In de beste seksscène die ik dit jaar zag, komen geen echte mensen voor. Michael en Lisa, hoofdpersonen uit Anomalisa van Charlie Kaufman en Duke Johnson, zijn poppen. Ze bewegen zich stroef en je kunt de naden in hun siliconenhoofden zien zitten. Maar de geloofwaardigheid waarmee ze elkaar verlegen beminnen in een hotelbed is een van de vele verdiensten van deze stop-motionanimatiefilm.
Michael en Lisa hebben elkaar een paar uur eerder ontmoet in de lobby van een anoniem hotel in Cincinnati, waar ze verblijven voor een managementconferentie. De Brit Michael is de belangrijkste spreker, Lisa is een fan.
We hebben zijn gang van het vliegveld naar het hotel gevolgd. Hij kijkt verveeld uit zijn ogen, loopt zijn beginnende buikje achterna de druilerige avond in, steekt gejaagd een sigaret op. Alles aan Michael schreeuwt midlifecrisis, alles om hem heen schreeuwt sleur.
Tegelijkertijd is er iets vervreemdends aan de omgeving waarin hij zich beweegt. Lijkt het maar zo, of hebben alle mensen die Michael tegenkomt hetzelfde gezicht en dezelfde stem? Zelfs zijn echtgenote en zijn zoontje, met wie hij vanaf zijn kamer plichtsgetrouw een telefoontje pleegt, klinken als de taxichauffeur en de liftjongen.
Dit spookachtige vermoeden – de regisseurs zetten het zo in dat het pas laat opvalt – wordt bevestigd als Michael Lisa ontmoet. Zij heeft een andere stem dan alle anderen. ‘Iemand anders!’ roept hij verrukt uit als hij die stem voor het eerst hoort op de gang. Hij haast zich de hotelkamer uit om haar te zoeken, vindt haar en ziet dat ook haar gezicht uniek is.
Hij is op slag verliefd.
De implicatie is dat Michaels verliefdheid voortkomt uit de overtuiging dat Lisa, net als hij, verheven is boven de massa. Michael en Lisa zijn uniek, de rest spreekt met dezelfde, monotone stem, kijkt door dezelfde, wezenloze ogen en is in feite karakterloos.
Korte betovering
Het blijft een beetje schimmig waarop Michaels gespleten ervaring van de werkelijkheid – waarin iedereen één lijkt, behalve hij – in de eerste plaats berust. De naam van het hotel waar hij verblijft, Fregoli, verwijst naar een zeldzame psychische stoornis die de illusie opwekt dat verschillende mensen in feite allemaal dezelfde persoon zijn.
Kaufman, bekend als schrijver van de film Being John Malkovich (1999) en schrijver en regisseur van Synecdoche, New York (2008), liet zich eerder inspireren door obscure geestesziekten. Maar hij lijkt vooral geïnteresseerd in de filosofische dimensies van de aandoeningen die hij gebruikt. Of zijn personages gek zijn of niet is zelden de interessantste vraag.
Michaels aandoening en de manier waarop Lisa daar doorheen breekt, staat zodoende voor hoe iedere sterveling als een blok voor iemand anders kan vallen. Verliefdheid is eenkennig en verleidt tot het idee dat je alleen met die ene persoon wezenlijk en diep contact kunt hebben. Een magische twee-eenheid.
Michaels aandoening, en de manier waarop Lisa daar doorheen breekt, staat voor hoe iedere sterveling als een blok voor iemand anders kan vallen
Voor Lisa, die zich als een schoolmeisje achter haar lange haar verschuilt, is Michaels dolverliefde blik een aanmoediging om zich bloot te geven.
Uit zijn managementboek heeft ze het woord ‘anomalie’ geleerd, zegt ze, wanneer ze op bed liggen. Ze houdt van dat woord, van de klank en van wat het betekent: ‘Voordat ik wist dat er een woord voor bestond, voelde ik me er slecht over dat ik anders ben. Nu vind ik het wel leuk. Het geeft me het gevoel dat ik speciaal ben, begrijp je?’
Michael begrijpt precies wat ze bedoelt. ‘Anomalisa,’ doopt hij haar, terwijl hij doorgaat haar hals te kussen.
Het bijna pijnlijk intieme moment resulteert in die bloedmooie, onhandige liefdesscène. (Het moeilijkste wat hij ooit gedaan heeft, zegt de animator Johnson in een interview: preutse poppen hun kleren laten uittrekken.)
We weten op dat moment al dat het niet de eerste keer is dat Michael zijn vrouw bedriegt. Dat het voor Lisa ook niet rooskleurig zal aflopen, valt te voorspellen. Even voelt het contact tussen de twee absoluut magisch (hoogtepunt: met lieflijke piepstem zingt Lisa ‘Girls Just Wanna Have Fun’ voor Michael).
Maar ondertussen maakt Kaufman een cynischer punt over Michaels betovering, die [spoiler alert!] niet van lange duur is.
De wens uniek te zijn
Is zijn verliefdheid namelijk niet afhankelijk van het tragische – mogelijk ziekelijke – gegeven dat hij alle andere mensen op één hoop gooit? Michael kan de anderen niet als volwaardig individu zien als hij ze niet begeert. Maar hij kan ze niet begeren als hij ze niet ziet als individu, zoals hijzelf.
Daaruit zou je kunnen opmaken dat hij een gek is. Of ‘gewoon’ gedoemd om een eenzame en met zichzelf geobsedeerde eikel te blijven, altijd verlangend naar iets onverenigbaars.
Een algemenere conclusie zou kunnen zijn dat Michaels toestand iets duidelijk maakt over gepassioneerde verliefdheid. En hoe die zich verhoudt tot individualisme en het verwante idee dat iets wezenlijks ons te allen tijde onderscheidt van alle anderen. Zadie Smith schreef het mooi op in The New York Review of Books: 'Kan het zijn dat het probleem in Anomalisa niet zozeer is dat Michael denkt dat iedereen hetzelfde is, maar juist dat Michael denkt dat hij Michael is?’
Smith verwijst naar Arthur Schopenhauer. Die filosoof meende dat het geloof dat we geïsoleerd zijn de kern is van alle lijden. Er was een zinvoller bewustzijn mogelijk, vond hij, dat erkent dat onze ‘Wil’ niet zo individueel is als we wel denken, maar gedeeld wordt met alle dieren, planten en verschijnselen ter wereld.
De ultieme tragiek in Anomalisa is zo bezien niet dat Lisa de enige is die uniek is, maar dat Michael zo graag wíl dat hij en zij uniek zijn. Dat verlangen produceert en handhaaft zijn eenzaamheid.
Niet wat het lijkt
Zo filosofisch als bij Kaufman wordt het niet in de nieuwe Netflixcomedy Love, van bedenker Judd Apatow. Maar ook hierin komt de vraag aan de orde waaruit verliefdheid eigenlijk bestaat, en rijst de suggestie dat we er vaak een te hoge pet van ophebben.
Love belooft aanvankelijk een hoop romantischecomedyclichés. Lieve nerd ontmoet mooi, stoer meisje, betaalt haar koffie, wandelt met haar door Los Angeles, maakt charmante grapjes, wordt verliefd. Maar in de tien afleveringen die volgen, gaat niets naar verwachting. De verliefdheid is verre van een blikseminslag, het contact verloopt hortend en stotend en boven alles wat er gebeurt hangt de beangstigend reële vraag: is dít het?
De verliefdheid is verre van een blikseminslag, het contact verloopt hortend en stotend en boven alles wat er gebeurt hangt de beangstigend reële vraag: is dít het?
De nerd (Paul Rust) is Gus, 31, werkzaam op een filmset. Het mooie meisje (Gillian Jacobs) is Mickey, 32, alcoholist en seksverslaafd. Ze ontmoeten elkaar bij een tankstation. Gus heeft meteen interesse, Mickey is meer bezig met haar kater. Door een serie toevalligheden brengen ze een dag met elkaar door. Ze gaan vriendschappelijk uit elkaar, maar niet voordat er nummers zijn uitgewisseld.
Het bijzondere aan Love is dat de twee hoofdpersonen vervolgens voornamelijk individueel in beeld zijn, op hun werk en met hun vrienden. Er ontstaat iets tussen Mickey en Gus, zoveel is duidelijk, maar we zien ze weinig samen. Daardoor ligt de nadruk op hun beider percepties van de situatie, en die komen lang niet altijd met elkaar overeen. Hun whatsappscherm vormt de arena voor een aaneenschakeling van misverstanden.
De rollen blijken bovendien niet zo stabiel verdeeld als je zou aannemen. Ja, achter Mickey’s koele, onthechte voorkomen verbergt zich uiteraard een behoevend zwerfkatje. Maar de grote verrassing is dat Gus, met zijn knokige, bleke lijf, minder wanhopig – en minder aardig! – blijkt dan zijn archetype doet vermoeden.
Liefde een lastpak
Ik begon me al snel af te vragen of deze twee eigenlijk wel samen moeten zijn. Van ‘voor elkaar gemaakt’ lijkt geen sprake. En hoewel er iets is wat hen naar elkaar toetrekt, is er meer waardoor ze elkaar de ogen willen uitsteken.
Ook dat zou nog een standaard romcom-greep kunnen zijn – eerst haten ze elkaar om elkaar vervolgens de kleren van het lijf te trekken. Maar in Love wordt het aantrekken en afstoten nadrukkelijk gepresenteerd als een spel van ego’s. Geen natuurkracht tussen twee mensen, zoals het romantisch cliché wil, maar iets wat zich vooral afspeelt in de afzonderlijke hoofden (en telefoons) van de betrokkenen. Nadat ze voor het eerst seks hebben gehad, pakt Mickey haar vibrator erbij en wendt haar hoofd af van een beteuterde Gus.
De meest intense gevoelens lijken ze te hebben op momenten dat ze elkaar niet zien of aanraken. Gus begeert Mickey het meest wanneer ze hem niet terugappt. Zij wordt pas echt scherp als er een andere vrouw in het spel komt. Je hebt de pompeuze titel niet nodig om je af te vragen: is dit liefde? En zo ja: moet je dit willen?
Daarmee is niet gezegd dat Love liefdeloos is. Integendeel. Tussen Mickey en Gus is veruit de meeste chemie als ze niet gehinderd worden door romantische verwachtingen. Onder alle stroefheid borrelt het idee dat deze mensen iets liefdevols met elkaar zouden kunnen hebben, en misschien is het, hoe revolutionair, wel géén relatie.
De echte liefde vind je in deze serie vooral buiten de romantiek. In de vriendschap, bijvoorbeeld, tussen Mickey en haar Australische huisgenoot. Daarmee ontmantelt Apatow het stoffige genre van romantische komedie, waarin de hoofdrol traditiegetrouw is weggelegd voor De Liefde zelf. Die liefde is hier toch vooral een lastpak. Tijdens een zijige groepstraining over liefde beklimt Mickey in de eerste aflevering het podium en verzucht: ‘Hoping for love has fucking ruined my life.’
De taal van de eenzaamheid
Het genre is natuurlijk al veel langer aan erosie onderhevig. Vanaf Woody Allens eerste films bestaat er eigenlijk al zoiets als de romantiek van de gedeconstrueerde romantiek. Erg bliksemachtig was het tussen Alvy Singer en Annie Hall (1977) ook al niet. Juist in hun neurotische en narcistische gestuntel zat de charme. Of je daarom heel hard moest lachen of huilen – of allebei – liet Allen, net als Apatow, aan zijn kijkers over.
Ook bijvoorbeeld Her (2013) van regisseur Spike Jonze, waarin een man verliefd wordt op zijn besturingssysteem, speelde met het ongemakkelijke idee van verliefdheid als de ultieme, solipsistische projectie (en de dubieuze rol die technologie daarbij zou kunnen gaan vervullen). En zelfs Swann, de verteller van Prousts romancyclus Op zoek naar de verloren tijd (1913), verbaast zich al over zijn verdwenen liefde voor Odette. Ze was zijn type helemaal niet, mijmert hij achteraf, wat heeft hij wel niet allemaal op haar geprojecteerd?
Love en Anomalisa zetten die lijn stevig voort, met, uiteindelijk, een uitgesproken onromantische visie op verliefdheid. Ze laten zien wat Roland Barthes al eens ontdekte. De taal die we vaak gebruiken wanneer we verliefd zijn, is geen communicatieve taal. We spreken slechts onszelf ermee aan en onze ingebeelde geliefde. Precies daarom is het een taal van eenzaamheid.
Het volledige eerste seizoen van Love is nu te zien op Netflix Nederland. Anomalisa is nog te zien in verschillende filmhuizen.
Meer film?
Tien levenslessen uit het Coeniversum Deze week verschijnt Hail, Caesar! in de Nederlandse bioscoop, alweer de zeventiende film van Joel en Ethan Coen. Het werk van de Amerikaanse broers – waaronder hits als Fargo, The Big Lebowski en No Country for Old Men – staat bekend om zijn absurdisme, maar daarachter schuilt opvallend veel wijsheid. Zou The Big Short de wereld kunnen veranderen? Misschien wel Stel je voor: de voor vijf Oscars genomineerde film The Big Short, een aanklacht tegen de graaicultuur die de kredietcrisis veroorzaakte, wordt massaal bekeken en brengt grote maatschappelijke veranderingen teweeg. Puur fantasie, of zou zoiets echt kunnen gebeuren? Voor het Amerika van Quentin Tarantino is er weinig hoop (als het om racisme gaat) Quentin Tarantino zegt Amerika met zijn nieuwe film The Hateful Eight een spiegel voor te willen houden. Wat heeft de regisseur dan te melden over het racisme dat zijn land teistert? Noot: dit stuk bevat enkele kleine spoilers.
Dit verhaal heb je gratis gelezen, maar het maken van dit verhaal kost tijd en geld. Steun ons en maak meer verhalen mogelijk voorbij de waan van de dag.
Al vanaf het begin worden we gefinancierd door onze leden en zijn we volledig advertentievrij en onafhankelijk. We maken diepgravende, verbindende en optimistische verhalen die inzicht geven in hoe de wereld werkt. Zodat je niet alleen begrijpt wat er gebeurt, maar ook waarom het gebeurt.
Juist nu in tijden van toenemende onzekerheid en wantrouwen is er grote behoefte aan verhalen die voorbij de waan van de dag gaan. Verhalen die verdieping en verbinding brengen. Verhalen niet gericht op het sensationele, maar op het fundamentele. Dankzij onze leden kunnen wij verhalen blijven maken voor zoveel mogelijk mensen. Word ook lid!