Hoe staat Nederland er nu echt voor en hoe kan het beter?’ is de vraag die ik mezelf stelde, toen ik op het idee kwam burgerinitiatieven voor een Nieuw Nederland in kaart te brengen. Om mijn zoektocht naar stille revoluties in ons land te illustreren, publiceerden we op De Correspondent enkele weken geleden de Nieuw Nederland-kaart. 

Vandaag portretteren we een Brabants initiatief dat een manier heeft gevonden om groenten en fruit langer te conserveren. Een revolutie in de dop, gezien het feit dat vijftig procent van de groenten en fruit al wordt weggegooid voor het op ons bord belandt. Gastauteur Lucien Hordijk zocht voor het Nieuw Nederland-project het bedrijf op.

Altijd op een kluitje gewoond op een plantage op Costa Rica. Nooit iemand anders ontmoet dan die lui met wie je altijd al rondhangt. De erbarmelijke leefomstandigheden hebben ervoor gezorgd dat je rug is kromgetrokken, hoewel je nog verre van volgroeid bent. 

Maar ooit wordt alles anders. In het rijke Westen misschien. Zonder ongedierte. Zonder luizen. Je droomt van een vertrek uit deze bananenrepubliek. 

Een wonder geschiedt: jij en je vrienden worden naar Nederland verscheept. Vreugde overheerst. 

Maar tijdens de uittocht word je opgeschrikt door een kameraad die van de overvolle transportwagen valt en onder de wielen van de truck verpletterd wordt. Op de boot krijg je voor het eerst van je leven te maken met airco. Je ziet groen. Te moe om te bepalen of het door zeeziekte of verdriet komt. 

Na het ontwaken, weet je niet waar je bent. Het lijkt op een koelcel. Is dit Nederland? Stekende pijn. Een doorligplek op je rug. Je wordt opgetild.

‘Deze is rijp voor de vuilnis,’ roept iemand.

Met een klap word je in een afvalbak geworpen. Je sluit je ogen. Bijna op plek van bestemming. Bijna.

De helft komt niet eens aan

Het is het tragische lot van een banaan. Van veel bananen. Naar schatting gooit elke westerling zo’n tien bananen per jaar weg. In worden jaarlijks geïmporteerd, waarvan bijna 600 miljoen (1,6 miljoen per dag) voortijdig bij het vuilnis belanden. Misschien niet heel verwonderlijk: een banaan is vrij bederfelijk en is bijna twee weken voordat hij in de schappen ligt. 

Met groente en fruit dat dichter bij huis groeit, is het vaak zelfs nog erger gesteld. Bijna van alle groente en fruit overleeft de weg naar ons bord niet.   

Kleur-, vorm-, omvangs- en gewichtseisen zorgen bijvoorbeeld bij aardappels dat de helft op de akker blijft liggen

De hele keten van groente en fruit is doordrongen van afval. Dat begint al bij de productie. Ongeveer 20 procent van alle groente en fruit verdwijnt in deze fase in de afvalbak. In de productiefase spelen moeilijk beïnvloedbare factoren als ongedierte, weersomstandigheden of beschadiging mee. Ook de strenge eisen die aan groente en fruit gesteld worden, hebben hier invloed op. Kleur-, vorm-, omvangs- en gewichtseisen zorgen er bij bijvoorbeeld aardappels voor dat de helft op de akker blijft liggen. 

Tijdens het transport en in de supermarkt gaat nog eens zo’n 15 procent van alle groente en fruit verloren. De resterende 15 procent van alle groente en fruit procent verdwijnt bij de consument en horeca voortijdig in de vuilnisemmer. 

Een deken van mist

Voor Frank Bakker, directeur van het in Sint-Oedenrode (Noord-Brabant) gevestigde zijn het cijfers waar hij mee opstaat en naar bed gaat. Hij heeft met zijn bedrijf misschien wel één van de meest in het oog springende oplossingen bedacht om groenten langer vers te houden en zodoende de afvalberg drastisch te verkleinen: een mistmachine.

Het vernevelapparaat maakt gezuiverde mist die, zodra het in contact komt met de buitenlucht, verdampt. In onttrekt de mist energie aan de omgevingslucht, waardoor de temperatuur met zo’n vijf graden daalt. De luchtvochtigheid stijgt tot zo’n 95 procent en valt als een deken over de groenten, die daardoor koel en vochtig blijven, zonder echt nat te worden.

Groente en fruit blijft langer vers, ziet er beter uit, verpakkingen worden overbodig en de groenteafdeling hoeft ‘s avonds niet meer naar de koeling te worden verhuisd

Handig voor in supermarkten, maar ook tijdens transport en in distributiecentra, waar de luchtvochtigheid doorgaans laag is. ‘Het probleem van supermarkten is dat er heel droge lucht door de winkels stroomt,’ zegt Bakker. Die beperkte luchtvochtigheid zorgt ervoor dat groente en fruit hun vocht uitzweten. ‘Waardoor een krop sla gaat hangen, een appel verrimpelt en spinazie verkrimpt.’ Niemand die dat na een dag nog koopt.

De resultaten zijn verbijsterend. Afhankelijk van het logistieke traject en de soorten groente en fruit, kan de uitvinding, als de mistmachines vanaf de oogst al worden ingezet, zo’n 50 procent van de afvalstroom redden. Maar ook als de vernevelaars alleen in de supermarkten geïnstalleerd worden, blijft een krop sla volgens Bakker ‘buiten de koelkast nog vijf dagen na aankoop goed.’

De voordelen zijn groot: groente en fruit blijven langer vers, zien er beter uit, verpakkingen worden overbodig en de groenteafdeling hoeft ‘s avonds niet meer naar de koeling.

Vooral beroemd buiten Nederland

Het bedrijf is in het buitenland een groeiend succes. Ruim 25.000 systemen zijn inmiddels operationeel, voornamelijk binnen Europa. Frankrijk, Duitsland en Engeland zijn de grootste afnemers. En er komen zo’n 3.000 per jaar bij. Concurrenten zijn er niet, maar Bakker ervaart dat niet meteen als een groot voordeel: ‘Wij hebben als middelklein bedrijf maar zicht op zo’n 1 procent van de wereldwijde markt. Met andere partijen breek je de markt veel sneller
 
Maar in Nederland zijn supermarkten terughoudend om met Bakker in zee te gaan. DekaMarkt, een supermarktketen met ruim tachtig vestigingen in Nederland, is de systemen aan het implementeren, maar het zal nog even duren voordat alle filialen hun groente en fruit ermee vers houden.

Voor de rest van de supermarkten vergt het invoeren van de mistsystemen grote investeringen in het verpakkingsproces. Groente en fruit worden namelijk in Nederland bijna altijd in verpakkingen gestopt, ter voorkoming van beurse plekken en ter afsluiting van droge lucht.

‘Onze systemen werken niet op voorverpakte groente, daar komt de mist niet bij,’ zegt Bakker. Willen supermarkten overstappen op de systemen van Contronics, dan moet er dus voor gekozen worden om groente te kopen die niet verpakt is, of de verpakkingen voortijdig weg te gooien. Dat is voor veel bedrijven een te grote stap.

Toch is het verpakken van groente en fruit juist één van de redenen waarom supermarkten zoveel weggooien. Zodra het verpakt wordt, is de supermarkt wettelijk verplicht om er een ten-minste-houdbaar-tot-datum op te plakken. En het gevolg daarvan is weer: als de groente eenmaal die datum is gepasseerd (maar vaak nog prima gegeten kan worden) het toch weg, omdat ze niet verantwoordelijk gehouden wil worden voor eventuele ziekten bij consumenten. 

Voor Bakker gaan innovatie systemen en een trage implementatie ervan hand in hand: het heeft in Duitsland ook drie jaar geduurd voordat de systemen in al zijn winkels toegepast had. ‘Een supermarktketen wordt immers gedwongen om zijn hele logistieke traject van groente en fruit te herzien.’ En dat is een tijdrovend proces. ‘Voorlopig boeken we onze successen in landen waar men veel bourgondischer naar het eten kijkt dan in Nederland. Waar mensen graag even voelen aan hun groente en een aardappel willen vasthouden. Maar ook hier krijgen we langzaam voet aan de grond.’

Een hoopvol vooruitzicht voor hen die nu op een boot onderweg zijn naar ons land. 

Deze update is geschreven door Lucien Hordijk.