Deugen de meeste mensen? Deze kinderrechter geeft haar oordeel
Vandaag in mijn podcast Goede Gesprekken: kinderrechter Judith Dop. ‘Ik werk bij de rechtbank’, zegt Dop altijd als mensen haar vragen wat ze doet. Dat ze rechter is, daar loopt ze niet mee te koop. Ze heeft een hekel aan gewichtigdoenerij. Toch is het een bijzonder ambt: haar beslissingen hebben grote consequenties voor het persoonlijke leven van mensen.
Ze wilde veearts worden, Judith Dop, of ‘iets hoogs’ bij de bereden politie. Toen ze rechten ging studeren, was dat ook helemaal niet om rechter te worden. Dat is zoiets bijzonders, dacht ze, wie ben ik om dat te gaan doen? Iemand anders moest het tegen haar zeggen: waarom ga jij het niet doen?
Inmiddels is ze jeugdrechter bij de rechtbank in Den Haag. We hebben afgesproken om het niet over de bestuurlijke problematiek in de rechtspraak te hebben; daar schrijft Marc Chavannes een uitgebreide serie over.
Wij hebben het over de menselijke kant van het vak. Wat betekent het om jeugdrechter te zijn, hoe doe je dat? Hoe verwerk je al die verdrietige situaties waar kinderen in terecht komen, de tragiek waar je dagelijks mee geconfronteerd wordt in de zittingszaal?
Ze voelt zich gedragen door het ambt, dat ze prachtig vindt: het gaat immers om mensen, je beslissingen grijpen soms diep in in het persoonlijke leven. Dat doe je uit liefde voor de mens; in het bijzonder nu de kinderen. En waar mogelijk blijf je zoeken naar goeie oplossingen.
Overigens is ze ervan overtuigd dat de meeste mensen deugen, jawel – mits ze voldoende aandacht krijgen als kind.