Op 21 oktober vorig jaar lanceerden we een openbare zoektocht naar wat wij noemden ‘divers talent.’ Want voor een medium dat de verteller net zo belangrijk vindt als het verhaal, is een divers auteursbestand van essentieel belang.
We krijgen geregeld de vraag: hoe staat het daar nu mee?
Onze openbare zoektocht heeft veel ‘divers talent’ op ons pad gebracht. Vele honderden e-mails met tips en sollicitaties kwamen bij ons binnen. Een vaak gemailde opmerking: ‘Ik dacht dat jullie niet op mij zaten te wachten in dat witte bolwerk van jullie.’
Een pijnlijke constatering - voor ons. Maar ditmaal werd er gelukkig wel gemaild.
Veel van de talenten die we hebben leren kennen, zijn intussen voor ons aan de slag gegaan. We konden een van de twee open plekken op de redactie intussen invullen en hebben vijftien nieuwe freelancers kunnen verwelkomen.
Voorbij de cijfers
Ondanks dit goede nieuws van het front heb ik lang getwijfeld of ik deze update wel moest schrijven. Het voelt ergens ongemakkelijk om als het ware te ‘pronken’ met mensen die we vonden op basis van hun achtergrond. Dat doen we immers ook niet met onze correspondenten van Amerikaanse, Slowaakse, Griekse of Surinaamse komaf. En we zijn met al onze correspondenten natuurlijk even blij.
Het voelt ergens ongemakkelijk om als het ware te ‘pronken’ met mensen die we vonden op basis van hun achtergrond
Het zou ook nog eens onbedoeld de suggestie kunnen wekken dat ons project nu ‘af’ is. Alsof ons werk erop zit en we weer over kunnen tot de orde van de dag.
Toch schrijf ik dit. Want we hebben onze leden transparantie beloofd over ons journalistieke proces. En daar maakt de samenstelling van ons auteursbestand deel van uit.
Maar wat zeggen zulke cijfers als je niet weet wat zoiets abstracts als ‘meer diversiteit’ nu echt met een platform doet? De waarheid is: dat wist ik ook niet toen ik onze zoektocht aankondigde. Je kent nu eenmaal je eigen blinde vlekken niet.
Meer perspectieven en meer betrokken journalistiek
Wat ik in elk geval leerde: meer diversiteit betekent meer perspectieven op de wereld om ons heen. En meer betrokkenheid bij die wereld.
Want voor veel auteurs die we tijdens onze zoektocht leerden kennen, bleek het wereldnieuws niet iets om wat van te vinden, maar iets wat je eigen leven - en dat van je vrienden en familie - direct raakt.
Die betrokkenheid leverde tal van mooie stukken op, die we anders niet zouden hebben gehad. Neem de vluchtelingencrisis, een van de grootste nieuwsthema’s van het voorbije jaar:
- We konden op het hoogste punt van de vluchtelingencrisis twee stukken publiceren van Nafiss Nia, die vanuit haar eigen ervaring als oud-vluchteling vertelde waar een asielzoeker die hier net aankomt wel of geen behoefte aan heeft.
- We mochten, voor zijn boek hierover verscheen, Rodaan al Galidi’s ervaringen in een asielzoekerscentrum publiceren.
- Een andere oud-vluchteling, Shervin Nekuee, formuleerde zeven verbeterpunten voor de Nederlandse omgang met nieuwkomers.
Maar er was meer. Een greep uit het aanbod:
- We konden op 5 december terugblikken op vijf jaar anti-Zwarte-Piet-protest, aan de hand van een auteur die er vanaf het begin bij betrokken was.
- We publiceerden geregeld over etnisch profileren door de politie, beschreven door de bril van iemand die er zelf mee te maken gehad heeft (en er bovendien op gepromoveerd is).
- Vera Mulder vormde een speciale themaredactie met verhalen over hiphop, straatcultuur en de maatschappijvisie die daaruit voortkomt.
- We publiceerden een stuk over hoe Marokkaanse Nederlanders daten, vanuit het perspectief van iemand die het weten kan: Samya Lamers.
- We lieten jullie naar de opstand in Syrië - en de burgeroorlog daar - kijken door de ogen van Meltem Halaceli, die als Arabiste, en bovendien via haar eigen familie, een sterke band met die regio heeft.
Met stukken als deze konden we de wereld van meer context voorzien, beschreven vanuit de ‘persoonlijke fascinatie en verontwaardiging’ van onze auteurs. Precies zoals het in ons manifest verwoord staat.
Wellicht ten overvloede: persoonlijke betrokkenheid kan een aanbeveling zijn, het noopt natuurlijk ook tot journalistieke voorzichtigheid. Want hoewel we niet in objectiviteit geloven, geloven we wel in onafhankelijkheid.
En het is natuurlijk al helemaal geen must om alleen maar over je eigen achtergrond te schrijven. Laat staan dat we het auteurs verbieden om over andere thema’s dan de geijkte te schrijven. Achtergrond is belangrijk, maar het is slechts een van de vele kwaliteiten waar wij onze auteurs op uitzoeken.
Zo leerden we het afgelopen jaar ook Heiba Targhi Bakkali kennen. Ze is intussen al een halfjaar fulltime aan de slag op onze redactie en schrijft op volstrekt originele wijze over ‘oud worden,’ ofwel het fenomeen vergrijzing.
Persoonlijke betrokkenheid kan een aanbeveling zijn, het noopt natuurlijk ook tot journalistieke voorzichtigheid
Waar ze in het verleden door redacties waar ze voor werkte op onderwerpen als radicalisering en vluchtelingen werd gezet, wilde ze ditmaal met een van haar andere fascinaties voor de dag komen. En dat pakt geweldig uit.
Ten slotte: ook ‘aan de achterkant’ van onze producties leverde onze zoektocht grote verbeteringen aan ons platform op.
Anja Vink schrijft nu niet meer alleen over kansenongelijkheid in het onderwijs, maar neemt nu een studente mee - Beylula Yosef - die op dit thema aan het afstuderen is.
Podcastmaker Romanee Rodriguez is podcasts met correspondenten gaan maken en Lex Bohlmeijer, onze eigen correspondent Goede Gesprekken, kwam via onze zoektocht bij tal van nieuwe gesprekspartners terecht.
Maar al die andere vormen van diversiteit dan?
Maar we wilden natuurlijk niet alleen diverser worden qua landen van herkomst van onze collega’s. Diversiteit zit ’m in tal van andere zaken, hoewel we niet voor niets prioriteit gaven aan de vertegenwoordiging van Nederlanders met een biculturele achtergrond.
We kregen dan ook geregeld vragen ‘hoe het met de verdeling tussen mannen en vrouwen zat’ en ‘tussen homo’s en hetero’s.’
Ook daarvan hebben we intussen werk gemaakt.
Zo hebben we er het afgelopen jaar ook voor gezorgd dat het aantal schrijvende vrouwen op de redactie even groot is als het aantal schrijvende mannen.
En zo pakten we groot uit met met een onderzoek naar de positie van homo’s in Nederland, dat een stevige basis vormt voor structurele aandacht voor dit onderwerp.
Maar we brengen ook steeds meer stukken van correspondenten uit andere werelddelen, sinds we een international editor hebben aangesteld die uit alle hoeken van de wereld stukken organiseert. We werken geregeld samen met ZAM, een collectief van Afrikaanse journalisten. En we presenteerden onlangs onze eerste Engelstalige correspondent: Sarah Kendzior.
Verder wilden we ons als De Correspondent vaker buiten de Randstad laten zien. We zijn evenementen gaan organiseren buiten Amsterdam. Om te beginnen in Nijmegen en - binnenkort - Utrecht, en naar wij hopen op steeds meer andere plekken.
We organiseerden ook pitchdagen waar we nieuwe auteurs hebben leren kennen. Zo gingen we al naar Antwerpen, Rotterdam, Maastricht en Nijmegen en spraken we in totaal ruim veertig journalisten met een verhaalidee.
Zoals deze reeks uit Groningen aantoont: dat loont. De komende jaren is hier nog veel terreinwinst te boeken.
Hoe nu verder?
Dit voorjaar beleefden we ook de pilot van het Correspondent College, een traject om veelbelovende aspirant-correspondenten te trainen in onze werkwijze. We hebben dit traject tot eind 2017 alleen openstaan voor correspondenten met diverse achtergronden, om onze achterstand op dit gebied in te halen.
Meltem Halaceli was de deelnemer van de pilot, Rufus Kain zal - na de zomer - de eerste deelnemer van het officiële Correspondent College zijn.
We trainen op die manier ten minste drie talenten per jaar en dragen zo bij aan een oplossing voor weer een ander probleem: het feit dat opleidingen voor journalistiek van oudsher óók weinig diversiteit herbergen.
Zijn we dan nu tevreden? Is ons project diversiteit ‘af’ en kunnen we door naar het volgende project op onze planning? Nog lang niet.
Het komende jaar willen we vaker dan dit jaar ons gezicht laten zien op plekken waar we zelf niet zo gauw zouden komen. Om talent voor het Correspondent College te werven, nieuwe freelancers te ontmoeten. En, naarmate we verder groeien en meer mogelijkheden krijgen, ook in de toekomst vrijkomende plekken op de redactie te reserveren voor mensen die ons kunnen aanvullen, met wie ze zijn en waar ze vandaan komen.
Maar, dit hebben we ook geleerd: het vinden van nieuwe stemmen is stap één, het versterken, behouden en ontwikkelen van deze stemmen is een tweede. We zijn nu nog een redactie met een meerderheidscultuur, die plaatsmaakt voor ‘anderen,’ idealiter is onze redactie straks een redactie zonder ‘meerderheid.’
Daar hoort bij dat we diverser willen worden in het type verhalen dat we aanbieden. Zijn we nu nog erg van het geschreven woord, we werken hard aan plannen om meer met video en podcasts te doen. Want een geschreven artikel is lang niet voor iedereen de beste vorm. Dat zal bovendien leden interesseren die niet alleen graag lezen, maar ook luisteren en kijken.
Vraag ons over een jaar kortom nog eens hoe de vlag erbij hangt. En een jaar later weer. En help ons vooral bij het vinden van deelnemers voor de volgende rondes van het Correspondent College.
Want je kunt wel diverser worden, maar nooit divers. Laat staan divers genoeg.
Lees hier over onze zoektocht
We willen De Correspondent diverser maken. Helpen jullie mee? Wij werken op een 100 procent witte redactie in een stad waar 35 procent van de mensen dat niet is. Dat laatste geldt ook voor 12 procent van de gehele Nederlandse bevolking. En dat kan natuurlijk niet. Daarom zijn we begonnen met het scouten van talent. Zoeken jullie mee? De belangrijkste kritieken op ons diversiteitsplan op een rij (met onze antwoorden erbij) Vorige week kondigden we aan een redactie te willen vormen die een betere afspiegeling vormt van de samenleving. Het kwam ons op bijval én zware kritiek te staan. Hoe blikken we terug op deze week? En, hoe gaat onze zoektocht verder? Wij willen onze redactie diverser maken. Hoe staat dat ervoor? Eind oktober begonnen we met een zoektocht: we wilden onze redactie ‘diverser’ maken. Wat leverde deze zoektocht tot nu toe op? Tijd voor een update, met de aankondiging van iets heel nieuws: het Correspondent College.
Dit verhaal heb je gratis gelezen, maar het maken van dit verhaal kost tijd en geld. Steun ons en maak meer verhalen mogelijk voorbij de waan van de dag.
Al vanaf het begin worden we gefinancierd door onze leden en zijn we volledig advertentievrij en onafhankelijk. We maken diepgravende, verbindende en optimistische verhalen die inzicht geven in hoe de wereld werkt. Zodat je niet alleen begrijpt wat er gebeurt, maar ook waarom het gebeurt.
Juist nu in tijden van toenemende onzekerheid en wantrouwen is er grote behoefte aan verhalen die voorbij de waan van de dag gaan. Verhalen die verdieping en verbinding brengen. Verhalen niet gericht op het sensationele, maar op het fundamentele. Dankzij onze leden kunnen wij verhalen blijven maken voor zoveel mogelijk mensen. Word ook lid!