Het is onmogelijk die vraag in een paar zinnen te beantwoorden. Er zijn namelijk talloze manieren om een basisinkomen te financieren. Je kunt de inkomstenbelasting verhogen, een hele reeks aan aftrekposten afschaffen, op een grotere vermogensbelasting inzetten, delen van de huidige sociale zekerheid afschaffen - en noem maar op.
Linkse mensen zullen een financiering voorstellen die de ongelijkheid verkleint, terwijl rechtse mensen vaak voorstander zijn van een klein basisinkomen (in plaats van alle uitkeringen en toeslagen). Ook hier blijkt: hét basisinkomen bestaat niet.
Maar één ding is cruciaal: we moeten onderscheid maken tussen de netto en bruto kosten van het basisinkomen. Als de overheid - laten we zeggen - 10 miljoen mensen 10.000 euro per jaar geeft, dan zijn de bruto kosten natuurlijk astronomisch. Om precies te zijn: 100 miljard euro. Maar bedenk: veel mensen zullen een basisinkomen krijgen én evenveel aan belasting betalen om het te financieren. Het nettoeffect voor hen is dan nul. Hun koopkracht zal niet stijgen en ook niet dalen.
Als we willen weten wat het basisinkomen echt kost moeten we dus naar de nettokosten kijken. De vraag is dan: wie zal er aan het einde van de streep op vooruitgaan en wie erop achteruit? Hoeveel herverdeling zal er plaatsvinden?
Eén groep zal er in ieder geval op vooruit moeten gaan: alle mensen die nu nog onder de armoedegrens leven. In Nederland hebben we het dan over ongeveer 1,2 miljoen mensen.
Wat kost het om die armoede uit te roeien? Het Sociaal en Cultureel Planbureau heeft het uitgerekend: een dikke 2 miljard euro per jaar. Dat is ongeveer 0,3 procent van ons nationale inkomen. Ter vergelijking: Nederland geeft jaarlijks 4 miljard uit aan sigaretten en 94 miljard aan de zorg. Het uitroeien van de armoede is, kortom, vrij goedkoop.
Bovenop die 2 miljard zullen nog extra kosten komen, zodat diegenen die nu net boven de armoedegrens zitten hun basisinkomen niet helemaal hoeven terug te betalen in extra belastingen. Hoe hoog die extra kosten zijn, hangt af van hoe ver je de ongelijkheid in Nederland wil terugdringen. Daar zullen links en rechts het natuurlijk over oneens zijn.
Het is in theorie zelfs mogelijk om het basisinkomen te financieren op een manier waarbij de totale ongelijkheid groter wordt. De mensen in de (lagere) middenklasse zullen dan betalen voor hun eigen basisinkomen, maar ook voor het basisinkomen van de armen én de rijken. Dit is de reden waarom sommige mensen ter linkerzijde (bijvoorbeeld bij de SP) tegen het basisinkomen zijn: ze vrezen dat het idee zal worden gekaapt door rechts.
Tot slot: als we alle kosten op een rijtje hebben, zouden we ook nog naar de baten van het basisinkomen moeten kijken. Het is natuurlijk lastig om deze precies te voorspellen, maar er zijn goede redenen om aan te nemen dat de baten groot zullen zijn. Misschien wel groter dan de kosten.
Neem alleen de armoede onder kinderen: in de VS worden de kosten van kinderarmoede (in termen van een duurdere zorg, meer criminaliteit, lagere productiviteit en lagere belastingopbrengsten) op 4 procent van het nationaal inkomen geschat. In Engeland is het 3 procent en in Nieuw-Zeeland 4,5 procent. Er is in Nederland geen vergelijkbaar onderzoek gedaan, maar stel, we zetten de kosten van kinderarmoede in Nederland heel conservatief op 1 procent van het bbp. Dat is alsnog 6 miljard euro per jaar: drie keer zoveel als het uitroeien van de armoede hier zou kosten.