Zes cadeautips voor je designerbaby
Hoe is het?
Hier is er hoop en stress. Ik spreek binnenkort een zaal vol embryologen, gynaecologen, ivf-artsen en beleidsmakers toe. Één vraag preoccupeert mijn gedachtes: wat deze mensen te zeggen?
Laatst sprak ik op een maritiem event van ABN Amro. Dat was eenvoudiger. Mijn verhaal ging over seks in de zee. Mijn doel was om het containerschipwezen te herinneren aan het feit dat er ook van alles leeft in die grote bak water tussen de afzetmarkten in.
Maar de voortplantingsgeneeskunde is andere koek. Zeker gezien een Chinese millennial eind november meldde dat hij wat vrouwen zwanger maakte met genetisch gemanipuleerde embryo’s.
Zo kaapten designerbaby’s weer het embryodebat. Ik vind dat een doodsaaie discussie. Ik hoor nooit iets nieuws. Ik geloof niks van de designerbaby-dystopie. Ik ga dat niet voor een zaal staan herkauwen. Wat zouden jullie bovenstaand gezelschap eigenlijk willen zeggen?
Die oproep maakt al flink wat los. Een hoogleraar Kunst en Wetenschap zet zich af tegen het idee dat nieuwe technologie als een trein is, die alleen maar over ons heen kan razen – een beeld dat biotechnologen graag schetsen. En de voorzitter van Stichting Donorkind maakt zich zorgen over de latere ervaringen van ‘generaties kinderen die op alternatieve wijze zijn ontstaan’, over de druk die ze mogelijk ervaren als ze niet zijn wat besteld is. Hoe goed de bedoelingen van ouders ook zijn.
O, dennenboom
Vooralsnog blijft de effectiefste, zinvolste en moreel verantwoordste manier om je mensenkroost te tweaken toch echt: opvoeding.

En in het kader van niet-mensen, van de insecten-pr die veel te wensen overlaat (wat een probleem is), van de feestdagen, en van het feit dat volwassenen dan mogen walgen van 98 procent van alle dieren, maar de jeugd nog niet verloren is, verzamelde ik zes cadeautips ter bevordering van de liefde voor ongewervelden bij het nageslacht.
Een cadeaumaand was nog nooit zo urgent.
Het zijn drie schitterende prentenboeken, twee kleurboeken vol platen van zoöloog Ernst Haeckel, Koreaanse illustraties van vrolijk plankton en een reuzenpissenbedknuffel – waarvan de redactie er ook eentje adopteerde als mascotte, genaamd Sjenitzer (vernoemd door de beeldredactie).
Ook lezers kwamen met toffe tips. Zoals een setje om thuis minidegenkrabben mee te kweken, of een lidmaatschap van de Nederlandse Jeugdbond voor Natuurstudie.
Breaking news: Rob bij CNN
Gelukkig hebben we nu die pluizige pissenbed om te ontladen, want het is spannend op de redactie. Vier dagen resteren om een half miljoen euro op te halen voor de lancering van The Correspondent. Donaties stromen wel weer binnen sinds Jay Rosen een jaloersmakend vloeiende pitch hield bij The Daily Show en Rob Wijnberg bijzonder Amerikaans uit de hoek kwam deze zondag bij CNN. Knap.
Ik hoop erg dat het lukt. Het nut van een uitbreiding naar Engels taalgebied is voor een correspondent Niet-mens als ik – om er een grensoverstijgende term in te gooien – obvious. Geen betere manier om een groter deel van de mensenwereld te wijzen op het belang van de wereld buiten de mens. (Plus: dan mag ik van de baas naar het hoofdkwartier van The Dodo! In New York!)
Het campagneteam kwam met het idee om een Correspondent-nieuwsbusje te fotograferen op plekken waar je normaal geen nieuwsbusjes ziet, voor bij promotekstjes van individuele correspondenten zelf. Dus zag ik mijn kans schoon om een papegaaifoto aan ze te slijten en zo een uurtje te verblijven in de aanwezigheid van kaketoes. ❤️

Busstuk is vooral papegaaien-promo zo. Maar goed. Laatste loodjes! Geef om dit platform!!
Ergens de komende maanden wil ik een verhaal schrijven over convergente evolutie, taal, zangvogelonderzoek en papegaaien die de steden intrekken – zie busstuk. Meld je vooral als je hier iets van weet, of zit met een specifieke vraag in dit kader.
Toedels!