Een beter internet begint in Nederland
Ik schrijf al een jaar of vijftien over digitale technologie en vrolijker ben ik daar niet van geworden. Als jong mens was ik nog hoopvol over de kansen om met tech een betere wereld te bouwen; de afgelopen jaren verwerd ik tot zo’n journalist die het allemaal al een keer gezien heeft. Een datalek hier, een privacyschending daar. De ene techmiljardair die nog zotter is dan de andere. Big tech, bad tech, boeiuh tech. Warm werd ik er niet meer van. Wel zuur.
Toen zag ik het ineens: een beter internet. Recht voor mijn neus. Niet in Silicon Valley – júíst niet in Silicon Valley – maar gewoon hier. De revolutionairen van een nieuw, anders en beter internet komen uit Nederland. Ze heten niet Jeff, Sergey of Elon, maar Bas, Gert-Jan en José. Zij laten zien dat het kan: met technologie een betere wereld bouwen.
Fairphone is een smartphone die zo duurzaam mogelijk geproduceerd wordt. PublicSpaces werkt aan een internet op basis van waarden als privacy, autonomie en transparantie. PubHubs is een experimenteel sociaal netwerk dat wordt gefinancierd met het prijzengeld van twee gelauwerde hoogleraren.
En er zijn meer prachtige voorbeelden van Nederlandse projecten waar ik warm van word, en waar ik dit jaar mijn journalistieke energie in zal stoppen. (Maurits Martijn, correspondent Beter Internet)
De ware dossiervreters zitten in Brussel
In tijden waarin Nederlandse politici meer bezig lijken te zijn met beeldvorming dan met het inhoudelijke debat, vond ik het hoopgevend te horen hoe anders het er in Brussel aan toe gaat. Daar zitten parlementariërs die vrijwel ongestoord – weg van mediasensatie – hun werk kunnen doen.
Sociaaldemocraten Diederik Samsom en Mohammed Chahim vertelden veel meer voor elkaar te krijgen in de Europese politiek dan in de Haagse. Zelf volg ik sinds een paar maanden Europarlementariër Lara Wolters (PvdA). Ik sta versteld van hun gedrevenheid en inhoudelijke dossierkennis. Ik heb heel veel zin om in 2023 meer te leren over en te laten zien van Europa achter de schermen. (Emy Demkes, correspondent Consumptie)
De natuur is op de eerste plek gezet
Ik word zelden blij van de woorden ‘stikstof’ en ‘kabinet’ in één zin. Als dat een keer wel zo is, moet je dat natuurlijk vieren. Ontzettend blij was ik dat minister Christianne van der Wal (VVD) haar verhaal begon met het belang van natuur, toen ze eind november het eerste concrete onderdeel van haar nieuwe stikstofbeleid bekendmaakte.
Nóóit eerder zette een minister de natuur op de eerste plek, voor zover ik weet. Zeker niet in het stikstofdebat. Die discussie draait om de natuurvernietiging die stikstofuitstoot veroorzaakt, maar veel politici benaderen het als een juridisch probleem dat de economie plat dreigt te leggen. Het lijkt erop dat zij denken dat natuur niet verkoopt.
De kern moet zijn dat we gezamenlijk meer oog krijgen voor het belang van de natuur
Van der Wal begrijpt dat dit onzin is, en bovenal hoe belangrijk het is om uit te leggen wat er écht op het spel staat. Goed stikstofbeleid gaat niet om wetten en regels; de kern moet zijn dat we gezamenlijk meer oog krijgen voor het belang van de natuur. Want de boerenprotesten en de laisser-fairehouding van de afgelopen decennia laten zien dat niet ons wetboek, maar onze cultuur bepaalt hoe we met natuur omgaan. (Thomas Oudman, correspondent Voedsel)
Het gedoogbeleid op abortus kan eindelijk een recht worden
Overal ter wereld zagen mensen het afgelopen jaar met lede ogen aan hoe rechts-conservatieve rechters en politici het vaak wiebelig of helemaal niet vastgelegde recht op abortus omkeerden en zo miljoenen vrouwen criminaliseren, ondermijnen en in gevaar brengen.
Gelukkig is het in Nederland gewoon legaal, zou je misschien verzuchten. Maar ook in ons eigen land zijn de regels rond het beëindigen van een zwangerschap slecht geregeld en zou het op dit moment, met een verkeerde verkiezingsuitslag, voor ons net zo karig kunnen uitpakken als voor de vrouwen in Polen, de Verenigde Staten en Malta. Zij worden nu gedwongen zichzelf en anderen onnodig te schaden door ongewenst zwanger te blijven, of door de zwangerschap op een illegale manier af te breken.
In artikel 296 van het Nederlandse Wetboek van Strafrecht staat nu namelijk nog dat degene die een abortus uitvoert, strafbaar is. De uitzondering: een abortus die wordt uitgevoerd in een speciale kliniek of ziekenhuis, onder de voorwaarden van de Wet afbreking zwangerschap. Een misdaad dus, tenzij dit-en-dat. Niet goed genoeg, te veel haken, te veel ogen, geen recht nog, maar een toegeknepen oogje.
Daarom begonnen het Humanistisch Verbond en omroep BNNVARA een burgerinitiatief, waarmee ze 40.000 handtekeningen moesten ophalen om het vastleggen van ons recht op abortus op de politieke agenda te krijgen. Eind november konden ze 93.689 handtekeningen overhandigen aan de Tweede Kamer. Laten we dit recht voor eens en altijd verankeren. (Vera Mulder, correspondent Vooroordelen)
Er is eindelijk aandacht voor de kloven in de samenleving – en hoe die te overbruggen
De overheid mag dan geen geluksmachine zijn, voor de overheid als hoopmachine voel ik wel wat. Ik ben dan ook blij dat de rol van de overheid en de wijze waarop onze instituties werken, volop in de aandacht staan. Iedereen begrijpt ondertussen wel dat de woningmarkt niet levert, de zorg piept en kraakt, het onderwijs meer bestuurders dan juffen telt en de overheid de grootste schuldeiser is die we in dit land kennen. Dit alles sluimert natuurlijk al langer, maar de optimist in mij zegt ‘beter laat dan nooit’.
Ik hoop voor 2023 dat de aandacht voor de kloven in de samenleving vastgehouden zal worden
Ik hoop voor 2023 dat de aandacht voor de kloven in de samenleving vastgehouden zal worden. Ikzelf schreef bijvoorbeeld het boek Beledigende broccoli, Joris Luyendijk bracht De zeven vinkjes uit, het tv-programma Sander en de kloof werd massaal bekeken, en huisarts Michelle van Tongerloo schrijft succesvol over de onzinnige behandeling van ‘de onderkant van de samenleving’. Deze geluiden waren er tien jaar geleden ook al, maar toen was het nog roepen in de woestijn.
Waar ik blij van word, is dat door deze aandacht er steeds meer en breder nagedacht wordt over alternatieven. Want als iets stuk is, kan je het fiksen of iets nieuws bedenken. Hopelijk wordt 2023 het jaar van dat nieuwe. (Tim ‘S Jongers, correspondent Samenleven)
Europa maakt de scheepvaart verantwoordelijk voor zijn uitstoot
De meeste mensen krijgen het niet direct warm van ‘emissiehandelssysteem’ en ‘zeetransport’. Maar juist deze woorden – of eigenlijk, de combinatie ervan – maken mij hoopvol voor 2023. Europese lidstaten hebben namelijk eind vorig jaar bepaald dat schepen, verantwoordelijk voor 3 procent van de wereldwijde broeikasgasemissies, voortaan moeten dokken voor de uitstoot van broeikasgassen zodra zij een Europese haven aandoen.
Dat dit akkoord er is gekomen, is bijzonder: de scheepvaart ontspringt al decennia de klimaatdans. Nooit werd deze sector verantwoordelijk gehouden voor zijn uitstoot, tot nu. Althans, in Europa. Een wereldwijd systeem om de vervuiler te laten betalen, is er nog niet. De Internationale Maritieme Organisatie (IMO), die mondiale afspraken maakt over scheepvaart, is even langzaam als een olietanker. Dus bepaalt de Europese Unie nu zelf de regels, in de hoop dat de rest van de wereld volgt. (Maaike Goslinga, adjunct-hoofdredacteur)
Het tijdperk van intimidatie en machtsmisbruik op de werkvloer is voorbij
Dit jaar kwamen er verhalen naar buiten over dingen die zich tot dan toe achter de schermen hadden afgespeeld. In de Volkskrant beschreef Ronit Palache de werkcultuur bij uitgeverij Prometheus, waar ze jaren hoofd publiciteit was. Het grensoverschrijdende gedrag van haar baas – het geschreeuw, de manipulatie, zijn krankzinnige eisen – maakte mensen ziek. Na publicatie kwamen er meer verhalen naar buiten; auteurs verlieten de uitgeverij.
Zo ook in de film- en televisiewereld. Actrice Maryam Hassouni schreef het boek Wat de fak, over racisme, intimidatie en machtsmisbruik in de filmwereld. Er was de BOOS-aflevering over The Voice of Holland, en als klap op de vuurpijl het uitgebreide onderzoek naar het angstbewind achter de schermen bij De Wereld Draait Door in de Volkskrant.
In veel gevallen zijn er individuele mensen aan te wijzen, charmante slechteriken wier namen ik hier achterwege laat. Maar het gaat om meer dan eenlingen. Soms is het machtsmisbruik diffuser, verspreid over meerdere personen, lagen en commissies, zoals bijvoorbeeld aan de universiteit. Ook daar kwamen dit jaar verhalen naar buiten over het pestgedrag en de uitsluitingsmechanismes, de burn-outs en de kapotgemaakte carrières. Een indringende en diepgewortelde angst- en machtscultuur zorgt ervoor dat dit gedrag getolereerd wordt – en juist daar lijkt nu verandering in te komen.
Je hoeft geen bullebak te zijn om goed werk te doen of leiding te geven
Iedereen die hierover vertelt, neemt een risico: persoonlijk én beroepsmatig. Zullen mensen je geloven? Zal er iets veranderen? Ik ben hoopvol dat de tendens die is ingezet – meer verhalen en minder angst, én consequenties voor degenen die hun macht misbruiken en anderen kwellen – zich voortzet. Misschien zelfs wel dat we op weg zijn naar een mentaliteitsverandering.
Veel stemmen maken samen een stroom; een krachtige stroom kan zelfs een dam omverblazen. Je hoeft geen bullebak te zijn om goed werk te doen of leiding te geven. Onze werkcultuur moet menselijker, en het lijkt erop dat het begin is gemaakt. (Ilse Josepha Lazaroms, schrijver en genderwetenschapper)
Klasse is terug in het politiek en maatschappelijk debat
Nog dagelijks kom ik mensen tegen die menen dat sociale klasse in Nederland ‘gelukkig nauwelijks een rol speelt’. Bij ons geen ‘Amerikaanse toestanden’!
Zelf heb ik dit ook lang geloofd. Mijn moeder gaf Nederlands en mijn vader werkte bij de Rijks Psychologische Dienst. Ik groeide op binnen de elite der hoogopgeleiden, en na het gymnasium en de universiteit trad ik zelf definitief tot die elite toe. Zo zit ik mijn hele leven in dezelfde sociale klasse, die bovendien dominant is – zie dat woord ‘hoogopgeleid’.
Wat een verschil met ‘klassenmigranten’. Zij groeien op in een ‘eenvoudig milieu’, doorlopen ondanks onderadvisering en andere institutionele achterstelling dezelfde opleiding als ik, en migreren daarmee van de ene sociale klasse naar de andere. Zo ontstaat een breuk in hun leven die bij mij ontbreekt: ik spreek met mijn gezin en collega’s hetzelfde ABN als ooit thuis. Ook de codes en omgangsvormen van de elite der hoogopgeleiden zijn aan mij overgedragen. Mede daarom functioneer ik zo makkelijk in die elite: ik kan mezelf zijn.
Klassenmigratie is een leerschool: je doet aanpassings-, incasserings- en inlevingsvermogen op, vechtlust en veerkracht
Wat mij hoop geeft, is dat klassenmigranten als Sinan Çankaya, Ron Meyer, Zoë Papaikonomou, Marjolein Moorman en Farid Azarkan het belang van sociale klasse terug op de politieke agenda brengen. Er zit bij veel klassenmigranten ontzettende pijn om die kloof met hun ouders, maar ook ontzettende kracht. Klassenmigratie is een leerschool: je doet aanpassings-, incasserings- en inlevingsvermogen op, vechtlust en veerkracht. Dat zijn precies de eigenschappen die vrouwen zich eigen maken wanneer ze zich invechten in een mannenwereld, net als personen van kleur in een witte wereld, lhbti+’ers in een heterowereld, of immigranten in de Nederlandse cultuur.
Breng klasse terug in het denken en doen over diversiteit en inclusie, en honderdduizenden witte mannelijke klassenmigranten staan niet langer tegenover vrouwen, mensen van kleur en lhbti+’ers. Ze staan naast hen. (Joris Luyendijk, journalist)
Het protest is terug
Wie kan er nog een blik tomatensoep zien zonder te denken aan het klimaat? Hoewel niet elke actie even gelukkig gevonden is, stemt het me hoopvol dat er steeds meer (jonge) mensen op steeds uiteenlopender manieren overgaan tot actief, fysiek en concreet protest tegen grote misstanden. Ik verwacht in 2023 een bloei van het linkse activisme en kijk ernaar uit om, als ik mijn huidige roman eindelijk heb afgerond, zelf ook terug die arena in te stappen.
Ook de literatuur lijkt zich met herwonnen zelfvertrouwen te engageren. In mijn huidige thuisland Frankrijk voel ik dat aan de alomtegenwoordigheid van Nobelprijswinnares Annie Ernaux (‘het schrijven is als een mes’), die in haar werk het politieke persoonlijk maakt en zich ondanks haar hoge leeftijd laat zien bij grote demonstraties; de komeetachtige vlucht van Édouard Louis (die zijn schrijven ziet als ‘politiek manifest’ en een groot gesprek over klassisme op gang brengt), en de furore makende boeken van punkfeministe Virginie Despentes.
‘Hoop moet je verdienen’, zegt Greta Thunberg, en steeds meer mensen zijn bereid dat te doen. Wat me daarbij opvalt, is dat activisten ook buiten de geijkte paden durven te treden. Daarmee doel ik niet per se op het vandalisme light (verf tegen het glas van goed beschermde kunstwerpen gooien), maar meer op het besef dat aandacht vragen, lobbyen en andere praktische zaken maar één kant beogen van de grote omslag die er nodig is.
De mens heeft zichzelf in een existentiële crisis gemanoeuvreerd, ook in geestelijke zin. Extinction Rebellion hield al ‘Sacred Ceremonies’ ter herdenking van overleden diersoorten, en presenteerde een gebed op basis van het islamitische ritueel adhan. In zulke initiatieven zie ik pogingen om een grote geestelijke, zelfs spirituele omslag in gang te zetten; pogingen tot herovering van de wereld die we, onttoverd, maar niet lijken te kunnen respecteren.
Ook in de bloeiende subcultuur van moderne hekserij – ver links op het politieke spectrum – zie ik een aanzet tot een nieuw soort planeetaanbidderij, met politieke actie als gebed. Dat klinkt misschien als iets voor gekkies, maar de gekkies hebben vaak als eerste gelijk. (Bregje Hofstede, correspondent Nieuw Feminisme)
Er zijn een hele hoop mensen die de wereld écht beter maken
Het beste wat ik zou kunnen doen, is namen noemen, een lange opsomming van namen. Grossman, Wekker, Vallejo, Moultmar, Schinkel, Chahim, Douw… Het zijn de namen van de inmiddels honderden mensen die ik de afgelopen jaren ontmoet heb. En telkens sprong een vonkje van hoop over. Omdat ze zich met bewonderenswaardige energie inzetten voor de wereld. Omdat ze veerkracht tonen, daadkracht, denkkracht, moed.
Voor een goed gevoel scrol ik weleens door de collectie van Goede gesprekken. Dan komen al die gezichten voorbij, zoals ze gefotografeerd zijn door Marijn Smulders. Wat een schitterende, kleurrijke reeks van bijzondere mensen! Ze zijn geen van allen verblind door optimisme. Welnee, ze hebben klappen te incasseren gehad en weten dondersgoed hoe het ervoor staat in de wereld: de kans dat het wel goed zal komen, is niet zo groot.
Je kunt het er niet bij laten zitten. Er moet iets gedaan worden, hoe dan ook
En precies daar manifesteert zich de hoop. Je kunt het er niet bij laten zitten. Er moet iets gedaan worden, hoe dan ook. Dat kan iets kleins zijn, of juist iets visionairs – dat maakt niet uit. Er worden plannen gesmeed, mooie dingen gemaakt, concrete stappen gezet, en altijd gebeurt dat vanuit de overtuiging dat we de wereld beter kunnen maken.
Mijn hoop ontleen ik aan de ervaring dat er ongelooflijk veel mensen zijn die zo in het leven staan en die geneigd zijn tot het goede. Mijn hoop is gelegen in het besef dat ik er ook in het komende jaar weer tientallen zal ontmoeten. (Lex Bohlmeijer, correspondent Goede gesprekken)
De droom van een democratisch Iran was nog nooit zo dichtbij
Vier maanden verzetten Iraniërs zich inmiddels al tegen hun regime, en steeds meer Iraniërs nemen het woord ‘revolutie’ in de mond. Van de berichtgeving over de revolutie kun je snel moedeloos worden: eindeloos veel berichten over gewonden, video’s met huilende familieleden van doodgeschoten demonstranten. De eerste opgepakte revolutionairen zijn inmiddels geëxecuteerd; er lijkt weinig om hoopvol over te zijn.
Maar hoe verschrikkelijk het nieuws uit Iran ook is, nog nooit zijn Iraniërs binnen en buiten Iran zo verenigd geweest. Nog nooit hebben Iraniërs op straat zo lang stand weten te houden tegen het gewelddadige bewind. Nog nooit hebben zovelen van ons in de Iraanse diaspora hun mond open durven te trekken. Zelfs mijn meest cynische familieleden, die nooit durfden te dromen van een vrij Iran, heb ik hoopvol gezien.
Het zit in de creativiteit van het verzet, en hoe massaal alle lagen van de samenleving achter de centrale boodschap staan: Vrouw – Leven – Vrijheid. En in de naam van de ruim 450 demonstranten die zijn vermoord door de regering blijft het revolutionaire vuur branden. Hoewel dit een strijd is van de lange adem, geloof ik dat 2023 weleens het jaar zou kunnen worden zonder de Islamitische Republiek. (Eline Derakhshan, medewerker ledencommunicatie)
Dankzij Instagram bereiken verse memes ook oudere generaties
Half juli 2022 was het even hommeles op Instagram. Net als YouTube probeerde het sociale medium met de introductie van korte video’s (Reels) zijn grote rivaal TikTok naar de kroon te steken. Algauw weerklonk geweeklaag onder gebruikers, omdat het algoritme hun tijdlijnen plotsklaps overspoelde met video’s en gesponsorde content waar ze niet op zaten te wachten. Zelfs Instagram-royals als Kim Kardashian en Kylie Jenner sloegen aan het muiten: ‘Make Instagram Instagram Again!’ aldus de selfiekoninginnen.
De reclame die mijn tijdlijn domineert is bloedirritant, maar verder ben ik zielsgelukkig met de omslag die Instagram gemaakt heeft
En inderdaad, de reclame die mijn tijdlijn domineert is bloedirritant, maar verder ben ik zielsgelukkig met de omslag die Instagram gemaakt heeft, want door de uitgebreide mogelijkheden om video’s te delen via het platform, heeft een groot deel van mijn TikTok-archief inmiddels zijn weg naar Instagram gevonden, en daarmee boomerlennials zoals mijn broertje en ik bereikt.
Inmiddels bestoken we elkaar met geinige vondsten. Bijvoorbeeld van comedian Hayley Morris, die hilarische scènes post waarin ze in de rol kruipt van al haar afzonderlijke ledematen en organen, en deze onderling discussies laat voeren over alledaags lichamelijk leed. Of David Paradis, drummer van een metalband die willekeurige internetvideo’s van daverende deathcorepercussie voorziet. De toegenomen toegankelijkheid van al deze creativiteit en humor stemt ons dankbaar en tevree. (Valentijn De Hingh, correspondent Identiteit)
Kwetsbaarheid krijgt een plek in de popmuziek van nu
In een jaar waarin ik om de dood van mijn moeder rouwde, merkte ik dat hoop soms in kleine dingen zit. Vooral de momenten waarop ik me even minder eenzaam voelde, zijn me bijgebleven. Daar heeft de nieuwe, progressieve popgeneratie een grote rol in gespeeld.
Toen ik op een avond verdrietig op de fiets zat, luisterde ik per toeval naar een nieuw liedje van de 22-jarige S10. ‘Ik weet hoe dit voelt’, zong ze. ‘Hoor je mij? Het gaat niet voor altijd zo zijn.’ Even later kwam Froukje (21) langs: ‘Ik moet leren van de leegte.’ Ik realiseerde me dat ik hoopvol word van deze jonge vrouwen, die met zo veel lef over verlies en angst zingen. Ze beschrijven moeilijke emoties niet als iets slechts, maar als iets onvermijdelijks. Een belangrijke boodschap, vind ik.
Miljoenen mensen luisterden naar S10’s ‘De diepte’, een intiem liedje over verdriet. Dit soort muziek verwoordt mentaal geworstel en toont dat het oké is om je kwetsbaar op te stellen. Hopelijk volgen in 2023 meer nummers, want het zijn steengoede gespreksopeners. (Sanne Blauw, correspondent Onzekerheid)
Armoede maakt het leven zó moeilijk, maar de oplossing is zó makkelijk
Een alleenstaande moeder van drie raakte mij het afgelopen jaar. Ze is chronisch ziek en ook haar jongste – te vroeg geboren – heeft veel hulp nodig, maar het waren geldzorgen die echt aan haar vraten. Met haar stress groeide ook het clubje hulpverleners om haar heen: psychologen, maatschappelijk werkers, artsen, ambtenaren. Als hun tarieven aan haar zouden zijn uitbetaald, zou zij meer geholpen zijn.
Meer mensen blijken bereid om volslagen onbekenden te helpen, vanuit vertrouwen, omdat ze zijn geraakt door wat ik over hen schrijf
Uiteindelijk kon ik haar koppelen aan een ‘buddygezin’ dat haar nu financieel steunt. Ze kan weer op vakantie en eet gezonder; haar kinderen hebben warme kleding en zij heeft weer energie. De afgelopen tijd hielp ik met hulp van particuliere donoren honderden mensen buiten het traditionele zorg- en hulpsysteem, wat door regelgeving en bureaucratie haast vleugellam is. Omdat we armoede nog steeds zien als een menselijk tekort, in plaats van een gebrek aan geld.
Het doet me goed dat er veel reacties komen op mijn verhalen, en dat steeds meer mensen bereid blijken om volslagen onbekenden te helpen, vanuit vertrouwen, omdat ze zijn geraakt door wat ik over hen schrijf. En ik hoop dat steeds meer mensen volgen. De persoonlijke betrokkenheid moet het winnen van de institutionele onverschilligheid in 2023. (Michelle van Tongerloo, huisarts)
De gemeenschap wint het langzaam weer van het individu
2023 wordt het jaar van het collectief. De markt heeft onze samenleving verziekt; de overheid staat erbij en kijkt ernaar. Nu is het aan ons: de burgers. We doen het voortaan wel zelf. Maar vooral: we doen het samen.
Energiecrisis? Mensen verenigen zich in energiecoöperaties om duurzame en betaalbare stroom op te wekken. De coöperaties houden zelfs geld over – dat nu eens niet in de zakken van aandeelhouders verdwijnt.
Wooncrisis? Wooncoöperaties staan te popelen om betaalbare woningen te realiseren. Dure grond en beperkende regelgeving vormen nog altijd de grootste obstakels, maar de overheid ziet nu ook in dat ze wooncoöperaties beter kan stimuleren. De gemeente Amsterdam presenteerde hiervoor al eerder een actieplan, en in november nam de Tweede Kamer een motie aan om kennisorganisaties financieel te ondersteunen.
Broodfondsen als collectieve oplossing voor te dure arbeidsongeschiktheidsverzekeringen, Herenboeren als model voor lokale en duurzame landbouw, Collectief Kapitaal voor een basisinkomen voor mensen in een kwetsbare situatie. Allemaal voorbeelden van initiatieven waarin groepen burgers elkaar ontmoeten, versterken en voor elkaar zorgen.
Het gaat daarbij niet zozeer over gezamenlijk bezit, wat een paar jaar geleden zo populair werd onder het mom van de deel- of platformeconomie. Het gaat vooral over gezamenlijk beheer: groepen mensen eisen meer regie over hun leven en leefomgeving. Ze eisen ruimte voor hun eigen initiatieven – en die ruimte mag je heel letterlijk nemen. Want het begint en eindigt natuurlijk heel vaak met grond.
Waar wordt dit mooier zichtbaar dan in de strijd voor Voedselpark Amsterdam? De gemeente rekende zich rijk met nóg een distributiecentrum in de Lutkemeerpolder. Maar de inwoners van de stad denken daar heel anders over. Die willen ruimte voor natuur, recreatie, ontmoeting en het verbouwen van voedsel. Samen legden ze al een half miljoen euro bij elkaar om de grond aan te kopen. Ze weten zich gesteund door Land van Ons, een burgercoöperatie met 21.000 leden die gezamenlijk grond aankopen voor duurzame landbouw.
Dit is de terugkeer van de commons. En wat ik hoopvol vind, is dat die beweging in 2023 nog veel groter gaat worden. Want er valt nog meer dan genoeg ruimte op te eisen. (Rinske Bijl, gastcorrespondent Grondbezit)
Prostaatkanker is steeds beter te behandelen
Ik was erop voorbereid dat mijn vader het volgende jaar niet zou halen. Het kankergezwel dat eind 2017 in zijn lijf werd ontdekt, was groot, agressief, uitgezaaid. Eén tot vijf jaar, zo was de levensverwachting. Hij besloot dat hij een bucketlist onzin vond, en leverde zich zonder morren over aan de plannen van de oncologen en urologen. Als een marmot in de winter sliep hij zijn eerste chemokuur uit. Toen hij nog groggy van de zes infuuszakken gif opnieuw bloed liet prikken, bleek het gezwel tot staan gebracht.
Inmiddels heeft hij vier kleinkinderen en toch nog een bucketlist: hen zo lang mogelijk zien opgroeien
Dat was in de zomer van 2018. Inmiddels heeft hij vier kleinkinderen en toch nog een bucketlist: hen zo lang mogelijk zien opgroeien. Dankzij de slimste onderzoekers, tot in de puntjes gespecialiseerde dokters, goede en toegankelijke medicijnen en een almaar uitbreidend arsenaal aan kennis over prostaatkanker zijn mijn vader en duizenden andere mannen er nog. En nog steeds groeit het aantal manieren waarop deze veelvoorkomende kankersoort onder de duim te houden is.
Mijn neefjes – die hun opa niet anders kennen dan mét kanker, maar niet weten dat hij ziek is – gaan volgend jaar naar de basisschool. (Rosanne Kropman, eindredacteur)
Betalen om grondstoffen níét te winnen, kan helpen het klimaat te redden
Ik word blij van iets wat tot voor kort nog mislukte: landen geld geven om olie, gas en kolen ongemoeid te laten. Ecuador probeerde het in 2007, toen er een groot olieveld in een zeldzaam, beschermd stuk regenwoud was gevonden. De winning daarvan zou het arme Ecuador meer dan 5 miljard dollar opleveren – en de lokale natuur verwoesten.
De toenmalige president ging met de pet rond op het wereldtoneel om 3,6 miljard dollar op te halen, de helft van wat Ecuador naar verwachting kon verdienen aan de oliewinning. In ruil voor dat geld zou het land de olie in de grond laten. Het mislukte: er werd 300 miljoen dollar toegezegd en slechts 13 miljoen overgemaakt. De oliewinning startte in 2016.
Vorig jaar mislukte het weer, toen de Democratische Republiek Congo (DRC) bekendmaakte oliewinning toe te staan in kwetsbaar tropisch veengebied, dat juist bekendstaat om de gigantische hoeveelheid koolstof die er in de bodem zit – koolstof die als CO2 zou kunnen vrijkomen door de oliewinning. De DRC zette de veiling van olievelden door, ondanks een eerdere toezegging van rijke landen om Congo 500 miljoen dollar te geven om het regenwoud te beschermen.
Maar eind 2021 bleek het toch te kunnen. ’s Werelds rijkste landen zegden tientallen miljarden toe om Vietnam, Indonesië en Zuid-Afrika versneld te laten stoppen met steenkool. Deze initiatieven garanderen nog niet dat fossiele brandstoffen in de grond blijven, maar ze vergroten de kans daarop wel. (Jelmer Mommers, correspondent Democratie & Klimaat)
Het recht op een zelfgekozen levenseinde krijgt steeds meer aandacht
In 2017 interviewde ik mijn vrienden Beverly en Athol Whiston over hun keuze om hun leven te beëindigen, en maakte ik daar samen met NRC een korte documentaire over.
De afgelopen jaren is er als het gaat om het recht op zelfbeschikking weinig verbeterd. Onlangs deed de rechtbank in Den Haag een uitspraak waardoor de situatie ongewijzigd blijft: hulp bij zelfdoding blijft strafbaar voor mensen die niet in aanmerking komen voor euthanasie. De rechtbank stelt dat het aan de wetgever is en niet aan de rechter om met een oplossing te komen.
Het recht op zelfbeschikking, om zelf te bepalen wanneer en hoe iemand wil sterven, is in 2011 erkend door het Europees Hof voor de Rechten van de Mens, maar Nederland blijft achter. Toch kijk ik hoopvol naar de toekomst, omdat er steeds meer discussie plaatsvindt, meer onderzoek wordt gedaan en er steeds meer initiatieven zijn om het gesprek over zelfbeschikking te voeren en gaande te houden. (Sabine Bijleveld, algemeen directeur)
Caribisch Nederland krijgt langverwachte leefbare inkomens
Dit jaar zijn de minimumlonen op Bonaire, Saba en Sint Eustatius gestegen met respectievelijk 18,2 procent, 15 procent en 14,3 procent. Dat klinkt als een enorme stap, maar door de hoge inflatie gaan eilandbewoners die het minimumloon verdienen er per saldo weinig op vooruit.
Toch gloort er hoop, want minister Carola Schouten van Armoedebeleid (CU) lijkt de ernst van de situatie te zien. Bijna de helft van de eilandbewoners leeft in armoede. Zonder een drastische verhoging van het minimumloon, zullen mensen die rond moeten komen van een schamele Caribisch-Nederlandse uitkering of een basispensioen in armoede blijven leven.
Juist omdat de situatie in Caribisch Nederland zo nijpend is, is de loonsverhoging op de eilanden hoger dan lokale belanghebbenden (zoals werkgevers) aan de minister hadden geadviseerd. Ook zijn dit jaar de onderstandsuitkeringen op Bonaire, Sint Eustatius en Saba met gemiddeld 35 procent verhoogd, waardoor de uitkeringen dichter bij het minimumloon komen te liggen dan het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid eigenlijk zou willen.
Niet iedereen heeft evenveel vertrouwen in de minister als ik. De Bonairiaanse consumentenbond Unkobon noemt de voornemens van het kabinet om op de eilanden zo snel mogelijk een sociaal minimum in te voeren een ‘wassen neus’, en daagt de staat voor de rechter om gelijke behandeling met Europese Nederlanders af te dwingen.
Ook dat juich ik toe, want hoewel Schouten hard haar best doet om de kloof tussen Nederlanders aan beide kanten van de Atlantische Oceaan te dichten, is het verschil nog altijd gapend groot. (Phaedra Haringsma, gastcorrespondent Koloniaal Heden)
De overheid trekt vaker de portemonnee voor belangrijke journalistiek
Aankomend jaar heeft de overheid weer meer geld vrijgemaakt voor (onderzoeks)journalistiek, en dat is goed nieuws voor de (Europese) burger. Onder andere via het Stimuleringsfonds voor de Journalistiek investeert de staat in lokale en onderzoeksjournalistiek, en samenwerking staat hoog op de agenda.
Die samenwerking gaat steeds vaker over de (lokale) grenzen heen. In plaats van te concurreren, werken journalisten van verschillende media uit verschillende landen samen om complexe, soms grensoverschrijdende onderwerpen beter te onderzoeken. En daardoor kunnen wij als burger en consument beter geïnformeerde keuzes maken. (Coco Gubbels, redactiechef a.i.)
Het einde van ophef- en afleidingscircus Twitter lijkt nabij
Ik zit al meer dan veertien jaar op Twitter. Veertien jaar, let that sink in.
Het begon in een werkgroep. Sommigen van ons hadden de eerste iPhone. Die stond expres niet op stil, zodat de rest geen moment vergat wat ze misten. De docent had het over Twitter en we mochten het onder de les even proberen. Ik heb het opgezocht; het lijkt erop dat mijn eerste tweet een reactie was op mijn studievriend Tybalt.
Sinds die vervloekte werkgroep is het me geen maand gelukt van die rotsite af te blijven. Wat niet hielp, is dat ik er goed in werd. Ik kreeg sponsordealtjes en zelfs banen aangeboden op basis van een knullig product van minimale inspanning. Ik werd er strontvervelend van. Wat ik ook ondernam, de radertjes bleven lopen: ‘Is dit een tweet waard? En dit? Vinden mensen dit leuk?’ Zo niet, dan werd ik onzeker. Of boos, als ik nare reacties kreeg of tijdens het scrollen een irritante tweet van een ander tegenkwam.
Af en toe wilde ik ermee stoppen. Dan verwijderde ik de app van mijn telefoon, maar twitterde ik stiekem verder op mijn laptop
Af en toe wilde ik ermee stoppen. Dan verwijderde ik de app van mijn telefoon, maar twitterde ik stiekem verder op mijn laptop. Of ik maakte mezelf en mijn vrienden wijs dat ik het nodig had. Voor mijn werk, bijvoorbeeld. Of om af en toe even te checken of David Attenborough en Joni Mitchell nog leven. Bovendien: wat moest ik dan, voor een beetje erkenning? Een boek lezen? Iets schrijven van meer dan 140 tekens? Mijn best gaan doen? Naar buiten?
Ik plaats inmiddels zelden wat en open de app zonder erbij na te denken. Veel van de mensen die ik graag volgde zijn vertrokken – en terecht – en op de tijdlijn overheersen agressieve haataccounts en gegarandeerd succesvolle, uitgekauwde content.
En ik blijf maar kijken.
In razend tempo perst eigenaar Elon Musk er nu het laatste beetje leven uit. Nog even en het is gedaan. Sneu voor de mensen die er werk(t)en en van die paar kleine dingen waar Twitter nog goed voor was. Maar een uitkomst voor verslaafde saddo’s als ik. Het is eindelijk écht niet leuk meer. Trek die pleister eraf, kom op. Ik ben er klaar voor. (Roos van Tongerloo, eindredacteur)
Lees verder:
Dit zijn onze favoriete podcasts van 2022 🎧 Afwassen, cadeaus inpakken, piepers schillen voor het kerstmaal: zet een podcast op, en je vliegt door je to-dolijst. Hier zijn onze lievelingspodcasts van 2022.Dit verhaal heb je gratis gelezen, maar het maken van dit verhaal kost tijd en geld. Steun ons en maak meer verhalen mogelijk voorbij de waan van de dag.
Al vanaf het begin worden we gefinancierd door onze leden en zijn we volledig advertentievrij en onafhankelijk. We maken diepgravende, verbindende en optimistische verhalen die inzicht geven in hoe de wereld werkt. Zodat je niet alleen begrijpt wat er gebeurt, maar ook waarom het gebeurt.
Juist nu in tijden van toenemende onzekerheid en wantrouwen is er grote behoefte aan verhalen die voorbij de waan van de dag gaan. Verhalen die verdieping en verbinding brengen. Verhalen niet gericht op het sensationele, maar op het fundamentele. Dankzij onze leden kunnen wij verhalen blijven maken voor zoveel mogelijk mensen. Word ook lid!