Reageren op nieuws doen we bij De Correspondent zelden, maar voor dit bericht kan ik niet anders dan een uitzondering maken:

Wie weleens de lijstjes aan de rechterkant heeft bekeken, ziet waarom. In mijn top 3 grootste inspiratiebronnen staat zijn naam fier bovenaan. En in mijn top 3 favoriete blogs staat op dezelfde plek de show die hij, na zestien jaar en vier dagen per week trouwe dienst, straks niet meer presenteert.

Het is dan ook niet overdreven te stellen dat veel van de filosofie die schuilgaat achter De Correspondent geïnspireerd is op The Daily Show with Jon Stewart. The Daily Show was namelijk ook ‘een medicijn tegen de waan van dag,’ alleen dan verpakt als satirisch nepjournaal. Een dagelijkse naald in de ballon die de 24-uursnieuwsvoorziening van Amerika heet.

Terecht schrijft dan ook dat de titel ‘komiek’ of ‘satiricus’ ‘geen recht doet.’ Meer nog dan een geniale grappenmaker – want dat is hij zeker – was hij een van de scherpste politiek commentatoren en media-analisten van deze tijd. Als geen ander wist hij steeds weer de vinger te leggen op het disfunctioneren van Amerika als land – en van Amerika als mediacratie in het bijzonder.

Dat deed Stewart in een programma dat onder zijn leiding uitgroeide van marginale entertainmentshow tot een heus nieuw genre: John Oliver, een van de comedytalenten geboren in de stal van The Daily Show, maakt er nu ook furore mee in zijn eigen, vergelijkbare show die al zo’n succes is dat het Amerikaanse tijdschrift Foreign Policy hem bestempelde als

Een eer die ook zijn leermeester Jon Stewart zeker niet zou hebben misstaan.

Ruim een jaar geleden was ik op bezoek bij The Daily Show. Dit is de rij voor de ingang, drie uur voor aanvang.
Ruim een jaar geleden was ik op bezoek bij The Daily Show. Dit is de rij voor de ingang, drie uur voor aanvang.

Tot zijn bekendste – en in alle lijstjes gememoreerde – mediakritieken behoren met ‘financieel expert’ Jim Cramer, waarin Stewart verwoestend uithaalt naar het infotainment dat in de VS doorgaat voor ‘financieel nieuws’ en, natuurlijk, zijn continue kritiek op het Republikeinse propagandakanaal Fox News – door Stewart ook wel Bullshit Mountain genoemd.

Bovendien zal Stewart altijd herinnerd worden als de man die eigenhandig een tv-show van CNN van de buis af kreeg. Toen hij – te gast in het programma – hoe de show het publieke debat in de VS verziekte, zag de zender zich genoodzaakt de stekker uit het programma te trekken.

Maar ik herinner mij bovenal een paar andere – niet zo bekende – sketches, waarin de meer fundamentele tekortkomingen van de moderne massamedia werden blootgelegd. Mechanismen die je in de volstrekt vercommercialiseerde nieuwsvoorziening van de Verenigde Staten aan de lopende band ziet terugkeren, maar die je ook in toenemende mate ziet opborrelen in het Nederlandse medialandschap.

1. Verplichte polarisatie, geveinsde objectiviteit en het zogenaamde ‘gebrek aan tijd’

In termen van gelaagdheid behoort de sketch getiteld CNN Leaves It There tot een van de allerbeste. In die sketch laat Stewart zien hoe de nieuwslezers van CNN discussies op de zender voortdurend beëindigen met de frase ‘Unfortunately, we have to leave it there’ – vrij vertaald: ‘Helaas, de tijd is op.’

Uiteraard gebeurt dat nagenoeg altijd op het moment waarop twee opiniemakers volstrekt tegenstrijdige interpretaties van de werkelijkheid hebben gedebiteerd en je als kijker smacht naar uitsluitsel.

Maar nee, juist op dát moment zegt de presentator altijd: we moeten eruit (meestal voor de reclame of anders wel voor het volgende item) – de kijker in radeloze onwetendheid achterlatend. Of, zoals Stewart geestig opmerkt: ‘There is a terrible place to leave it.’

Hier zie je liefst drie mediamechanismen aan het werk, die je ook met regelmaat terugziet in talkshows en actualiteitenrubrieken op de Nederlandse televisie.

Ten eerste: de reflex dat tegenover iedere opinie altijd een volstrekt tegengestelde opinie moet worden gezet, omdat je daarmee de kijker ‘het meest volledig’ zou informeren – een fenomeen dat ook wel he said/she said-journalistiek wordt genoemd.

Ten tweede: het misplaatste ideaal van de journalist als ‘neutrale’ of ‘objectieve’ gespreksleider die zijn werk zogenaamd het beste zou doen als hij meningen laat botsen, terwijl hij niet veel meer doet dan het debat ‘gaande’ houden, in plaats van het proberen te beslechten met kennis over hoe iets werkelijk in elkaar steekt (iets wat door het objectiviteitsideaal onterecht wordt verward met gekleurdheid of partijdigheid).

En ten derde: dat curieuze fenomeen dat journalisten – zeker op tv – ‘tijdgebrek’ zien als een natuurlijk gegeven in plaats van iets wat ze zelf creëren. Alsof de keuze om vier in plaats van één gast aan tafel te hebben, of om acht in plaats van drie items te maken, of om een journaal van 18 in plaats van 33 minuten uit te zenden, eigenlijk geen keuzes zijn.

Deze sketch laat prachtig zien: ook al is nieuws een 24-uursvoorziening geworden, toch heeft het naar eigen zeggen nooit genoeg tijd om zijn werk te doen.

2. De (zelfgeproduceerde) ophef als haakje

Dan Fox News. Veel van deze tirade, getiteld For Fox Sake, is typisch Jon Stewart: de zogenaamde scheiding tussen nieuws en opinie, de vooringenomenheid ten opzichte van Democraten, het gegoochel met feiten op deze oerconservatieve nieuwszender – het komt allemaal langs.

Maar messcherp wordt het vooral vanaf minuut 6.30, als Stewart – aan de hand van een filmpje van een groep schoolkinderen die een liedje zingen over president Barack Obama – laat zien hoe Fox News eigen nieuws creëert. Eerst schreeuwen alle opiniemakers op Fox moord en brand over het filmpje (‘Indoctrinatie van de jeugd!’) en warempel: de volgende dag openen alle nieuwsrubrieken van Fox met het filmpje, omdat er ‘ophef’ over het filmpje zou zijn.

Ophef die de zender zélf de wereld in heeft geholpen.

Ook dit fenomeen zie je in de Nederlandse media met enige regelmaat voorbijkomen: de (zelfgeproduceerde) ophef als nieuwshaakje. Hier begint de ophef vaak op Twitter, als journalisten iets tot trending topic bombarderen, en daarin dan weer een reden zien om er nieuws van te maken. (nrc.next besteedde al eens een voorpagina aan deze selffulfilling prophecy, waar ik over schreef.)

De sketch laat heel mooi zien hoe nieuws gemáákt en niet gevónden wordt. Een prachtige illustratie van nieuws dat nieuws wordt omdat het nieuws is.

3. De actualiteit en het eindeloze ‘nu’

Wellicht de grootste verdienste van The Daily Show is hoe het doorlopend de hypocrisie van politiek en opiniemakend Amerika blootlegde. Met een kinderlijk eenvoudig, doch zeer effectieve methode: het archief induiken. Hoe dacht deze politicus, journalist, nieuwszender of partij een paar jaar geleden eigenlijk over dit onderwerp?

Niet zelden bleek: 180 graden anders.

Die archieffunctie – graven in het verleden en de actualiteit in een historische context plaatsen – is, vermoed ik, de reden dat veel (jonge) kijkers The Daily Show zijn gaan beschouwen als een zeer betrouwbare bron van informatie. En terecht, want niet zelden maakte Jon Stewart sketches met meer context en historisch besef dan menig serieus journaal.

Niet zelden maakte Jon Stewart sketches met meer context en historisch besef dan menig serieus journaal

Hier zijn eindeloos veel voorbeelden van te vinden. Een goed gelukte is de sketch over de belofte van president Obama om de VS onafhankelijk van buitenlandse olie te maken. In een prachtige montage zie je hoe president na president na president dezelfde belofte doet, in bijna dezelfde bewoordingen, met min of meer dezelfde beleidsvoorstellen. President Nixon beloofde al dat de VS energieonafhankelijk zouden zijn in 1980 – en nu, 35 jaar en zeven presidenten later, is het land nog geen millimeter verder.

De sketch is een scherp voorbeeld van misschien wel de grootste tekortkoming van nieuws: het gebrek aan historische context die inherent is aan de ‘actualiteit.’ Omdat nieuws altijd over vandaag – en dus niet over gisteren of vorige week – mag gaan, creëert het een soort ‘eindeloos nu.’

Een blik op de wereld die hoogstens op het verleden gericht is als er een jubileum is (‘Vandaag is het vijf jaar geleden dat...’), maar voor de rest de geschiedenis compleet negeert. Door de beloften van acht presidenten achter elkaar te zetten, zie je: soms is wat er veertig jaar geleden werd gezegd misschien wel het echte nieuws van vandaag.

En een nepjournaal een veel betere manier om dat nieuws te volgen dan het echte journaal.