Spring naar inhoud

Het beste nieuwe woord voor mensen die minder of niet meer vliegen? ‘Planetariërs’

Althans, planetariër is onze persoonlijke favoriet om de groeiende groep mensen aan te duiden die vanwege de klimaatschade van de luchtvaart voortaan liever over land reist. We deden een oproep om deze groep een nieuwe naam te geven en jullie stuurden honderden suggesties.

We ontvingen variaties op bestaande woorden, zoals vliegetariër en vlieganist, en afgeleid van de frequent flyer: no-flyer en flexi-flyer.

Er waren suggesties om juist de veelvliegers een aparte naam te geven, zoals vluchtverslaafden, vliegbeesten, flyaholics, uitlaatgasten en sproeitoeristen.

En dan was er de categorie woorden die juist benadrukt wat geweigerd wordt: vliegverlater, vliegweigeraar, afstijger. Voor het hele fenomeen: de vluchtonthouding. En de hele groep: de njet set.

Maar de beste vonden wij dus de nieuwe, positieve benamingen die juist de nadruk legden op wat er wél nog mogelijk is als je minder gaat vliegen – en van welk bewustzijn dat getuigt. Zoals Parijsiger (iemand die z’n gedrag in lijn brengt met het klimaatakkoord van Parijs), terraïst, aardige, en dus planetariër.

Net als bij vegetariër en veganist is ook hier een overtreffende trap: planetist.

Planetariër werd voorgedragen door correspondent Karel Smouter en is breed toepasbaar voor iedereen die zich bewust probeert te zijn van de impact van zijn handelen op het klimaat en die impact probeert te verkleinen. Theatermaker Freek Vielen deed vast voor hoe de term gebruikt kan worden:

‘Ik probeer zoveel mogelijk planetariër te zijn, maar ja met die feestdagen voor de deur...’

Of: ‘Ik krijg het niet meer aan mezelf verkocht om in deze tijd géén planetariër te zijn.’

En in dialoog:

-‘Sinds ik echt planetariër ben voel ik me veel lekkerder in mijn vel zitten.’

-‘Maar je ziet het ook echt, ik dacht al er is iets anders aan je.’

Bekijk hier de honderden suggesties De aanleiding was dit verhaal: ‘Toen ik deze cijfers onder ogen zag, besloot ik veel minder te vliegen (en jij misschien ook)’