U bent geëxcuseerd, de verwarring is dit keer namelijk groter dan gebruikelijk.

Op 15 maart kiest Nederland nieuwe Provinciale Staten, maar we krijgen voortdurend landelijke kopstukken te zien op wie we niet kunnen stemmen. Het beste argument daarvoor is dat de nieuw gekozen Statenleden op 30 mei de nieuwe Eerste Kamer kiezen. En die is, samen met regering en Tweede Kamer, de landelijke medewetgever.

De meer smoezelige reden waarom landelijke kopstukken de komende dagen via radio en tv uw huiskamer binnendruppelen, is omdat deze verkiezingen traditiegetrouw worden gezien als tussentijdse graadmeter van het kabinetsbeleid. Daar zijn coalitiepartijen nu extra gespannen over, omdat dit kabinet steeds meer lastige onderwerpen bij de provincie heeft neergelegd. Denk aan stikstof, energiebeleid en ‘de woningbouwopgave’.

Ter extra verwarring voert de VVD in deze verkiezingsweken met militaire precisie een leiderschapswissel uit, waarvan alleen enkele intimi weten wat het einddoel is. Het enige dat duidelijk is, is dat Edith Schippers via tussenstation Eerste Kamer naar voren wordt geschoven als toekomstig partijleider terwijl Mark Rutte op de hoogste internationale podia zijn bonuspunten ophaalt. Om te verzilveren met een hoge EU-positie, of als secretaris-generaal van de NAVO? Iets niet-Haags in ieder geval. Als hij zijn bakje muesli op de Grote Markt kan missen, tenminste.

Intussen krijgt u thuis drukwerkjes in de bus met provinciale lijsttrekkers van wie u nog nooit hebt gehoord. De landelijke figuren die uw stem vragen zijn er in twee soorten: zogenaamde lijsttrekkers voor en die de Eerste Kamer helemaal niet in willen, laat staan de Provinciale Staten.

De schaamteloze verlandelijking

Die verlandelijking van de Provinciale Statenverkiezingen voltrekt zich steeds schaamtelozer. Veelgehoord argument: dat moet wel omdat de Eerste Kamer ‘steeds politieker’ is geworden.

Ja, gemaakt – door diezelfde landelijke politici. Mark Rutte is met zijn vier kabinetten niet anders gewend dan dat (de andere benaming van de Eerste Kamer) hem dwingt een meerderheid bij elkaar te klussen. Terwijl leden van coalitiefracties onder sterke druk staan om met de collega’s in de Tweede Kamer én het kabinet mee te stemmen.

Hoe nauwer de Eerste Kamer de Tweede volgt in stemgedrag, hoe overbodiger de Eerste wordt

Nog zo’n bron van verwarring. De Eerste Kamer wordt politieker, maar is van oudsher al een volwaardig politiek orgaan met een vetorecht: hij kan wetten niet aanpassen maar wel in hun geheel tegenhouden. In de praktijk maakt de Senaat daar terughoudend gebruik van omdat hij niet direct door de kiezers is gekozen en dus een zwakkere band met de kiezer heeft.

Hoe nauwer de Eerste Kamer de Tweede volgt in stemgedrag, hoe overbodiger de Eerste wordt. Want daardoor komen de meestgenoemde functies in de knel: de Senaat moet wetten vooral toetsen op uitvoerbaarheid en deugdelijke en duidelijke wetgeving. Daarvoor blijft weinig ruimte als de uitkomst van debatten door de Tweede Kamer wordt gedicteerd.

Steeds politieker worden betekent dus steeds meer een kopie van de Tweede Kamer worden. Ter gedeeltelijke geruststelling: ook voordat de Tweede Kamer de Senaat als aanhangwagen behandelde, sprak de Eerste Kamer zelden een veto uit.

Het terugzendrecht dat op zich laat wachten

De wilde tegen die dreigende overbodigheid wat doen. Ze stelde voor de Eerste Kamer een ‘terugzendrecht’ van wetsontwerpen te geven. De Tweede Kamer krijgt dan een al aangenomen wetsontwerp mét wijzigingsvoorstel teruggestuurd door de Eerste Kamer, maar beslist uiteindelijk alleen en heeft dan dus het laatste woord.

De regering heeft dat idee overgenomen maar verder is met die aanbeveling niets gebeurd. De Tweede Kamer heeft weinig tijd voor de rol van de Eerste Kamer. Er gaan periodiek stemmen op om die hele Kamer maar op te heffen.

Ook daar komt het tot nog toe niet van.

Intussen loopt het systeem steeds iets verder uit de rails. Zolang het verzet tegen het stikstofbeleid groot blijft opspelen, dreigt de regering als gevolg van de komende verkiezingen dubbel in de tang genomen te worden. Als antistikstofpartijen in de Eerste Kamer coalitiepartijen verdringen, moeten er meer andere oppositiezetels worden gesprokkeld om enig beleid te kunnen voeren.

Maar diezelfde winst voor antistikstofpartijen kan in agrarische provincies ook zorgen voor extra weerstand. Dat bleek de laatste tijd al toen verschillende lieten weten met het aanpakken van piekbelasters en bedrijven zonder vergunning.

Het is een schoolvoorbeeld van wat er met de provincies aan de hand is. De minst bekende bestuurslaag – die tussen Rijk en gemeente – heeft van oudsher gebruik van de ruimte, kwaliteit van de natuur en het water, provinciale wegen en openbaar vervoer, cultuur en toezicht op gemeenten en waterschappen.

Klem tussen opgejaagd Rijk en uitdijende gemeentes

De zitten steeds meer knel tussen een opgejaagde Rijksoverheid, die wordt aangesproken op grootschalig falen, en de gemeenten, die vanwege steeds meer gedecentraliseerde taken vaker met andere regionale gemeenten samenwerken.

De Rijksoverheid wil dat de provincie de problemen oplost waar ze zelf op vastloopt. De gemeenten hebben hun taken steeds meer opgedragen aan samenwerkingsverbanden, soms zo groot als een halve provincie. Houd daar nog maar eens toezicht op.

Een rol vinden tussen al die blijvende en tijdelijke krachten valt veel provincies dan ook zwaar, ondanks de imposante gebouwen en uit het bedrijfsleven gekopieerde ambtelijke ‘concernstructuur’ met vele honderden ambtenaren.

Groningen stond bijvoorbeeld de maandag na de presentatie van het rapport van de enquêtecommissie Gaswinning wel met eisen op de stoep in Den Haag. Maar al die jaren dat de eigen bewoners onder de grond werden leeggetrokken, stond de provincie erbij en werd ze amper gehoord.

Vertegenwoordiger van het Rijk of van de bevolking?

Provincies ferm en aarzelend

Terwijl de verdeling van taken tussen de provincie en de andere bestuurslagen vooral op samenwerking is gebaseerd, wordt in de huidige bestuurlijke drukte meer dan eens over doorzettingsmacht gedroomd.

Die gebruikte het vorige college van Gedeputeerden van Utrecht door een omstreden rondweg door het bos bij Dierenpark Amersfoort jaren door te drukken. Pas nadat de lokale VVD, de lokale drijver van het rondwegplan, bij de raadsverkiezingen onderuitging, Die was al achterhaald door nieuwe verkeersprognoses.

Provincie Noord-Holland moet een nieuwe rol vinden die niet alleen bedrijvigheid dient

Het huidige groene college van Gedeputeerde Staten in Utrecht verzet zich ook tegen de nog steeds door het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (VVD) gewenste verbreding van de A27 en A12 bij de Utrechtse De provincie presenteerde een alternatief plan met de schuchtere aantekening dat het nog doorgerekend moet worden. Terwijl het om een voor Utrecht en zijn inwoners vitaal project gaat waar het oude autodenken en een groene omslag op het spel staan. Van tien naar veertien rijbanen is geen kleinigheid in een natuurgebied.

Evenveel moeite hebben provincies met de komst van megadatacenters in Flevoland en Noord-Holland. Bij Zeewolde werd het tij gekeerd door de publieke opinie en de minister die over rijksgrond gaat. In de kop van wordt lustig doorgebouwd zonder vergunningen. Ook die provincie moet een nieuwe rol vinden die niet alleen bedrijvigheid dient.

Stem voor een provinciaal hoofdpunt

Als je je dus afvraagt wat te stemmen op 15 maart aanstaande zou je kunnen rebelleren. En er provinciale verkiezingen van maken.

Kies een of twee onderwerpen die je in jouw eigen provincie essentieel vindt. Daar kun je dan per partij vervolgens de standpunten tijdens de verkiezingen van 2019 bij opzoeken en vervolgens kijken wat ze in de praktijk hebben gedaan en gestemd.

Geen overbodige luxe.

Zo kon iedereen die het bos rond het Dierenpark Amersfoort en de daar wonende dassen belangrijk vindt bij de gemeenteverkiezingen van 2022 op de lokale partijen stemmen. En op het CDA. In elk geval niet op GroenLinks en D66 die het ingezette en achterhaalde beleid bleven steunen, tot de VVD wegviel. Ook op provincieniveau bleven GroenLinks en D66 passief.

Bovendien: Dat betekent dat landelijke partijen in de provincie innemen dan de partij in Den Haag verkondigt. Een reden te meer om provinciaal op te letten.

Het kiezen van een sleutelproject heeft het voordeel van de helderheid. En het nadeel van de eenzijdigheid (tenzij je de indruk krijgt dat het model staat voor een bredere kijk op zaken die je aan het hart gaan).

O ja, en als het CDA daardoor in Utrecht een onverwachte stem extra krijgt, die ook doorwerkt in de Eerste Kamer, dat zij dan zo.

Hoewel het gaat om het bestuur van de provincie en het waterschap, zetten allerlei buitenstaanders in dat regionale landschap tijdelijk een eigen landelijk kraampje op. In de hoop dat er niet te veel verandert. Maar over de rol van de Eerste Kamer denkt iedereen wat anders. Het zijn pop-upverkiezingen. Stem eigenwijs, stem provinciaal.

En dan nu: de weersverwachting voor de Provinciale Staten Wie goed naar de weerkaart kijkt, ziet dat er wat electorale storingen in aantocht zijn. Een linkse wolk – of is het rechtse mist? Houd rekening met afneembare regeerbaarheid en beperkt zicht op de lange termijn. Ga naar deze column Van wipkip tot plofkip: waar je stem voor de Provinciale Staten over gaat De provincie gaat over de lucht die je inademt, de weg waar je op rijdt, de bus waarmee je naar het treinstation gaat. En over hoe het belastinggeld dat daarvoor beschikbaar is te verdelen. Toch is het lastig je erbij betrokken te voelen. Om daar verandering in te brengen, ga ik het komende jaar een Statenlid ‘adopteren’. Ga naar dit artikel