Nooit zijn er zoveel grensmuren gebouwd als in de afgelopen dertien jaar. Officieel vanwege terrorisme, in de praktijk om ‘gelukszoekers’ buiten de deur te houden. Dick Wittenberg ging al op dag één van De Correspondent op zoek naar de ratio achter dé trend van de eenentwintigste eeuw: grensmuren bouwen.
Ook Europa bouwt stevig mee. Sommigen spreken zelfs van een "Fort Europa". Een gemilitariseerde buitengrens, waar zo’n 400.000 grensbewakers de wacht lopen.
Maar werken al die grensmuren eigenlijk wel? In mijn eerste artikel op De Correspondent verkende ik deze vraag. Ik noemde ‘Fort Europa’ een tragisch project. Waarom? Meer grensmuren blijken volgens experts helemaal niet tot minder migratie te leiden. De routes die migranten nemen worden er slechts riskanter door.
Dat is geen wonder, zo liet ik in een volgend stuk zien. Een grens van 53.000 kilometer verzegelen is nu eenmaal een project van utopische proporties. Utopisch? Ja, het sluiten van grenzen is misschien wel utopischer dan het openstellen ervan, zo bedacht ik me na lezing van Thierry Baudets boek Oikofobie.
Bij een utopisch project raken doel en middelen al gauw uit balans. Daarom ging ik op reis om ‘Fort Europa’ met eigen ogen te aanschouwen.
Ik bezocht de bouwers, de bewakers, de bewoners en de bestormers.
De bouwers
Ik begon in Schengen, het Luxemburgse dorpje waar ooit het fundament onder Europa’s gezamenlijke grenspolitiek werd gelegd. Daar ontdekte ik dat het Schengenpaspoort vooral was ingesteld voor Europese truckchauffeurs, die zo niet langer in de file voor de grens hoefden te staan. Ik sprak een van de ‘founding fathers’ van het Schengenakkoord, die teleurgesteld vaststelde dat niemand dit succesverhaal zag. ‘Het gaat alleen nog maar over die migranten’, verzuchtte hij.
Met het sluiten van zijn binnengrenzen kreeg Europa ineens ook een gedeelde buitengrens. Al vanaf 1998 wordt daarom gebouwd aan een gemeenschappelijk asielbeleid. Deze zomer werd dit als een ‘historisch’ akkoord gepresenteerd. Met Europacorrespondent Tomas Vanheste trok ik dan ook naar Brussel. In een reconstructie in tien aktes lieten we zien hoe Europa jarenlang over een gemeenschappelijk asielbeleid heeft gesteggeld.
De les van ons bezoek aan Brussel? Van een echt gemeenschappelijke aanpak, waarin elk land zijn verantwoordelijkheid neemt, lijkt het nog niet gekomen. De Europese Commissie wilde wel, maar de lidstaten sputterden tegen. De lidstaten bleken op dit dossier de baas , in plaats van die zo vaak vervloekte Brusselse bureaucraten.
De bewakers
Een grens bewaken. Hoe gaat dat eigenlijk in zijn werk? Dat zagen conflictcorrespondent Maite Vermeulen en ik toen we in Turkije, Griekenland en Bulgarije gingen kijken. De grensbewakers die we opzochten waren niet echt van onze aandacht gediend. Maar door de afwijzende houding van hun woordvoerders wisten we wel waar we moesten gaan kijken: horrorkamp Harmanli.
Het ‘succesverhaal’ van Griekenland – een compleet verzegelde grens – leidde dit najaar tot een humanitair drama in een EU-land verderop. Bulgarije, een land dat daar totaal niet op voorbereid is, kreeg ineens duizenden Syriërs over de vloer. Het probleem werd niet opgelost, maar doorgeschoven.
Deze vraag kregen we intussen veel: kunnen die Syriërs en die Afghanen dan niet beter in de regio worden opgevangen? Tsja, dat is precies wat er gebeurt. En dat leidt tot kampen die in de loop der jaren meer op steden beginnen te lijken. Terwijl de internationale gemeenschap de kampen als tijdelijke oplossingen bestempelt, zijn het in feite levenslange gevangenissen voor deze vluchtelingen.
De bewoners
Kortom: een klein deel van die migranten zal hierheen blijven komen. Op eigen initiatief en in een enkel geval op uitnodiging van de elf EU-lidstaten die vluchtelingen samen met de VN ‘hervestigen’. Dat zijn er in 28 landen slechts zo’n 8.000.
De regio zit vol. Europa lonkt. En dus is het elke zomer raak. Op Malta komen er elk jaar zo’n 1.200 a 1.500 aan. Op het Italiaanse eilandje Lampedusa zo’n 10.000, met uitschieters tot boven de 30.000 per jaar. Toch doen beleidsmakers elk jaar weer alsof ze verrast worden, zo ontdekten we op Lampedusa. Na ieder ‘incident’ gaat immers de Europese geldkraan open. Hoe is het om te wonen tussen de schipbreukelingen, aan een strand waar elke zomer de lijken aanspoelen? We spraken met een klas scholieren. Zij begrepen er weinig van. Ylena (18) merkte bijvoorbeeld op: ‘waarom zijn er zo weinig legale manieren om in Europa te komen?’
Ze sloeg de spijker op zijn kop. Want waar we ook kwamen op onze reis langs Europa’s grenzen: het was overal hetzelfde verhaal. Hoe dichter onze grens gesloten werd, hoe riskanter de routes. En hoe sneller migranten in handen van opportunistische mensensmokkelaars blijken te vallen. Ironisch genoeg precies de ‘bad guys’ die Europese politici zeggen te bestrijden.
De bestormers
En hoe vergaat het degenen die aan de poorten van Europa worden tegengehouden? De bestormers van het Fort, die soms met duizenden tegelijk Spanje proberen binnen te komen? Nu de oostgrens van Europa zich steeds verder sluit, voegen ook Syrische vluchtelingen zich bij de Afrikaanse migranten die zich ophouden in Marokko.
De EU betaalt de Marokkaanse overheid om hen terug te kunnen sturen, en om ze bij de grens vandaan te houden. Het gevolg: duizenden blijven ontredderd achter. We zochten hen op, en ontdekten dat Europa weinig recht van spreken heeft, wanneer ze haar buren aanspreekt op de mensenrechten.
Geen woorden, maar plaatjes?
En, is er nog hoop?
De vraag die mij de afgelopen maanden het meest gesteld is, of het ook anders kan. Zijn er alternatieven voor ‘Fort Europa’, of moeten we het hier mee doen? De vraag begrijp ik. Het laatste artikel in het project ‘Fort Europa’ zal dan ook tien alternatieven op een rijtje zetten. Maar of het mogelijk is om alle tragiek van de aarde te laten verdwijnen? Dat geloof ik niet. En tragisch is het, de situatie van al die ontheemden op zoek naar een betere toekomst.
Het zou natuurlijk wel fijn zijn als ik zo rond Kerst toch het antwoord op al deze problemen kon presenteren. Iets hoopvols kon delen, misschien. Maar zo simpel is het niet.
Misschien is het belangrijkste inzicht dat ik tijdens project ‘Fort Europa’ opdeed wel dat migratie geen probleem is, dat om een oplossing vraagt. Het is een gegeven, zo gewoon als de zon die elke dag opkomt.
Iedere ‘andere kijk’ op asiel en migratie moet volgens mij dan ook beginnen met het nuchtere besef dat migratie niet valt te stoppen en slechts ten dele valt te kanaliseren. Dat opent de weg naar een meer pragmatische benadering, waarin niet alleen de grenzen maar ook de mensenrechten worden bewaakt.
Voor het zover is, hebben we gelukkig Rutger Bregman in huis, onze correspondent Vooruitgang. En dus is niet alle hoop verloren. In een fascinerend gedachtenexperiment laat hij haarfijn zien hoeveel voordelen ‘open grenzen’ eigenlijk hebben.
Dit verhaal heb je gratis gelezen, maar het maken van dit verhaal kost tijd en geld. Steun ons en maak meer verhalen mogelijk voorbij de waan van de dag.
Al vanaf het begin worden we gefinancierd door onze leden en zijn we volledig advertentievrij en onafhankelijk. We maken diepgravende, verbindende en optimistische verhalen die inzicht geven in hoe de wereld werkt. Zodat je niet alleen begrijpt wat er gebeurt, maar ook waarom het gebeurt.
Juist nu in tijden van toenemende onzekerheid en wantrouwen is er grote behoefte aan verhalen die voorbij de waan van de dag gaan. Verhalen die verdieping en verbinding brengen. Verhalen niet gericht op het sensationele, maar op het fundamentele. Dankzij onze leden kunnen wij verhalen blijven maken voor zoveel mogelijk mensen. Word ook lid!