
‘Een eindeloze vlakte van sneeuw en ijs, gepolijst door de wind, leeg en wit als een vel papier.’ Zo beschreef Volkskrant-journalist Bart Rijs het landschap van het Noord-Russische schiereiland Jamal
in een reportage over een van de laatste nomadische volken ter wereld: de Nenetsen, die daar over het ijs trekken.Zeventien jaar later wist de Franse fotograaf
zijn camera precies zo te positioneren dat de Russische toendra nog altijd verlaten en onaangetast lijkt. Maar verruimde hij zijn kader, dan zou je zien dat de vlakte zich lang niet meer eindeloos ver uitstrekt.


Bijna vijftig jaar geleden werd op Jamal
Sinds de jaren negentig vinden er onophoudelijk grootschalige constructiewerkzaamheden plaats: dat gas moet gewonnen en de markt op.Van het aardgas op de toendra wordt tegenwoordig vooral lng gemaakt; aardgas in vloeibare vorm, waardoor het gemakkelijk te transporteren is per pijpleiding of per boot.

Rusland heeft zich tot doel gesteld om
In de fabrieken op Jamal wordt nu al meer dan en het lijkt erop dat dit de komende tijd alleen maar meer zal worden.

Hoewel Europa probeert van het Russische gas af te komen, is het vooralsnog een belangrijke afzetmarkt. Vooral Frankrijk en Spanje, maar ook Nederland maken


Fotograaf Charles Xelot reisde af naar het gebied in Noordwest-Siberië om de veranderingen in het landschap vast te leggen. Wat ooit een eindeloze vlakte van sneeuw en ijs was, wordt steeds verder aangekleed met gaswinninginstallaties, lng-fabrieken en constructies voor pijpleidingen. Maar eveneens met dorpen, scholen en ziekenhuizen voor de Russen die naar het gebied toe trekken om daar te kunnen werken.

Voor de Nenetsen is steeds minder ruimte. Toch houden ze vast aan het leven op het ijs. In tenten, te midden van de oprukkende industrie. Hun sobere leefstijl staat in schril contrast met de achtergrond waartegen Xelot die vastlegt: een gordijn van complexe ijzeren constructies die voorzien in de energiebehoeften van andere mensen – duizenden kilometers verderop.

