Beste,

Ik wil beginnen met een kleine oproep.

Ik doe namelijk mee aan een bijzonder internationaal project: Met een groep journalisten van over de hele wereld (een learning cohort, zoals de Amerikanen dat zo mooi noemen), wisselen we kennis, ideeën en ervaringen uit rondom de vraag: hoe kunnen we lezers en experts beter betrekken bij en gebruiken in onze journalistiek?

En wie kan ik die vraag nu beter stellen dan jullie - de lezers en experts waar we het over hebben!

Heel vaak maak ik al dankbaar gebruik van jullie input. Jullie stuurden me twee weken terug bijvoorbeeld massaal vragen over en tips voor mijn onderzoek naar migratie in Nigeria. Maar er zijn vast nog heel veel andere vormen te bedenken waarop jullie bijdragen beter kunnen doorklinken in mijn journalistieke werk.

Heel graag hoor ik daar dus jullie ideeën over. Dat kan door te reageren onder Maar nog liever door dit formulier in te vullen. Het duurt maar een minuutje, heel veel dank alvast!

Vul in: hoe kan ik jullie input het beste gebruiken? Wie zouden moeten meepraten in discussies onder mijn verhalen? Bij wie moeten mijn verhalen terechtkomen? Welke vaardigheden hebben jullie te leen? Ik hoor hier heel graag jullie ideeën

Ik ben aangekomen in Lagos!

En dan: ik ben aangekomen in Lagos, Nigeria!

Als je het hebt over eerste indrukken, dan wist Nigeria die wel te maken. De eerste de beste douanier vroeg ons of we voor haar chocolates hadden meegenomen. De eerste de beste agent die onze tassen controleerde vroeg domweg om geld.

Eenmaal van het vliegveld af – een absurde, hete, chaotische, bruisende megastad. 21 miljoen mensen op een kluitje. Dat is nogal wat om in je op te nemen.

De contrasten vallen me het meest op. Kinderen die onder viaducten slapen worden voorbijgereden door geblindeerde Hummers. Dit is een land dat extreme armoede én extreme rijkdom kent.

En dan zijn er de geluiden.

Elektriciteit is totaal onvoorspelbaar - en het grootste deel van de dag gewoon niet aanwezig - dus de constante dreun van generatoren hangt over de stad. Slechts overstemt door de soundtrack van claxons: Lagos is één groot toeterend verkeersinfarct. Op de langste brug van sub-Saharisch Afrika kun je zomaar een paar uur vaststaan in de ochtend- en avondspits. En: overal is muziek. Een jazztrompet, een dreunende afrobeat, een trommel.

Mijn tijdelijke nieuwe werkplek is een oase van rust. Een fijne plek om de komende weken de eerste verhalen op papier te zetten, die ik buiten in de drukte vind.

Ben ik een gelukszoeker?

Om in Nigeria aan de slag te kunnen als journalist, heb ik natuurlijk een verblijfsvergunning nodig. Maar die te krijgen – dat bleek een stuk moeilijker dan ik had verwacht.

Want het feit dat ik verwacht dat ik gemakkelijk in een ander land kan werken, zegt veel over de scheve migratieverhoudingen in onze wereld.

Onder de column barstte een flinke discussie los, die zeer de moeite waard is eens door te lezen.

Het zou onterecht zijn dat ik mezelf met de ‘gelukszoekers’ vergeleek die naar Europa proberen te komen vanuit Afrika, vonden sommigen, want ik kom geen lokale banen inpikken. Anderen herkenden juist wat ik schreef, uit hun eigen ervaring als expat. Iemand tipte dit rake stuk uit The Guardian: En weer een ander kwam met de mooiste oplossing voor het probleem: waarom nodigt De Correspondent niet een Nigeriaanse journalist uit om in Nederland te komen werken?

Tot slot...

... was ik (vlak voor ik mijn biezen pakte naar Nigeria) te gast in de leukste podcast van Nederland: We spraken er over een oude klassieker: het basisinkomen. Of eigenlijk: hoe we het basisinkomen in lage-inkomenslanden kunnen gebruiken om armoede uit te roeien. Gaat dat luisteren!

Wil je deze updates liever in je inbox? Dat kan! Schrijf je in en ik houd je tweewekelijks op de hoogte van alles wat ik schrijf, lees, zie en hoor over migratie en ontwikkeling. Meld je hier aan