Deze week kreeg de eerste Nederlander die niet deelnam aan een klinische studie een vaccin tegen corona. Voor velen is dit reden tot optimisme. Het einde is in zicht, nog even volhouden en we zijn van alle beperkingen af. Volgens een recente peiling is driekwart van de Nederlanders bereid zich te laten vaccineren. Maar een deel van de mensen twijfelt of weigert. Hun voornaamste zorg: zijn deze nieuw ontwikkelde vaccins wel veilig?
Vandaar deze explainer: wat weten we over de veiligheid van de coronavaccins? Maar voor we in de voor- en nadelen van de coronavaccins duiken, eerst wat achtergrond.
Hoe werkt het coronavaccin?
Vooropgesteld: het coronavaccin bestaat niet. Er zijn op dit moment meer dan honderd verschillende vaccins in ontwikkeling, waarvan er 58 op mensen getest worden. In deze explainer beperk ik me tot de drie vaccins die het verst staan in het ontwikkelingstraject: die van Moderna, Pfizer/BioNtech en Astra Zeneca.
Het doel van een vaccin is altijd hetzelfde: een immuunreactie opwekken tegen een ziekteverwekker. Daardoor is je immuunsysteem voorbereid als het dit virus of deze bacterie nog een keer tegenkomt, en kan het die ziekteverwekker efficiënt bestrijden. Zo’n immuunreactie kan je opwekken door je lichaam met een stukje van het virus in te enten. Bij de coronavaccins die ik bespreek, is dat stukje steeds het zogenoemde spike-eiwit, de stekeltjes die zich aan de buitenkant van het coronavirus bevinden.
Zowel het Moderna- als het Pfizer/BioNTech-vaccin maakt gebruik van een nieuwe vaccintechnologie: mRNA
Het vaccin van AstraZeneca wekt deze initiële immuunreactie op op basis van een technologie die al eerder is gebruikt om vaccins te ontwikkelen. De onderzoekers namen een onschuldig virus en pasten het zo aan dat het het DNA van zo’n spike-eiwit bevat. Zodra dat onschuldige virus via een vaccinatie in het menselijk lichaam komt, zetten onze cellen het toegevoegde DNA om in het spike-eiwit, en schiet het immuunsysteem in actie.
Zowel het Moderna- als het Pfizer/BioNTech-vaccin maakt gebruik van een nieuwe vaccintechnologie: mRNA of messenger RNA. Dat is een molecuul die alomtegenwoordig is in je lichaam en die een belangrijke rol speelt in de omzetting van de genetische code van het DNA in jouw cellen naar eiwitten.
Bij de vaccins van Moderna en Pfizer/BioNTech wordt er geen onschuldig virus met extra DNA in je lichaam geïnjecteerd, zoals bij het AstraZeneca-vaccin, maar mRNA-moleculen die je cellen instrueren om het spike-eiwit aan te maken. Dat eiwit activeert vervolgens je immuunsysteem. Slim bedacht, maar ook weer niet zo nieuw als de meesten denken. Deze technologie wordt al enkele jaren gebruikt om kankerpatiënten te genezen.
Wat zijn de voordelen van vaccinatie?
Mensen die twijfelen om zich te laten vaccineren noemen daarvoor verschillende redenen: ze vragen zich af of het vaccin wel veilig en effectief is, en of er geen nare (of onbekende) bijwerkingen zijn. Maar voor ik dat bespreek, wil ik eerst dieper ingaan op de voordelen van zo’n inenting.
De vraag is niet of een vaccin totaal veilig is, wel of een vaccin veiliger is dan het alternatief: niet vaccineren. Je moet het risico op eventuele vervelende bijwerkingen dus afwegen tegen het risico als je je niet laat inenten: de kans dat je dan besmet raakt met covid-19 en ziek wordt of sterft.
Het risico dat je besmet raakt, is sterk afhankelijk van je gedrag. Hoe vaak kom je in contact met mensen die mogelijk besmet zijn? Behalve als je bereid bent je het komende jaar totaal af te zonderen, is het onmogelijk om dit risico totaal uit te sluiten.
Als je eenmaal besmet bent, is het risico om aan de ziekte te sterven, ook als je jong en gezond bent, niet nul. De infection fatality rate varieert volgens een recent literatuuroverzicht van 0,004 procent als 30-minner tot meer dan 25 procent als 85-plusser. Daarnaast houden sommige patiënten die covid hebben doorgemaakt nog maandenlang klachten.
Uit de eerste studies van de coronavaccins blijkt dat jouw risico om ziek te worden door je te laten inenten sterk daalt. Het Moderna-vaccin zorgt dat die kans met 94,5 procent daalt, bij het Pfizer/BioNtech-vaccin is dat 95 procent en door het vaccin van AstraZeneca heb je 70 procent minder kans om covid te krijgen. Hoe lang deze bescherming duurt, is nog onbekend.
Het gaat niet alleen over je eigen risico. Vaccineren doe je ook voor anderen.
Maar het gaat niet alleen over je eigen risico. Vaccineren doe je ook voor anderen.
Door je te laten vaccineren, verlicht je de druk op de ziekenhuizen. In de eerste golf verloren we in Nederland naar schatting vijftigduizend gezonde levensjaren, omdat mensen hun zorg noodgedwongen moesten uitstellen. Elk geval van een ernstige vorm van covid dat we door een vaccinatie kunnen voorkomen, zorgt ervoor dat er in de ziekenhuizen weer plaats is om andere mensen te behandelen.
En er is nog een voordeel. Als meer mensen zijn ingeënt, zullen minder mensen ziek worden of sterven aan corona, en kunnen de maatregelen worden afgebouwd. Zelfs al heb je zélf niet veel te winnen bij een vaccinatie, dan kan je het toch doen voor de ouderen en kwetsbaren, voor de eenzamen, de horeca- en cultuurmedewerkers en alle anderen die lijden onder de maatregelen.
Het is mogelijk – maar nog niet zeker – dat je door een vaccin niet alleen minder ziek wordt, maar ook minder besmettelijk. Dat zullen we binnenkort weten. Als dat het geval is zullen we, indien er voldoende mensen ingeënt zijn, de heilige graal bereiken: groepsimmuniteit. Dan kunnen echt alle beperkende maatregelen worden teruggedraaid.
Hoe zijn deze vaccins getest?
Zowel het vaccin van Pfizer/BioNtech, dat van Moderna als dat van AstraZeneca heeft de eerste drie fases van de klinische testen doorlopen. Daarin wordt de veiligheid en effectiviteit van de vaccins bepaald.
Het belangrijkst zijn de fase 3-studies, waaraan tienduizenden proefpersonen hebben meegedaan. Het AstraZeneca vaccin werd in fase 3 getest bij ruim 23.000 personen, het vaccin van Moderna bij meer dan 30.000 en dat van Pfizer/BioNTech bij meer dan 45.000 personen. De helft daarvan kreeg steeds het vaccin, de andere helft een placebo. Daarna werden de proefpersonen minstens twee maanden opgevolgd. Op basis daarvan kennen we de effectiviteit van de drie vaccins: voor het Moderna-vaccin is die 94,5 procent, voor het Pfizer/BioNtech-vaccin is dat 95 procent en het vaccin van AstraZeneca 70 procent.
De studies keken ook hoe veilig het vaccin is: hadden de ontvangers van het vaccin vaker last van bijwerkingen dan de personen in de placebogroep?
De onderzoeksresultaten voor deze drie vaccins zijn al overgedragen aan de gezondheidsautoriteiten, onafhankelijke organisaties die op basis van de onderzoeksdata beslissen of een vaccin of geneesmiddel op de markt mag komen of niet. Het Pfizer/BioNtech-vaccin werd al goedgekeurd door de Britse gezondheidsorganisatie MHRA, door de Amerikaanse Food and Drug Administration (FDA) en door het European Medicines Agency (EMA). Ook het vaccin van Moderna kreeg al goedkeuring van alle drie, en het vaccin van AstraZeneca kreeg groen licht van het MHRA. Op basis van hun analyses en van enkele uitgebreide wetenschappelijke publicaties over het vaccinonderzoek kunnen we al een goed zicht krijgen op de veiligheid van deze vaccins.
Wat weten we over de bijwerkingen?
Bij alle drie de vaccins had meer dan de helft van de proefpersonen last van milde bijwerkingen – lichte pijn op de plaats van injectie, vermoeidheid en hoofdpijn. Dat is verklaarbaar: deze coronavaccins zijn zogeheten reactogene vaccins die direct na inenting voor een fikse immuunreactie zorgen. Gelukkig gingen die bijwerkingen meestal snel over: de mediane duur van deze symptomen was één dag.
Ook matige bijwerkingen, bijwerkingen die tijdelijk invloed hebben op je normale functioneren, kwamen voor. Bij het Pfizer/BioNTech-vaccin had ongeveer een kwart van de proefpersonen zoveel last van hoofdpijn of vermoeidheid dat het tijdelijk invloed had op hun normale activiteiten. Ongeveer 10 procent kreeg last van diarree of spierpijn.
Ernstigere bijwerkingen – niet levensbedreigend maar wel voldoende om even uit de running te zijn – waren zeldzaam. Zo’n 5 procent van de proefpersonen die het Pfizer/BioNtech-vaccin kregen had last van ernstige hoofdpijn, bij Moderna was dat ongeveer 1 procent. Andere serieuze, vervelende maar niet levensbedreigende bijwerkingen (ernstige vormen van overgeven, diarree, spierpijn) kwamen bij minder dan 2 procent van de proefpersonen voor.
Het is, gezien de reactogeniteit van deze vaccins, misschien geen slecht idee om niet te veel plannen te maken op de dag dat je je vaccin krijgt. Maar je kan deze reacties van je lichaam ook positief bekijken. Alle bijwerkingen die ik net besprak zijn een teken dat je lichaam doet wat het moet doen als reactie op je vaccin: een immuunreactie opstarten.
Hoe zit het met ernstige bijwerkingen?
De meeste mensen maken zich geen zorgen over hoofdpijn of wat misselijkheid, maar wel over ernstige bijwerkingen – bijwerkingen waarmee je in het ziekenhuis belandt, waar je mogelijk maanden later nog steeds last van hebt, of waaraan je misschien zelfs kan sterven. Wat weten we daar al over?
Als je meerdere tienduizenden personen gedurende enkele maanden volgt, is de kans klein dat geen enkele daarvan ernstig ziek wordt. Voor elke ernstige ziekte tijdens een klinische studie moet je als onderzoeker dus proberen te bepalen of die al dan niet veroorzaakt werd door het vaccin. Dat is niet eenvoudig.
Als de ziekte niet vaker voorkomt bij de proefpersonen – aangenomen dat die een representatieve groep vormen – dan bij de rest van de bevolking, is er waarschijnlijk geen reden om je zorgen te maken. Hetzelfde geldt als die ziekte niet vaker voorkomt bij de gevaccineerde proefpersonen dan bij personen die een placebo kregen. Daarnaast moet je rekening houden met de biologische plausibiliteit: is er een mogelijk mechanisme denkbaar dat kan verklaren hoe een vaccinatie tot deze ziekte kan leiden?
Bij het Pfizer/BioNtech-vaccin werden deze analyses al uitgevoerd door de Amerikaanse Food and Drug Administration (FDA). Zij zagen slechts enkele mogelijke ernstige aandoeningen die verband kunnen houden met de vaccinatie. Eén proefpersoon ontwikkelde een hartritmestoornis, mogelijk als gevolg van het vaccin. Een persoon kreeg na de vaccinatie last van een ernstige schouderinfectie aan de kant waar hij was ingeënt. Ten slotte was er een proefpersoon die een aandoening aan zijn lymfeklieren ontwikkelde die volgens het FDA mogelijk veroorzaakt werd door het vaccin.
Al deze mogelijke bijwerkingen moeten verder onderzocht worden. Maar aangezien meer dan 18.000 proefpersonen ingeënt werden met dit vaccin, lijken op basis van de huidige data ernstige bijwerkingen erg zeldzaam. Drie ernstige ziektes op 18.000 ingeënte proefpersonen is een kans van 1 op 6.000. Ter vergelijking: de kans dat je in Nederland volgend jaar een ernstig of fataal verkeersongeval hebt, is ongeveer 7,5 keer groter.
Ook bij het vaccin van Moderna zijn er geen alarmsignalen
Ook bij het vaccin van Moderna zijn er momenteel nog geen alarmsignalen. Volgens de FDA zijn er maar enkele ernstige aandoeningen bij de proefpersonen die mogelijk door het vaccin veroorzaakt werden. Een persoon moest na inenting hardnekkig braken, een aandoening waarvoor geen andere verklaring gevonden werd. Twee proefpersonen ontwikkelden zwellingen op hun lippen. Beide proefpersonen hadden eerder hun lippen laten opspuiten, wat mogelijk in combinatie met het vaccin voor een ontstekingsreactie zorgde.
Het AstraZenaca-vaccin werd al toegediend aan meer dan tienduizend proefpersonen en ook daar was het aantal mogelijke ernstige bijwerkingen klein. Het meest verontrustend waren drie gevallen van transversale myelitis, een ontsteking van het ruggenmerg. Twee proefpersonen uit de gevaccineerde groep kregen hier last van en eentje uit de placebogroep. Na ontdekking daarvan besloot AstraZeneca de studie tijdelijk stop te zetten. Pas na verder onderzoek werd de studie weer opgestart. In hun bespreking in The Lancet concluderen de onderzoekers dat van de twee gevallen van transversale myelitis in de vaccingroep er één mogelijk door het vaccin veroorzaakt werd.
Kortom: bij alle drie de vaccins werden er tijdens de studies erg weinig ernstige bijwerkingen vastgesteld. En, ook belangrijk, deze vaccins werden niet alleen bij jonge gezonde personen getest, maar ook bij diegenen die het meeste risico lopen op ongewenste effecten: oudere personen en personen met onderliggende aandoeningen.
Als je naast het oordeel van het EMA en andere gezondheidsautoriteiten ook de analyse van andere onafhankelijke experts wil hebben, dan is dat mogelijk: het EMA heeft al laten weten dat ze voor de coronavaccins alle gegevens van de klinische studies zullen vrijgeven.
Zijn er verder nog onzekerheden?
Totale zekerheid heb je nooit. Op basis van de huidige studies bij enkele tientallen duizenden personen kan je extreem zeldzame bijwerkingen niet opsporen. Er bestaat een vuistregel waarmee je kan bepalen hoe goed je met een studie heel zeldzame bijwerkingen kan opsporen: the rule of three. Wil je 95 procent kans maken om een bijwerking op te sporen die bij een op de tienduizend personen voorkomt, dan heb je een studie van minstens dertigduizend proefpersonen nodig.
Het vaccin van AstraZeneca werd van de drie vaccins bij het kleinst aantal proefpersonen getest: twaalfduizend. Op basis van the rule of three kunnen we dus concluderen dat we voor dit vaccin 95 procent kans hebben om bijwerkingen op te sporen die bij een op de vierduizend proefpersonen voorkomen. Zeldzamere bijwerkingen glipten mogelijk nog door de mazen van het net.
Ook zijn er bepaalde groepen die niet hebben meegedaan met de studies: zwangere vrouwen en jongeren onder de 18 werden uitgesloten van deelname. Ook mensen met een achtergrond van allergische reacties op vaccinaties of op een van de bestanddelen van het vaccin werden niet meegenomen. Dat deze personen extra voorzichtig moeten zijn als ze ingeënt worden, bleek nadat enkele personen in het Verenigd Koninkrijk en in de VS inderdaad een allergische reactie ontwikkelden nadat ze het vaccin toegediend kregen. Gelukkig was dat zeldzaam: slechts 6 van de meer dan 270.000 personen die in de VS ingeënt werden, kregen er last van.
Normaal duurt het veel langer om een vaccin te ontwikkelen. Heeft die snelheid geen invloed op de veiligheid?
Deze vaccins werden inderdaad razendsnel ontwikkeld. Ter vergelijking: bij de vorige snelheidsrecordhouder, het vaccin tegen de bof, duurde het vier jaar voordat men de eerste personen kon inenten. Toch gaat deze snelheid niet noodzakelijk ten koste van de veiligheid. Zo ontdekten de producenten al heel snel verschillende mogelijke vaccinkandidaten omdat ze konden voortbouwen op het onderzoek naar SARS, het vorige coronavirus. Ook werd de tijd tussen de verschillende onderzoeksfases tot een minimum teruggebracht en begon men al dosissen van deze vaccins te produceren voordat ze officieel waren goedgekeurd door de gezondheidsautoriteiten.
Een parameter die wel invloed heeft op de veiligheid, is de duur van de opvolging van de gevaccineerde personen in de studies. Bij de drie vaccins die ik hier bespreek was die twee à drie maanden. Dat is veel korter dan normaal. Toch is ook zo’n korte opvolgingstijd voldoende om de meeste bijwerkingen op te sporen.
De veelvoorkomende bijwerkingen (hoofdpijn, vermoeidheid, lichte koorts) die het gevolg zijn van de immuunreactie die het vaccin opwekt, ontdek je al snel. Je immuunsysteem schiet in actie zodra het vaccin geïnjecteerd wordt en kan dus niet maanden later pas bijwerkingen veroorzaken. Ook van eventuele allergische reacties heb je last vlak nadat je het vaccin toegediend gekregen hebt. Allergische reacties kunnen zich geen maanden verstoppen in je lichaam om dan plots op te duiken.
Andere bijwerkingen laten wat langer op zich wachten. Een immuunsysteem is een duizelingwekkend complex beestje. Heel af en toe komt het voor dat het op tilt slaat en niet enkel de indringers aanvalt, maar ook gezonde cellen. Dat kan gebeuren na een infectie, maar ook na een vaccinatie. Uit een analyse van de immuunsysteemgerelateerde bijwerkingen van andere vaccins blijkt dat deze zich bijna altijd binnen zes weken na de toediening manifesteren.
Zo’n ontsporend immuunsysteem na een vaccinatie is gelukkig ook erg zeldzaam. Bepaalde griepvaccinaties geven je bijvoorbeeld iets meer kans op het Guillain-Barré syndroom, een aandoening waarbij je immuunsysteem jouw zenuwcellen aanvalt: één extra geval van dat syndroom per honderdduizend inentingen. En, ook belangrijk, de kans op dat syndroom is groter als je griep krijgt dan wanneer je je laat inenten tegen de griep.
De opvolgingsduur van de proefpersonen is dus kort, maar lang genoeg om het overgrote deel van de bijwerkingen op te sporen. Die studies stoppen ook niet na die opvolgingsduur van enkele maanden: de proefpersonen worden nog twee jaar lang opgevolgd. Als er in die periode nog ernstige bijwerkingen aan het licht komen, kan de goedkeuring alsnog worden ingetrokken.
En het gebruik van die nieuwe vaccintechnologie, heeft dat geen invloed op de veiligheid?
Zowel het Moderna- als het Pfizer/BioNTech-vaccin maken gebruik van een nieuwe vaccintechnologie: mRNA of messenger RNA – ik legde het hierboven al uit. In tegenstelling tot wat sommige antivaxers beweren is er geen enkele kans dat zo’n mRNA-molecuul jouw DNA aanpast. mRNA kan niet zomaar doordringen in de celkern en kan door je lichaam ook niet vertaald worden in DNA. Ten slotte is mRNA erg instabiel en wordt het al na enkele uren in je lichaam afgebroken. Kortom: al is mRNA een nieuwe methode om een vaccin toe te dienen, dat betekent niet dat de technologie een grotere kans op bijwerkingen geeft.
Straks worden miljoenen mensen ingeënt. Wordt er bijgehouden welke bijwerkingen er allemaal zijn?
Ja. Al is de kans dat we toch nog ernstige bijwerkingen ontdekken klein, ze is niet nul. En dus worden eventuele ongewenste effecten ook na de eerste inentingen zorgvuldig geregistreerd. In Nederland gebeurt dat door het onafhankelijk Bijwerkingencentrum Lareb. Als je vermoedt dat je last hebt van een bijwerking door het vaccin, kan je dat bij hen melden.
Lareb maakt deel uit van een samenwerkingsverband van bijwerkingencentra en universiteiten die bijwerkingen van de coronavaccins in Europa zullen opvolgen. Zij zullen zich moeten buigen over de vraag: bestaat er een verband tussen het vaccin en de gemelde bijwerkingen of niet?
Een persoon kan door veel oorzaken ziek worden. Bepalen of het aan het vaccin ligt, is dus moeilijk, maar niet onmogelijk.
Zo kan je kijken naar de timing: zat er bij al die mensen die een bepaalde bijwerking melden evenveel tijd tussen de prik en de eerste ziekteverschijnselen? Werd deze bijwerking al eerder gemeld bij andere vaccinaties? Is er een mogelijk mechanisme dat het ontstaan van deze bijwerking na een vaccinatie kan verklaren? Kunnen we andere oorzaken van deze symptomen uitsluiten? Wordt een bepaalde aandoening vaker gemeld dan je zou verwachten?
Door op zoek te gaan naar de antwoorden op al deze vragen hebben we nog geen totale zekerheid, maar kunnen we wel het onderscheid maken tussen ziektes die waarschijnlijk niet, en ziektes die mogelijk wel aan het vaccin te wijten zijn.
Naast deze analyse van de spontane meldingen van mogelijke bijwerkingen kan je ook cohortstudies uitvoeren. Daarbij wordt van een grote groep gevaccineerde personen gedurende lange tijd bijgehouden van welke aandoeningen zij last krijgen. Als een van die aandoeningen vaker voorkomt bij deze gevaccineerde personen dan bij de rest van de bevolking, kan je vermoeden dat deze aandoening door het vaccin veroorzaakt wordt.
In Nederland zal men zo per vaccin vijfduizend personen opvolgen. Die cohortstudie is een onderdeel van een grotere Europese studie waar in totaal meer dan dertigduizend ingeënte personen per vaccin opgevolgd zullen worden.
Concluderend: het risico van vaccineren is kleiner dan dat van niet vaccineren
Ondanks al dit onderzoek zullen we nooit helemaal zeker kunnen zijn dat de vaccins 100 procent veilig zijn. In de geneeskunde is nulrisico als Sinterklaas: leuk, maar jammer genoeg bestaat het niet. Op basis van de huidige kennis is het echter zeer onwaarschijnlijk dat het risico op bijwerkingen groter is dan het risico dat je loopt als je covid krijgt.
Met dank aan hoogleraar vaccinologie Cécile van Els, directeur van het Bijwerkingencentrum Lareb Agnes Kant en Menno van der Elst van het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen.
Update 9 januari 12:27: In een eerdere versie van dit stuk stonden cijfers over de percentages covid-patiënten die ernstig ziek worden en intensieve zorg nodig hebben. Die blijken verouderd en hebben we weggehaald. Zie de bijdrage van epidemioloog Jaime Borjas.
Lees verder
Waar is het optimisme over het coronavaccin op gebaseerd? Volgens minister De Jonge heeft Nederland ‘eind van de winter’ een vaccin tegen corona. China en Rusland zijn hun inwoners zelfs al aan het inenten met een nauwelijks getest middel. Maar de geschiedenis van de vaccinontwikkeling geeft ons weinig reden tot dit soort optimisme.Dit verhaal heb je gratis gelezen, maar het maken van dit verhaal kost tijd en geld. Steun ons en maak meer verhalen mogelijk voorbij de waan van de dag.
Al vanaf het begin worden we gefinancierd door onze leden en zijn we volledig advertentievrij en onafhankelijk. We maken diepgravende, verbindende en optimistische verhalen die inzicht geven in hoe de wereld werkt. Zodat je niet alleen begrijpt wat er gebeurt, maar ook waarom het gebeurt.
Juist nu in tijden van toenemende onzekerheid en wantrouwen is er grote behoefte aan verhalen die voorbij de waan van de dag gaan. Verhalen die verdieping en verbinding brengen. Verhalen niet gericht op het sensationele, maar op het fundamentele. Dankzij onze leden kunnen wij verhalen blijven maken voor zoveel mogelijk mensen. Word ook lid!