‘Denk je nog weleens aan mij?’ vraagt Eli Oscar Awad zachtjes. Hij kijkt recht in de camera. De datum van de opname staat linksonder in beeld: 8 augustus 2019.
Een harde overgang naar het volgende shot. Het is anderhalf jaar later. Eli zit op de bank in zijn woonkamer. Een ander brilmontuur, een baard, een iets voller gezicht. Een pluk haar hangt over zijn voorhoofd. ‘Ik heb weinig of geen gedachten of herinneringen aan jou die fijn voelen’, antwoordt hij aan zijn vroegere zelf. Hij slaat zijn ogen even neer. ‘Wees blij dat je nu met andere dingen bezig bent.’
De scène is afkomstig uit een korte documentaire over Eli en zijn band Bear Valour. Specifieker: over de zoektocht die de bandleden met elkaar aangingen nadat Eli in 2019 – in een volle zaal tijdens een show op festival Motel Mozaïque – zijn coming-out had als transgender man.
De Rotterdamse band had op dat moment al wat bescheiden successen geboekt: het winnen van de Grote Prijs van Rotterdam in 2014, een tour langs Franse en Belgische kastelen, de release van debuutalbum In October. Zet die plaat op, en vooral de samenzang valt direct op: van de zeven bandleden zijn er vier verantwoordelijk voor de vocalen. Hun dromerige folk leunt zwaar op de meerstemmige zanglijnen. Juist door die loepzuivere harmonieën krijgen de donkere teksten – vol liefdesverdriet, vertwijfeling en eenzaamheid – een fragiele kwetsbaarheid.
De show op Motel Mozaïque luidde een bijzondere, maar ook onzekere periode in – niet alleen voor Eli, maar voor heel Bear Valour. Vlak erna zou Eli beginnen met testosteroninjecties, die onder andere zijn stem zouden verlagen. Wat zou dat betekenen voor de sound van de band? Zou hij nadien überhaupt nog wel kunnen zingen?
Niemand die het ze kon vertellen. Maar vanaf het begin was duidelijk: de transitie van Eli betekende ook een transitie voor de hele groep.
Muziek als uitlaatklep
Eli (1987) groeide op in een strenggelovig gezin. Creativiteit werd aangemoedigd, maar alles moest wel in het teken van Jezus staan: ‘Alles werd in het vacuüm van religie getrokken. De tunerknop op mijn radio werd vastgelijmd, Nirvana luisteren mocht echt niet.’
Na de middelbare school ging Eli een paar maanden naar vrienden van zijn ouders in de Verenigde Staten – een examencadeau. ‘Daar kreeg ik een affaire met de vrouw van de voorganger van een gigantische kerk. Ik was vijftien, zij drieëntwintig. Dat is extreem uit de hand gelopen. Toen de gemeenschap erachter kwam, ben ik direct op het vliegtuig naar Nederland geprakt.’
Voor straf moest Eli daarna twee weken op zijn kamer blijven. Dat was het moment dat muziek maken zijn uitlaatklep werd – zijn zus had hem eerder een paar akkoorden op de gitaar geleerd. ‘Toen heb ik allemaal hele dramatische liedjes geschreven om het te verwerken’, lacht hij.
Niet lang daarna ging hij – ‘met gierende banden’ – op zichzelf wonen, boven een houtschuur in een klein dorpje op Goeree-Overflakkee. Daar leerde hij het gros van zijn toekomstige bandleden kennen. Eerst Linda (zang en keyboard), die destijds met Eli’s toenmalige vriendin in een schoolbandje zat. Daarna Sherida en Alisa (allebei zang), en Josha (gitaar). Bassist Eddie kwam er via een Facebook-advertentie bij; drummer Erwin sloot zich als laatste aan.
‘Een paar van de bandleden heb ik in het begin echt moeten smeken: kun je alsjeblieft meedoen, al is het maar één concert? En die zitten nu nog steeds in de band. Er is iets bijzonders aan deze groep. Iedereen die erbij zit, is echt familie.’
Zoeken naar een nieuw geluid
We ontmoeten de band op een zaterdagmiddag tijdens een repetitie. Alleen zangeres Alisa is er niet bij. De oefenruimte – verstopt op de tweede verdieping van een monumentaal schoolgebouw in Rotterdam-West – doet eerder denken aan een kleine concertzaal. Een laag podium en een flinke bar in de hoek, een aantal wiebelende caféstoelen en -tafels verspreid over de ruimte. De houten luiken van de hoge ramen staan open, de zon schijnt vol naar binnen.
Het is alweer een tijdje geleden dat de band elkaar voor het laatst gezien heeft; om de verandering van Eli’s stem wat tijd te geven, namen ze een break. Dat deze pauze deels samenviel met de pandemie kwam volgens hem goed uit. ‘Als je er twee jaar tussenuit gaat, maar andere bands blijven gewoon toeren… Ja, dan mis je gewoon de boot. Maar nu het is niet eens opgevallen dat we even weg geweest zijn.’
Wel nam de band aan het begin van Eli’s transitie een nieuwe EP op: Dover. De plaat beschrijft de zware reis naar Eli’s ware identiteit. Zo zingt hij op de track Moving:
De EP bevat voornamelijk nummers die Eli nog met zijn oude stem inzong. Alleen op Iron Heart, de laatste track van de plaat, klinkt zijn nieuwe stemgeluid. Of eigenlijk: nieuwere, want sinds de opnames is zijn stem alweer omlaaggegaan.
Dat kan snel gaan, vertelt hij: ‘Vorige week heb ik een shot testosteron gehad, en ik kan deze week alweer veel minder mooi zingen.’
Ook tijdens de repetitie van vandaag is het zoeken. De eerste doorloop van Dover, de melancholische titelsong van de nieuwe EP, eindigt vertwijfeld; de band past de toonhoogte aan aan Eli’s nieuwe register, maar het klinkt nog niet zoals het moet. ‘Bij de bridge lopen we echt tegen een muur aan’, verzucht Eli na het slotakkoord. ‘Dit liedje is zo laag nu, dat het monotoon wordt.’
Luister hier naar een fragment van de repetitie:
Eli verzet de capo op zijn gitaar en speelt zijn gitaarlijn anderhalve toon hoger. Linda en Sherida vallen in. ‘Veel krachtiger!’ roept Eli na zijn laatste uithaal.
Luister hier naar een fragment van de repetitie:
Maar nu moet de rest van de band ook hun instrumentale lijnen transponeren. Met name voor contrabassist Eddie is dat lastig. ‘Omdat hij geen capo kan gebruiken’, licht Eli toe.
‘Omdat hij dom is!’ valt Eddie hem gekscherend in de rede. Iedereen lacht.
Niemand wist wat er ging komen
Als we na de oefensessie op de mismatched caféstoelen bij elkaar zitten, vertelt de band over de onzekerheid die volgde op Eli’s stemverlaging. Drummer Erwin: ‘Niemand wist wat er ging komen.’
‘We hebben wel altijd gedacht dat we eruit zouden komen’, voegt gitarist Josha toe.
Ook Linda had er vertrouwen in. ‘Maar we konden amper iets opzoeken over hoe hormonen iemands zangstem beïnvloeden. Dus ik heb toch wel eens gedacht dat het óók mis kon gaan.’
Eli geeft toe dat hij zeker in het begin doodsbang was voor wat er zou gebeuren met zijn zangstem. ‘Een deel ben ik wel echt kwijt. Als ik nu luister naar ons eerdere werk, dan denk ik echt: o, shit. Zo zuiver en soepel! Ik kon met mijn oude stem de hele tijd wisselen, van mijn kopstem naar mijn normale stem, en dan een zuivere uithaal naar boven toe. Dat is allemaal weg.’
‘Ik mis mijn oude stem, maar het was gewoon geen keuze meer’
Linda: ‘Vooral de dynamiek, die hebben we nog niet terug.’
‘Maar qua energie is het er wel, in de nieuwe nummers’, zegt Eddie. ‘Ik vind het tof dat we nu toewerken naar een sound waarmee je op grotere podia kan spelen. Het is allemaal wat steviger, meer in your face.’
Eli: ‘Persoonlijk mis ik mijn oude stem, maar op een gegeven moment was het gewoon geen keuze meer. En ik verheugde me er echt op dat ik mezelf zou voelen in de stoel, door de trilling van mijn eigen bas.’
Een oude opa worden vond hij geen probleem
In de jaren voor zijn transitie worstelde Eli met zichzelf. ‘Eigenlijk ben ik heel mijn leven boos geweest’, zegt hij daarover. ‘En nu pas weet ik waarom.’
Ook experimenteerde hij al langer met zijn genderidentiteit: als kind verkleedde hij zich al als mannelijke westernhelden (Zorro was favoriet). Toen hij eenmaal op zichzelf woonde, presenteerde hij zich een tijdje androgyn, met kort haar en jongenskleren, maar later juist weer heel meisjesachtig, vanwege de negatieve opmerkingen die hij kreeg. Toch duurde het nog tot hij ver in de twintig was voordat hij erachter kwam dat genderdysforie de oorzaak van zijn depressieve gevoelens zou kunnen zijn.
Een terloopse opmerking van zijn toenmalige vriendin deed het kwartje definitief vallen; zij stelde zich hardop voor hoe Eli eruit zou zien als oude vrouw. ‘Toen werd ik he-le-maal gek’, zegt hij. ‘Ik kon alleen maar janken. Ik voelde gewoon dat ik het niet aankon om een oude vrouw te worden. Maar waarom vond ik dat zó erg? En toen realiseerde ik me: een oude opa worden vond ik geen probleem.’
Vanaf dat moment stond zijn besluit vast: hij ging in transitie.
Vooral de voornaamwoorden waren wennen
Eli’s coming-out naar de band toe verliep geleidelijk. Eddie was de eerste aan wie Eli vertelde dat hij testosteron wilde gaan gebruiken, terwijl ze samen in de auto zaten. En toen de band een week in de Ardennen was voor een schrijfweekend vroeg Eli de bandleden om voortaan met ‘hij’ naar hem te verwijzen.
Erwin: ‘Niemand vond het raar, niemand dacht: hè, hier snap ik nou helemaal niks van.’
Maar voor Eli begon de ellende toen pas echt: ‘Dan ben je voor de buitenwereld een meisje met kort haar, terwijl je zelf net hebt omarmd dat je géén vrouw bent. Ik kon niks meer, durfde niet naar buiten, omdat ik niet verkeerd aangesproken wilde worden. Zodra je beseft dat je lichamelijk man wil zijn, komt elke “mevrouw” drieduizend keer harder binnen.’
De woede die Eli al zijn hele leven voelde, werd met elke verkeerde opmerking verder aangewakkerd. Ook in de band, die hem vanaf het begin af aan steunde, kon het misgaan. Met name aan Eli’s nieuwe voornaamwoorden moesten de bandleden wennen.
Eddie: ‘Ik denk altijd dat ik heel open-minded ben. Maar dan zei ik toch nog heel vaak “zij”. Uit automatisme.’
De bassist was niet de enige die zich af en toe versprak. Voor Eli was dit pijnlijk: ‘Vooral omdat ik me heel veilig voel in deze groep. De band is mijn thuis. Om dan juist op die plek de hele tijd een klap voor je smoel te krijgen, was heel heftig.’
Toen het tijdens een oefensessie voor de zoveelste keer misging, was voor Eli de maat vol. Sherida: ‘Die keer riep hij zo hard “HIJ!” door de microfoon, dat we er allemaal van schrokken.’
Sindsdien gaat het beter. Erwin: ‘Het was echt even nodig dat Eli zo boos werd. Sindsdien let iedereen op elkaar. En iedereen die “zij” zegt, is gewoon een ei.’
Ingewikkelder waren Eli’s diepe gevoelens van afgunst jegens zijn mannelijke bandgenoten. Erwin: ‘Ik kan me nog goed herinneren dat het superwarm was in de Ardennen, en dat ik lekker in een T-shirt buiten liep. En dat Eli toen tegen mij zei: “Jij snapt niet dat ik dat ook wil.” Maar dat het niet kon, omdat hij nog een binder droeg.’
‘Die binder vond ik zó erg’, barst Eli los. ‘Dat die me letterlijk afknelde waar het me in m’n ziel al afknelde. Dat je dat dan óók nog moet voelen, elke dag. Daar kon ik echt woest van worden.’
‘Jij kon ons echt haten’, reageert Eddie. ‘Om de vanzelfsprekendheid waarmee wij gewoon man konden zijn. Ik kon daar vaak niks mee. Ja, kan ik er wat aan doen, dacht ik dan.’
Hoeveel de band níét zag van Eli’s ervaringen
Voor Eli was het vaak moeilijk deze gevoelens onder woorden te brengen; voor zijn bandleden was het moeilijk ze te begrijpen. De show op festival Motel Mozaïque was voor de band dan ook een eye-opener.
In deze muziektheatervoorstelling wisselden ze hun songs af met monologen die regisseur Milou Brockhus schreef op basis van een-op-een-gesprekken met Eli. De teksten – tijdens de show voorgedragen door een cisgender acteur in de rol van Eli – gingen over Eli’s levenslange, dagelijkse strijd met zichzelf en de wereld om zich heen; de schaamte die hij al van jongs af aan voelde over zijn lichaam; zijn diepgevoelde ongemak met de lesbische identiteit die hem lang werd toegedicht; de afspraak die zijn vader afzegde omdat hij Eli niet met zijn nieuwe korte kapsel wilde zien.
Bij de eerste repetitie van de voorstelling kreeg de band voor het eerst écht een inkijkje in hoe Eli zijn transgender identiteit ervoer – en vooral: hoeveel ze níét zagen van die ervaring. ‘Het waren de kleine dingen die me nooit eerder waren opgevallen’, vertelt Sherida. ‘Naar welk toilet je moet gaan, dat soort dagelijkse struggles. En dat Eli dat allemaal in zijn eentje moest doormaken.’
‘En ook het gevoel dat je identiteit eigenlijk de hele tijd ontkend wordt’, vult Eddie aan, ‘dat dat continu een gevecht is. Dat vond ik heel heftig.’
Voor Eli was het fijn dat hij het vinden van de juiste woorden uit handen kon geven aan de regisseur. ‘En het was fijn wat erkenning te krijgen voor de pijn die niemand kon zien – waardoor mensen al snel dachten: wat stel je je aan!’
Pas aan het einde van de voorstelling stapte Eli zelf het podium op, om de laatste nummers mee te zingen. Het was een groot succes. ‘Beide uitvoeringen zaten ramvol’, vertelt Eli. ‘De gangen van de schouwburg stonden vol met mensen die niet naar binnen konden. Maar de mensen die wel in de zaal waren hebben we in één keer helemaal geëducate. Naderhand kwamen er zo veel mensen naar me toe, met van die grote ogen. Heel bijzonder.’
De woede ebt langzaam weg
Inmiddels zit Eli twee jaar aan de testosteron – na bijna drie jaar wachten op de wachtlijst van de genderpoli van de VU. Daardoor is het een stuk rustiger in zijn hoofd: ‘De woede die ik eerst voelde, ebt langzaam weg. Voor de transitie was ik heel erg bezig met wat mensen van me dachten. Je gaat het oordeel van anderen invullen, en voelt je de hele tijd onzeker. Nu ben ik daar helemaal niet meer mee bezig. Een bizar verschil.’
Ook de band merkt dat Eli kalmer geworden is. Eddie: ‘Als Eli vroeger zijn frustratie uitte dacht ik vaak: o ja, “ze” heeft weer een bui, het zal wel. Maar nu begrijp ik: “ze” was gewoon “hij”, maar dat kon niet. Dat is nu gelukkig uit de lucht.’
Eli glimlacht. ‘Het zit voor een deel ook gewoon in mijn persoonlijkheid. Ik ben niet meer zo angstig, of geobsedeerd door dingen, maar wat er overblijft is nog steeds Eli. Ik blijf temperamentvol.’
‘Ik vind onze vriendschap wel echt relaxter geworden’, zegt Josha. ‘Eerst vond ik het moeilijk om helemaal te ontspannen bij jou. Maar ik werd ook nooit uitgedaagd om over dit soort dingen na te denken. Ik ben blij dat dat nu wel gebeurd is.’
Eli geeft hem een boks.
De samenleving heeft nog een lange weg te gaan
De inzichten die de band opdeed door Eli’s transitie van dichtbij mee te maken, gunnen ze iedereen. ‘Wij zijn als band ook een soort transitie doorgegaan’, zegt Sherida. ‘Dus het is heftig om te merken dat de samenleving nog zo’n lange weg te gaan heeft om trans personen volledig te accepteren.’
Voor buitenstaanders lijkt het vaak alsof de keuzes van transgender personen niets met hen te maken hebben. Maar de transitie is naast een hyperindividueel ook een hypersociaal proces – een proces waarin de directe omgeving, maar ook de hele maatschappij een rol te vervullen heeft.
Daarbij gaat het er niet om wat jij van iemands genderidentiteit vindt, of hoe je je erover voelt, benadrukt Eddie. ‘Neem trans personen en hun identiteit gewoon serieus. Juist dan kun je een steun voor iemand zijn.’
Voor Bear Valour ligt de toekomst ondertussen wagenwijd open. Hun droom? Vooral vette muziek blijven maken.
‘En dat de magie blijft’, concludeert Eddie. ‘Het is altijd magisch als we samen zijn, zelfs tijdens onze oefensessies. Dat dat blijft, is het allerbelangrijkste.’
Update: de eerdere kop boven dit verhaal werd aangepast, omdat de originele kop niet overeenkwam met Eli’s eigen ervaring.
Luister hier naar een fragment van Iron Heart:
Meer lezen?
Dit verhaal heb je gratis gelezen, maar het maken van dit verhaal kost tijd en geld. Steun ons en maak meer verhalen mogelijk voorbij de waan van de dag.
Al vanaf het begin worden we gefinancierd door onze leden en zijn we volledig advertentievrij en onafhankelijk. We maken diepgravende, verbindende en optimistische verhalen die inzicht geven in hoe de wereld werkt. Zodat je niet alleen begrijpt wat er gebeurt, maar ook waarom het gebeurt.
Juist nu in tijden van toenemende onzekerheid en wantrouwen is er grote behoefte aan verhalen die voorbij de waan van de dag gaan. Verhalen die verdieping en verbinding brengen. Verhalen niet gericht op het sensationele, maar op het fundamentele. Dankzij onze leden kunnen wij verhalen blijven maken voor zoveel mogelijk mensen. Word ook lid!