Deze week: Het gelegenheidsliberalisme regeert, de ‘blauwe trots’ mag niet failliet

Elke zondag delen we een selectie van onze verhalen per mail en op de site, gekozen door een medewerker van De Correspondent. Deze week aan het woord: correspondent Economie Jesse Frederik.
Waarde lezers!
Als economiejournalist valt me vaak op: ophef is slecht gekalibreerd. In de publieke verbeelding liggen tien miljoen en tien miljard vaak verdacht dicht bij elkaar.
Zo kun je eindeloos controverse hebben over vijf ton salaris van Matthijs van Nieuwkerk, en de volgende dag vliegt er vierhonderd miljoen naar een scheepsbouwer die niemand kent, en dat registreert nauwelijks iemand. Oké, oké, ik snap het ook wel, de symbolische waarde van zo’n salaris en zo, maar toch…
Wat me op KLM brengt. Onze nationale luchtvaartmaatschappij mag twee tot vier miljard euro aan leningen en garanties ontvangen. Dat is veel geld. En de verwachting is dat er daarna nog meer geld komt. Het viel mij op hoe snel iedereen dat normaal vond.
Ja, we waren nog even boos over de bonus van een paar ton van CEO Ben Smith. Minister Wopke Hoekstra zei daar toen wat strengs over en toen was het klaar met die bonus. En dan denken we: zo, die gore kapitalisten hebben we toch maar mooi gepakt.
Maar dit is weer een typisch voorbeeldje van slecht gekalibreerde ophef. We hebben het over tonnetjes als er miljarden naar Joost mag weten wie gaan.
KLM heeft namelijk tig contracten lopen: leningen van banken en beleggers en huurvliegtuigen van leasemaatschappijen. De steun van de Nederlandse overheid dient vooral om deze contracten te honoreren. Maar waarom doen we dat eigenlijk? Waarom doen we geen serieuze poging die contracten open te breken? Een faillissement van KLM zou voor al deze partijen veel erger zijn. Ik schreef er de afgelopen weken twee columns over.
Dan tot slot, toch nog een schouderklopje voor onze Rutger Bregman. Mijn waarde podcastgenoot is ontploft met een verhaal over zes drenkelingen op een onbewoond eiland in The Guardian. Zeven miljoen keer gelezen, daar kom je niet aan bij De Correspondent. We hopen dat hij ooit nog van de Olympus komt afdalen om met ons stervelingen te praten (of te podcasten).
Dit waren onze favoriete stukken van de week
Een nieuw respect voor risico
De coronacrisis toont aan dat we ons beter moeten voorbereiden op onverwachte bedreigingen. Voor hoogleraar wiskunde Bert Zwart is het helder: de zucht naar efficiëntie, in bijna alle geledingen van de maatschappij, is dom en gevaarlijk.
Hoe we onze straten inrichten is een keuze
Blijf op de stoep! Kijk uit met oversteken! Van jongs af aan wordt ons geleerd dat straten levensgevaarlijk zijn. Maar het kan anders, als we onze leefomgeving beter durven vormgeven. Correspondent Thalia Verkade ziet:
Zo veranderen radicale ideeën de wereld
In een crisis kan wat ooit ondenkbaar was ineens onvermijdelijk worden. Van hogere belastingen voor de allerrijksten tot een overheid met veel meer lef: nu is de tijd aangebroken voor radicale ideeën, schrijft Rutger Bregman.
Liberaal wanneer het uitkomt
Zonder de miljardensteun van minister Hoekstra zou KLM in juli failliet zijn. En dat, schrijft correspondent Jesse Frederik, zou niet zo erg zijn. Want als overheidssteun niet volstaat, waarom zou je dan een bedrijf overeind houden in een bedrijfstak met weinig toekomst?
Goed gesprek met een leraar
Lucelle Deneer-Comvalius was in 2019 Docent van het Jaar. Als je dit gesprek met Lex Bohlmeijer luistert of leest, snap je waarom: ze doet er álles aan om al haar leerlingen te laten slagen voor het eindexamen. Haar methodes? Instagramstory’s, stoelendans, computergames.
De afgelopen maanden hebben kinderen noodgedwongen digitaal onderwijs gehad. Is dat een verbetering? Zijn er lessen uit te trekken?