Als je journaliste Laura López (30) een jaar geleden had gevraagd op wie ze zou stemmen, had ze zonder twijfel Podemos gezegd. Net als veel andere jongeren vertrok López in 2011 uit Spanje. Ze kon in eigen land geen werk vinden. Datzelfde jaar begon de ook wel bekend als het Spaanse Occupy, waarbij tienduizenden Spanjaarden in verschillende steden maandenlang tegen de Europese bezuinigingen en de corruptie in het land protesteerden.

López: ‘Mensen begonnen zich te verenigen en te overleggen over hoe het dan wél moest. Voor het eerst was er hoop. Ik moest zo hard huilen dat ik er niet bij was.’

‘Podemos komt voort uit deze beweging en gaf mij heel erg het idee dat ik zelf politiek kan bedrijven en iets kan veranderen aan de economische en politieke situatie. Daarvoor zag ik de Spaanse politiek toch een beetje als een ver-van-mijn-bedgebeuren.’

Nu Spanje morgen naar de stembus gaat, rijst de vraag: Wat is er van dat idee over? En wat kan Podemos nog betekenen?

En toen was daar ineens... Podemos!

Tot 2014 maakten twee partijen bijna beurtelings de dienst uit in Spanje. Sinds het begin van de democratie in 1978 hebben de conservatieve regeringspartij en de socialere oppositiepartij zodoende een monopolie op het bestuur van het land.

Maar de afgelopen paar jaar groeide de onvrede over de Spaanse politiek. Spanje werd hard geraakt door de economische crisis. Zowel de voorgaande PSOE-regering als de huidige PP-regering beloofden beterschap, maar konden dat niet waarmaken. Waar PSOE-premier José Luis Rodríguez Zapatero de crisis in eerste instantie ontkende en te laat ingreep, voerde de huidige Spaanse premier Mariano Rajoy een keihard bezuinigingsbeleid. Er werd daarbij vooral gesneden in publieke voorzieningen als onderwijs en gezondheidszorg.

Terwijl de werkloosheid groeide, in 2013 zat 27,2 procent van de bevolking zonder baan, bleek dat politici achter de ruggen van de bevolking om hun eigen zakken vullen. In 2013 brachten verschillende Spaanse media bijvoorbeeld naar buiten dat de penningmeester van de Partido Popular Luis Bárcenas miljoenen euro’s aan illegale partijdonaties op een Zwitserse bankrekening zou hebben gestort. Bárcenas zou een deel van dat geld hebben gebruikt als extra betaling voor kopstukken van de partij, waaronder premier Rajoy zelf. Die ontkent echter en treedt, tot grote woede van de bevolking, niet af.

42 procent van de Spanjaarden vindt dat corruptie na de werkloosheid het grootste probleem is in hun land. Het kost dan ook 40 miljard per jaar

Dan gebeurt er bij de Europese verkiezingen van mei 2014 iets wat niemand had verwacht. De kersverse partij Podemos, die voortkwam uit de massale Spaanse protestbeweging 15M, waar tienduizenden Spanjaarden aan deelnamen (exacte cijfers zijn niet bekend), behaalde ineens vijf van de 54 zetels en werd daarmee de vierde grootste Spaanse partij in het Europese parlement.

Podemos presenteerde zich als een anti-establishmentpartij die zich sterk verzette tegen de harde bezuinigingsmaatregelen die vanuit Brussel werden opgelegd. Wat ook hielp: de charismatische partijleider Pablo Iglesias (36) - zonder stropdas, met haar in een paardenstaart - die in debatten sterk uit de verf kwam. Debatten waar hij zijn bewondering voor populistische regimes als die van de inmiddels overleden in Venezuela en in Ecuador niet onder stoelen of banken stak.

Pablo Iglesias van Podemos. Foto: Daniel Ochoa de Olza / HH

In Spanje zelf haalde de voormalig universitair docent voortdurend uit naar de corrupte ‘Casta,’ zoals hij de politieke elite in het land noemt. De gevestigde politici zouden zich moeten bekommeren om het grote deel van de Spaanse bevolking dat nauwelijks rond kan komen, in plaats van hun eigen zakken te vullen, vindt Iglesias.

Dat die boodschap aanslaat, is niet verwonderlijk. Uit een onderzoek van het Spaanse Instituut voor Sociologisch Onderzoek blijkt dat 42 procent van de Spanjaarden vindt dat corruptie na de werkloosheid het grootste probleem is in hun land. Begrijpelijk gezien er in 2014 1.700 strafzaken wegens corruptie liepen en dit de Spaanse staat jaarlijks 40 miljard euro kost.

De groei zet door...

Maar goed: vanaf de onverwachte winst bij de Europese verkiezingen gaat het dus snel met Podemos. De gevestigde politici proberen de partij en Iglesias in eerste instantie te negeren, maar al snel blijkt dat er geen houden meer aan is. Belangrijke speerpunten van de partij zijn een basissalaris van 650 per maand voor alle inwoners en een beperking van de vrijemarkteconomie.

Pablo Iglesias van Podemos. Foto: Jose Lius Cuesta / HH
Pablo Iglesias van Podemos. Foto: Kiko Huesca / ANP

Iglesias en de meeste andere partijleden zijn niet ouder dan veertig en daarmee een stuk jonger dan de gevestigde Spaanse politici. Veel Podemosleden maken actief deel uit van de protestbeweging 15M. Alleen al hierdoor wekken ze de interesse van de vele Spaanse jongeren die, zoals López, tot dan toe weinig met de Spaanse politiek ophadden.

Maar niet alleen jonge Spanjaarden voelen zich aangetrokken tot de ideeën van de politieke nieuwkomer. ‘Podemos bedrijft politiek van onderaf en niet van boven,’ zegt de partij er zelf over. Zo organiseert de partij zich in ‘cirkels,’ groepen burgers die op lokaal niveau de beslissingen nemen. Ook belooft Podemos een einde te maken aan de belastingvoordelen voor grote multinationals en de corruptie in het land.

Dat er in de herfst van 2014 weer een serie corruptieschandalen aan het licht komt, waarbij politici van zowel regeringspartij PP als oppositiepartij PSOE betrokken zijn, komt Podemos natuurlijk goed uit. Hoe groot de aanhang voor Iglesias is, wordt op 31 januari duidelijk tijdens de ‘Mars voor de verandering.’ Tienduizenden Spanjaarden komen vanuit alle hoeken van het land naar de hoofdstad om hun steun aan Podemos te betuigen. Er heerst een sfeer van hoop en optimisme. Podemos is volgens de peilingen met 28 procent van de stemmen de grootste partij in Spanje. ‘Tic-tac,’ scandeert Pablo Iglesias om aan te geven dat het slechts een kwestie van tijd is totdat Podemos macht van de ‘Casta’ zal overnemen.

...maar dan komen de eerste tegenslagen

Tien maanden later blijkt dat Iglesias en zijn aanhangers te vroeg hebben gejuicht. Met een gepeilde 19 procent van de stemmen strijdt de partij nu om een derde plek. Twee weken geleden was Podemos met 17 procent zelfs de hekkensluiter. Dankzij de scherpe tong van Iglesias en zijn overtuigende optredens tijdens verschillende verkiezingsdebatten, maakt Podemos de laatste dagen een kleine comeback. Desondanks blijft het enorme succes van januari uit.

‘Podemos heeft zijn enorme succes van begin vorig jaar te danken aan de grote onvrede onder de Spanjaarden,’ zegt politicoloog en schrijver van Podemosboek Asaltar los Cielos erover. ‘De partij wist gehoor te geven aan de woede van veel Spanjaarden over de corruptie, de ongelijkheid in de samenleving en de harde bezuinigingsmaatregelen in de gezondheidszorg en het onderwijs. Dat werkte een tijd heel goed. Maar op een gegeven moment moet je als partij toch met concrete oplossingen komen. Daar slaagt Podemos minder in. Die oplossingen, zoals een basissalaris voor iedereen en het nationaliseren van bedrijven en banken, vonden veel kiezers te radicaal of simpelweg onrealistisch.’

‘Op een gegeven moment moet je als partij toch met concrete oplossingen komen. Daar slaagt Podemos minder in’

In de lente van afgelopen jaar ontstaan ook de eerste scheuren in het imago van Podemos. Juan Carlos Monedero, een van de grondleggers van Podemos, blijkt ook betrokken bij een belastingschandaal. Hij verdiende grote sommen geld met advieswerk aan onder andere de regering van Hugo Chávez zonder dit aan de belastingdienst op te geven.

Tegelijkertijd kampt de partij met grote interne verschillen. Een groep binnen de partij laat een steeds gematigder geluid horen, terwijl anderen dichter bij de meer radicale oorsprong van Podemos willen blijven. Als gevolg van het conflict stapt kopstuk Monedero uiteindelijk op.

Maar de grootste slag voor Podemos is de opkomst van de pro-Europese en liberale partij Ciudadanos. Deze partij, die al tien jaar bestaat en vooral aanhang had in Catalonië, groeide de afgelopen paar maanden uit tot de vierde partij van Spanje. Ze zegt noch links noch rechts te zijn en belooft een vrijemarkteconomie én een sociale politiek. Leider Albert Rivera is met zijn 36 jaar van dezelfde generatie als Pablo Iglesias en ook de overige leden zijn, net als bij Podemos, jong. En niet onbelangrijk: Rivera heeft (voor zover bekend) geen corrupt verleden en doet het als nog ‘onbesmette’ politicus dus goed bij de kiezer.

27 november: Albert Rivera (links) van Ciudadanos en Pablo Iglesias (rechts) van Podemos schudden elkaar de hand voor aanvang van een verkiezingsdebat. Foto: Emilio Naranjo / ANP
Albert Rivera van Ciudadanos. Foto: Alberto Estevez / ANP

Ciudadanos belooft verandering, maar is wél een stuk gematigder dan Podemos en wordt daarmee gezien als het rechtse alternatief voor de corrupte regeringspartij Partido Popular. Volgens de peilingen zou de Ciuadadanos op dit moment net zoveel of zelfs meer stemmen krijgen dan Podemos.

‘Podemos is door de opkomst van Ciudadanos veel kiezers uit het centrum kwijtgeraakt,’ zegt Torreblanca. ‘Ciudadanos staat ook voor verandering, maar is een stuk pragmatischer dan Podemos en hiermee een goed alternatief voor kiezers die de traditionele partijen zat zijn maar Podemos te radicaal vinden.’

Wat heeft de partij uiteindelijk opgeleverd?

Laura López werd het afgelopen jaar door een debat tussen Iglesias en Rivera aan het twijfelen gebracht. ‘Rivera zei daarin dat hij ook het liefst een basissalaris en een vervroegd pensioen voor iedereen wil, maar dat dat financieel gewoon niet haalbaar is. Hij kon dat heel goed onderbouwen met concrete cijfers en Iglesias had hier eigenlijk niks tegenin te brengen. Dat heeft mijn ogen geopend. Ik denk dat Iglesias gewoon niet kan waarmaken wat hij zegt.’ Toch twijfelt López nog steeds op wie ze moet stemmen. ‘Ik heb meer vertrouwen in Rivera, maar ik ben het op veel punten meer met Podemos eens.’

Pedro Sanchez van PSOE. Foto: Jose Jordan / ANP
Albert Rivera van Ciudadanos. Foto: Quique Garcia / ANP

In het Paleis van Vista Alegre in Madrid, waar Ciudadanos een week voor de verkiezingen campagne voert, klinkt een daverend applaus en gaan duizenden oranje vlaggen de lucht in als Albert Rivera het podium betreedt. Onder de aanhangers zijn veel voormalige Partido Popular-stemmers die genoeg hebben van de corruptie binnen de regeringspartij, maar ook linkse kiezers die ervan overtuigd zijn dat Ciudadanos de enige goede optie is voor Spanje.

‘Ciudadanos spreekt rechtse én linkse mensen aan,’ zegt José Luque (53). De Madrileen heeft een tijdje overwogen Podemos te stemmen. ‘Maar,’ zegt hij nu overtuigd, ‘wat Podemos belooft, kost alleen maar heel veel geld. ’

Naast hem houdt economiestudent Oscar Gómez (23) een vlag van de Europese Unie omhoog. ‘Ik geloof heel erg in één Europees Project,’ zegt hij. ‘Iglesias probeert de kloof tussen Zuid- en Noord-Europa alleen maar groter te maken en in Spanje komt Iglesias alleen op voor de armere klasse. Dit terwijl Ciudadanos mensen uit allerlei lagen van de samenleving wil verenigen. Dat vind ik mooi. Ik heb heel erg genoeg van die eeuwige tweestrijd tussen links en rechts.’

Dan voegt hij toe: ‘Maar ik ben Podemos heel dankbaar hoor. Iglesias heeft de Spaanse politiek opengebroken. Anders hadden we hier nu niet gestaan. ’

Hoe leeft de 25 procent van de Spanjaarden die werkloos is? Hoe is het dagelijks leven in een land waar meer dan een kwart van de bevolking geen werk heeft? Vandaag twee korte films: Gastcorrespondenten Lucia Salvador en Alla Shadrova berichten vanuit Barcelona en de Nederlandse makers Rosanne Kropman en Jasper Juinen maakten een gestileerd portret van een ‘Deurendorp.’ Kijk hier de twee films terug