Ruud Lubbers, de dominante politieke leider van de jaren tachtig, was overrompelend en geruststellend tegelijk. Hij hield lang iets van de jonge zakenman die de klus voor de vastgelopen Nederlandse economie ging klaren omdat iemand het moest doen.

Hij had altijd dat vleugje Kennedy, charismatisch zondagskind in de politiek, maar zonder de door historici geschreven vergezichten. Hij voelde dat Nederland geen grootse en meeslepende leiders verdraagt. Maar hij was ruim vijftien jaar heer en meester op het Binnenhof.

Het begon bijna achteloos. Op zijn 34ste werd hij minister van Economische Zaken onder premier Joop den Uyl. De afgedwongen door het Arabische oliekartel als dwangmiddel in de Jom Kipoeroorlog dwong hem benzinedistributie en de

De Club van Rome, een internationale groep wetenschappers, had al in 1972 Dat besef drong pas tot Nederland door toen de afhankelijkheid van Arabische olie voelbaar werd. Den Uyl zei in een historische tv-toespraak: ‘Zo bezien, keert de wereld van voor de oliecrisis niet terug.’ Voor de als vooruitstrevend zakenman bekendstaande Lubbers leek het logisch.

Hij zou zich anders ontwikkelen. Grillig. Ongrijpbaar. Geestverwant ook met Ronald Reagan en Margaret Thatcher. Steeds in nauw overleg met werkgevers en werknemers. Belichaming van het compromis.

De man zonder werkwoorden

In de jaren dat hij fractievoorzitter van het CDA in de Tweede Kamer was (tussen 1978 en 1982) ging ik als politiek redacteur van NRC Handelsblad af en toe bij hem langs voor een achtergrondgesprek.

Foto: Koen Suyk / ANP

De oud-minister van Economische Zaken ontving me altijd hartelijk en vóór we zaten ontvouwde hij plannen voor een dynamischer Nederland. Hij sprak zo snel en geestdriftig dat ik bijna geen aantekeningen kon maken. Het zou toch geen geschreven vraaggesprek worden. Opgetogen verliet ik de CDA-vleugel van het Kamergebouw.

Terug aan mijn bureau wilde ik snel de diamantjes noteren die Ruud Lubbers me had overhandigd. Een wervend woord, een wenkend perspectief, mijn blocnote leek wel een omgevallen letterbak. Er kwamen geen complete zinnen terug. Werkwoorden sloeg Lubbers sowieso over, tenzij het niet anders kon.

Tijdgenoten die zijn spontane toespraken hadden beluisterd waren vaak begeesterd. Nederland zou weer gaan draaien. Weg uit de malaise van hoge werkloosheid en onhoudbaar oplopende sociale kosten. Bij lezing van de tekst achteraf merkten de meesten: er stond nauwelijks een doorlopend betoog.

Ruud Lubbers sprak ‘blubbers,’ schreef ik destijds in een licht wanhopig commentaartje. Maar hij wist wel wat hij wilde. En daarmee kon hij het zijn partijgenoot premier Dries van Agt in de Kamer knap lastig maken. Dat wilde Van Agt de dag van Lubbers’ overlijden in wel even gezegd hebben. Het bezuinigingsplan van het kabinet-Van Agt/Wiegel strandde op het verzet van het eigen CDA.

De premier die elke vakminister versloeg

Was die bevlogen wolligheid van Ruud Lubbers een product van zijn schooltijd bij de jezuïeten in Nijmegen, of onderdeel van zijn intuïtieve overtuiging dat alleen langs deze weg de tegenstellingen in dit land van minderheden waren te overbruggen? Waarschijnlijk allebei.

In de dat hij als minister-president het land leidde, was hij de stuurman en de loods van het Binnenhof. In de drie kabinetten die hij leidde kon hij bij vrijwel ieder probleem de vakminister verslaan. Hij zag drie oplossingen voordat de ander zich van de relevante feiten meester had gemaakt. Zijn ‘zal ik even meedenken’ was legendarisch en gevreesd.

Foto: Hans Steinmeier / ANP

Ruud Lubbers wordt vaak genoemd als de premier die met het Nederland de weg van herstel en ongekende welvaart wees. Bezuinigen op ambtenarensalarissen, daar waagt niemand zich sindsdien meer aan. Een jarenlange is het maximum dat opvolgers aandurfden.

De inperking van de begin jaren negentig, wordt meestal op rekening van Wim Kok geschreven, PvdA-leider en minister van Financiën. Kok kreeg er grote moeilijkheden mee in zijn eigen partij, maar het was wel het derde kabinet-Lubbers dat er werk van maakte.

De geestverwant van Thatcher en Reagan

Ruud Lubbers was koning van de polder, zolang het kon. Maar ook een geestverwant van de Amerikaanse president en de Britse premier die de overheid niet zagen als oplosser maar veroorzaker van problemen. Toen ik haar in 1983 op Downing Street interviewde, sprak Margaret Thatcher in warme termen over ‘my dear friend Rud.

Ruud Lubbers en Margareth Thatcher, 1983. Foto: Ruud Hoff / ANP

Hij portretteerde zichzelf altijd als zakelijk kijkende, betrekkelijk on-ideologische probleemoplosser met sociaal gevoel. Maar hij is, als je nu de geschiedenis overziet, ook wegbereider geweest van het sindsdien dominante idee dat de overheid alleen als het niet anders kán publieke taken moet uitoefenen. Een echte visie op de rechtsstaat en de rol die de overheid wel moet vervullen in een parlementaire democratie, had hij eigenlijk niet.

Lubbers is wegbereider geweest van het idee dat de overheid alleen als het niet anders kán publieke taken moet uitoefenen

De overheid en het maatschappelijk middenveld als hoeders van het algemeen belang slonken sinds Lubbers’ ‘hersteljaren.’ Achteraf gezien een wonderlijke missie voor een CDA-premier. De twee paarse kabinetten zonder het CDA en latere kabinetten vervolmaakten de gedachte dat wat resteert van de overheid het best kan worden geleid als bedrijf.

Het was de tijdgeest, ook elders in de westelijke wereld. Met zijn depolitiserende politiek, met nadruk op financiële gezondmaking van de overheidsfinanciën, steunde hij die tijdgeest zonder er broodnodige kanttekeningen bij te plaatsen. Dat ging hij pas later doen nadat hij het Binnenhof had verlaten, met achterlating van een eerst spectaculair gegroeid en uiteindelijk gehavend CDA.

Foto: ANP

Der Macher was uiteindelijk een staatsman die, zoals veel onbetwistbare leiders, te laat inzag dat zijn tijd voorbij was. Het overkwam zijn tijdgenoten Helmut Kohl, de man van de Duitse eenwording. Het gebeurde met Margaret Thatcher, de kruideniersdochter die Groot-Brittannië uit het moeras van de uit de hand gelopen verzorgingsstaat trok en doorschoot richting neoliberaal gokhuis.

Ruud Lubbers deed na zijn premierschap een ongelukkige gooi naar het voorzitterschap van de Europese Commissie – maar Kohl had hem zijn magere steun voor de Duitse hereniging niet vergeven. En Washington gunde hem niet de post van secretaris-generaal van de NAVO. In beide gevallen waren buitenlandse collega’s minder betoverd door het lubberiaanse praten en denken dan Nederland dat was geweest.

Foto: Ed Oudenaarden / ANP

Zijn wel tot stand gekomen benoeming als Hoge Commissaris voor de Vluchtelingen in Genève, begin deze eeuw, eindigde vroegtijdig na een hem hardnekkig achtervolgende #metoo-klacht avant la lettre. Het lot van vluchtelingen bleef hij bepleiten tot het eind van zijn dagen.

Lubbers’ latere pleidooien voor meer en sneller overschakelen op duurzaam beleid kunnen worden uitgelegd als een duidelijke bekering,

Hoeveel vrienden hij uiteindelijk had weet ik niet. Zij waren er zeker. De drie oud-premiers Van Agt, Kok en Balkenende spraken alle drie in gradaties met meer verstandelijke dan emotionele bewondering over hun grote collega. Het hartelijkst was misschien nog koning Willem-Alexander, ongetwijfeld mede namens zijn moeder.

De man die Nederland heeft geleid van ontzuiling naar individualisering, van katholiek naar commercieel, gaat een plek krijgen in de vaderlandse geschiedenis als een aardige, een aardse maar toch ook wel tragische held.

Meer lezen?

Den Haag zorgt voor meer vertraging dan de NS en ProRail bij elkaar Vandaag is het Verantwoordingsdag in de Tweede Kamer. Ik schreef mijn eigen verantwoording: over hoe de Nederlandse politiek de NS al jaren als een staatsvijand behandelt. De parlementaire enquêtecommissie over het Fyradebacle doet daar aan mee met een vrij nutteloos rapport. Want verantwoording blijft uit. Lees mijn verhaal hier terug Waarom een sneeuwbui het hele spoor platlegt. Dertig jaar marktwerking in Nederland Marktwerking leek me het saaiste onderwerp ooit. Toch zou ik uiteindelijk zeven jaar beschrijven hoe dat de post, de zorg, de kinderopvang en meer publieke sectoren veranderde. En: waarom hierdoor ’s winters de treinen zo vaak vaststaan. Lees het verhaal van Sander hier terug