Beste,

Ik moest laatst hardop lachen om in de Volkskrant.

Sigmund treft op straat een collectant.

Collectant: ‘Heeft u iets over voor het goede doel?’

Sigmund: ‘Ja hallo, en die seksfeesten dan?’

Collectant: ‘Daarvan is bij ons geen sprake, wij zijn nog van de oude stempel. Bij onze organisatie gaat nog gewoon de helft van elke euro naar het salaris van de directeur.’

Sigmund (stopt geld in de collectebus): ‘Ah… Nou, daar moet ik dan maar op vertrouwen.’

Ik moest dus lachen - maar als een boer met kiespijn. Want deze strip legt pijnlijk bloot hoe weinig draagvlak er op dit moment is

Dat sceptische vragen oprijzen, zeker na de lang stilgehouden seksfeesten door Oxfam-medewerkers in Haïti, is natuurlijk terecht: komt mijn geld wel goed terecht? Heeft onze hulp zín?

Om een antwoord te bieden op die vragen, en het vertrouwen van donateurs en hulpontvangers te behouden, is volgens mij een radicaal andere aanpak nodig. Een aanpak die simpel is en waarvan de effectiviteit beter bewezen is dan die van andere vormen van ontwikkelingshulp.

Ik heb het hier over cash.

Geef arme mensen cash. Geen muskietennetten, trainingen of koeien, maar gewoon geld. Handje contantje.

Cash ténzij

De voordelen van cash zijn enorm: er is veel wetenschappelijk bewijs dat laat zien dat cash (op korte termijn) armoede terugdringt. Vergeleken met andere vormen van hulp zijn er veel minder organisatiekosten en gaat er dus meer geld naar de ontvanger. En het laat arme mensen in hun waarde: ze mogen zélf beslissen wat ze met het geld doen.

En niet onbelangrijk: cash kan als ijkpunt dienen om onze andere hulpprogramma’s mee te vergelijken. Het gaat dan niet om het vergelijken van ‘traditionele’ hulp met geen hulp, maar met het geven van cash. Alleen door op deze manier te kijken, kun je zien wat een hulpprogramma méér waard is dan de hoeveelheid euro’s die het kost. Wat de échte toegevoegde waarde is.

Een hulpsector waarin de regel is: we geven cash tenzij er een goede reden is om dat niet te doen.

Illustratie: Kwennie Cheng.
Illustratie: Kwennie Cheng.

De discussie onder het verhaal is overigens zeer de moeite waard. Onder meer (een Nederlandse organisatie die cashdonaties doet) en de praten volop mee. Ik ben ook heel benieuwd wat jullie vinden!

Vijf belangrijke vragen over cash

Voor de echte ontwikkelingsnerds heb ik ook nog

Ik behandel vijf cruciale vragen:

  1. Stel je voorwaarden aan het verstrekken van cash? Zo ja, welke?
  2. Geef je één groot bedrag? Of geef je periodiek een klein basisinkomen?
  3. Combineer je cash met trainingen?
  4. Geef je cash aan mannen of aan vrouwen?
  5. (Hoe) selecteer je de armsten om cash aan te geven?

De keuzes die je hierin maakt, kunnen grote gevolgen hebben voor het effect van de cash. Zo geven vrouwen bijvoorbeeld meer geld uit aan het gezin en investeren mannen meer buitenshuis.

Illustratie: Kwennie Cheng.
Illustratie: Kwennie Cheng.

Tot slot...

...nog even over die seksfeesten uit het Sigmund-stripje: ik sprak vorige week in Humanity House over (seksueel) misbruik in de noodhulpsector. Met onder anderen hoofd Programma’s en Campagnes van Oxfam Novib, hoofd noodhulp van Buitenlandse Zaken en een zeer interessante psychiater die hulpverleners behandelt voor vertrek en na terugkeer. Benieuwd wat er in dit open gesprek gezegd werd?

En: in Pakhuis de Zwijger modereerde ik een avond over het nieuwe boek van Olivier van Beemen, Bier voor Afrika. Een avond met heftige discussies over de rol van Heineken op het Afrikaanse continent (onder meer met een oud-Heineken-medewerker).

Still uit de livestream van de avond in Pakhuis de Zwijger
Still uit de livestream van de avond in Pakhuis de Zwijger

Wil je deze updates liever in je inbox? Dat kan! Schrijf je in en ik houd je tweewekelijks op de hoogte van alles wat ik schrijf, lees, zie en hoor over migratie en ontwikkeling. Meld je hier aan