De prijzen van geneesmiddelen kunnen écht wel lager
De farmaceutische industrie beweert vaak dat hoge prijzen voor medicijnen nodig zijn: er moet immers flink geïnvesteerd worden in onderzoek naar nieuwe geneesmiddelen. Maar de uitgaven en winstmarges van farmabedrijven bewijzen het tegendeel. Big Pharma gaat toch echt vooral voor de winst.
Dat bedrijven winst maken, daar is op zich niets mis mee. Maar als die winst ten koste gaat van onze gezondheid, is dat natuurlijk een ander verhaal.
Dat wordt de farmaceutische industrie vaak verweten. Farmabedrijven vragen exorbitante prijzen voor hun geneesmiddelen en zouden meer belang hechten aan hun winstmarges dan aan het genezen van mensen.
Om na te gaan of deze kritiek terecht is, moeten we eerst weten hoeveel winst farmaceutische bedrijven maken. Als dat veel is, meer dan andere bedrijven, dan hebben we een ijzersterk argument om hen te verplichten hun prijzen te laten zakken.
Begin maart werd een grootschalig onderzoek* naar de winstmarges in de farmaceutische industrie gepubliceerd. De onderzoekers analyseerden de jaarrekeningen van 35 grote farmabedrijven en 357 grote bedrijven uit andere sectoren. Die 35 grote farmaceuten, zo concludeerden de onderzoekers, realiseerden tussen 2000 en 2018 samen een nettowinst van maar liefst 1.900 miljard dollar.
Dat is veel. Maar is het meer dan andere grote bedrijven?
De prijzen van medicijnen kunnen een flink stuk lager
Om die vraag te beantwoorden, bepaalden de onderzoekers de netto winstmarge. Dat is de hoeveelheid geld die je als bedrijf verdient per euro die je uitgeeft. Farmaceuten realiseerden een gemiddelde netto winstmarge van 13,8 procent. Per 100 dollar omzet, maakten ze dus 13 dollar en 80 cent winst. Andere grotere bedrijven waren heel wat minder winstgevend. Hun netto winstmarge was gemiddeld 7,7 procent.
Farmabedrijven beweren vaak dat ze zo veel geld voor geneesmiddelen moeten vragen, omdat ze anders niet kunnen investeren in onderzoek naar nieuwe medicijnen. We weten nu dat dit niet klopt. Gezien de hoge winstmarges kunnen ze de prijzen best een flink stuk verlagen, zonder te hoeven beknibbelen op onderzoek.
En er is nog een reden om de mantra van de industrie – wij moeten zo veel geld vragen anders kunnen we geen nieuwe geneesmiddelen ontdekken – in twijfel te trekken. Want waar geven grote farmaceuten hun geld daadwerkelijk aan uit?
Naast marketing en onderzoek is er nog een grote kostenpost: het terugkopen van eigen aandelen
Er woedt al jaren een bits debat over de vraag of farmaceuten meer geld uitgeven aan onderzoek of aan marketing. Een debat zonder duidelijke winnaars: het hangt er maar van af wat je meetelt. Is de distributie van gratis staaltjes marketing of niet? En hoe zit het met de lonen van het personeel van de salesafdeling?
Maar er is naast marketing en research & development nog een grote kostenpost in de farmaceutische industrie: stock buybacks. Het terugkopen van de eigen aandelen dus.
Tussen 2006 en 2015 besteedden achttien grote farmaceutische bedrijven samen maar liefst 216 miljard dollar aan het opkopen van de eigen aandelen. Dat blijkt uit een wetenschappelijk onderzoek uit 2017.* Dat is minder dan ze uitgaven aan onderzoek (465 miljard dollar), maar het blijft een enorm hoog bedrag. Waarom? Het antwoord is eenvoudig: hebzucht.
Het terugkopen van aandelen is vooral leuk voor CEO's
Het opkopen van aandelen komt vanzelfsprekend de patiënt niet ten goede. Geld dat je aan aandelen spendeert, kun je niet uitgeven aan onderzoek naar nieuwe levensredders.
Maar wie heeft er dan wel baat bij? Door massaal je eigen aandelen op te kopen, stijgt de vraag. Daardoor zal ook de prijs van die aandelen omhooggaan. Dat is leuk voor de aandeelhouders. Daardoor zal de waarde van hun portefeuille stijgen.
De stijgende waardering voor farmabedrijven is niet terecht
Het is ook leuk voor de CEO van het farmabedrijf. CEO’s worden vaak betaald op basis van de beurskoers van hun bedrijf. Hoe duurder de aandelen, hoe meer ze verdienen. Als een CEO beslist om aandelen van het bedrijf dat hij leidt op te kopen, geeft hij zichzelf dus een bonus.
De onderzoekers bekeken de evolutie van de verloning van deze CEO’s. In 2012 verdiende je als CEO van een grote farmaceut gemiddeld 34,9 miljoen dollar per jaar. In 2015 was dat al gestegen naar 47,3 miljoen.
De afgelopen weken kreeg het imago van de farmaceutische industrie een boost.* Logisch. We zitten allemaal te wachten op een behandeling of vaccin tegen covid-19. De sleutels daarvan zijn grotendeels in handen van deze industrie.
Maar de waardering die steeds meer mensen hebben voor farmabedrijven is niet terecht. Big Pharma focust op de winst. Winst die ze dan enthousiast uitdelen aan zichzelf en hun aandeelhouders. Het ontwikkelen van geneesmiddelen lijkt vaak slechts een bijzaak. They are only in it for the money.