Als het even niet meer gaat, pak ik sinds kort het kinderboek De jongen, de mol, de vos en het paard erbij. 

Eigenlijk is het meer dan een ‘kinderboek’. Het ‘boek is voor iedereen, of je nu acht bent of tachtig – ik voel het me allebei wel eens’, zoals de schrijver en tekenaar, Charlie Mackesy (1962),  

In het boek volgen we een jongen zonder naam, aanvankelijk nog in zijn uppie, maar onderweg komt hij zijn vrienden een voor een tegen: een molletje, een vos die vooral zwijgt omdat zijn verleden hem pijn heeft gedaan en een paard. Mackesy schrijft over hen: ‘Ze zijn, net als wij, allemaal anders, en iedereen heeft zijn eigen zwaktes. Ik herken mezelf in alle vier, jij misschien ook.’

Ze hebben geen doel, zijn niet onderweg naar een plek. Ze wandelen door de wildernis (de mol: ‘Wees er niet bang voor’), die symbool staat voor het leven. Ze vragen zich van alles af over het bestaan. Allemaal hebben ze hun eigen kleine worstelingen en wijsheden die ze met elkaar delen en die evengoed quotes konden zijn uit de Happinez-scheurkalender.

Een paar voorbeelden:

‘Degene die je het moeilijkst kunt vergeven, ben je vaak zelf.’

En: 

‘Heb je nog andere adviezen?’ vroeg de jongen.

‘Je moet je eigen waarde niet afmeten aan de manier waarop je wordt behandeld,’ zei het paard.

Ook prachtig:

‘Iedereen is een beetje bang,’ zei het paard. 

‘Maar we zijn minder bang als we samen zijn.’ 

En deze: 

‘Een van onze grootste vrijheden is hoe we op dingen reageren.’

Wauw: 

‘Soms is haat het enige waar je over hoort maar er is in deze wereld meer liefde dan je je ooit kunt voorstellen.’

Laatste:

‘Wat zou succes zijn?’ vroeg de jongen.

‘Liefhebben,’ zei de mol.

Eilanden om heen te gaan in een zee van woorden

Mackesy heeft meer dan 650.000 volgers op door wie hij aangemoedigd werd het boek af te maken. Het resultaat is troost tussen harde kaft. 

In de introductie schrijft Mackesy dat hij geen boekenwurm is, maar juist ‘plaatjes’ nodig heeft, want ‘die zijn als eilanden, plekken om heen te gaan in een zee van woorden’. Zo ervoer ik ook zijn ‘plaatjes’. Mackesy tekent de figuren bijna altijd zonder omgeving, waardoor je je fantasie de vrije loop kunt laten. 

Mackesy tekent de figuren bijna altijd zonder omgeving, waardoor je je fantasie de vrije loop kunt laten

De jongen, de mol, de vos en het paard bevat misschien clichés. Misschien zijn het kinderlijke antwoorden op existentiële vragen, versimpelt Mackesy het bestaan. Maar soms denk ik dat ook weleens, dat het bestaan in de kern toch eenvoudig is, allemaal wel meevalt. Dat het vooral ikzelf ben die het vele malen groter en wreder maakt, dat ik vooral last heb van mijn eigen moeilijkdoenerij, geploeter, geëmmer over de zin van het bestaan. 

Het is maar een verhaal, natuurlijk. Maar door het respect van de jongen en de drie diertjes voor elkaar, moest ik tijdens het lezen soms denken aan mijn gesprek met predikant Piet van Veldhuizen. Ver voor corona uitbrak sprak ik hem in zijn kerk in Hendrik-Ido-Ambacht. 

We spraken we over paranormale ervaringen – naar eigen zeggen is Van Veldhuizen telepathisch begaafd. Volgens hem bestaan paranormale gaven omdat de mens innig verbonden is met de ander. Zo innig dat er volgens hem zelfs een ‘gemeenschappelijk bewustzijn’ is. Van Veldhuizen: ‘Gewoonlijk schermen we onszelf goed af: ons brein is vooral een soort filter voor dat wat niet ons is, zodat we niet knettergek worden van andermans gedachten of pijnen. Ik heb dus, laten we zeggen, een lek – zoals meerdere mensen: gedachten van anderen komen bij mij wel binnen.’ En er zou zelfs, zei Van Veldhuizen, verbinding kunnen zijn tussen mens en dier. 

Het is een omstreden onderwerp. En Van Veldhuizen weet dat hij kerk noch wetenschap aan zijn kant heeft. Toch heeft hij er zijn missie van gemaakt paranormale verschijnselen aanvaardbaar te maken in zijn eigen kerk: zo probeert hij een safe space te creëren binnen en schrijft hij over dit thema. 

Zie het schone in de wereld en de ander

Ook ik was er sceptisch over. Ik geloof dan ook niet dat er een gemeenschappelijk bewustzijn is, al helemaal niet met dieren. Ik vond het maar een gek verhaal: de mens in verbinding met de rest van de natuur. Maar de pandemie opende mijn ogen: corona sloeg over van dier op mens, vervolgens gaven mensen het door aan elkaar, of het sloeg juist weer over naar andere dieren. En toen de mensen zich terugtrokken in hun huizen en het daarom buiten stiller werd,

Eigenlijk hield Van Veldhuizen een pleidooi voor erkenning en de waardering van de verbinding tussen alles wat bestaat. Dat alle mensen gelijk zijn, dat de mens moet nadenken over hoe hij zich verhoudt tot de ander, en ook de dieren, de natuur, in een verhard politiek en maatschappelijk klimaat. 

Een pleidooi dat me te zoetsappig was, te naïef, want wij mensen mogen dan wel allemaal in dezelfde kleur bloeden, maar we dragen ook nog een ideologie, die soms zeer haatvol kan zijn, toch? Het was net zoals het verhaal van Jan Terlouw dat me ook niets deed. 

Leef en laat leven. Help elkaar. Doe soms een stapje naar achter, voor de ander. Ga met waardigheid met de natuur om. Geef ruimte aan twijfel. Schud ideeën en overtuigingen die monden in vijanddenken van je af, zelfs als God daarin de hoofdrol speelt. Zie het schone in de wereld en in de ander, er is meer moois dan narigheid, veel meer, leek Van Veldhuizen te zeggen. Wat overeenkomt met de boodschap van De jongen, de mol, de vos en het paard.

Juist nu heb ik behoefte aan zo’n pleidooi als dat van Van Veldhuizen. Nu we in een pandemie zijn geraakt, er misschien een tweede golf met volle intensivecarebedden komt, er harde economische klappen vallen, meer mensen hun baan verliezen, in de armoede belanden.

Maar, gelukkig is er soms troost: bijvoorbeeld in een pleidooi van een ander, of in de vorm van een kinderboek.

Lees ook:

Dit beeldverhaal neemt je mee op een epische reis langs het leven onder water Illustrator Peter Van den Ende woonde even in het paradijs, maar vertrok om gehoor te geven aan zijn tekendrift. Hij droomde een onderwereld van wonderlijke zeebeesten, nu te bekijken in het prentenboek Zwerveling. Lees de aanbeveling van Tamar