Thuis ben je waar de toekomst van seks een kringgesprek is

Arnon Grunberg
Schrijver

Een toneelgroep, Wunderbaum genaamd, die een jaar of drie geleden een toneelstuk van mij had gespeeld, benaderde me voor advies over een productie die ze volgend seizoen zouden gaan uitbrengen over de toekomst van seks. Zo zou het stuk ook gaan heten: The Future of Sex.

Wat op zich een goede titel is, die me vaag deed denken aan mijn eigen puberteit en de film Back to the Future, een film die uitkwam toen mijn puberteit op zijn hoogtepunt was.

Wij ontmoetten elkaar voor een voorgesprek in de herfst van 2014 en hoewel ik geloof dat zij de toekomst van seks vooral op het virtuele vlak zagen, wist ik hen ervan te overtuigen dat de toekomst van seks misschien niet zo heel erg verschilde van het verleden van seks. Toekomst en verleden liepen door elkaar heen als het ware. Moeizame pogingen van menselijke wezens om de seksualiteit niet geheel te laten uitsterven, tot van die seksualiteit niet meer dan een vaag verlangen overblijft. Waarna dat verlangen ook uitsterft.

Je moet door het hele land trekken en overal mensen vragen naar de toekomst van seks

Tijdens die eerste ontmoeting had ik gezegd: ‘Je moet met mensen spreken, want iedereen is ervaringsdeskundige op dit gebied. Je moet door het hele land trekken en overal mensen vragen naar de toekomst van seks.’

Maandag vond in Rotterdam de eerste van dergelijke bijeenkomsten plaats. De opkomst viel tegen. Wat te begrijpen viel; wie wil over de toekomst van seks praten, wetende hoe zwart die toekomst eruitziet?

Er was een advertentie geplaatst, maar nog voor we begonnen besefte ik al dat we voor toekomstige kringgesprekken de advertentie vermoedelijk beter iets konden wijzigen. Niet meer: ‘Wie wil over de toekomst van seks spreken?’ Maar: ‘Wie wil de toekomst van seks in de praktijk brengen?’

Men was, ondanks de groepsdwang die onvermijdelijk aan het kringgesprek kleeft, redelijk openhartig. Maar niemand gaf antwoord op de vraag met welke zoekopdrachten ze hun favoriete pornofragmenten uitzochten.

Er was een man die naar mijn idee een fetisj had voor uniformen. Maar toen ik hem vroeg of hij van verpleegsteruniformen hield, antwoordde hij dat hij nog nooit in het ziekenhuis was geweest.

Twee uur was er uitgetrokken voor het kringgesprek, maar om halfelf waren mensen nog aan het vertellen over hun favoriete seksuele fantasie.

Ook gingen er koekjes, zowel zoet als zout, rond.

Toen we er om kwart voor elf mee stopten, vroeg ik me af of we iets meer te weten waren gekomen over de toekomst van seks.

Ik waagde het te betwijfelen, maar dat deed er ook niet toe. Misschien moeten we ons erbij neerleggen dat de toekomst van seks een kringgesprek is. Minder virtueel dan we dachten, maar allicht ook opwindend.

Thuis ben je, zoveel durf ik nu wel te zeggen, waar de toekomst uit een kringgesprek bestaat.