Wie wil weten wat de toekomst van Nederland is, moet op het platteland gaan kijken
Ook ik heb me er schuldig aan gemaakt: eindeloos herhalen dat er een enorm woningtekort is in Nederland, terwijl dat natuurlijk niet overal zo is. Ik was daarom blij toen ik het nieuwste boek van journalist en sociaal geograaf Floor Milikowski las, Een klein land met verre uithoeken. Milikowski gaat op zoek naar plekken die niet dreigen te bezwijken onder de groei, maar juist te maken hebben met bevolkingskrimp. En dat is een minstens zo groot probleem.
Ik schreef een aanbeveling over het boek, die morgen verschijnt. Alvast een tipje van de sluier: ik vond het mooi dat Milikowski niet blijft hangen bij de nadelen van krimp, maar op zoek gaat naar mensen die werken aan een oplossing. Zo bezoekt ze een nieuwe kunstenaarskolonie op de Veluwe, een creatieve ontmoetingsplek in het Groningse Hornhuizen en het ‘gevangenisdorp’ Veenhuizen in Drenthe.
Milikowski is niet de enige die kansen ziet buiten de grote stad. Net voor de coronacrisis opende in het Guggenheim Museum in New York de tentoonstelling Countryside, The Future van architect Rem Koolhaas en de directeur van diens denktank, Samir Bantal. Volgens hen komen de antwoorden op de grote vragen van deze tijd, zoals klimaatverandering en voedselproductie, van buiten de steden.
Ook rijksbouwmeester Floris Alkemade, die in september stopt, publiceerde onlangs een boek waarin hij tegen het volbouwen van landelijke gebieden pleit, en voor het vinden van gemeenschappelijke oplossingen voor problemen als het woningtekort, de vergrijzing en behoefte aan duurzame energie. In deze livestream van De Balie gingen Alkemade en Milikowski hierover in gesprek:
Wat er deze week gebeurde
Een deel van de oplossingen voor de problemen die Alkemade noemt, moet van de woningcorporaties komen. Maar zij kunnen de komende vijftien jaar veel minder woningen bouwen en verduurzamen dan nodig is, blijkt uit onderzoek van de ministeries van Binnenlandse Zaken, Financiën en Economische Zaken en brancheorganisatie Aedes. Minister Kajsa Ollongren stuurde het vrijdag naar de Tweede Kamer. Tot 2035 komen alle Nederlandse corporaties samen zo’n 30 miljard euro tekort. Dat is ongeveer een kwart van de totale investeringen die ze zouden moeten doen.
De komende vijftien jaar moeten corporaties bijna 380.000 nieuwe woningen bouwen. Daarnaast moeten ze tot 2030 bijna een half miljoen woningen verduurzamen. De tekorten zijn niet gelijk verdeeld: vooral in de grote steden hebben corporaties het moeilijk. Daar wonen naar verhouding veel mensen met een laag inkomen en zijn dus veel sociale huurwoningen nodig. Corporaties in de regio Haaglanden/Midden-Holland/Rotterdam komen het eerst in de problemen, gevolgd door hun branchegenoten in de Metropoolregio Amsterdam.
De auteurs van het rapport hebben ook gekeken naar oplossingen voor het geldgebrek. De meest veelbelovende is het halveren van de verhuurderheffing, een belasting die corporaties sinds 2013 moeten betalen. Corporaties zouden ook de huren kunnen verhogen, of ze zouden voor een kleinere doelgroep kunnen bouwen. In een interview met NRC heeft Aedes-voorzitter Tonny van de Ven al laten weten dat de laatste twee oplossingen voor corporaties geen optie zijn.
Voor corporaties is het rapport een bevestiging van wat ze al heel lang roepen: het kabinet moet de verhuurderheffing afschaffen omdat ze anders geld tekortkomen. Maar het onderwerp ligt gevoelig, omdat de belasting dit jaar 1,8 miljard euro in het laatje brengt (het bedrag loopt ieder jaar iets op) en omdat in het regeerakkoord staat dat de heffing blijft. In de brief die ze tegelijk met het rapport aan de Tweede Kamer stuurde, schrijft Ollongren dat ze de beslissing overlaat aan het volgende kabinet.
En de Britse investeerder Round Hill Capital heeft een groot aantal nieuwe woningen gekocht in de binnensteden van Amersfoort, Arnhem, Apeldoorn en Deventer. Twaalf van de veertien gebouwen die de belegger heeft gekocht, zijn voormalige kantoorpanden waar nu woningen in zitten. De woningen zijn betaald met geld van een staatsinvesteringsfonds uit het Midden-Oosten. Round Hill Capital wil graag nog meer woningen in Nederland kopen en ontwikkelen, schrijft de belegger in een persbericht.
Round Hill Capital werd in 2014 bekend door de aankoop van vierduizend woningen van de noodlijdende corporatie Wooninvesteringsfonds (WIF). Het Britse bedrijf betrad toen als eerste buitenlandse investeerder de Nederlandse woningmarkt. Sindsdien heeft het investeren in Nederlandse woningen, waaronder in voormalige woningen van corporaties, een enorme vlucht genomen. Stopten beleggers in 2013 iets meer dan een miljard euro in Nederlandse huurwoningen, vorig jaar was dat meer dan 9 miljard euro.
Woon je in een voormalige corporatiewoning die nu van een belegger is? Dan kom ik graag met je in contact. Je kunt op deze mail antwoorden, of een bericht sturen aan josta@decorrespondent.nl. Alvast bedankt!
Om te lezen, kijken en luisteren
Over beleggers gesproken: Het Financieele Dagblad reconstrueerde de opmars van een andere grote investeerder, Blackstone. De grootste huisbaas ter wereld kocht de afgelopen jaren steeds meer huizen in Amsterdam. Vaak via simpele briefjes in de bus van particuliere huiseigenaren.
Afgelopen week las ik ook dit prachtige essay van Philipp Blom, over de parallellen tussen de aardbeving in Lissabon in 1755 en de coronapandemie. Volgens Blom is in beide gevallen sprake van een wereldbeeld dat niet meer blijkt te voldoen. In de achttiende eeuw was het het geloof in een almachtige God dat barsten begon te vertonen. Nu zijn het concepten als de almacht van de markt en de maakbaarheid van mens en natuur die op losse schroeven komen te staan.
Meer weten over Blom? Collega Lex Bohlmeijer interviewde hem vorig jaar voor zijn podcastserie Goede gesprekken.
En ik heb eigenlijk niets met voetbal, maar collega Michiel de Hoog weet er zo over te schrijven dat het alles te maken heeft met de belangrijke vraagstukken van deze tijd. Dat doet hij bijvoorbeeld in zijn zaterdag gepubliceerde stuk over Roger Schmidt, de nieuwe trainer van PSV. Van hem kunnen we leren dat succes veel met geluk en toeval te maken heeft, maar dat succesvolle mensen dat zelden erkennen.
Tot de volgende!
Josta