De Correspondent
Colette van Nunen - Inburgeringscursus #1
SoundCloud
Luister hier deze eerste reportage

Over vluchtelingen lopen de meningen in Nederland nogal uiteen. Maar over één ding zijn we het eens: wie hier blijft, moet integreren.

De overheid heeft daarvoor een norm gesteld: Vorig jaar kregen 32.000 mensen een verblijfsvergunning in Nederland. Ongeveer 70 procent moet inburgeringsexamen doen, kinderen en 65-plussers worden vrijgesteld.

Veel vluchtelingen hebben grote moeite om het examen te halen. Ze haken voortijdig af of doen er langer over dan is toegestaan. Minister Lodewijk Asscher (Sociale Zaken, PvdA) laat onderzoeken hoe dit komt. De eerste resultaten gaan deze maand naar de Tweede Kamer.

Ik in mijn rol als klassenassistent in een inburgeringsklas in Oss. Foto: Romi Tweebeeke
Ik in mijn rol als klassenassistent in een inburgeringsklas in Oss. Foto: Romi Tweebeeke

Wat houdt inburgeren in Nederland in? En wat zeggen de slagingspercentages over de werkelijke integratie van vluchtelingen? Sinds juni ben ik klassenassistent in een inburgeringsklas in Oss. Ik leer vluchtelingen Nederlands. Zij leren mij hoe je officieel een burger van Nederland wordt. Dit past in het initiatief dat Greta Riemersma en Dick Wittenberg voor De Correspondent organiseren.

Ik deel mijn ervaringen bij en hier bij De Correspondent. Vandaag: van de universiteit in Homs naar de inburgeringsklas in Oss. Of: Alle begin is moeilijk.

De klas

Hij weet dat hij in wijkgebouw de Iemhof in Oss moet zijn, op de begane grond. Maar waar vindt hij zijn klas?

Het is de eerste keer dat de twintigjarige Mahmoud uit Syrië naar komt. Het wijkgebouw in Oss is er een als zo vele: met een biljartzaal, een vergaderruimte voor de wijkraad en praktijkruimtes voor de logopedist en de diëtist.

Een man van zijn vaders leeftijd begroet hem in het Arabisch. Mahmoud glimlacht, die kan hij tenminste verstaan

Op een deur ziet hij het logo van Vluchtelingenwerk. Daar gaat hij naar binnen. In het lokaal zitten tien andere cursisten al klaar. Ze staren zwijgend voor zich uit. Aan de muur hangen knutselwerkjes, gemaakt door mensen uit de wijk. Er staat een whiteboard en een kast met laptops. Een oudere vrouw begroet Mahmoud met een knikje. Anderen zeggen zachtjes goedemiddag. Hij ziet een Somalisch meisje van zijn eigen leeftijd, met paarse hoofddoek en kleurige jurk. Een man van zijn vaders leeftijd begroet hem in het Arabisch. Mahmoud glimlacht, die kan hij tenminste verstaan.

De lerares is Marieke de Peuter, een tengere vrouw van begin dertig. Ze heeft Taalwetenschappen gestudeerd en de post-hbo-opleiding Nederlands als tweede taal gevolgd. Sinds twee jaar geeft ze les. Ze geeft Mahmoud twee boeken: Taalcompleet en Welkom in Nederland. Daarmee moet hij het voorlopig doen.

Mina en docent De Peuter. Foto: Romi Tweebeeke
Mina en docent De Peuter. Foto: Romi Tweebeeke

De cursisten

Mahmoud woont sinds mei van dit jaar in Schaijk, dertien kilometer van Oss. Samen met zijn vader, stiefmoeder en drie jongere broers. Vanaf augustus moet hij drie middagen per week naar de inburgeringslessen in Oss. Vandaag leert hij Nederlandse woorden. Voor het Inburgeringsdiploma moet hij meer kunnen. Binnen drie jaar moet hij zes examens halen. Vier taalexamens: Nederlands lezen, luisteren, spreken en schrijven op het niveau van groep 8 van de basisschool. En nog twee integratie-examens: Kennis van de Nederlandse maatschappij en Oriëntatie op de arbeidsmarkt.

Docent De Peuter vertelt wat er vandaag op het programma staat. Eerst is er gezamenlijk les, daarna moeten de cursisten zelfstandig aan het werk. De ervaren studenten kennen de lesopzet. Maar voor Mahmoud als beginner is er geen touw aan vast te knopen. De Peuter doet alles in het Nederlands en het is niet de bedoeling dat anderen voor hem vertalen. Hij moet het al doende leren. Dat kan soms lang duren, blijkt uit cijfers van het ministerie van Sociale Zaken. De helft van de mensen die in 2013 inburgeringsplichtig zijn geworden, had in april van dit jaar het examen nog niet gehaald.

Mahmoud gebruikt Google Translate op zijn telefoon. Foto: Romi Tweebeeke
Mahmoud gebruikt Google Translate op zijn telefoon. Foto: Romi Tweebeeke

Ook in de klas van De Peuter zitten mensen die al een paar jaar les hebben, maar nog niet genoeg Nederlands kennen. Het Somalische meisje, Anab van twintig, wilde in september met haar vervolgopleiding aan het ROC beginnen. Maar ze werd niet toegelaten omdat ze haar examen Begrijpend lezen nog niet heeft gehaald. Het Syrische echtpaar Safwan (35) en Rana is twee jaar geleden begonnen. Ze willen graag examen doen, maar de docent ziet dat ze er nog niet klaar voor zijn.

De lessen

De les begint met een luisteroefening. De docent loopt langs de tafels en geeft iedereen een rood en een groen kaartje. ‘Hoor je de ‘ui’ van huis dan steek je een groen kaartje op, hoor je de ‘ui’ niet, dan steek je een rood kaartje op.’

De ‘ui’ is een lastige klank, ‘au’ en ‘ui’ worden nogal eens door elkaar gehaald. Het begint makkelijk: ‘Huis.’ Tien groene kaartjes gaan de lucht in. ‘Luisteren.’ Mahmoud kijkt wat zijn klasgenoten doen en steekt zijn groene kaartje op. ‘Keuken,’ rood, ‘kuiken,’ groen. Een cursist vraagt of je ‘bauk’ ook met een ‘ui’ schrijft. ‘Bedoel je buik?’ zegt De Peuter en wrijft over haar buik. Mina, een wat oudere vrouw uit Iran, wil ook iets vragen. Maar ze kan niet op het woord komen. Ze wijst naar de computer. ‘De computer is uit, ook met een ‘ui’,’ zegt De Peuter.

Sina, Anab, Shewit, Mahmoud, Mina en Jonas. Foto: Romi Tweebeeke
Sina, Anab, Shewit, Mahmoud, Mina en Jonas. Foto: Romi Tweebeeke

We doen een lesje over de politieke partijen en verkiezingen. Geert Wilders kennen ze allemaal

Behalve de docent is er ook een klassenassistent, dat is een vrijwilliger, zoals ik. De Peuter vraagt me om met een paar gevorderden Kennis van Nederland te behandelen, en dus ga ik met zes mensen naar een aangrenzend lokaaltje. Anab uit Somalië, Sina uit Afghanistan, Jonas en Shewit uit Eritrea en het Syrische echtpaar Safwan en Rana. Ze zitten allemaal ruim twee jaar in deze klas en spreken behoorlijk goed Nederlands. De Peuter geeft me een boek mee en de opdracht het hoofdstuk ‘Politiek’ te bespreken. Het is een lesje over de politieke partijen en verkiezingen. Geert Wilders kennen ze allemaal.

De pauze

In de pauze lopen studenten met een kop koffie naar buiten. Mahmoud gaat in zijn eentje op een muurtje zitten roken. Niemand praat met hem en hij spreekt ook niemand aan. Ik probeer wat in het Engels, maar hij verstaat me niet en ik spreek geen Arabisch. Ik vraag Jonas om te vertalen. Mahmoud vertelt dat hij in Homs studeerde, aan een van de grootste universiteiten van Syrië. Hier waren in 2011 de eerste protesten tegen het regime van Bashar al-Assad. Mahmoud woonde in Hama, een oude stad ten noorden van Homs. Elke dag ging hij met de bus naar de universiteit waar hij business en management studeerde. Nu fietst hij in drie kwartier van Schaijk naar Oss.

‘Hou je van fietsen?’ vraag ik. ‘Ja.’ Ook in de winter? De anderen, die de lange Nederlandse winters al hebben meegemaakt, lachen. ‘Geen probleem.’ Om de inburgeringscursus te kunnen betalen moest Mahmoud een lening aanvragen bij DUO (Dienst Uitvoering Onderwijs). 10.000 euro kan hij lenen voor zijn inburgeringscursus. Als hij het examen binnen drie jaar haalt, hoeft hij niets terug te betalen.

Jonas. Foto: Romi Tweebeeke
Jonas. Foto: Romi Tweebeeke

Sina, Anab en Safwan. Foto: Romi Tweebeeke
Sina, Anab en Safwan. Foto: Romi Tweebeeke

De vervolgstudie

Na de pauze gaan de cursisten zelfstandig aan het werk. Ze halen een laptop uit de kast, of gaan verder in hun werkboek. Het is stil in de klas, geen gelach, geen geklets. Mahmoud maakt een opdracht op de laptop. Alles is in het Nederlands, maar hij begrijpt het. Op het scherm verschijnt een afbeelding van een vrouw die naar zichzelf wijst. Mahmoud moet ‘ik’ intypen. Op de volgende afbeelding wijst de vrouw naar een man naast haar: ‘jij’ vult Mahmoud in. De eerste hoofdstukken in het boek bestaan vrijwel uitsluitend uit woorden leren. Daarna komt zinsbouw aan bod. Daar is Mahmoud nog lang niet aan toe.

Hij wil zijn managementstudie zo snel mogelijk in Nederland oppakken. Maar dat zal lastig worden. Om toegelaten te worden aan een Nederlandse universiteit moet je het staatsexamen Nederlands hebben gehaald. Dat is een stuk hoger dan het inburgeringsexamen waarvoor hij nu wordt opgeleid. Met zijn lening mag hij maar op één niveau examen doen. Wil hij doorstromen naar staatsexamen, dan moet hij dat zelf betalen. Voorlopig is Mahmoud nog bezig met zijn eerste Nederlandse woordjes. Afscheid nemen kan hij al in het Nederlands, merk ik aan het einde van de les. ‘Dag,’ zegt hij.

Het onderzoek voor dit artikel werd mede mogelijk gemaakt door De reportage is onderdeel van het project Nieuw in Nederland, waarover je in de links hieronder meer kunt lezen.

Lees ook:

Honderden Correspondentleden praten met vluchtelingen over hun eerste jaar in Nederland. Doe je mee? Doe mee met een uniek initiatief. Hoe gaat het verder met vluchtelingen als ze eenmaal hier zijn? De Correspondent mobiliseert honderden leden om dat uit te zoeken. Geef je vandaag nog op. Lees de oproep hier terug Hoe kom je in contact met een vluchteling? En meer vragen over Nieuw in Nederland beantwoord Doe mee met een uniek initiatief. Hoe gaat het verder met vluchtelingen als ze eenmaal hier zijn? De Correspondent mobiliseert honderden leden om dat uit te zoeken. In dit stuk: hoe je in contact komt met een vluchteling. Lees de gids hier