lees ook:

De Lanterfanter is net De Avonden, maar dan tweeduizend kilometer oostelijker Goede boeken doen altijd aan andere goede boeken denken. Yusuf Atılgans eigenzinnige debuut De lanterfanter heeft veel weg van Virginia Woolf, James Joyce en Gerard Reve. Al is het veel te eigenzinnig om in zulke vergelijkingen te vangen. Ga naar de boekbespreking van Dries Muus