Welkom in het tweede dronetijdperk
Er hangt iets in de lucht, en het is ongekend dodelijk: drones. Alleen al in de maand november kwamen daarbij onschuldige burgers om in Afghanistan (door de VS), Libië (door de VAE), Syrië (door Turkije) en Gaza (door Israël).
Amerikaanse drones gebruikten vorige week in Syrië zelfs tot twee keer toe de geheimzinnige R9X-raket, ook wel bekend als de ‘ninjabom’. Deze raket explodeert tijdens de inslag niet, maar klapt zes vlijmscherpe messen uit om het doelwit te versnipperen.
Dat levert vreemde, bloedige beelden op. Een auto met een gat in het dak, stukken bebloede kleding en stukjes mens, en daaromheen een paar verbaasd kijkende Syriërs.
Tweede dronetijdperk
Het dodelijke geweld is geen toevallige samenloop van omstandigheden. De afgelopen jaren verspreidden drones zich razendsnel over de wereld. Sinds 2015 werden dodelijke droneaanvallen uitgevoerd door de VS, het VK, Israël, Pakistan, Saoedi-Arabië, de VAE, Egypte, Nigeria en Turkije.
En die drones zijn al lang niet meer alleen van Amerikaanse makelij. Naast de VS produceren ook landen als Zuid-Afrika, Tunesië, Iran, Georgië, Bulgarije en Turkije dodelijke drones – om er een paar te noemen. En nog veel meer landen beschikken over deze ‘engelen des doods’, zoals ze in Afghanistan inmiddels bekendstaan. De Nederlandse luchtmacht bezit vanaf volgend jaar de dodelijkste ‘engel’ ter wereld: de MQ9 Reaper.
Drones zijn inmiddels zo alom aanwezig dat we zijn aanbeland in het tweede dronetijdperk, schrijft The Intercept. Een tijdperk waarin niet alleen de VS (en het VK en Israël) drones gebruikt om mensen te doden, maar iedereen die dat kan en wil betalen.
Is dat erg?
Droneoorlogvoering is de meest humane vorm van oorlogvoering ooit, als je wapenfabrikanten en legerleiders moet geloven. Betere doelgerichtheid en beter zicht op het slagveld kunnen het aantal burgerslachtoffers verminderen, terwijl de eigen piloten geen risico lopen te worden neergeschoten.
Maar er is ook kritiek op die lezing. Zo stellen onderzoekers van onderzoekscollectief Airwars al jaren dat het aantal burgerslachtoffers veel hoger ligt dan overheden stellen. De Amerikanen voeren geregeld droneaanvallen uit in landen waarmee ze officieel helemaal niet in oorlog zijn, wat bovendien vaak veel weg heeft van standrechtelijke executies en zelfs oorlogsmisdaden, schrijft Amnesty.
Een jongeman die zich op de verkeerde momenten op de verkeerde plaatsen bevindt, is al snel een potentieel doelwit
Soms worden doelwitten niet geselecteerd op identiteit, maar op gedragspatronen. Een jongeman die zich op de verkeerde momenten op de verkeerde plaatsen bevindt, is al snel een potentieel doelwit. Soms worden aanvallen zelfs uitgevoerd op basis van informatie die de telefoon van een beoogd doelwit uitstraalt, zonder dat met zekerheid is vastgesteld dat het doelwit die telefoon op dat moment bij zich draagt.
Het is ook maar zeer de vraag of de methode van datavergaring voor dit soort aanvallen wel goed werkt. Zo bleek in 2015 uit gelekte documenten dat een geheim Amerikaans programma metadata had gebruikt om verdachte personen in Pakistan te identificeren. Bovenaan de lijst stond een bekende journalist van al-Jazeera.
Maar waarom iemand een doelwit was, is steeds moeilijker na te gaan. Want hoewel het aantal Amerikaanse droneaanvallen toeneemt, neemt de openheid over slachtoffers af. Trump tekende in maart een decreet waardoor minder details over slachtoffers van droneaanvallen hoeven te worden gedeeld met het publiek.
En dat schept een gevaarlijk precedent. Want zolang openheid en wetgeving ontbreken, is er niemand die zich voor misstanden hoeft te verantwoorden. En hoe meer landen droneaanvallen uitvoeren, hoe vaker het vermoedelijk mis zal gaan. Zo zou de VAE in augustus een ‘double tap’-aanval hebben uitgevoerd in Libië – waarbij een drone kort na een aanval nog een keer toeslaat om mensen uit te schakelen die op de eerste aanval afkomen. Hierdoor zouden 45 mensen zijn omgekomen, onder wie gasten van een nabijgelegen bruiloft die toe waren gesneld om te helpen.
Wat nu?
De toename van het aantal dodelijke drones is niet alleen zorgelijk voor burgers die in de gebieden leven waar drones slachtoffers maken. Het laat ook een andere zorgelijke ontwikkeling zien, namelijk: hoe snel wapentechnologie zich over de wereld verspreidt.
En dat beïnvloedt de manier waarop oorlog in de toekomst zal worden gevoerd. Want de in Amerika ontstane dronetechnologie ontwikkelt zich buiten de grenzen steeds verder door. Zo investeert Turkije fors in wapensystemen die zelfstandig een doelwit kunnen vinden, volgen en uitschakelen zonder tussenkomst van een mens. Volgend jaar zullen de eerste gewapende Turkse drones met gezichtsherkenning klaar zijn.
In Amerika (en Europa) begint langzaam een publieke discussie op gang te komen of dit soort ‘ killerrobots ’ wel wenselijk zijn. Maar als andere landen hierover beschikken, zullen Amerikaanse defensiebedrijven roepen dat het in het landsbelang is dat ze niet achterblijven. En dan is de vraag of dit wenselijk is helemaal niet meer aan de orde.
Groet,
Lennart