Informatie verzamelen en schieten vanachter je beeldscherm. Zo zetten drones oorlogsvoering op z’n kop

Lennart Hofman
Correspondent Verborgen oorlogen
Uit de serie Too Thin Too Blue door Lisa Barnard.

De Nederlandse luchtmacht schaft vier drones aan die ze kan bewapenen. Daarmee doet ons land mee aan een nieuw soort oorlogsvoering: hypergespecialiseerd, onzichtbaar en oncontroleerbaar. En waarbij de schutter onkwetsbaar is – in tegenstelling tot het doelwit.

In 2004 bestond er een internetsite waar bezoekers met een online bestuurd geweer op levende dieren konden schieten: Live-Shot.com. Voor een paar dollar werden op een ranch in Texas dieren vrijgelaten zodat ‘virtuele jagers’ thuis vanachter hun beeldscherm op jacht konden gaan.

Dat leidde tot een felle, zij het eenzijdige discussie over de essentie van jagen. Vrijwel iedereen was het erover eens dat dit er niet onder viel. 

De hoofdredacteur van het tijdschrift schreef dat jagen niet alleen draait om het overhalen van de trekker, maar om de ‘totale ervaring’. Voor een wetgever uit Wisconsin ging het om buiten zijn, en het ‘een worden met de natuur’. En een politieagent uit Houston beweerde: ‘Het is moord. Iemand zit achter een computer en drukt op een knop en iets sterft

Uit de serie Too Thin Too Blue door Lisa Barnard.

Verandert oorlog als je het vanachter een scherm voert?

Ik moest aan de anekdote denken vanwege de komst van de vier drones die de luchtmacht eind volgend jaar verwacht. Deze zijn op dit moment nog niet bewapend, maar het kabinet onderzoekt de mogelijkheden om dat alsnog te doen, omdat dit volgens staatssecretaris Barbara Visser van Defensie (VVD)

De MQ-9 Reapers zijn op dit moment nog niet bewapend, maar het kabinet onderzoekt de mogelijkheden om dat alsnog te doen

Daarmee kunnen Nederlandse militairen net als de bezoekers van Live-Shot.com vanachter een computer op zoek naar levende doelwitten, om deze vervolgens aan te vallen.

Een woordvoerder van Defensie die ik hier eerder over vertelde me dat er met de komst van de drones niets wezenlijks verandert aan de manier van oorlogsvoering. De Reaper is ‘een nieuw stuk gereedschap in de kist van Defensie’. Net als een F-16, alleen zit de piloot veilig achter een scherm in Leeuwarden in plaats van in de straaljager.

Bovendien, aldus de woordvoerder, heeft de krijgsmacht zo een beter zicht op het slagveld. Daardoor kunnen Nederlandse militairen vanuit de lucht beter worden bijgestaan tijdens militaire operaties, burgerdoden worden voorkomen, en vijanden gerichter worden bestreden. 

Dat is misschien allemaal waar, maar ik bleef denken aan die anekdote over jagen. Al die mannen die meenden dat er iets verloren ging achter het scherm, waardoor jacht fundamenteel veranderde. Zou oorlog ook veranderen wanneer het vanachter een scherm wordt gevoerd? En wat betekent dit voor de juridische kaders waaraan vechtende partijen zich moeten houden, en de mogelijkheden om een oorlog te beëindigen?

Uit de serie Too Thin Too Blue door Lisa Barnard.

Wat is een drone? 

Drones, ook wel onbemande luchtvaartuigen, zijn niets meer dan Ze zijn relatief traag en weinig wendbaar, maar kunnen wel heel lang in de lucht blijven. De Verenigde Staten waren het eerste land dat ze op grote schaal inzette voor oorlogsvoering.

Na de aanslagen op het World Trade Center op 11 september 2001 gebruikte het Amerikaanse leger drones om Al-Qaeda-strijders in Afghanistan op te sporen. Aanvankelijk gebruikten de Amerikanen ze om militaire inlichtingen te verzamelen, maar al snel besloten ze dat het was ze te bewapenen met lasergeleide bommen en raketten.

Vanaf dat moment veranderde de camera die boven het slagveld hing in een camera die kon doden. De die de Amerikaanse president George W. Bush beloofde kreeg daarmee het gewenste wapen, en een enorme impuls. 

Drones bleken zo handig voor het opsporen en doden van extremisten, dat Bush twee maanden na het binnenvallen van Afghanistan stelde dat er in die korte tijd meer was geleerd over de toekomst van de krijgsmacht dan in tien jaar door Er verschenen vacatures voor Diens taak: jagen op mensen.

Uit de serie Too Thin Too Blue door Lisa Barnard.

Van oorlog naar jacht

De Amerikanen wilden gevaarlijke individuen preventief uitschakelen, om zo het eigen land te beschermen. De wereld veranderde daarmee in een jachtterrein, waar drones duizenden uren boven gebieden hangen waarvan wordt vermoed dat zich daar ‘terroristen’ ophouden. 

De nadruk verschoof bij westerse landen van het bestrijden van een vijand, naar het vinden van een vijand. Tegelijkertijd veranderde de relatie tussen dader en slachtoffer van oorlogsgeweld. Degene die het wapen bedient loopt geen gevaar, maar diens beoogde slachtoffer juist wel. 

En dat maakte drones vanaf hun intrede juridisch discutabel. Volgens de moet iemand duidelijk herkenbaar zijn als deelnemer aan vijandelijkheden, of een direct gevaar vormen voor de persoon die het wapen bedient, om er de strijd mee aan te binden. Maar vanuit de lucht zijn Door de afwezigheid van gevaar voor de dronepiloot kan je zeggen dat een droneaanval geen vorm van ‘strijd’ is.

Droneaanvallen hebben daardoor vaak veel weg van buitengerechtelijke executies, waarbij tegenstanders op basis van informatie uit dronebeelden door diezelfde drone worden omgelegd. De ‘prooi’ kan niet veel anders doen dan zich schuilhouden, vluchten of zich onherkenbaar tussen burgers begeven.

Uit de serie Too Thin Too Blue door Lisa Barnard.

Big brother is watching you

Een droneoorlog is niet mogelijk zonder een zich steeds verder vertakkend netwerk van glasvezelkabels, satellieten, en andere technologie waarmee de luchtvaartuigen constant in verbinding staan. 

Om altijd en overal verzekerd te zijn van een goede verbinding, bouwden de Amerikanen een groot in het wat al snel het zenuwcentrum werd van Amerika’s wereldwijde droneoorlog. Omdat Amerikaanse dronepiloten in Duitsland niet automatisch immuun zijn voor is Ramstein via een glasvezelkabel die dwars door de oceaan loopt verbonden met de VS, waar een collega de trekker zonder juridische gevolgen kan overhalen.

Deze nieuwe manier van oorlogsvoering draait om het verzamelen, verwerken en verspreiden van informatie

Wat begon als een wereldwijde jacht op terroristen, ontwikkelde zich steeds meer tot een nieuwe manier van oorlogsvoering die draait om het verzamelen, verwerken en verspreiden van informatie. Een internationaal netwerk van inlichtingenpersoneel, analisten, targeteers en juridische experts hield zich dag en nacht bezig met het voorbereiden en uitvoeren van aanvallen

Het huidige hoofdkwartier van de luchtoperaties tegen IS in Qatar is hier het voorlopige sluitstuk van. Analisten van over de hele wereld turen er naar tientallen monitoren en vijf bioscoopschermen aan de muur die constant live drone- en satellietbeelden van Irak, Syrië of Afghanistan tonen. Soms zien ze IS-strijders lopen en wordt er live vertaald wat ze zeggen. Ondertussen laten computers op driedimensionale modellen van gebouwen berekeningen los om de verwachte schade op een vermeend doelwit te

Ook de Nederlandse luchtmacht specialiseerde zich de afgelopen jaren in deze manier van informatiegestuurde oorlogsvoering. Eerst om te leren, toen om te helpen en – met de aanschaf van de Reaper – uiteindelijk om zelfstandig aan de slag te kunnen. 

Hoe informatie een wapen werd

In 2013 meldt de eerste Nederlandse beeldanalist zich bij het in Ramstein gevestigde een internationale trainingseenheid die zich bezighoudt met het analyseren en verwerken van beelden gemaakt door verschillende sensoren, waaronder MQ-9 Reapers.

De Nederlandse luchtmachtleiding ziet deelname aan EPIE als een mogelijkheid om ‘unieke kennis en ervaring op te doen’ in de aanloop naar de aanschaf van eigen MQ-9 Reapers, die nog datzelfde jaar wordt aangekondigd door Jeanine Hennis-Plasschaert, op dat moment de minister van Defensie namens de VVD. Zij schuift de aankoop vanwege geldgebrek voor zich uit, maar achter de schermen

Al snel worden de analyses van de trainingseenheid gebruikt om doelen te selecteren voor de vliegtuigen van de anti-IS-coalitie, en sluit meer Nederlands defensiepersoneel zich aan bij de eenheid. In 2016 vormen ze een aparte Nederlandse enclave binnen EPIE. En sinds de zomer van 2018 opereert deze eenheid als het op Nederlands grondgebied vanuit vliegveld Leeuwarden.

In Leeuwarden dragen op dit moment bij aan het analyseren van per maand inmiddels tussen de 100 en 175 uur (live) beeldmateriaal uit Irak en Afghanistan, licht een woordvoerder per e-mail toe. Dagelijks krijgen ze gedetailleerde opdrachten vanuit het hoofdkwartier in Qatar, zoals het maken van rapportages over aantallen voertuigen, personen of activiteiten. De die ze daarvan maken sturen ze terug naar Qatar, waar ze gecombineerd met andere inlichtingen worden gebruikt voor

Daarnaast bereidt het team zich voor op het analyseren van inlichtingen die worden opgepikt door Nederlandse F-35’s, die sinds vorig jaar de F-16 vervangen. Militairen noemen de straaljagers ook wel ‘datastofzuigers’. De jachtvliegtuigen jagen op informatie. 

Sinds eind vorig jaar is op vliegbasis Volkel in Noord-Brabant de actief, bestaand uit acht militairen van de luchtmacht. Zij zetten informatie die ze krijgen toegestuurd door het hoofdkwartier in Qatar om tot coördinaten van vijandelijke doelwitten voor bondgenoten in de strijd tegen IS. Ze bepalen met welk wapen en vanuit welke hoek je een doelwit uitschakelt met zo weinig mogelijk burgerslachtoffers. 

Sinds de eerste analist zich meldde in Ramstein, heeft de Nederlandse luchtmacht zich ontwikkeld tot voorloper in het analyseren, verwerken, en verspreiden van inlichtingen voor bondgenoten. Al lang voordat de Reaper arriveert, zijn Nederlandse analisten en targeteers actief in lopende militaire operaties. Er is zelfs al een vaste vliegerpsycholoog aangesteld die het team regelmatig bezoekt voor het geval werknemers last krijgen van PTSS. 

Uit de serie Too Thin Too Blue door Lisa Barnard.

Oorlog raakt steeds meer uit zicht...

Het online jagen op dieren werd al snel na de lancering van Life-Shot.com verboden. Voor- en tegenstanders van jacht waren het erover eens dat dit geen jacht was. Voor oorlogsvoering vanachter een scherm geldt die terughoudendheid niet. Militairen zien de technologie vooral als een oplossing voor de risico’s die zijn verbonden met hun werk, en een manier om oorlogsvoering te vervolmaken. 

Waar militairen het slagveld beter zien dan ooit, geldt dat voor de buitenwereld niet

Maar waar zij het slagveld beter zien dan ooit, geldt dat voor de buitenwereld niet. En dat leidt tot vier fundamentele verschuivingen in de manier waarop oorlogen worden gevoerd. 

Om te beginnen is het voor journalisten, parlementariërs en burgers onmogelijk onafhankelijk toezicht te houden op de oorlogshandelingen van de staat. Vrijwel alles wat we erover weten is afkomstig van het ministerie van Defensie zelf, en dat is Het is niet mogelijk om af te reizen naar deze nieuwe virtuele frontlinie om met eigen ogen te zien wat er precies gebeurt. 

Daarbij komt dat bij hypergespecialiseerde luchtaanvallen soms zo veel landen betrokken zijn, dat het niet duidelijk is wie er precies schuld draagt Is dat de piloot die de trekker overhaalt, de inlichtingenanalist die een verkeerde inschatting maakt, de targeteer die een verkeerde berekening maakt, of  

Omdat lokale bondgenoten steeds vaker het vuile werk op de grond opknappen en westerse militairen steeds minder te vinden zijn aan het front, raakt het geweld ons amper en blijven de gevolgen van de oorlogen waar onze krijgsmacht aan bijdraagt veelal beperkt tot slachtoffers ver weg. Daardoor wordt oorlog

Uit de serie Too Thin Too Blue door Lisa Barnard.

...en dat creëert ook een morele afstand

Dodelijk geweld verwordt zo tot een al dan niet acceptabel cijfer of een juridisch probleem, weggezet als de noodzakelijke prijs die we betalen voor onze veiligheid. Terwijl het succes van oorlog wordt afgemeten aan de mate waarin afzonderlijke aanvallen voldoen aan het mandaat en de daaraan verbonden protocollen. 

Daarmee dreigt de evaluatie van al dat geweld te worden losgekoppeld van de werkelijke effecten op de grond, waar de jarenlange bombardementen vooral woede, angst en verdriet veroorzaken. En dat is riskant. Want hoe effectief de technologie ook is, je wint er niet automatisch de oorlog mee.

Ga maar na: in landen als Afghanistan, Somalië en Jemen, waar drones hun intrede deden, woedt nog steeds oorlog. Zelfs al zouden alle aanvallen precies volgens de protocollen worden uitgevoerd, dan zou dat vermoedelijk niet anders zijn. Iedere succesvolle aanval wekt zoveel woede en wraakgevoelens op bij de nabestaanden dat er  

Niet voor niets vergelijken Amerikaanse speciale eenheden droneoorlogsvoering met ‘grasmaaien’. Het lijkt makkelijk en effectief, maar heeft een groot nadeel: het

En dat brengt me op de meest cruciale verandering. Oorlogsvoering dreigt een doel op zichzelf te worden. Een constante jacht op vijanden die dankzij steeds geavanceerdere technologie steeds opnieuw worden gevonden, maar daarmee ook nieuwe vijanden creëert. En daarmee een oorlog in stand houdt zonder einde.

Wanneer oorlog zo volmaakt is dat we ons niet meer druk hoeven te maken over de gevolgen, dreigt misschien wel het belangrijkste van al dat geweld te verdwijnen: de noodzaak om het te beëindigen.  

Uit de serie Too Thin Too Blue door Lisa Barnard.

Lees ook: