#HollywoodSoWhite!

Die vatte de stemming rond de Oscaruitreiking begin dit jaar aardig samen, toen er voor het tweede achtereenvolgende jaar enkel witte acteurs waren genomineerd. En de afgelopen weken vloog de aanklacht opnieuw over het internet.

Wat is er aan de hand? Half april verscheen er van de aanstaande actiefilm Ghost in the Shell, een remake van de gelijknamige mangaklassieker, met witte superster Scarlett Johansson in de rol van een Japanse cyborg. Daarbij klonk het gerucht dat de filmmakers hadden overwogen Johansson met digitale effecten ‘een Aziatischer uiterlijk’ te geven. Boze filmfans begonnen met de titel ‘Stop Whitewashing Asian Characters!,’ die intussen ruim honderdduizend keer is ondertekend.

Wat is whitewashing precies? Volgens is er sprake van wanneer ‘witte acteurs worden gecast in rollen van personages die oorspronkelijk niet wit zijn.’ Ter illustratie biedt de site een lijst van zo’n tachtig films waarin dit is gebeurd.

Kort na de Ghost in the Shell-controverse was het weer raak, toen van de superheldenfilm Dr. Strange online werd gezet. Daarin speelt de witte actrice Tilda Swinton de rol van ‘The Ancient One’ – in de oorspronkelijke Marvelstrip een Tibetaanse man. Een groepje bekende Aziatische Amerikanen introduceerde daarop de die al snel massaal werd overgenomen.

Whitewashing, bepaald geen nieuw fenomeen

Even wat context: witte acteurs die niet-witte personages spelen is bepaald geen nieuw fenomeen. Tot de jaren zestig doken in Hollywoodfilms om de haverklap witte sterren op met een ‘blackface’ of ‘yellowface.’ Opvallend genoeg werd daar door gekleurde kijkers vaak nog positief op gereageerd want de filmindustrie was van oudsher door en door wit en op deze manier kregen films tenminste wat etnische diversiteit, was de redenering. Amerika was in die tijd nog zwaar gesegregeerd en Hollywood vormde geen uitzondering. Volgens de zogenoemde een lijst morele richtlijnen voor filmmakers die tot halverwege de jaren zestig werd gehanteerd, was het bijvoorbeeld verboden om ‘interraciale relaties’ te tonen.

Berucht is de rol van Mickey Rooney als maffe Japanse huisbaas in de klassieker Breakfast at Tiffany’s uit 1961 – een tijd waarin de publieke opinie duidelijk aan het verschuiven was. Werd Rooneys rol in nog omschreven als ‘broadly exotic,’ de recensent van had het over ‘een karikatuur die velen als kwetsend zullen ervaren.’

YouTube
Bekijk Mickey Rooney in de openingsscène van Breakfast at Tiffany’s.

Sindsdien is het expliciete gebruik van blackface en yellowface in Amerikaanse films sterk afgenomen. Maar zoals Ghost in the Shell en Dr. Strange bewijzen, is de Hollywoodgewoonte om ‘gekleurde rollen’ aan witte acteurs te geven daarmee allesbehalve verdwenen.

Hoe absurd dit gebruik eigenlijk is – hoezeer het vooroordelen in stand houdt, de geschiedenis verdraait en gekleurde acteurs benadeelt – wordt kort en krachtig geïllustreerd in dit geestige item uit het programma Last Week Tonight with John Oliver.

YouTube
Bekijk het item hier.

Hoe kan dit gebeuren in ‘progressief’ Hollywood?

De discussies rond #OscarsSoWhite en #whitewashedOUT staan natuurlijk niet op zichzelf. Begin dit jaar verscheen naar minderheden in Hollywood, waarin werd geconcludeerd: ‘De filmindustrie functioneert nog altijd als een heteroseksuele, witte mannenclub.’

Uit een analyse van 109 recente films bleken acteurs uit etnische minderheidsgroepen zo’n 26 procent van alle rollen (met tekst) te vertolken – terwijl die groepen in de VS bijna 40 procent van de bevolking vormen. En achter de camera bleek het gebrek aan kleur nog groter: ruim 87 procent van alle filmregisseurs was wit.

Vrouwen hebben het in Hollywood niet veel beter dan minderheden: ze vertolkten zo’n 28 procent van de rollen, en daarvan was bijna 80 procent jonger dan veertig jaar en ging meer dan een kwart uit de kleren. Het aantal vrouwelijke regisseurs? 3 procent. Dan nog die vormden 2 procent van alle filmpersonages.

Waarom discrimineert Hollywood zo? Dat vroeg komiek Chris Rock zich ook af tijdens zijn introductiepraatje bij de laatste Oscaruitreiking. Hij memoreerde een ontmoeting met president Barack Obama tijdens een galafeest. Rock had gewezen op alle Hollywoodprofessionals in de zaal en gezegd: ‘Ziet u al die mensen hier? Die huren nooit zwarten in. En dit zijn de aardigste witte mensen ter wereld. Het zijn allemaal liberals!’

YouTube
Bekijk de monoloog van Chris Rock.

Dat is inderdaad vreemd: Hollywood staat alom bekend als links bolwerk, vol sterren die zich uitspreken tegen milieuvervuiling, dierenleed en allerlei vormen van onderdrukking. Klopt dat beeld dan niet? Zijn die mensen stiekem allemaal racistisch, seksistisch en homofoob?

Een analyse van de die financiële transacties onderzoekt, bewijst dat het in Hollywood in ieder geval wemelt van de Democraten. In 2013 werden de politieke donaties bekeken van iedereen die dat jaar voor een Oscar was genomineerd. Wat bleek: van een totaalbedrag van ruim 3,6 miljoen dollar (sinds 1990) was slechts vierduizend dollar aan de Republikeinen geschonken (door regisseur Steven Spielberg, die daarnaast ook vele tonnen aan de Democraten gaf).

Maar dat is natuurlijk maar één kant van het verhaal. Uiteindelijk maken al die progressieve creatievelingen niet de grote, zakelijke beslissingen in Hollywood; dat doen de studiobazen. Die hebben zich verenigd in de Motion Picture Association of America (MPAA), een organisatie die – zo meldt vakblad – wél sterke banden heeft met de Republikeinen en bovendien steeds meer geld doneert aan rechtse clubs, onder meer om piraterij tegen te gaan.

Dit toont aan dat er een kloof gaapt tussen degenen die over de inhoud van films gaan en degenen die het geld beheren. Een kloof die vermoedelijk steeds groter wordt, omdat de financiële risico’s voor studio’s – door factoren als de crisis, piraterij en het verdwijnen van de dvd-markt – blijven toenemen.

Adam McKay, regisseur van de maatschappijkritische komedie zei het eerder dit jaar in met The Washington Post zo: ‘Hollywood progressief? Laat me niet lachen. Ja, in Hollywood zelf vind je natuurlijk veel kunstenaars en die neigen in het algemeen wat meer naar links. Maar moet je zien wie de studio’s bezitten: Viacom, Comcast, Disney. Die willen geld verdienen, de rest interesseert ze niks.’

Ligt het probleem dan bij de studiobazen?

McKay is niet de enige filmmaker die wijst op de pragmatische aard van de geldschieters in Hollywood. Toen regisseur Ridley Scott kritiek kreeg omdat hij geen gekleurde acteurs had gecast in de Bijbelfilm Exodus: Gods and Kings (2014), die zich in het oude Egypte afspeelt, hij zich met het argument dat een film met zo’n budget nu eenmaal afhankelijk is van gearriveerde filmsterren: ‘Als ik zeg dat mijn hoofdrolspeler Mohammed zus-en-zo is, uit dit of dat land, krijg ik zo’n film nooit gefinancierd.’

Hoever de macht van de geldschieters reikt, bleek onlangs ook uit met regisseur Shane Black, die opbiechtte dat de mannelijke schurk in zijn superheldenfilm Iron Man 3 in het oorspronkelijke scenario een vrouw was. ‘Maar toen kregen we bericht [van de zakelijke afdeling van filmstudio Marvel, RdG] dat dit absoluut moest veranderen, omdat onderzoek had uitgewezen dat de speelgoedversie van dat personage als vrouw minder goed zou verkopen.’

Je krijgt de indruk dat veel filmmakers in een spagaat zitten: ze willen zelf misschien wel meer diversiteit, maar hun opdrachtgevers hebben heel andere prioriteiten. Intussen worden die geldschieters zelf nooit geïnterviewd over nieuwe films, dus zijn het altijd de makers die zich moeten verantwoorden voor controversiële keuzes.

Dat kan ongemakkelijke situaties opleveren, zoals het recente radio-interview met C. Robert Cargill, co-scenarist van Dr. Strange, die werd gevraagd waarom ze die Tibetaan uit de strip in de film hadden witgewassen. Cargill noemde het personage een ‘culturele landmijn’ en legde stamelend uit dat een figuur uit Tibet heel moeilijk zou liggen in China, een van de grootste filmmarkten

In de media werd woest gereageerd, onder meer door Tibetaanse prominenten. Cargill dat hij enkel had gespeculeerd en niet namens zijn opdrachtgevers had gesproken. Maar zijn uitleg zou goed kunnen kloppen: het is geen geheim dat Walt Disney – eigenaar van Marvel, dat Dr. Strange uitbrengt – zijn zinnen heeft gezet op China, waar de box-office-cijfers die van de VS binnenkort naar verwachting zullen overstijgen. Volgende maand wordt Disneyland Shanghai geopend.

Of is het onze eigen schuld?

Hollywoodscenarist Max Landis introduceerde nog een andere kijk op de zaak. Als reactie op de controverse rond de casting van Scarlett Johansson in Ghost in the Shell zette hij een inmiddels veelbesproken filmpje op YouTube met de titel: ‘If You’re Mad About Ghost In The Shell You Don’t Know How The Movie Industry Works.

YouTube
Bekijk het filmpje van Max Landis.

Landis (die zelf niet bij de film betrokken is) zegt ongeveer hetzelfde als Ridley Scott: een blockbuster kan alleen gefinancierd worden met een superster in de hoofdrol, en er zijn nu eenmaal nauwelijks gekleurde supersterren. Vervolgens beweert hij echter dat dit niet de schuld is van de filmmakers, de studio’s of zelfs de filmindustrie, maar van ‘de cultuur.’ Van het Amerikaanse publiek dus, dat zeer beperkte voorkeuren zou hebben. Als de Amerikaanse cultuur celebrity’s van Aziatische afkomst had voortgebracht, redeneert Landis, had Scarlett Johansson zich geen zwart bobje hoeven aanmeten.

Zit daar iets in? Is het Amerikaanse publiek racistisch en wordt dat slechts door Hollywood weerspiegeld?

‘Afro-Amerikaanse acteurs trekken in het buitenland geen publiek’

Wie de afgelopen jaren weleens een krant heeft gelezen, zal de VS anno 2016 niet afschilderen als een vrolijke culturele smeltkroes. Kijk maar eens op Twitter nadat er een trailer wordt gelanceerd met een prominent zwart personage – rond The Hunger Games, Star Wars VII en de remake van The Wiz regende het racistische reacties.

En volgens sommige experts is het niet-Amerikaanse filmpubliek geen haar beter. Filmmaker Gavin Polone schrijft op de site ‘Afro-Amerikaanse acteurs trekken in het buitenland geen publiek. Met uitzondering van Will Smith en Denzel Washington, maar dan alleen in een actiefilm of thriller. Ik heb vaker dan eens van een studio gehoord dat ik geen zwarte hoofdpersoon voor een film mocht kiezen omdat de internationale opbrengst dan omlaag zou gaan.’

Toch valt er genoeg op Landis’ theorie af te dingen. Hoe kan een cultuur bijvoorbeeld gekleurde celebrity’s voortbrengen als die nooit eens een grote filmrol aangeboden krijgen? En hoe verklaar je dat enkele van de grootste sterren in de popindustrie wél gekleurd zijn?

Dan nog wat 52 procent van het Amerikaanse bioscooppubliek bestaat uit vrouwen, 25 procent uit latino’s, en een meerderheid van de regelmatige bioscoopbezoekers is gekleurd. Zouden al die groepen echt het liefst naar witte mannen kijken?

Het is een systematisch probleem

Ik bekeek onlangs That Sugar Film, een documentaire over de suikerindustrie (nu te zien in de bioscoop). Op zeker moment wordt daarin ingezoomd op een gebied in de staat Kentucky waar hele dorpen verslingerd zijn aan Mountain Dew, een Pepsivariant die per liter zo’n 34 suikerklontjes bevat. Veel bewoners kampen met een zogenoemde ‘Mountain Dew Mouth’ – een mond vol verrotte tanden.

De vraag is wie daarvoor verantwoordelijk is. De fabrikant, die het drankje opzettelijk zo verslavend mogelijk maakt maar de gevaren ontkent? De winkelier, die het spul blijft inkopen en goedkoop aanbiedt, ook aan klanten met een rot gebit? Of toch gewoon de gebruiker, die zich maar beter zou moeten laten informeren en meer wilskracht zou moeten tonen?

Volgens mij heeft het Mountain Dew-probleem in Kentucky veel raakvlakken met het diversiteitsprobleem in Hollywood. Beide bestaan binnen een miljardenindustrie die volgens de wetten van de markt naar behoren functioneert, maar waarin allang geen gedeelde moraal of ideologie meer bestaat. De systemen zijn zo complex geworden dat problemen met gemak op anderen kunnen worden afgeschoven.

‘Hollywood moet veranderen!’ roept het filmpubliek. ‘Het is niet onze schuld, maar die van de studio’s!’ roepen filmmakers. ‘Wij geven het publiek gewoon wat het wil!’ roepen de studiobazen.

Wie heeft er gelijk? Iedereen natuurlijk. Maar intussen draait de machine ongewijzigd verder.

Is er nog hoop?

Daarmee is niet gezegd dat verandering is uitgesloten. Het huidige protest heeft nu al enkele merkbare effecten. Allereerst: het publiek wordt wakker. Veel kijkers die Scarlett Johansson als Japanse ooit klakkeloos zouden hebben geaccepteerd, zullen dankzij de mediaonrust oplettender worden. Mogelijk zullen ze dergelijke films in de toekomst zelfs links laten liggen – het is speculatief, maar er worden al verbanden gelegd tussen gevallen van en

Daarnaast kan ook Hollywood zelf niet meer om de discussie heen. De makers van omstreden witwasfilms als Aloha, Gods of Egypt en Dr. Strange hebben al publiekelijk excuses aangeboden en beterschap beloofd. Zulke makers zullen steeds meer druk voelen zich aan hun woord te houden en kritischer worden richting hun opdrachtgevers. Bovendien zijn er steeds meer prominente organisaties – zoals de Academy (van de Oscars) en het Directors Guild of America – die concrete stappen zetten om meer diversiteit te bereiken.

Maar uiteindelijk zal Hollywood toch vooral in de portemonnee moeten worden geraakt. En volgens van de Universiteit van Californië gebeurt dat eigenlijk al. Films met veel diversiteit in de cast zouden inmiddels meer bezoekers trekken dan producties met louter witte sterren. De studio’s moeten hun theorieën gaan bijstellen, beweren de onderzoekers: discriminatie is niet meer winstgevend, maar leidt tot geldverlies. ‘Money is being left on the table.’

Als dat klopt en Hollywood z’n kapitalistische hart blijft volgen, móet er op den duur dus wel iets veranderen. Dat is misschien niet de inspirerendste conclusie (laat de happy ends maar aan Amerikaanse filmmakers over), maar het is beter dan niks.

Lees ook:

Vijf actuele inzichten van een medicijnman uit de Amazone Het veelgeprezen Colombiaanse drama El abrazo de la serpiente (sinds donderdag in de bioscoop) is niet de eerste film die kritisch terugblikt op de kolonisatie van Zuid-Amerika. Uniek is wel dat nu eens niet de westerling centraal staat, maar iemand uit de inheemse bevolking. Wat heeft deze medicijnman uit de Amazone ons te zeggen? Lees het verhaal hier terug Voor het Amerika van Quentin Tarantino is er weinig hoop (als het om racisme gaat) Quentin Tarantino zegt Amerika met zijn nieuwe film The Hateful Eight een spiegel voor te willen houden. Wat heeft de regisseur dan te melden over het racisme dat zijn land teistert? Noot: dit stuk bevat enkele kleine spoilers. Lees het verhaal hier terug Het is tijd voor een conclusie: witte onschuld is een illusie Het ‘kleine’ Nederland heeft er eeuwenlang een imposant imperialistisch rijk op nagehouden. Toch heeft het dat nooit echt willen weten. Dat heeft grote gevolgen voor de huidige racismediscussie: we blijven vergeten, ontwijken en ontkennen. Tijd voor een einde aan dat imperialisme. Vandaag in het Politiek Lexicon van socioloog Willem Schinkel: ‘witte onschuld.’ Lees het verhaal van Gloria Wekker hier terug