Woensdagnacht tegen tweeën waren de onderhandelaars eruit. De volgende ochtend stonden Europarlementariërs Agnes Jongerius en Elisabeth Morin-Chartier, Eurocommissaris Marianne Thyssen en de Bulgaarse vice-minister van Sociale Zaken Zornitsa Roussinova stralend op een rij.
Op hun borst droegen de vier vrouwen een martenitsa. Die rood-witte poppetjes geven Bulgaren elkaar cadeau op 1 maart. Ze symboliseren de overgang van de winter naar de lente.
De boodschap: het voorjaar is aangebroken voor een sociaal Europa. Want de vier hadden een belangrijk akkoord bereikt over de Europese regels voor gedetacheerde werknemers.
Een voorstel voor een eerlijkere arbeidsmarkt in Europa
In de lente van 2016 deed Thyssen, de Belgische Eurocommissaris van Werkgelegenheid en Sociale Zaken, haar voorstel voor een ‘eerlijkere Europese arbeidsmarkt.’ De bedoeling was een einde te maken aan de praktijk dat lokale werknemers hun baan verliezen door de komst van onderbetaalde arbeidskrachten uit armere EU-landen.
Twee jaar geleden nam ik mij voor Agnes Jongerius - vanuit het Parlement een van de twee rapporteurs over het wetsvoorstel - gedurende het hele onderhandelingstraject te volgen.
‘Het is een van de weinige kansen Europa een sociaal gezicht te geven,’ zei ze toen. Als vakbondsvrouw had ze de pijnlijke verhalen gehoord van chauffeurs en lassers die werk waren kwijtgeraakt aan werknemers uit Oost-Europese landen, die op hun beurt weer werden uitgebuit. Daar wilde Jongerius wat aan doen. Is dat nu gelukt?
Hoe Jongerius een paar succesjes boekte
De lange onderhandelingen waren een heuse processie van Echternach. Maar half oktober wist Jongerius in het Europees Parlement dan toch een meerderheid te vinden voor een aantal door haar fel begeerde aanscherpingen van het Commissievoorstel.
Niet al haar verlangens waren ingelost. Als het aan haar had gelegen, was de maximale duur van detachering tot zes maanden beperkt. Als iemand langer bleef, moest hij gewoon in lokale dienst komen, vond Jongerius. En diende de werkgever dus ook op de plek van het werk sociale premies te betalen, in plaats van in het land van herkomst. Maar daar was Elisabeth Morin-Chartier, haar collega-rapporteur van de Europese Volkspartij, de grootste fractie in het parlement, niet voor te porren.
Maar: Jongerius was er wel mooi in geslaagd een meerderheid te vinden voor het koppelen van de regels voor detachering aan bepalingen uit het Europees Verdrag over fundamentele sociale rechten.
Grote winst, vond ze. Want pogingen om bij het Europees Hof van Justitie oneerlijke concurrentie en uitbuiting op de arbeidsmarkt aan te klagen, liepen tot nu toe bijna altijd stuk. De rechters kunnen die zaken alleen beoordelen in het licht van de Europese regels over het vrije verkeer van werknemers en diensten, niet van sociale rechten.
Het was gelukt het mantra ‘gelijk loon voor gelijk werk op dezelfde plaats’ beter in te vullen
Ook was het gelukt het door Thyssen gebezigde mantra ‘gelijk loon voor gelijk werk op dezelfde plaats’ beter in te vullen. Bijvoorbeeld door aan te geven dat een gedetacheerde Pool ook voor werk in het weekend, in de nacht of in ploegendiensten dezelfde toeslagen moet krijgen als de lokale werknemer.
Jongerius was ook in haar nopjes met de uitbreiding van de passage over collectieve arbeidsovereenkomsten. Volgens de oude regels heeft een gedetacheerde werknemer van elders recht op het lokale minimumloon, niet op het cao-loon. Dat was tot nu toe een belangrijke reden waarom het voor bedrijven goedkoper was met gedetacheerde werknemers te werken: die hoefde je immers geen cao-loon te betalen.
Om daar verandering in aan te brengen, stelde de Commissie voor dat gedetacheerde werknemers aanspraak kunnen maken op ‘algemeen toepasbare collectieve arbeidsovereenkomsten.‘ Maar dat ‘algemeen toepasbaar’ wilde het Europees Parlement eruit. Uitgezonden werknemers moeten immers altijd, ook in het geval van cao’s die alleen gelden voor een bepaalde industrie of regio, recht hebben op een gelijk loon.
Gemengde gevoelens over de Raad
Maar in de Europese democratie heeft het parlement niet het laatste woord. De tweede wetgever is de Raad, samengesteld uit de ministers van alle EU-landen.
Die bereikten op 23 oktober 2017 overeenstemming. Een feit dat we wel even mochten vieren, vond Jongerius. Want vlak nadat Thyssen haar wetsvoorstel had gelanceerd in het voorjaar van 2016, hadden elf landen nog een gele kaart getrokken, daarmeee aangevend dat de EU zich nu met zaken ging bemoeien waar ze met haar tengels vanaf moest blijven.
Vooral Oost-Europese landen zagen in de voorgestelde regels pogingen de West-Europese arbeidsmarkt voor hun werknemers af te schermen. Dat een ruime meerderheid zich nu toch achter de plannen schaarde, was dus een klein mirakel.
Maar verder was het wel even slikken. Want die verwijzing naar fundamentele sociale rechten waar Jongerius in het Parlement zo voor had gevochten, stond niet in de tekst van de Raad. De toepasbaarheid van alle cao’s evenmin. En al die aanscherpingen van wat we onder ‘gelijk loon’ moeten verstaan, waren in de tekst van de Raad ook niet te vinden.
De trialoog: verloren...
En toen startte de trialoog, de onderhandelingen tussen Parlement, Commissie en Raad.
De ochtend voor de laatste onderhandelingen op woensdag 28 februari zit ik bij Jongerius op de kamer. Een akkoord hangt in de lucht.
Op haar bureau ligt de lange lijst van onderhandelingspunten. Elke keer een stukje tekst uit het wetsvoorstel van de Europese Commissie met daarachter hoe dat stukje volgens het Parlement eruit moet zien, hoe de Raad het wil formuleren en ten slotte de compromistekst waarover iedereen het eens is, als die er al is.
Wat Jongerius niet heeft binnengehaald, is de koppeling van de regels voor detachering aan fundamentele sociale rechten.
‘De weerstand van de Raad en ook de Commissie is heel groot,’ legt ze uit. ‘Ze sturen allemaal juristen op ons af. Die zeggen dat het niet kan.’
Want een rechtstreekse verwijzing naar sociale rechten zou de deur openen voor landen om hun arbeidsmarkt af te schermen. Zoals Frankrijk dat wil met de Clause Molière, de wet die zegt dat op Franse bouwplaatsen alleen Frans gesproken mag worden.
De redenering van Frankrijk: het is een gevaar voor mensen als ze de veiligheidsinstructies niet goed begrijpen. Zo kun je onder het mom van bescherming van de werknemers protectionistische maatregelen invoeren, vreest de Commissie.
...en gewonnen
Die strijd mag Jongerius verloren hebben, ze heeft er wel wisselgeld voor gekregen. In het begin van de tekst komt nu een formulering dat de detacheringsrichtlijn de bescherming van werknemers beoogt. Ook staat er in dat vakbonden alle rechten hebben op te komen voor de belangen van gedetacheerde werknemers.
‘Daarmee ben ik er bijna, niet helemaal,’ zegt Jongerius. ‘Mijn juridische adviseurs zeggen dat de kans op foute uitspraken van het Europese Hof – fout in de zin dat alle bescherming wordt opgevat als belemmering van de vrije markt – met deze bepalingen gering is.’
Opgetogen is ze over het feit dat ze heeft binnengehaald dat alle cao’s ook voor gedetacheerde werknemers gelden.
Nog een lichtpunt: het aftrekken van reiskosten en kost en inwoning van het loon mag niet meer. ‘We hebben geregeld dat de kosten van de detachering door de werkgevers gedragen moeten worden,’ zegt ze tevreden.
‘De kosten van de detachering moeten door de werkgevers worden gedragen,’ zegt Jongerius tevreden
Ook is de termijn van detachering teruggebracht. Dat is vooral te danken aan de Franse president Emmanuel Macron. Die had tijdens zijn verkiezingscampagne een groot punt gemaakt van de verkorting ten opzichte van de vierentwintig maanden uit het Commissievoorstel. Hij wilde laten zien dat de Fransen voor de bescherming van hun kwetsbare werknemers beter bij hem dan bij Marine Le Pen terechtkunnen.
In de Raad waren ze op twaalf maanden uitgekomen, met een mogelijke verlenging van zes. Maar de aanvraag van die verlenging was een kwestie van een briefje opsturen. Dus eigenlijk was het achttien maanden. Om de eer van de Franse president niet te krenken, was die formulering van twaalf plus zes gekozen. En die is in de trialoog overeind gebleven. ‘Dan kan Macron de twaalf hardop zeggen en de zes fluisteren,’ becommentarieert Jongerius lachend.
Of Europa nu een beetje kleur op haar sociale gezicht heeft gekregen, vraag ik Jongerius de ochtend voor het akkoord wordt gesloten conform haar verwachtingen.
‘Dat denk ik wel,’ zegt ze. ‘En niet alleen in symbolische zin, maar ook in harde euro’s. Gedetacheerde werknemers hebben recht op alle cao’s. Er is geen geëikel meer met toeslagen voor kost en inwoning en reiskosten. Het is een concrete verbetering voor gedetacheerde werknemers en verkleint het gat op de werkplek. Hiervoor ben ik naar Brussel gekomen. En als het vanavond lukt, maak ik wel een klein vreugdedansje.’
Een akkoord met twee gezichten
De Bulgaren spelden een martenitsa op om het wispelturige moedertje maart gunstig te stemmen. Dat de onderhandelaars na het nachtelijke akkoord een dergelijk poppetje droegen, had wellicht ook een onbedoelde symboliek. Ook het akkoord heeft een regenachtige en een zonnige kant. Het is zoals veel Brussels beleid de uitkomst van eindeloos getouwtrek van alle kanten, zodat je ergens in het midden uitkomt.
Een scepticus zal erop wijzen dat de nieuwe regels geen einde zullen maken aan verdringing op de arbeidsmarkt. Want voor de werkgever is een gedetacheerde werknemer nog altijd goedkoper, aangezien hij in het land van herkomst minder sociale premies hoeft te betalen.
Een optimist zal zeggen dat vanaf nu uitbuiting van gedetacheerde arbeidskrachten niet meer mogelijk is en dat de kloof tussen uitgezonden en lokale werknemers flink is verkleind.
Dat zowel de koepel van Europese vakbonden als de Groene fractie in het Europees Parlement, normaliter toch twee kritische stemmen, achter het akkoord staan, is een teken dat de optimist het gelijk ditmaal aan zijn kant kan hebben. ‘Doorbraak voor sociaal Europa,’ jubelen de Groenen.
Succes heeft vele vaders. ‘Marianne Thyssen haalt slag thuis,’ kopte De Standaard. In oktober claimden de Fransen het akkoord in de Raad al als een ‘belangrijke politieke overwinning voor Macron.’
Maar ook Nederland kan met recht zeggen een duit in het zakje te hebben gedaan. Agnes Jongerius heeft ziel en zaligheid gegeven om eruit te halen wat erin zat.
Meer lezen?
Gelijk loon voor gelijk werk op dezelfde plek? De buit is nog niet binnen Hoera, de Europese Unie zorgt dat Poolse arbeiders niet meer voor een grijpstuiver en een bed op een slaapzaal in Nederland mogen werken. Dat succes werd deze week breed uitgemeten. Maar wat is er precies afgesproken? En is dat wel definitief? Uitbuiting van buitenlanders: een businessmodel dat Agnes Jongerius wil breken In de haven van Vlissingen zie ik de bittere realiteit van verdringing op de arbeidsmarkt. Zullen de nieuwe regels waar Agnes Jongerius in Brussel aan werkt daar iets aan veranderen? Oost-Europeanen willen helemaal niet evenveel verdienen als wij Werk eerlijker belonen, en niet via uitzendconstructies Oost-Europeanen onderbetalen in landen als Nederland. Dat is wat Agnes Jongerius wil - maar Oost-Europese politici blijken een heel ander idee te hebben van wat sociaal is. Waarom ik Agnes Jongerius maanden, zo niet jaren ga volgen (als het feest doorgaat tenminste) Vanuit het Europees Parlement mag Agnes Jongerius de onderhandelingen over het tegengaan van verdringing op de arbeidsmarkt leiden. Tenminste, als de Europese Commissie de gele kaart die Denemarken en een aantal Oost-Europese landen trokken negeert en haar wetsvoorstel niet intrekt. Een schets van wat er op het spel staat. Maximaal één Pool per twaalf vierkante meter Van alle kanten zwelt de kritiek op het vrije verkeer van werknemers in Europa aan. Want goedkope Polen, Bulgaren en Roemenen verdringen onze laagopgeleide mensen van de arbeidsmarkt en zorgen voor overlast in de wijken. Klopt dat? Een onderzoek naar feit en fictie in vijf stellingen.
Dit verhaal heb je gratis gelezen, maar het maken van dit verhaal kost tijd en geld. Steun ons en maak meer verhalen mogelijk voorbij de waan van de dag.
Al vanaf het begin worden we gefinancierd door onze leden en zijn we volledig advertentievrij en onafhankelijk. We maken diepgravende, verbindende en optimistische verhalen die inzicht geven in hoe de wereld werkt. Zodat je niet alleen begrijpt wat er gebeurt, maar ook waarom het gebeurt.
Juist nu in tijden van toenemende onzekerheid en wantrouwen is er grote behoefte aan verhalen die voorbij de waan van de dag gaan. Verhalen die verdieping en verbinding brengen. Verhalen niet gericht op het sensationele, maar op het fundamentele. Dankzij onze leden kunnen wij verhalen blijven maken voor zoveel mogelijk mensen. Word ook lid!