1. Wat te doen als Messi een strafschop neemt?
Gratis advies van Ignacio Palacios-Huerta, econoom van de London School of Economics en dé autoriteit op het gebied van strafschoppen, aan Jasper Cillessen en Tim Krul: duik naar rechts.
De econoom Palacios-Huerta heeft zo’n beetje zijn levenswerk gemaakt van het bestuderen en analyseren van de gewoontes van profvoetballers bij strafschoppen. Die hielpen hem aspecten van de speltheorie te doorgronden. Hij ontdekte dat professionele voetballers − als collectief − strafschoppen als nagenoeg perfecte speltheoretici nemen.
Ze schieten vaker in hun sterke, ‘natuurlijke’ hoek, maar ze wisselen hun hoeken zo af, dat ze in beide hoeken even succesvol zijn, en ook nog eens zo, dat niet te voorspellen is waar ze de volgende strafschop schieten. De meeste spelers zijn hier vrij goed in, sommige matig, en sommige briljant. Helaas voor Nederland hoort Lionel Messi − die vrijwel zeker de strafschop neemt als Argentinië er een krijgt − bij dat selecte clubje briljante schutters.
In zijn carrière heeft Messi volgens Palacios-Huerta’s database 46 strafschoppen genomen. De verdeling daarvan, vanuit het perspectief van de keeper:
15 naar rechts
2 door het midden
29 naar links
Aan beide kanten is hij even succesvol, en hij is volstrekt onvoorspelbaar. Messi is een perfecte speltheoreticus en Palacios-Huerta is een en al bewondering.
Maar... gelukkig is er een maar.
Lionel Messi is over zijn hele carrière fantastisch, maar het afgelopen seizoen lijkt Messi iets te hebben veranderd:
3 naar rechts
2 door het midden
4 naar links
Dat zijn niet veel data, en weinig data betekenen zelden veel. Maar ze betekenen al iets meer, als je kijkt wat keepers het afgelopen seizoen tegen Messi deden:
1 naar rechts
0 in het midden
8 naar links
Palacios-Huerta: ‘Het lijkt dus alsof keepers aandachtig − te aandachtig − naar de gewoonten van Messi over zijn hele carrière kijken. Tegelijkertijd verlegt Messi zijn tactiek naar [zijn onnatuurlijke] rechterhoek en naar het midden, en dat pakt goed voor hem uit. Mijn advies als Messi een strafschop neemt: spring naar rechts, en hou een oog op de mogelijkheid dat hij door het midden schiet.’
Messi is een typische ‘afwachter’: hij kijkt zo lang mogelijk naar de keeper in de hoop dat hij te vroeg naar een hoek duikt
Dat kan op twee manieren: de keeper, Cillessen of Krul [zie punt 2], moet nog wat van zijn benen in het midden houden, om zo een bal door het midden tegen te kunnen houden, en zo laat mogelijk duiken. Dat laatste is sowieso cruciaal, want Messi is een typische ‘afwachter’: hij kijkt zo lang mogelijk naar de keeper in de hoop dat hij te vroeg naar een hoek duikt.
Naar rechts duiken dus. Gratis advies van Palacios-Huerta. Waarom eigenlijk? ‘Ik ben voor Nederland nadat ik Ruud Hesp [toenmalig keeperstrainer van het Nederlands elftal, MdH] tijdens het WK in 2010 van advies voorzag. Ik vond het mooi dat hij daar open voor stond.’
2. Moet Tim Krul tegen Argentinië weer de goal in, als het op strafschoppen aankomt?
(Het kort antwoord, voor wie te weinig tijd heeft de uitleg te lezen: waarschijnlijk niet. Maar het is een ingewikkelde vraag.)
Na zijn heldendaden van zaterdagnacht is keeper Tim Krul de nieuwste Nederlandse WK-held. En Louis van Gaal bevestigde zijn reputatie als meestercoach door zijn gedurfde beslissing om op advies van keeperstrainer Frans Hoek de vaste keeper Jasper Cillessen te vervangen door Krul. (‘Tien met een Krul’, kopte het Algemeen Dagblad; De Telegraaf noemde Krul ‘Grootmeester in de mind game’, Bild noemde Van Gaal ‘Louis von Genial’.)
Zeker: lef kan Van Gaal niet worden ontzegd. Het vervangen van de keeper voor de strafschoppenserie is niet vaak vertoond, maar daar liet Van Gaal zich niets aan gelegen liggen. In theorie is dat terecht. Strafschoppen vormen immers een aparte discipline, die met het gewone ‘open’ spel weinig te maken heeft. En dus is het niet meer dan logisch om te denken dat sommige keepers (en schutters) dat beter kunnen dan andere.
Een andere vraag is of Tim Krul tot de betere strafschoppenstoppers hoort.
De uitkomst van de strafschoppenserie is in elk geval geen bewijs hiervoor. Krul stopte twee van de vijf strafschoppen, en dook alle vijf keren naar de goede hoek. Een goede score. Maar toch: elke wetenschapper lacht je uit als je op basis van één strafschoppenserie − één waarneming − conclusies trekt.
Is er dan ander, aanvullend bewijs dat Krul een bovenmatig getalenteerd strafschopstopper is - een ‘penaltykiller’?
Nou nee.
Krul stopte 2 van de 20 strafschoppen die hij in zijn carrière tegen kreeg, zo blijkt uit cijfers van Bloomberg Sports. Dat is in elk geval niks uitzonderlijks. Het is eerder matig: gemiddeld houden keepers 2 op de 10 strafschoppen tegen. En Michel Vorm, de derde keeper in de selectie van het Nederlands elftal, deed dit beter - hij stopte 3 van de 11 strafschoppen. Hoe dan ook, op basis van een zulke kleine steekproeven kun je geen goed oordeel vellen over de capaciteiten of neigingen van keepers, positief dan wel negatief − tenzij er grote uitschieters in de data zitten.
Krul stopte 2 van de 20 strafschoppen die hij in zijn carrière tegen kreeg. Dat is niks uitzonderlijks. Het is eerder matig: gemiddeld houden keepers 2 op de 10 strafschoppen tegen
Kortom, op een opmerkelijk goede track record kan de keuze voor Krul niet zijn gebaseerd. Blijft er maar één mogelijkheid over: Krul deed het zo goed tijdens de trainingen, dat keeperstrainer Frans Hoek ervan overtuigd was dat Krul de beste was. Maar of dat objectief gezien terecht was? Daarvoor zou je die strafschoppen op de training exact moeten documenteren en vervolgens nauwkeurig statistisch analyseren.
‘Ik zou superverrast zijn als er ploegen zijn die zulke tests kunnen uitvoeren. Dat zou in de voetbalwereld vrijwel uniek zijn,’ zegt Palacios-Huerta, die de voetbalwereld als part-time directeur scouting de Spaanse club Athletic de Bilbao goed kent.
Hopelijk krijgen we na het WK te horen waar de keuze voor Krul precies op gebaseerd was en hoe ze de strafschoppen benaderden, al is het zeer de vraag of Hoek, Krul of Van Gaal deze in hun ogen waardevolle informatie willen delen.
Reactiekeepers zijn net wat beter in het tegenhouden van ballen, terwijl anticipatiekeepers beter zien hoe aanvallen van de tegenstander verlopen en daarop kunnen inspelen
De keuze voor Krul past in elk geval in de visie van Frans Hoek op keepers. In een interview met het blad Soccer Coaching International uit 2005 zegt Hoek dat hij keepers indeelt in twee types: ‘reactiekeepers’ (R-keepers) en ‘anticipatiekeepers’ (A-keepers). Reactiekeepers zijn net wat beter in het tegenhouden van ballen, terwijl anticipatiekeepers beter zien hoe aanvallen van de tegenstander verlopen en daarop kunnen inspelen. Kortom, bij een strafschoppenserie ligt een keuze voor een R-keeper voor de hand en Tim Krul voldoet aan het stereotype van een R-keeper dat Hoek in het interview schetst.
Tim Krul-de-reactiekeeper zei tegen NOS-verslaggever Bert Maalderink vlak na de wedstrijd twee dingen over zijn benadering: 1. De keepers hadden erop getraind om zo lang mogelijk te wachten bij het kiezen van een hoek, en 2. Ze hadden de strafschoppen van de Costa Ricanen bekeken, maar die informatie was waardeloos, want ze deden precies het tegenovergestelde van wat ze in de strafschoppenserie tegen Griekenland deden.
Is dit een goede benadering? Hoogleraar bewegingswetenschappen Geert Savelsbergh, mede-auteur van het boek Duel in de Zestien. stelt dat Kruls benadering om zo lang mogelijk te wachten kan werken tegen spelers die wachten totdat de keeper een keuze maakt voor een hoek. Dan schieten ze de bal vaak slecht in, aldus Savelsbergh.
De linksbenige speler Bryan Ruiz leek inderdaad te wachten totdat Krul een keuze maakte, om vervolgens naar zijn ‘natuurlijke’ hoek te schieten (vanuit Ruiz gezien rechts van de keeper). Als de keeper geen keuze maakt, schieten veel schutters voor hun natuurlijke hoek, zegt Ignacio Palacios-Huerta. Maar was Ruiz’ strafschop zwak ? Savelsbergh vond van wel, de Engelse journalist Ben Lyttleton, die een boek schreef over strafschoppen, vond hem ‘niet slecht’.
Hoe dan ook, wachten kan zeker een voordeel zijn, als je dit alles weet. Maar er zit ook een nadeel aan, zoals Savelsbergh ook schrijft in Duel in de zestien. Als je als keeper wacht en de strafschop is zuiver ingeschoten, dan ben je te laat. Als de keeper van Costa Rica, Keylor Navas, ook lang had gewacht, was hij dus kansloos geweest, want alle Nederlandse strafschoppen waren goed geplaatst.
De tweede opmerking van Krul verraadt dat het Nederlandse elftal waarschijnlijk geen statistische checks heeft uitgevoerd in de voorbereiding op het toernooi. Er zat namelijk wel informatie verborgen in Costa Rica’s strafschoppenserie tegen Griekenland. Uit Palacios-Huerta’s database blijkt dat spelers die in dezelfde wedstrijd of in opeenvolgende wedstrijden twee strafschoppen nemen, hun tweede strafschop in meer dan driekwart van de gevallen naar de andere hoek schieten. Daarmee zijn ze voorspelbaar, en dus kwetsbaar. Nu dook Krul weliswaar telkens naar hoek waarin de Costa Ricanen schoten − zoals Palacios−Huerta hem ook had kunnen vertellen. Maar uit Kruls opmerking blijkt dat aan zijn keuzes geen statistische analyse vooraf ging. Waarschijnlijk gokte hij gewoon goed.
Wat wel voor de wissel Cillessen-Krul pleit, zegt Palacios-Huerta, is dat het bij de tegenstander de indruk wekt van het hebben van een geheim wapen: Krul komt erin, die moet dan wel goed zijn. Bovendien hebben de Costa Ricanen zich voorbereid op Jasper Cillessen. Zoals gezegd, het is onwaarschijnlijk dat ze statistisch steekhoudende conclusies hebben getrokken uit hun analyse van het Cillessens voorkeuren – daarvoor is gespecialiseerde kennis nodig. Maar de analyse die ze hadden gemaakt, zal hebben geleid tot een plan, en een plan geeft vertrouwen. En dat vertrouwen was weg toen er plots een andere keeper in de goal stond.
Krul kan dus de Costa Ricanen onzeker hebben gemaakt door simpelweg op goal te staan. En hij kan ze nog onzekerder hebben gemaakt door zijn veelbesproken intimidatietactiek. Maar leidde dit daadwerkelijk tot zwakke strafschoppen? Wederom: oordeel zelf.
Blijft over de vraag of Nederland vanavond weer Krul moet inbrengen, als het tegen Argentinië aankomt op strafschoppen. Moet Van Gaal dan Cillessen wisselen? En dus een vermoeide of geblesseerde verdediger in het veld laten, die het toch al moeilijk zal hebben tegen Lionel Messi? Tegen Costa Rica nam Van Gaal dit risico wel, door de geblesseerde Ron Vlaar te laten staan.
Wij zouden zeggen: laat Cillessen maar staan.
3. Moet Nederland Argentinië vrezen?
Zeker, maar Argentinië heeft meer te vrezen van Nederland.
Er is eindeloos veel discussie geweest over de al dan niet verdedigende speelwijze van het Nederlands elftal. Feit is dat Nederland een van de beste kansenverhoudingen van alle ploegen uit het toernooi heeft, zo blijkt uit een data-analyse van mijn co-auteur Sander IJtsma. 63 procent van alle schoten op doel in de wedstrijden van Nederland, kwamen van Nederland. (Alleen Frankrijk deed het beter, met 64 procent.) Nederland schept dus volop kansen voor zichzelf − noem dat maar verdedigend.
De kwaliteit van de Nederlandse kansen is ook al goed. Volgens het model van ‘Expected Goals’ waarmee Sander de waarde van kansen berekent, heeft Argentinië in het hele toernooi kansen gehad ter waarde van 7,8 doelpunten. Daaruit scoorde het 8 keer, precies volgens verwachting. Nederland kreeg kansen die normaalgesproken 10 doelpunten waard waren, maar scoorde 12 keer − ‘we’ hadden dus wat geluk met sommige doelpogingen. (Denk aan de knal van Memphis Depay van afstand, en de kopbal van Robin van Persie tegen Spanje; als Van Persie en Depay dat nog eens proberen, gaat de bal er waarschijnlijk niet in.)
Argentinië schiet vaak op doel, maar uit relatief kansloze posities. De Argentijnen schoten 96 keer, maar die pogingen hadden gemiddeld nog geen 9 procent kans om erin te gaan
Wat verder opvalt: Argentinië schiet vaak op doel, maar uit relatief kansloze posities. De Argentijnen schoten 96 keer, maar die pogingen hadden gemiddeld nog geen 9 procent kans om erin te gaan − het laagste percentage van alle halve finalisten. Nederland schoot 74 keer op doel, met een gemiddelde kans van 13 procent per poging.
Zie hier alle schoten van Argentinië en Nederland op dit WK. Hoe groter het cirkeltje, hoe beter de schietkans.
Aanvallend doen we het dus beter, maar ook defensief: de tegenstanders van Argentinië kregen kansen tegen ter waarde van 5,7 doelpunten, wat met enig geluk in slechts 3 doelpunten resulteerde. Nederland kreeg kansen ter waarde van 5,1 goals tegen, wat in werkelijkheid resulteerde in 4 tegengoals.
Nu zeggen deze cijfers niet alles, want ze zijn gebaseerd op een kleine steekproef van vijf wedstrijden (de drie groepswedstrijden, de achtste finale, en de kwartfinale). Maar voorzichtig mag je concluderen dat Nederland het beter heeft gedaan dan Argentinië, mede gezien de kracht van de tegenstanders. Het is moeilijk te kwantificeren, maar de tegenstanders van Argentinië (Bosnië-Herzegovina, Iran, Nigeria, Zwitserland en België) spreken minder tot de verbeelding dan Spanje, Australië, Chili, Mexico en Costa Rica.
Dan is er natuurlijk nog Lionel Messi. Hij scoorde tot nu toe zelf vier keer, maar creëert ook veel waardevolle kansen voor ploeggenoten. Sterker, geen speler op het WK doet dat beter dan hij: per wedstrijd creëerde hij kansen ter waarde van een half doelpunt. Een geweldige speler dus, maar dat mag geen nieuws heten.
Dit verhaal schreef ik samen met mijn vaste co-auteur Sander IJtsma, die verantwoordelijk is voor het data-onderzoek.
Dit verhaal heb je gratis gelezen, maar het maken van dit verhaal kost tijd en geld. Steun ons en maak meer verhalen mogelijk voorbij de waan van de dag.
Al vanaf het begin worden we gefinancierd door onze leden en zijn we volledig advertentievrij en onafhankelijk. We maken diepgravende, verbindende en optimistische verhalen die inzicht geven in hoe de wereld werkt. Zodat je niet alleen begrijpt wat er gebeurt, maar ook waarom het gebeurt.
Juist nu in tijden van toenemende onzekerheid en wantrouwen is er grote behoefte aan verhalen die voorbij de waan van de dag gaan. Verhalen die verdieping en verbinding brengen. Verhalen niet gericht op het sensationele, maar op het fundamentele. Dankzij onze leden kunnen wij verhalen blijven maken voor zoveel mogelijk mensen. Word ook lid!