In de aflevering van de MTV-serie Catfish (2012) werd het publiek voorgesteld aan college girl Sunny. Ze was hoogblond, zonnebankbruin en stapelverliefd. Via Facebook had ze sinds een paar maanden contact met Jamison, een fotomodel uit Los Angeles met een kaaklijn waarmee je glas kon snijden. Zijn berichten aan haar waren even dromerig als zijn foto’s – ‘You’re the perfect girl,’‘I love you,’ ‘I want you in my arms.’

Sunny en Jamison hadden elkaar nooit ontmoet, maar ze spraken over trouwen en kinderen. Toen Sunny de hulp inriep van MTV om een ontmoeting te regelen, zou blijken dat die er niet in zat. Met een cameraploeg belde zij aan bij de verpauperde woning van het succesvolle model. Een gezette, jonge vrouw met pluizig haar en een bezweet gezicht deed open. We zoeken Jamison, zei de presentator. De jonge vrouw aarzelde en antwoordde: ‘It’s me.’

De hoop, het bedrog, de onthulling. Dat is tot op de dag van vandaag de vaste succesformule van de serie Catfish, die nog steeds loopt. De afgelopen jaren zijn er meisjes voorbijgekomen die zich online voordoen als jongens, witten als zwarten, homo’s als hetero’s, kinderen als volwassenen, en al het omgekeerde. Af en toe blijkt de virtuele vriend te zijn wie hij beweert, maar meestal is de discrepantie schokkend.

Het levert kijkers een onweerstaanbare mengeling op van leedvermaak en verwondering over zo’n sterke zucht naar transformatie en zelfconstructie.

Met hun chaotisch vertelde levens verweeft Spiotta een Catfish-verhaal avant la lettre

Amerikaanse thema’s, die ook steeds terugkeren in het werk van de schrijfster Dana Spiotta (1966). Met haar vierde roman Innocents and Others is zij voor het eerst in het Nederlands vertaald. Spiotta werd in de Amerikaanse pers wel aangeduid als met een vagina,’ omdat haar werk, net als dat van DeLillo, graaft in de popcultuur en onderzoekt hoe media mensen veranderen.

Vermoorde onschuld, zoals de Nederlandse vertaling wat onhandig luidt, speelt zich voornamelijk af in de laatste twee decennia van de twintigste eeuw. De roman volgt twee vriendinnen, allebei filmmaker, in een montage van perspectieven. Meadow is een getalenteerde outcast met een obsessie voor moeilijke cinema en een genadeloze werkhouding, iemand die ‘de pijn van haar toewijding moet voelen.’ Haar vriendin Carrie leeft een gewoner leven, sticht een gezinnetje, en maakt romantische komedies die het goed doen bij het grote publiek.

Met hun chaotisch vertelde levens verweeft Spiotta een Catfish-verhaal avant la lettre. Jelly – naar ‘jelly donut’– is de bijnaam van de naar eigen oordeel onaantrekkelijke Amy. Onder een tweede schuilnaam, Nicole, vult ze haar dagen met het bellen van mannen uit Hollywood. Een van hen, de filmmuzikant Jack, raakt zo verliefd op haar mooie stem en haar buitengewone aandachtigheid, dat hij erop aandringt Nicole te ontmoeten. Zij houdt hem zoet door hem foto’s te sturen van een knappe kennis, maar de situatie wordt onhoudbaar.

Jaren later waart de mythe van Nicole nog steeds rond door Hollywood. Meadow heeft inmiddels lof én kritiek geoogst met compromisloze, experimentele documentaires. Wanneer ze hoort van Nicole, weet ze dat zij het onderwerp moet zijn voor haar nieuwe film. Het weinige plot dat de roman heeft komt te draaien om deze dubieuze film en het keerpunt dat hij wordt voor Meadows carrière.

Wat Meadow en haar onderwerp Nicole/Jelly/Amy met elkaar gemeen hebben, is een vergaande liefde voor het medium waarin ze zich het beste kunnen uitdrukken. Meadow is geobsedeerd door de raadsels die zich achter schijnbaar objectieve filmbeelden kunnen schuilhouden. Jelly, die slechtziend is, houdt van de veilige, ontlichaamde intimiteit van telefoneren. Ze zijn puristen en het gaat hun beiden om oprechtheid, maar beiden ervaren ook dat hun media die oprechtheid beperken – geen medium kan ooit een complete werkelijkheid weergeven; bedrog ligt altijd op de loer.

Dat is geen nieuw idee. Wie zijn kent, zal veel kant-en-klare mediatheorie kunnen destilleren uit Spiotta’s proza. Te veel. De preoccupatie van de roman met authenticiteit en met de onmogelijkheid van objectiviteit in een gemedieerde, gefragmenteerde wereld voelen een beetje oudbakken. (Ik zucht zelf ook terwijl ik deze zin opschrijf.)

Met de interessantere aspecten – de vroege opkomst van internet, de nostalgie naar oude media zoals telefoon en analoge film – laat Spiotta haar lezer dan weer een beetje aan zijn lot over. Alsof ze haar ideeën daarover nog niet zo op een rijtje heeft. Natuurlijk, een roman mag onderzoekend zijn en van de lezer mag ook iets verwacht worden, maar de rijkdom aan informatie, verwijzingen en associaties die Spiotta tentoonstelt, lijkt mij soms te ongesorteerd, de interne logica niet dwingend genoeg.

Specialer vond ik Vermoorde onschuld als een boek over de langdurige vriendschap tussen twee vrouwen, Meadow en Carrie. In een memorabele passage verschijnt Meadow te laat op de bruiloft van Carrie. Carrie verdedigt haar slordige vriendin tegenover haar man, maar onderhuids speelt een eeuwige concurrentiestrijd, persoonlijk en professioneel. Pijnlijk.

Meadow, die dunner is en vrijer. Carrie, die het wél lukt een relatie langer dan twee maanden te handhaven. Carrie, met haar commerciële succes. Meadow, met haar artistieke compromisloosheid.

Zo gaat dat met oude vriendschappen: ze maken dat je in een bepaald opzicht nooit helemaal aan je oude zelf kunt ontsnappen

De twee groeien uit elkaar over de jaren, nestelen zich in hun gekozen identiteit. Toch blijven ze elkaar op een unieke manier kennen en herkennen. Carrie – die minder geobsedeerd is door authenticiteit en er daarom beter in is – doorziet hoe Meadow zichzelf, net als haar films, voortdurend construeert. Zo gaat dat met oude vriendschappen: ze maken dat je in een bepaald opzicht nooit helemaal aan je oude zelf kunt ontsnappen. Dat wekt frustratie, maar ook geborgenheid.

Met de anatomie van zo’n oude vriendschap lijkt Vermoorde onschuld geïnteresseerd in wat buiten de versluiering van media valt, de plekken waar mensen het gevoel hebben zich niet anders voor te kunnen doen dan ze zijn. Of ze daar dan ‘echter’ zijn laat Spiotta in het midden. De catfish, Jelly, die minstens drie verschillende namen heeft, is misschien wel de echtste van allemaal.

Nieuwsgierig geworden? Dana Spiotta - Vermoorde Onschuld, uit het Engels vertaald door Wim Scherpenisse en Mieke Trouw,
Uitgeverij Hollands Diep. 272 pagina’s.
Vind hier meer informatie over Vermoorde onschuld

Meer over boeken:

Misschien heeft Europa wel betere leugens nodig In ‘Een unie van het eigen’ suggereert Joachim Pohlmann een cynische verklaring voor de afkeer van de Europese Unie. Zelf noemt hij zijn roman een update van ‘Het verdriet van Belgie’ - dat is wat te veel eer. Maar hij weet wel geloofwaardige personages te scheppen die de kwalen van Europa treffend verbeelden. Lees het verhaal van Tomas hier terug Wat je als schrijver allemaal moet doen om aandacht te krijgen voor je boek Hij lag er machteloos bij toen zijn eigen familie naast zijn bed besprak of het geen tijd werd om de stekker eruit te trekken. Hij kampte namelijk met een syndroom waarbij je lichaam in coma ligt, maar je geest niet. Daarover schreef hij een ontroerend boek. Maar wat klopt ervan? Lees het verhaal van Jair hier terug