Een vrolijk feestje was het niet. Op een over de staat van de democratie vijfentwintig jaar na de val van de Muur, wedijverden een Poolse, een Hongaarse en een Kroatische intellectueel in het brengen van deprimerende boodschappen.

‘Iedereen zegt dat je vrolijk en blij moet zijn,’ zegt de Kroatische schrijver en journalist een dag later. ‘Maar er is geen echte reden opgewekt te zijn, ook al schrijft een Hollywoodideologie dat voor. Ik zie erg weinig hoop voor Oekraïne. In Hongarije heb je Er zijn rond Servië en Kosovo. De werkloosheid is op veel plekken in Europa heel hoog. Extreem-rechts komt op. Er is een enorme immigratie waar je mee om moet gaan. De problemen zijn groot en talrijk. Maar de 25-jarige verjaardag van de val van de Muur moeten we zeker vieren.’

Hoe anders was de stemming over Europa in de jaren na die feestelijke gebeurtenis. Halverwege de jaren negentig publiceerde Drakulić het boek Daarin schreef ze over het verlangen in voormalige Oostbloklanden naar Europa, of liever, naar alles waar de EU voor stond.

Is dat verlangen geheel uitgedoofd?

‘Ik denk dat het er nog steeds is, in de landen die geen deel uitmaken van de Europese Unie. In Oekraïne bijvoorbeeld. In juni was ik in Kiev. Ik werd erg geraakt door de manier waarop jonge studenten spraken over Europa. Zij geloven nog wat wij vijfentwintig jaar geleden geloofden: dat alles beter zal zijn als ze deel uitmaken van Europa, of, zoals ze zelf zeggen, opnieuw deel uitmaken van Europa.’

‘Jonge studenten in Kiev geloven nog wat wat wij vijfentwintig jaar geleden geloofden: dat alles beter zal zijn als ze deel uitmaken van Europa’

Uw hunkering naar Europa is ook voorbij?

‘Mijn houding ten opzichte van de Europese Unie is veranderd nu ik ook de andere kant ken. De enorme bureaucratisering en centralisering. Het feit dat de organisatie niet democratisch is.’

‘Een van de redenen is dat we geen gemeenschappelijke taal hebben. Het zou de democratie vooruithelpen én veel geld besparen als Engels de Europese taal was. Maar de Fransen en Duitsers zullen dat natuurlijk niet accepteren. Sommige dingen, zoals het wegvallen van grenzen, ervaren we nu als vanzelfsprekend, dánkzij de EU. Maar meer vrede heeft het niet opgeleverd. Europa deed niets aan de oorlogen op de Balkan. En doet nu opnieuw niets aan de oorlog in Oekraïne.’

Wat zou de EU daar dan aan moeten doen?

‘Ik ben geen politicus, waarom zou ik die vraag beantwoorden? Maar een ding is zeker: de EU doet niets en bekommert zich niet echt om Oekraïne. Dat is heel triest, want deze mensen willen er echt graag bijhoren. Er is geen gemeenschappelijk buitenlandbeleid in de EU. Het is natuurlijk prettig dat je van hier naar Spanje kan reizen zonder je paspoort te laten zien. Maar er is geen gevoel van een gemeenschappelijk publiek belang. Alle landen die lid zijn, zijn nog nationalistischer dan daarvoor. Ze kijken eerst naar hun eigen belangen. De Hongaarse minister-president Viktor Orbán doet van alles waarvoor hij door de EU gestraft zou moeten worden, maar dat gebeurt niet. Dat is het ergste van de EU: als je lid wordt, moet je aan allerlei criteria voldoen, maar als je binnen bent, kun je doen wat je wilt. De EU heeft een wortel, maar geen stok.’

Slavenka Drakuli?

U vertelde gisteren dat democratie geen appel is die je nieuwe lidstaten kunt voorhouden. Kunnen we ze wel helpen een democratie op te bouwen?

‘Het hele idee is dat we dat kunnen. En op een bepaalde manier helpen we ook, namelijk door de criteria om binnen te komen op te stellen. Dat betekent dat je je rechtssysteem moet hervormen. Landen doen dat ook. Maar er is een verschil tussen vorm en inhoud. Je kan een meerpartijendemocratie met vrije verkiezingen hebben en nog altijd niet democratisch opereren. Politieke partijen in bijvoorbeeld Kroatië hebben nog altijd veel van hiërarchische, patriarchale, zelfs tribale organisaties, waarbij het hoofd van de partij het hoofd van de familie is die banen verdeelt en waarbij je nergens kan komen als je geen lid van de familie bent. Democratie is niet kant-en-klaar, het is een leerproces. Je kunt het niet consumeren, je moet eraan bijdragen, je moet zelf vechten, je moet je er zelf verantwoordelijk voor voelen.’

Het kleinere kwaad

Dat is niet eenvoudig in landen waar, schrijft Drakulić in haar jongste boek ‘individualisme de grootste zonde was die je kon begaan.’ In dit even trieste als vermakelijke boek gidsen acht dieren - een knipoog naar George Orwells Animal Farm - ons door de geschiedenis van evenzoveel voormalige Oostbloklanden.

Bohumil de muis zegt...

‘Is hij niet schattig? Ik houd van Bohumil. Weet je dat er een is in Praag? Zo kwam ik op het idee.’

Bohumil zegt: we moeten ons het communisme blijven herinneren. Vanwege zijn slechte en goede kanten. Waren die er dan?

‘Ja, het had goede kanten. Er heerst nostalgie naar zekerheid en het gevoel dat je in een rechtvaardige samenleving leeft, dat armoede gelijk verdeeld is.’

Gelijkheid was toch ook onder het communisme een illusie? De elite had het bepaald goed voor elkaar.

‘Natuurlijk. Maar de elite was piepklein. En ze waren rijk, maar in de zin dat ze hadden wat een normaal burgergezin hier in Nederland heeft. Ik denk niet dat ook maar iemand terugverlangt naar het politieke systeem. Wel naar het gevoel dat je een appartement en een baan had en je veilig voelde. Ik ben ook heel erg voor gratis onderwijs en gezondheidszorg. Een boer kon zijn zoon medicijnen laten studeren, die kon een bekende dokter worden. We komen nu in Europa weer in een Amerikaanse situatie waarin alleen de rijken kunnen studeren.’

Nationale identiteit is een sandwich

Het communistische verleden alleen maar veroordelen wil Drakulić dus niet. Mild is zij, of althans haar personage Gorby de kat, voor de Poolse president-generaal Hij riep op 13 december 1981 de noodtoestand uit, verbood de vakbeweging en gooide leden ervan in de gevangenis.

Gorby zegt in het boek dat hij een aandrang voelt om de generaal te verdedigen. Op een dag vertelde Jaruzelski zijn kat namelijk dat hij geen keuze had. Dat hij voor het kleinere kwaad koos. In het Kremlin had hij te horen gekregen dat hij moest optreden, omdat Rusland anders het land zou binnenvallen. ‘Op het toilet van het Kremlin nam ik mijn besluit: Polen zou een invasie bespaard blijven! Ik was bereid mijn reputatie te offeren voor het leven van mijn volk.’

U lijkt met Gorby begrip te hebben voor Jaruzelski’s verdediging.

‘Ik moet me in zulke karakters kunnen verplaatsen. Ik probeer alleen maar te laten zien hoe gecompliceerd de menselijke situatie soms is. Zeker als je in de positie bent waar je beslissingen moet nemen waar je niet achter staat. Ook heeft elke leider medewerking van zijn volk nodig, of het nu Jaruzelski, Stalin of Hitler is. Door een persoon te berechten, probeer je als natie je handen in onschuld te wassen.’

Zoals het personage Gorby de kat de lezer door Polen gidst, leidt Koki, de papegaai van hem door Kroatië. Als de maarschalk op 4 mei 1980 sterft en Joegoslavië een decennium later uiteenvalt, komt Franjo Tudjman in Kroatië aan de macht. Koki noemt hemTwisted Mouth en heeft het niet zo op de nieuwe machthebber. Vol ironie beschrijft hij hoe good old days opeens dark times heten en Joegoslavië wordt gezien ‘de gevangenis van de naties.’

Dat is een these die ook de Nederlandse historicus verkondigt. Hij mag graag naar het ontploffen van voormalig Joegoslavië verwijzen om zijn mening te staven dat het Europese project juist tot oorlog leidt in plaats van het te voorkomen. Want als je nationale identiteiten onderdrukt, gaan ze onderhuids broeien en komt er op zekere dag een uitbarsting.

‘Een bekende redenering die in twee opzichten niet correct is,’ zegt Drakulić. ‘Het was niet zo dat de autoritaire regering van Tito nationale gevoelens de kop indrukte. Zeker, het was verboden op te roepen tot afscheiding. Maar iedereen wist of je Kroaat, Bosniër of Serviër was. Het was een deel van je identiteit, die je kon uitdrukken in je taal, in je gebruiken, in wat je at. Ten tweede: in dat soort discussies wordt nationale identiteit vaak opgevat als iets wat in beton gegoten is. Het is juist iets wat je bouwt. Je legt laag op laag, zoals bij een sandwich. Ook de Europese identiteit kan gebouwd worden.’

Het Joegoslavië van broederschap en eenheid, in Den Haag

Over de oorlogen in voormalig Joegoslavië schreef Drakulić verschillende boeken, waaronder de roman (2001) en (2004), een portret van de oorlogsmisdadigers die in het Joegoslavië-tribunaal in Den Haag werden berecht. In de epiloog van dat even beklemmende als mooie boek staat een bijzondere observatie: ‘Het Joegoslavië van Broederschap en Eenheid bestaat niet langer, behalve in deze gevangenis.’

‘Die oorlogsmisdadigers vochten tegen volken, niet tegen individuen,’ licht Drakulić toe. ‘Persoonlijk hebben ze niets tegen elkaar. Maar dat betekent niets. Een Duitse officier kon ook zeggen: ik heb een vriend die Jood is. De persoonlijke verzoening is geen verzoening. Die gasten die voor de natie en voor etnisch gezuiverde staten vochten, kunnen nu makkelijk samen cappuccino drinken en met elkaar babbelen. Het is perfect mogelijk en cynisch tegelijk. Ik wilde een film maken over deze gasten, over hoe ze met elkaar praten en voetballen. Maar dat mocht niet.’

‘Orbán gaf het lichtende voorbeeld: als je een keer binnen bent in de EU kun je zo nationalistisch zijn als je wilt’

De waarheid is gevaarlijk in Kroatië, schreef u in Ze zouden nooit een vlieg kwaad doen. Is dat nog steeds zo?

‘Om te begrijpen wat ik bedoel, moeten we naar het verleden kijken. Kroatië was in de oorlog een fascistische marionetstaat. Er zijn twee manieren om daarmee om te gaan. De ene is Duits: denazificatie, het openlijk bespreken, processen voeren. De andere Spaans: Franco is gestorven, laten we met hem deze geschiedenis begraven, laten we geen verdeeldheid zaaien. Ik denk dat de Spaanse manier niet echt werkt, omdat het altijd weer bovenkomt.’

Kroatië koos voor het grote zwijgen. Voor zover er werd gesproken over de Tweede Wereldoorlog was het in een gemanipuleerde versie, vertelt Drakulić.

‘Op school leerden wij dat het Kroatische fascistische regime zevenhonderdduizend mensen doodde in Het aantal zoals het nu min of meer geaccepteerd is, is bijna tien keer minder. En het waren niet alleen Serven, het waren ook Kroatische communisten en heel veel Roma en Joden. Het spelen met dat getal was van groot nut voor de nationalisten om de oorlog voor te bereiden. Slobodan Milošević zei: de fascistische Kroaten hebben zevenhonderdduizend Serviërs gedood. Je kunt nu niet aan verzoening beginnen voor je het min of meer eens bent over de geschiedenis. De oorlog begon niet onderop, maar bovenop. Nationalisme werd, vooral door Milošević, gebruikt om aan de macht te blijven. Aangezien het van boven begon, moet verzoening ook van boven beginnen. Het is niet genoeg dat presidenten naar elkaars land toe gaan en hun spijt uitspreken. De teksten in geschiedenisboeken moeten veranderen.’

Maar voorlopig voert het nationalisme alom weer de boventoon, constateert Drakulić. ‘Als er geen oplossingen zijn voor echte problemen, zoals werkloosheid, gebruik je altijd dit klassieke gereedschap: de schuld geven aan iemand anders en zeggen dat onze trots ter discussie staat,’ verklaart ze. ‘Orbán gaf het lichtende voorbeeld: als je een keer binnen bent in de EU kun je zo nationalistisch zijn als je wilt.’

De EU moet dus wél optreden.

‘Dat kan ze niet. Er is geen Europa. Er zijn individuele staten. De EU is een niet-transparantie bureaucratie met niet erg duidelijke doelen en zonder leiderschap.’

En er is geen hoop op beterschap?

‘Er is altijd hoop. Ik ben voor de Europese Unie, alleen denk ik dat ze erg slecht werkt. Maar over honderd jaar is ze misschien excellent.’

Zo verging het Oekraine in het jaar na de opstand Een jaar geleden stroomde het Maidanplein in Kiev vol met Oekraïners die verandering eisten; zij wilden leven zoals in Europa. Overal in het land braken protesten en gevechten uit, die tot de dag van vandaag voortduren. Kan Oekraïne de eenheid herstellen? Verslag van een jaar crisis in Oekraïne, door gastcorrespondenten Floris Akkerman en Michiel Driebergen. Lees meer over een jaar crisis in Oekraïne De gevaren van een onwrikbaar geloof in een collectieve identiteit leren kennen? Lees dan dit boek Twintig jaar geleden viel Joegoslavië uiteen. De Vlaamse slavist Peter Vermeersch schreef met ‘Ex. Over een land dat zoek is’ een schitterende literaire reisreportage over de verscheurde landen die overbleven. Een warme aanbeveling, mét een belangrijke les voor Europa. Over een mooi boek over voormalig Joegoslavië