Spring naar inhoud

Het voedselsysteem van de toekomst leunt op korte ketens en kleine producenten

De zonnebloemolie is alweer terug in de schappen van Albert Heijn. Mooi voor ons, maar juist dát is het grote probleem van het huidige voedselsysteem, stelt de Britse journalist en activist George Monbiot.

Bijna de hele wereldwijde voedselhandel is in handen van een paar megabedrijven. Die zorgen voor goedkoop voedsel. Maar met het goedkoper worden, neemt tegelijk het percentage mensen in hongersnood toe. Hoe kan dat?

Landen met een zwakke economie betalen de prijs voor goedkoop voedsel in rijke landen, legt George Monbiot uit in Regenesis, zijn nieuwe boek over het voedselsysteem.

Neem zonnebloemolie. Rusland en Oekraïne Door de oorlog stokt de export, en dus is er nu een groot tekort. Maar dat tekort is er alleen voor economisch minder sterke landen: de EU en andere economische machtsblokken kopen alle beschikbare olie op.

Dat is geen uitzondering, het is hoe de markt nu werkt. Elke rimpeling in de voedselvoorziening wordt opgevangen door het kwetsbare deel van de wereld. Zo leidt het voedselsysteem tegelijk tot goedkoop en overvloedig voedsel, én tot meer honger.

Wetenschappers vergelijken de huidige voedselmarkt met het financiële systeem vlak voor de bankencrisis in 2008. Steeds meer macht in de handen van een handjevol bedrijven, die too big to fail worden. Het systeem wordt steeds instabieler, tot het instort.

Daarom is de oplossing van honger niet méér produceren, maar een robuuster voedselsysteem, aldus Monbiot. Kleinere spelers, kortere ketens, en minder afhankelijkheid van bulkgrondstoffen zoals kunstmest, zaden en pesticiden van een selecte groep multinationals.

George Monbiot: ‘Regenesis: Feeding the World without Devouring the Planet’ (352 pagina’s, uitgeverij Penguin)
Correspondent Voedsel