Beste,

Mijn geliefde en ik gingen een weekendje naar Parijs. Daar belandden we in een bezettingsactie van Extinction Rebellion. Jonge klimaatrebellen, bijgestaan door gele hesjes, hadden zich verschanst in een winkelcentrum aan Place d’Italie.

Bezettingsactie Extinction Rebellion en gele hesjes te Parijs. Foto: Arjen van Veelen

‘Dispersez-vous’, klonk door de politiemegafoons, deftig Frans voor oprotten. De sfeer was geharnast, politie liep rond met de vinger op de trekker van de traangasgranaatwerpers.

Ik nam net een kijkje op het plein voor het centrum toen een ring van ME’ers zich eromheen sloot. Na een duw in mijn rug van zo’n robocop disperseerde ik me maar, een metro-ingang in, terug naar ons veilige caféterras.

Vanwaar we zagen dat er niks gebeurde. Geen pufje traangas. Zelfs geen arrestatie – anders dan deze week in Amsterdam. De bezetting werd gedoogd. Sterker, we konden later die avond zelf nog een wandeling maken door het winkelcentrum. Er hing een parfum van rook en zweet, maar we inhaleerden ook jeugdige bezieling en vrolijke moed.

We vonden het best romantisch op de barriccaden. Het deed denken aan het Parijs van de jaren zestig dat we alleen van plaatjes kenden. Dit was in elk geval veel leuker dan shoppen.

Die klimaatromantiek biedt wellicht een oplossing voor een puzzeltje van me. Ik maak nu even een sprong terug in de tijd, naar de haven van Hamburg.

Cruise Days Hamburg. Foto: Arjen van Veelen

Een paar weken eerder voltrok zich hier namelijk het grootste cruisefeestje ter wereld. Cruiseschepen horen bij de smerigste boten op aarde, qua uitstoot en uitbuiting. En hier hadden zich liefst twaalf van die monsterschepen verzameld voor een parade door de haven, een soort omgekeerde klimaatmars. Er was vuurwerk en een lichtshow – kitsch, zegt u misschien, maar ik raakte daar aan de oever toch betoverd door dit mooie, lugubere schouwtoneel. Weg was alle schaamte, ik wou mee op zo’n boot. Daar schreef ik een essay over:

Nu m’n puzzel. Want escapisme is één antwoord op dat doemverhaal over het klimaat – en dus best een begrijpelijke respons, wat mij betreft –, maar je kunt niet je hele leven op cruise. Vroeg of laat komt de confrontatie met de realiteit. En moet je de vraag beantwoorden: fight or flight? Vluchten op een boot als een hufter zonder geweten. Of in verzet komen.

In Parijs zag ik de charme van die andere optie: rebellie. Rebel zijn, dat is ook een beetje een klootzak zijn, maar vanuit een missie.

Terug in Rotterdam vroeg ik me af of die wind ook hier zou gaan waaien. Rotterdam is tenslotte de nummer 1 vervuiler van Nederland. Alleen al de haven zorgt voor van onze nationale CO2-uitstoot. Wil je echt een klapper maken, qua klimaat, dan moet je hier zijn. De rest is kruimelwerk.

Dus sprak ik af met Vatan Hüzeir, een klimaatactivist die tegelijkertijd als onderzoeker aan de Erasmus Universiteit de wereldwijde klimaatprotesten bestudeert. Ik zag hem speechen tijdens een klimaatmars in Rotterdam, enkele weken terug. Nu spraken we over Extinction Rebellion en over hoe consumenten kunnen veranderen in burgers. Hoe, zoals hij dat noemt, mensen moeten stoppen met being an individual.

Daar vloeit nog wel een nieuw stuk uit voort. Vatan raadt mensen tegenwoordig trouwens af om een huis te kopen in Rotterdam, want die zijn niet alleen bizar duur, maar over een jaar of dertig misschien juist sterk in waarde gedaald, gezien de voorspelde klimaatschade voor juist deze stad.

Hm.

Intussen ben ik een prachtig, praktisch boek aan het lezen over zeecontainers. Een poosje geleden schreef ik namelijk dat ik graag eens wilde werken als havenarbeider. Dat is niet simpel. Zomaar ‘dom’ werk doen, dat kan niet meer: je hebt diploma’s en certificaten nodig. Maar het goede nieuws is dat er nog wel veel vacatures zijn. Want het is een fabel dat de robots alles gaan doen. Zelfs op de modernste robotterminals zijn er bijvoorbeeld mensen nodig die met de hand, stuk voor stuk, alle containers vastzetten.

Ik heb inmiddels, half serieus, gesolliciteerd als zo’n containervastzetter, of sjorder, zoals dat heet. Wordt ongetwijfeld vervolgd.

Ter afsluiting een frivool-toch-niet-frivool stukje over bagagedragers. Het viel me op dat de bagagedrager uit het straatbeeld dreigt te verdwijnen. Vele moderne fietsen hebben er geen. Dus kun je niemand meer achterop nemen. In deze tijd van deelfietsen en sharing gooien we een groot Nederlands cultuurgoed te grabbel, namelijk het delen van één fiets. Zonde. Daarom schreef ik – geïnspireerd – deze oproep:

Tot zover vanuit Groot Rotterdam, graag tot een volgende keer,

Arjen