Er lopen in sportschool Fight Club in Den Bosch flink wat mannen en jongens rond met het logo op de achterkant van hun zwarte T-shirt: de kop van een vechthond en een thaibokser. Dit pand op een industrieterrein is hun sportschool; zij zijn de organisatoren van de gevechten van vandaag.

Entree: 12,50 euro. Binnen, achter de bar van de kantine, zijn twee dames druk in de weer met koffie en broodjes. De koffie wordt geschonken in plastic bekertjes. Op de koeling staan twee samuraizwaarden.

De zaal zelf, waar normaal wordt getraind, staat nu vol met klapstoelen. Er schalt harde Hollandse housemuziek uit de speakers. Het is hier pas net open, en nog rustig. Kinderen spelen tussen de stoeltjes. De jongste vechter vandaag is een meisje. Ze is zeven.

De jongste vechter vandaag is een meisje. Ze is zeven

Er komen meer ouders met kinderen binnen. Onder de vaders veel brede mannen met opgeschoren haar en tatoeages, maar ook Marokkaans- en Turks-Nederlandse vaders in overhemd. Sommige moeders dragen strakke kleding en veel make-up, andere een hoofddoek. De kinderen - meer jongens dan meisjes - sjouwen met grote sporttassen en dragen T-shirts van verschillende teams en sportscholen. Veel vaders dragen hetzelfde shirt als hun kind.

De mannen knikken naar elkaar. Sommige vaders en trainers omhelzen elkaar. De kinderen lopen door, de zaal in, waar ook de kleedkamers zijn. Blote benen onder hun glanzende thaiboksbroekjes.

Er wordt gelachen, maar er hangt ook een zekere onrust in de lucht: pas op de dag zelf krijgen de vechters te horen wie hun tegenstander zal zijn. In enkele gevallen weten ze het al, omdat er maar één tegenstander is die in aanmerking komt. Een lange Marokkaans-Nederlandse jongen begroet een vriend en zegt, met een grijns: ‘Jij moet tegen zo’n neger, man!’ Waarop hij meteen door zijn trainer tot de orde wordt geroepen en mee moet naar de kleedkamer.

Roxanne (7), de jongste deelnemer, wordt gekeurd door de arts. Foto: Adrie Mouthaan

Voor thaiboksen ben je niet snel te jong

Muay Thai heet de sport waar het vandaag allemaal om draait. Thais voor: ‘de kunst van de acht ledematen.’ In Thailand is het een nationale sport. Jongetjes, met name uit arme milieus, worden vaak aangemoedigd om ermee te beginnen. Niet alleen is het voor de ouders een zaak van trots en eer, er is ook geld mee te verdienen. Als je kind echt talent blijkt te hebben, kan het met prijzengeld zijn familie onderhouden. Al is er ook een schaduwkant. Het vechten van kinderen gaat vaak gepaard met illegaal gokken en andere schimmige zaken.

Jayden maakt zich klaar voor de wedstrijd. Foto: Adrie Mouthaan

Hier in Den Bosch lijkt van dat soort praktijken geen sprake. Gala’s als dit worden georganiseerd door sportscholen. Ze profileren zichzelf en geven hun vechters de kans om zichzelf te bewijzen. Ook de jonkies.

Een vrouw komt binnen, met aan haar hand twee jongens. ‘Ilona,’ stelt ze zichzelf voor. Haar zoontjes: Jayden en Jordy, acht en elf. Ilona - een knappe vrouw, grote oorbellen, opgemaakt - oogt wat onrustig. Allebei haar zoontjes gaan vandaag vechten, en dan helpt ze ook nog mee achter de bar.

Jayden, blond stekeltjeshaar, diamantknopjes in zijn oren, het shirt van Team Beekwilder-Noudri met de vechthond en de bokser erop. Hij schudt me de hand en blijft braaf staan, schijnbaar ontspannen, terwijl zijn moeder vertelt. De voornaamste reden dat ze nerveus is: Jaydens tegenstander heeft zich ziek gemeld. Nu moet Jayden tegen iemand anders, en die is veel beter dan zijn aanvankelijke tegenstander.

Toen duidelijk werd dat Jaydens aanvankelijke tegenstander zich had ziek gemeld, mocht hij zich van zijn moeder terugtrekken. Maar dat wilde hij niet. ‘Ben je dan niet bang?’ vraag ik. Jayden schudt zijn hoofd en tilt licht zijn schouders op. ‘Ik ga gewoon vechten.’ Ilona legt haar arm om hem heen, trekt hem wat dichter naar zich toe.

Jordy tijdens de wedstrijd. Foto’s: Adrie Mouthaan

Ze wíllen dit gewoon, zegt mama Ilona

Is er een kans dat Jayden hier met hersenschade vandaan loopt? Een Thais ziekenhuis deed laatst naar dertien van dit soort vechters, jonger dan zestien jaar. Uit dat kleine onderzoek kwam dat de vechters allerlei afwijkingen hadden, evenals een haperend geheugen. De hersenschade leek op de hersenschade na een auto-ongeluk. Maar die bevindingen gaan in Nederland niet op. De kinderen in Thailand vechten zonder hoofdbescherming. Hier dragen ze helmen. Daar slaan en schoppen ze naar het hoofd. Hier mag dat niet.

‘Voor blessures ben ik eigenlijk nooit bang,’ zegt Ilona. ‘Het zijn nog maar kleintjes hè.’

‘Voor blessures ben ik eigenlijk nooit bang,’ zegt Ilona. ‘Het zijn nog maar kleintjes hè. Zo hard gaat het er nog niet aan toe.’

Ze zou het vooral sneu voor Jayden vinden als hij vandaag verliest. Dit is hun vaste sportschool en er komt familie kijken. Maar wat als hij deze sport blijft beoefenen? Wat als hij vanaf nu regelmatig de ring in gaat, op een zeker moment ook zonder helm, en er veel harder geslagen en geschopt zal worden, ook op het hoofd?

Ze kijkt even naast me, naar een plekje op de muur.

‘Weet je,’ zegt ze. ‘De jongens groeien op in deze sport. Ze groeien erin mee. En tijdens de trainingen horen ze hele tijd: dekking hoog, dekking hoog.’ Maar iemand moet verliezen, zeg ik. Je kunt niet altijd winnen. En als je verliest, kan dat nu eenmaal gepaard gaan met een knock-out. ‘Maar bij andere sporten loop je ook een risico,’ zegt Ilona. ‘En ze wíllen dit gewoon. Liever hier dan op straat, toch? Als ze niet kunnen trainen, worden ze chagrijnig. We hebben op zolder een bokszak hangen. Ze trainen vier tot vijf keer in de week, maar dan nóg gaan ze daar vaak stoom afblazen.’

Deelnemer aan het kickboksgala tijdens een gevecht. Foto: Adrie Mouthaan

Kinderhoofden zijn teer, dus regels zijn welkom

Nee, zo heftig als in Thailand gaat het er hier niet aan toe. Of nou ja, als het goed is. Want concrete regels zijn er niet in Nederland. Er zijn veel verschillende bonden, en in principe kunnen die allemaal hun eigen beleid en regels aanhouden. Daar komt wel langzaam verandering in. Een aantal prominenten uit de vechtsport is, op verzoek van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, een alliantie aangegaan met het NOC*NSF.

In september komt deze de Vechtsport Autoriteit, met een voorstel tot regulering. In de conceptversie staat: onder de zeventien jaar geen trappen en stoten tegen het hoofd. De regel is mede voortgekomen uit medische studies waaruit blijkt dat hersenen die nog in ontwikkeling zijn veel kwetsbaarder zijn dan volgroeide hersenen. Andere voorstellen: dat je pas scheidsrechter mag zijn als je een certificaat hebt en dat er bij wedstrijden EHBO aanwezig moet zijn.

‘De handhaving van die regels laten we grotendeels aan de gemeente over,’ vertelt Hans van Egdom - een van de voorzitters van het NOC*NSF - als ik hem daar een paar dagen eerder naar vraag. ‘Wij adviseren gemeenten alleen vergunningen af te geven aan organisatoren en bonden die onze richtlijnen bij hun evenementen hanteren. Een keurmerk, dus. De gemeenten kunnen daar dan zelf op controleren. En de Vechtsport Autoriteit kan steekproeven doen.’

Inmiddels worden Van Egdom en de zijnen al vaak gebeld door gemeenten die willen weten hoe het zit met de richtlijnen. Ook zijn er gemeenten die helemaal geen vergunningen meer afgeven tot de Vechtsport Autoriteit de richtlijnen in september bekrachtigt.

Jordy deelt een hoge trap uit tijdens de wedstrijd. Foto: Adrie Mouthaan

Jayden vecht niet, hij slaat alleen terug

Terug naar de wedstrijd.

Jayden lijkt zich te vervelen. ‘Wat als je nou ruzie hebt op school of in de wijk?,’ vraag ik aan hem. ‘Is dat niet gevaarlijk? Sla je dan niet meteen veel te hard?’

Hij schudt zijn hoofd. ‘Ik vecht nooit. Als iemand me slaat, ja, dan sla ik terug. Maar ik begin er nooit mee.’

Jayden vecht vandaag zijn vijfde partij. Hij werd al eens al is dat volgens Ilona in het geval van deze kinderen ook niet zo héél bijzonder. Je kunt het al worden als je één keer vecht, mits het maar tegen de juiste is. Vechters van deze leeftijd zijn dun gezaaid, dus je kunt zomaar tegen de kampioen van één bepaalde bond komen te staan, en die dan verslaan. Ook broertje Jordy - ook kort blond haar, ook diamantknopjes - werd al eens kampioen.

‘Heb je nog ergens last van?’ Eén jongetje zegt: ‘Ja, ADHD’

In een kamertje naast de kantine worden alle vechters om beurten gewogen. Aan de hand van hun gewicht, leeftijd en ervaring krijgen ze een tegenstander toegewezen. Een arts doet een klein onderzoek, controleert hun gehoor. Allemaal krijgen ze de vraag: ‘Heb je nog ergens last van?’ Eén jongetje zegt: ‘Ja, ADHD.’

Drukte in de kantine. Een man met ‘Security’ op zijn jas en een oortje staat de hand van een jongetje in te zwachtelen. Er heerst opwinding om het schema dat zojuist is uitgeprint. Iedereen wil weten tegen wie hij of zij moet vechten. Trainer Jordy Beekwilder vraagt aan een kind: ‘Wil jij twee keer vechten vandaag? We hebben een uitvaller.’

Kinderen trappen warm tegen stootkussens. Hun ouders kijken toe, licht verveeld. De geur van Thaise massageolie. In de zaal staat een vrouw met een hoofddoekje het haar van Selina te vlechten; een mooi, bijna prinsesachtig meisje van acht jaar oud, in een roze Muay Thai-broekje. Ze vecht haar eerste partij en is nerveus, zegt ze. Ze krijgt boxer braids, vlechten die strak naar achteren liggen. De ring in met lang, loshangend haar vecht niet lekker.

De coach geeft aanwijzingen tijdens de wedstrijd. Foto: Adrie Mouthaan

Klappen op het hoofd, daar ontkom je niet aan

Dan dimmen de grote lichten en gaan de spots aan. Stralen rood en blauw doorkruisen de duisternis. De muziek gaat harder. Het begint.

Iedere partij bestaat uit drie rondes van één minuut. Handschoenen aan, scheenbeschermers om, een helm op. Er wordt een lange lijst met partijen afgewerkt. Bij iedere partij komen de vechters en hun teams van twee verschillende kanten, uit de rode of de blauwe hoek.

De kinderen, vooral de kleintjes, vechten fel en ogenschijnlijk zonder veel controle. De regel dat het hoofd niet mag worden geraakt, blijkt maar moeilijk te handhaven; het gaat zo snel en ongecontroleerd dat de vechtertjes ook aldoor elkaars gezichten raken. De scheidsrechter lijkt er alleen wat van te zeggen als hij het idee heeft dat het opzettelijk gebeurt. De klappen lijken niet hard te zijn. De handschoenen zijn dik. En de vechtertjes dragen een helm. Maar toch.

Als alles gaat zoals gepland, moeten scheidsrechters in de toekomst een papiertje behalen. Dan zullen ze, zo hoopt de Autoriteit, nog beter letten op klappen en stoten naar het hoofd. Dan zal iemand van de beveiliging geen dubbelrol als assistent-trainer meer hebben en de handen van vechters zwachtelen. Dan zal er wellicht iemand van de gemeente aanwezig zijn om te kijken of alles wel gebeurt zoals afgesproken. Dat alles maakt het misschien wat zakelijker, maar ook overzichtelijker, en vooral professioneler.

Teleurstelling bij zowel Jordy als Jayden. Foto’s: Adrie Mouthaan

En dan is het tijd voor Jordy

Jordy staat ondertussen gespannen in de kleedkamer. Hij ziet pips en stoot warm op de handen van een trainer. Ik zie de zenuwen, de lichte paniek in zijn ogen. Op de dag van een partij krijgt hij geen hap door de keel.

Zijn trainer loopt met hem naar de ring. Jordy groet de jury met een kleine buiging. Als de partij is begonnen, staat hij al snel tegen de touwen. Zijn tegenstander bepaalt het tempo, geeft de meeste stoten en trappen. Na een voorwaartse trap zakt Jordy even door zijn knieën. Hij verliest. Met tranen in zijn ogen loopt hij naar de kleedkamer, waar hij op een bankje gaat zitten.

Hij trekt zijn knieën op, slaat zijn armen eromheen.

Ilona houdt hem vast, kust hem op zijn hoofd. De rest van de partijen hoeft hij niet meer te zien. Hij gaat naar huis. De volgende dag krijg ik van Ilona een appje. Het gaat goed met hem, zegt ze. Hij is hard aan het trainen voor de volgende partij.

Al onze verhalen over o.a. media, maatschappij en beeldvorming in je mail ontvangen? Je kunt je hier inschrijven voor onze maatschappij & hiphopnieuwsbrief. We versturen hem om de week, met elke keer een overzicht van al onze eigen producties, plus een overzicht van de mooiste verhalen en video’s uit andere media. Schrijf je hier in

Lees ook:

Zo haal je (mogelijke) criminelen van de straat. En krijg je ze er weer op Wat is het verband tussen kickboksscholen in probleemwijken en criminaliteit? En hoe moet je daar als maatschappij mee omgaan? Niemand weet dat beter dan voormalig kickboksschooleigenaar Yahya Mokhtari. Met hem en zijn jongens kijk ik terug. Van zachte armen blijkt niemand gecharmeerd op straat. Lees het verhaal van Henk hier terug Theo Maassen vindt deze vechtsport maar vulgair. Tijd om hem van het tegendeel te overtuigen Vriend en cabaretier Theo Maassen heeft maar weinig op met vechtsport: We laten kinderen niet neuken. Ik vind dat ook voor vechten gelden. Ik denk daar anders over en neem hem mee naar een fight night. Overtuig ik hem, of overtuigt hij mij? Lees het verhaal van Henk hier terug