Als je wilt weten hoe een onvervalst wurgcontract eruitziet, dan moet je zeker even op de link rechts in de zijbalk klikken.
Je leest dan het contract tussen voetbalclub FC Twente en het hedgefonds Doyen Sports uit februari 2014. Hun afspraak: Doyen betaalt FC Twente 5 miljoen euro en krijgt in ruil daarvoor een deel van de winst van toekomstige transfers van zeven Twente-spelers.
In theorie is zo’n deal risicovol voor Doyen: als de spelers geen transfer maken, bijvoorbeeld omdat ze geblesseerd raken, verdient Doyen niets.
Maar in de praktijk is het contract zo opgesteld dat er maar twee uitkomsten mogelijk zijn.
Kop: Doyen wint dik.
Munt: Doyen wint gigantisch.
(Het werd munt.)
Het contract tussen FC Twente en Doyen lekte deze week uit via Football Leaks. Die website publiceerde diverse contracten die Doyen afsloot met clubs en spelers, onder wie Barcelona’s wereldster Neymar. De gelekte contracten zijn pure porno voor voetbaljuristen: nog nooit zijn details van contracten tussen investeerders als Doyen en clubs naar buiten gekomen.
Veel ingrijpende gevolgen hebben de publicaties van Football Leaks (nog) niet gehad.
Op een na: Doyens contract met Twente.
Direct na het uitlekken van het contract stelde voetbalbond KNVB een onderzoek in naar de mogelijke illegaliteit van het contract. En even later trad Twentes voorzitter af. Hij was betrokken bij het opstellen van de contracten met Doyen.
De komende weken zal ik wat meer stukken over de transfermarkt schrijven. Niet alleen vanwege dit soort investeringsconstructies, maar ook omdat de sommen op de transfermarkt alsmaar hoger worden. Daardoor kunnen alleen de grootste clubs nog prijzen winnen - of clubs die belachelijk grote financiële risico’s nemen.
Maar eerst dat gelekte contract tussen FC Twente en Doyen. Wat is daar precies mee aan de hand? Vijf vragen en antwoorden.
1. Wat is er zo omstreden aan het contract?
Uit de contracten valt af te leiden dat hedgefonds Doyen invloed had op het transferbeleid van FC Twente. Dus dat niet FC Twente bepaalde waar een speler heen ging, maar Doyen. Dat is volgens de reglementen van de wereldvoetbalbond verboden (zie punt 3).
Of en zo ja, hoe FC Twente daarvoor bestraft wordt, hangt af van de KNVB. Als die tot de conclusie komt dat Doyen inderdaad invloed had op het spelersbeleid, dan volgt waarschijnlijk een zware straf. Puntenaftrek en degradatie zijn genoemd, maar het kan ook erger. De KNVB zou Twentes proflicentie kunnen intrekken – waardoor Twente een amateurclub zou worden.
Met als vrijwel zeker gevolg dat de club failliet gaat. Want een amateurclub is voor sponsors niet interessant.
2. Wat hebben Twente en de investeerder precies afgesproken?
In essentie: dat Twente Doyen gratis geld zou geven. Het uitgelekte contract toont aan hoe ongelooflijk hoog eind 2013 de financiële nood was bij de club.
Het is een wurgcontract, zegt jurist en onderzoeker Oskar van Maren van het Asser Instituut, met wie ik het contract heb doorgelezen. ‘Zo ziet paniek er op papier uit,’ zegt zijn collega Antoine Duval.
Doyen maakte 5 miljoen euro over aan Twente. In ruil voor die 5 miljoen kreeg Doyen recht op een percentage van de verkoopprijs van zeven spelers.
In theorie kan dat ook slecht uitpakken voor Doyen, bijvoorbeeld als andere clubs geen belangstelling hebben voor een speler en dus geen transfersom betalen. Maar dat risico wilde Doyen niet lopen - en Twente ging daarmee akkoord. Uit de ‘Specifieke Voorwaarden’ van het contract blijkt dat Doyen voor elke speler een bedrag ontvangt dat hoger is dan het bedrag dat Doyen in de betreffende speler heeft geïnvesteerd.
Deze zogenaamde ‘minimum fee’ loopt bovendien per jaar op, zoals Van Maren uit het contract destilleerde. Het eerste jaar na het tekenen van de overeenkomst is de minimum fee 10 procent hoger dan het geïnvesteerde bedrag, het tweede jaar 20 procent, en het derde jaar 30 procent. Een risicoloze investering dus, voor Doyen.
Ondertussen liep Twente wél risico: als een club een bod deed op een speler, mocht Twente dat bod weigeren, maar alleen als het Doyen met een forse som zou compenseren. En dat geld had Twente niet.
Bovendien deed Twente afstand van toekomstige inkomsten uit transfers, die vrijwel zeker hoger zouden zijn dan de 5 miljoen die Doyen bood. Alleen al de transfer van een van de zeven spelers – Quincy Promes – leverde later ruim dat bedrag op.
Had Twente dan niet gewoon een speler kunnen verkopen, in plaats van zo’n woekerlening aan te gaan? Je zou het denken. Maar kennelijk waren de geldzorgen zeer plots opgekomen en waren die 5 miljoen ook nog eens heel snel nodig.
3. Bewijst dit geheime contract dat Doyen (mee)besliste over de transfers van Twente?
Dat is de hamvraag. Het onderzoek van de KNVB moet daar uitsluitsel over geven.
De FIFA heeft investeringen van derde partijen zoals Doyen in individuele spelers - in jargon: ‘third party ownership’, of TPO - per 1 mei dit jaar volledig verboden.
Maar toen Twente en Doyen hun contract tekenden, mochten zulke investeringen door derden wel. Mits, zo staat in artikel 18bis van FIFA’s transferreglement, die derde partij geen invloed had op het transferbeleid van clubs.
De KNVB keurde een eerdere versie van de overeenkomst tussen Doyen en FC Twente af. De bond eiste dat er enkele wijzigingen werden doorgevoerd, omdat de overeenkomst anders ‘18bis’ zou schenden.
Overigens: volgens Duval en Van Maren is het twijfelachtig of die eerdere versie wel door de beugel kon. Doyen verplichtte Twente er immers toe alles in het werk te stellen om te voorkomen dat spelers van Twente transfervrij werden - dus dat de speler zijn contract uitdiende, waardoor zijn nieuwe club Twente niet voor de speler hoefde te betalen.
‘Maar je kunt maar op één manier voorkomen dat een speler transfervrij wordt’, meent Duval. ‘En dat is hem een nieuw contract aanbieden. Zo heeft Doyen dus invloed op het personeelsbeleid.’
Maar de sterkste suggestie dat Doyen invloed heeft gehad op Twentes transferbeleid, schuilt in de geheime toevoeging aan de overeenkomst. Die toevoeging deelde Twente niet met de KNVB - vermoedelijk omdat de club besefte dat die niet door de beugel zou kunnen.
Het venijn van de toevoeging zit hem vooral in artikel 4a en 4b.
Het woord ‘obliged’ - ‘verplicht’ - is hier de sleutel, denken Duval en Van Maren. De club is verplicht een speler te verkopen als er een goed bod op hem komt. Als Twente dat weigert, moet het Doyen een percentage van het bod betalen. ‘Het lijkt erop dat Doyen op zijn minst invloed kan uitoefenen op het transferbeleid,’ zegt Duval.
Maar wacht: Twente hoeft de speler dus niet te verkopen. In de geheime toevoeging van het contract staat immers dat Twente bij een goed bod de keuze heeft: de speler verkopen óf Doyen een percentage van het bod - een soort boete - betalen.
Klopt, zegt Duval. Maar in de praktijk had Twente geen enkele mogelijkheid om die boete te betalen. Dat de club met Doyen in zee was gegaan, kwam immers doordat ze een schrijnend gebrek aan geld had.
De vraag is of de KNVB dit ook zo ziet. Het onderzoek zal nog wel even op zich laten wachten. Maar een uitspraak van het internationale sporttribunaal CAS zal binnenkort een aanwijzing geven over de uitkomst. Het CAS doet een dezer dagen uitspraak in de zaak tussen een club uit Lissabon (Sporting Clube) en Doyen. In die zaak staan vergelijkbare clausules centraal.
4. Wat is er mis met investeringen van partijen als Doyen in spelers?
Dat is de vraag die centraal staat in rechtszaken die enkele clubs en investeerders hebben aangespannen tegen het besluit van de FIFA om ‘third party ownership’ te verbieden.
Voorstanders van een verbod - waaronder de UEFA en de FIFA - zeggen dat investeerders als Doyen de markt verstoren. Investeerders hebben er geen belang bij dat de clubs en spelers goed presteren of gelukkig van elkaar worden. Hun enige belang is geld: dat spelers zo snel en vaak mogelijk getransfereerd worden. De opbrengsten vloeien vervolgens naar mensen die verder geen interesse in de sport hebben.
Tegenstanders van een verbod wijzen op de voordelen. Clubs in Spanje en Portugal bijvoorbeeld, zeggen alleen op deze manier te kunnen concurreren met grotere clubs. Atlético Madrid is daar een voorbeeld van. Dat kan zonder zulke extra inkomensbronnen niet concurreren met clubs als Barcelona en Real Madrid, die meer andere inkomsten hebben.
Maar het belangrijkste argument tegen een verbod op ‘third party ownership’ is dat het clubs een deel van hun vrijheid ontneemt. Waarom mag een club niet zelf bepalen hoe ze aan haar geld komt? Dit gaat in tegen het vrije verkeer van kapitaal - tegen Europees recht.
De rechtszaken - bij de Belgische rechter en bij de Europese Commissie - tegen het verbod op third party ownership lopen nog. Maar recent gaf een Brusselse rechter een tussenoordeel, dat doet vermoeden dat third party ownership verboden zal blijven. Op de site van het Asser Instituut schreef Antoine Duval een blog over de uitspraak.
Het Europese recht op vrijheid van beweging is niet absoluut, zo citeert Duval de Belgische rechter. ‘Indien nodig kunnen ze en zullen ze worden begrensd als dit het algemeen belang dient.’
5. Zijn de contracten met Doyen de reden dat Twente in de financiële problemen zit?
Nee. De contracten met Doyen krijgen veel media-aandacht, maar zijn slechts een symptoom van Twentes geldproblemen.
In zekere zin zou het dan ook ironisch zijn als de KNVB Twente juist voor dit contract zwaar bestraft. In de afgelopen tien jaar heeft de club – zonder dat media of de KNVB het echt doorhadden – enorme leningen afgesloten. De NRC heeft dat vorig jaar al eens goed uitgezocht. Met name leningen voor de vergroting van het stadion hebben de club in grote problemen gebracht.
De problemen van het voetbal zijn groter dan wurgcontracten met investeerders als Doyen, zegt Duval van het Asser Instituut. Het systeem is het probleem.
‘Kleine clubs die willen meedoen met de grote, die moeten wel zulke risico’s nemen,’ zegt Duval. ‘Je kunt je afvragen of regelgeving zich niet beter daarop moet richten.’
Dit verhaal heb je gratis gelezen, maar het maken van dit verhaal kost tijd en geld. Steun ons en maak meer verhalen mogelijk voorbij de waan van de dag.
Al vanaf het begin worden we gefinancierd door onze leden en zijn we volledig advertentievrij en onafhankelijk. We maken diepgravende, verbindende en optimistische verhalen die inzicht geven in hoe de wereld werkt. Zodat je niet alleen begrijpt wat er gebeurt, maar ook waarom het gebeurt.
Juist nu in tijden van toenemende onzekerheid en wantrouwen is er grote behoefte aan verhalen die voorbij de waan van de dag gaan. Verhalen die verdieping en verbinding brengen. Verhalen niet gericht op het sensationele, maar op het fundamentele. Dankzij onze leden kunnen wij verhalen blijven maken voor zoveel mogelijk mensen. Word ook lid!