Begin volgend jaar verschijnt het boek van collega Jesse Frederik over de toeslagenaffaire. Ik heb versies van het manuscript meegelezen sinds de zomer, en het wordt een prachtig, verdrietig, (soms ook wel) hilarisch en genuanceerd-maar-niet-saai boek over een tragedie.

Tienduizenden ouders en kinderen werden het slachtoffer van harde anti-fraudewetgeving en -handhaving die zoals die uitpakte. Jesse toont mijns inziens overtuigend aan hoe de affaire uiteenlopende oorzaken had, zonder echte daders, zonder echte helden. Sterker, dezelfde mensen die de uitkomsten van het beleid bekritiseren, stonden onbedoeld aan het begin van het proces, toen ze een keiharde aanpak van fraude eisten.

De schuld geeft Jesse niemand. Een probleem is namelijk dat in een complex systeem het verband tussen een besluit en het gevolg van een besluit voor de besluitnemers niet helder is. Achteraf is het makkelijk(er) analyseren; op het moment zelf is dat moeilijk. Ook omdat er, zoals voormalig SP-Kamerlid Tjitske Siderius nog veel meer dingen om aandacht vragen.

Enter Louis van Gaal

Ik moest al lezende in het manuscript denken aan Louis van Gaals in zijn autobiografie Visie. De uitspraak gaat over de kritiek van media en publiek (de ‘leken’) dat voetballers geen inzet tonen. ‘Wanneer de leek zegt: hij heeft geen inzet, dan is er vaak iets anders aan de hand’, schrijft Van Gaal. ‘Dan staat het elftal tactisch niet goed. Daardoor komt iemand steeds te laat, waardoor het lijkt alsof iemand de scherpte mist of er onvoldoende aan doet.’

Ofwel: critici van voetballers of politici kijken naar een slechte uitkomst (balverlies/geldverlies), en zoeken de oorzaak/de dader vlak bij die slechte uitkomst. Maar vaak zit de ware oorzaak elders, verborgen in het systeem waar het individu onderdeel van is. Zeker: wijzen op ‘het systeem’ kan een dooddoener zijn – eentje waar sociologen boeken over vol kunnen schrijven

Maar als we echt betere uitkomsten willen, als we gerechtigheid voor zo veel mogelijk mensen willen (zoals met het toekennen van toeslagen), dan denk ik dat je ook oog voor ‘het systeem’ moet hebben. En dat je eerder de tactiek moet veranderen, dan die ene speler op de bank zetten, of het opstappen van een minister moet eisen. Ik kan je alvast van harte aanbevelen. Het is veel concreter dan de voorgaande alinea’s.

Via Louis naar corona

Voor de coronacrisis gelden ruwweg dezelfde principes, denk ik. De situatie waarin we ons bevinden is klote, en de frustratie erover is begrijpelijk. Dat die frustratie zich uit in de zaken die direct in het oog springen – de schoenen van Hugo de Jonge, de PCR-test, Hugo de Jonges haar, de diverse leden van het Outbreak Management Team, het huwelijk van Ferd Grapperhaus, Hugo de Jonge – is ook al begrijpelijk, en mogelijk ook deels terecht.

Maar soms is het duidelijk onzinnig. Neem Mark Rutte: eerst was hij de staatsman, omdat zijn toespraak zo staatsmannelijk overkwam, nu is hij de weifelaar zonder visie en daadkracht. Uit Jesses boek over de toeslagenaffaire: ‘Het gaat over hoe het probleem oogt, ruikt, en smaakt, maar niet over wat het probleem is.’ Er zijn fouten gemaakt in het dossier, zeker weten. Maar welke? Niet zeker weten.

Omdat het virus en de gevolgen nog minimaal een jaar bij ons zijn, ga ik me er in elk geval meer in verdiepen en erover schrijven, in de spirit van Louis van Gaal. Een eerste stap daarbij was dat ik met collega Lex Bohlmeijer naar Marion Koopmans. Dit gesprek was een breedtegesprek, een stand-van-zaken-gesprek, geen kritisch of diepgaand gesprek. Dat komt nog.

Want – om met Cruijff te spreken, of – diepte gaat voor breedte. Maar soms moet je eerst een breedtepassje geven om daarna de diepte te kunnen kiezen. Ik hoop dat je me nog kunt volgen in de voetbalmetafoor hier, maar wat ik bedoel: er komen stukken aan die dieper ingaan op bepaalde deelaspecten van de crisis. Mijn collega Thomas Oudman schreef er afgelopen week al een (op een terrein waar ik zelf ook op zit te broeden):

Maar eerst komen er nog wat stukjes die ik al gepland had. Volgende week over het nieuwe boek van (over jeugdsport in Amerika), een interview met Joan Ryan over turnen, en soort voorlopige conclusie van mijn gesprekken in de turnwereld. Overigens speelt daar dezelfde problematiek als in de toeslagenaffaire: het is lastig om een specifieke dader aan te wijzen. Maar goed, deze nieuwsbrief is al lang genoeg.

Lees-, kijk- en luistertips

  1. RIP Diego. The Guardian had een mooi aan Maradona, onder meer van documentairemaker Asif Kapadia.
  2. Kapadia's film is Ik zag hem destijds in de bioscoop en hij was geweldig.
  3. Brian Phillips over Maradona.
  4. En zes jaar geleden The Guardian over die ene foto van Maradona tegen Belgische spelers – die helaas een leugenachtige foto is.
  5. Ik heb zo'n donkerbruin vermoeden dat de serie Klassen – over ongelijkheid in het onderwijs – van evengoed, zo niet beter wordt dan hun serie Schuldig. De van Klassen was in elk geval mooi.
  6. Stel je voor dat een hacker gevoelige informatie over Ajax of Feyenoord lekt. En dat hij dan berecht wordt door een rechter met een seizoenkaart van Ajax of Feyenoord. Dat nu in Portugal met Rui Pinto, die man achter Football Leaks.
  7. De coronacrisis leidde tot een boom van... roomboter. Justin Fox schreef eerder over maar de comeback van roomboter is next level vet. Meesterlijk bakt Fox van iets lichts iets boeiends. Hier is
  8. Ian Leslie doet waarom de zogenaamd verschrikkelijk slechte kandidaat Joe Biden een toch best wel overtuigende overwinning heeft behaald op Donald Trump. Leslies nieuwsbrief is de moeite.
  9. Grant Wahl heeft over Freddy Adu, die ooit gold als de nieuwe Pelé maar dat net zoals iedereen anders niet werd.
  10. Ben Cohen is een geweldige journalist om te volgen over basketbal. waarom LeBron James ver- en veruit de beste speler van de NBA is maar desondanks niet de best betaalde speler.