Beste,

Niet de overvloed aan regels, maar het woonbeleid van de afgelopen jaren is de reden voor het tekort aan betaalbare woningen. Dat was de strekking van meerdere reacties die ik kreeg op van een uitzending van VPRO Tegenlicht over creatieve oplossingen voor de woningnood.

In de uitzending kwam naar voren waarom het zo moeilijk is zelf een oplossing voor de woningnood te vinden. Of je nu op een boot wilt wonen, in een zelfgebouwd tiny house of in een vakantiehuisje, in de meeste gevallen zijn er regels die dat verbieden.

De hoofdpersonen uit de documentaire waren dan ook blij dat zij een plekje hadden gevonden waar de regels net even niet golden. Op het terrein van een oude milieustraat in Den Bosch bijvoorbeeld, waar nu het zelfgebouwde dorp Minitopia ligt. Dus vroeg ik me af: zouden we niet beter af zijn zonder (een aantal van) die regels?

Still uit de aflevering ‘Wonen buiten de box’ van VPRO Tegenlicht
Minitopia-bewoners Wouter Corvers en Ilse Zuidinga. Still uit de aflevering ‘Wonen buiten de box’ van VPRO Tegenlicht.

Niet volgens sommige lezers dus. Zij stelden dat het beter is woningcorporaties meer geld te geven, en zo het aantal betaalbare woningen te vergroten. In plaats van jonge mensen het probleem maar zelf te laten oplossen.

Ik ben het met hen eens: het is een teken van armoede als (vooral jonge) mensen bij gebrek aan betaalbare huizen zelf aan het bouwen slaan. Maar toch zette de documentaire me aan het denken.

Dat kwam onder andere doordat collega Thalia Verkade me onlangs een fragment stuurde uit een boek van Ivan Illich, Tools for Conviviality uit 1973. was een Oostenrijkse priester en filosoof die bekendstaat om zijn kritiek op moderne technologie en specialisering. Of het nu gaat om ziekenhuizen, snelwegen of de algemene leerplicht: ze zijn bedacht om ons te helpen, maar volgens Illich zijn we beter af zonder.

De keerzijde van professionalisering

Dat geldt ook voor de woningbouw. De keerzijde van de professionalisering van woningbouw is volgens Illich dat de zelfbouwer het moeilijker krijgt. Terwijl die wel degelijk de woningnood verkleint.

Als voorbeeld noemt Illich een programma voor goede huisvesting voor arbeiders in Mexico, waarbij als eerste stap standaarden werden gedefinieerd voor wat een goed huis eigenlijk is. Dat moest arbeiders beschermen tegen uitbuiting door de industrie. Maar de standaarden waren zo hoog dat een zelfbouwer ze nooit zou kunnen bereiken. Bovendien konden de meeste arbeiders de huren van de nieuwe, gestandaardiseerde huizen niet betalen.

Terwijl het programma de huisvesting van arbeiders moest verbeteren, maakte het het hebben van een huis voor veel mensen juist onmogelijk. Namelijk de mensen die de nieuwe huizen niet konden betalen, en er geen subsidie voor kregen. Paradoxaal genoeg werd de woningnood dus groter in plaats van kleiner.

Nu kun je natuurlijk zeggen: dat was in Mexico, in de jaren 70. In Nederland hadden we juist decennialang een goed werkend systeem van volkshuisvesting, waarbij (bijna) iedereen een goede woning kon betalen. Het is dus beter om het systeem te herstellen dan het helemaal af te breken. En daar zit natuurlijk wat in.

De technologie is er, maar toch blijft zelfbouw moeilijk

Toch denk ik dat Illich ons iets interessants laat zien. De technologie wordt steeds beter, en dus zou het makkelijker moeten worden je eigen huis te bouwen. Denk aan modulair gebouwde huizen waarvan de onderdelen zo de fabriek uit rollen. Maar in plaats daarvan maakt een log systeem van regels en standaarden dat steeds moeilijker. En dat terwijl datzelfde systeem – tenminste onder de huidige omstandigheden – onvoldoende betaalbare woningen voortbrengt.

En dan is er nog iets: volgens Illich voelen mensen zich pas thuis als ze een substantieel deel van hun huis zelf hebben gebouwd. Of dat voor iedereen geldt, weet ik niet. Maar het verklaart wel het aanstekelijke enthousiasme dat van de zelfbouwers afstraalt, en dat ik ondanks alle kritiek op het uitgeholde systeem niet kan negeren. Want het is heel mooi als je je eigen huis kunt bouwen, precies zoals jij het hebt bedacht.

Ik wil hier niet pleiten voor het compleet afschaffen van regels. Die hebben ons ook veel gebracht, zoals logisch ingerichte steden waarin niet allerlei verschillende huizen kriskras door elkaar staan. Maar aan de hand van Illich kunnen we wel een paar fundamentele vragen stellen. Want waaruit bestaat precies het systeem van woningbouw zoals we het nu hebben? Welke delen daarvan helpen bij het bestrijden van de woningnood, en welke niet?

Het einde van de grootschalige stedenbouw

Ondertussen lees ik een klassieker uit de stedenbouwkundige literatuur, van Jane Jacobs. Het verscheen oorspronkelijk in 1961, en legde de basis voor een revolutie in de stedenbouw. Niet langer werden hele gebieden in één keer gepland, met hoge woontorens en uitgestrekte parken ertussen. In navolging van Jacobs ging de aandacht uit naar oude stadsbuurten en de levendigheid die daar bestaat.

Foto van Jane jacobs, The Death and Life of Great American Cities

Dankzij denkers als Jacobs staan Nederlandse binnensteden niet vol kantoortorens, maar kunnen we in de Amsterdamse Jordaan langs de vele kleine winkeltjes slenteren of in de Utrechtse binnenstad naar voorbijgangers kijken vanaf een terras. En dankzij haar beseffen we waarom de Bijlmer in stedenbouwkundig opzicht geen succes is geworden.

Ik denk dat we ook vandaag de dag nog veel van Jacobs kunnen leren als het om de inrichting van steden gaat. Ook nu is er bijvoorbeeld een discussie gaande over het bouwen van nieuwe, grootschalige wijken in het weiland versus kleinschalig bouwen binnen de bestaande stad. En over het nut en de noodzaak van hoogbouw.

Ik ben op zoek naar meer informatie over de lessen van Jacobs. Heb je lees-, kijk- of luistertips? Laat het me vooral weten!

Om te lezen, kijken en luisteren

  • Afgaande op in de Volkskrant luisteren Amsterdam en Utrecht nog steeds behoorlijk goed naar Jacobs. Zo moeten nieuwe woningen binnen de bestaande stad komen, moeten bewoners de belangrijkste voorzieningen in de buurt hebben en zullen zij zich voornamelijk met de fiets of te voet verplaatsen.
  • De Rudi & Freddie Show wijdde een paar jaar geleden aan de invloed van Jane Jacobs op de huidige stedenbouw.
  • Artikelen over de woningnood gaan vaak vooral over de Randstad. Ten onrechte, want ook daarbuiten is er een tekort aan betaalbare woningen. Onderzoeksjournalisten van de Gelderlander, de Stentor en de Twentsche Courant Tubantia keken naar
  • En dan nog een aankondiging: Pakhuis de Zwijger wijdt komende donderdag Want wie een eigen huis bezit, profiteert flink van de waardestijging. Maar wie dat niet heeft, komt er ook niet meer tussen op de woningmarkt. Een aantal van de sprekers komt ook voor

Tot de volgende,

Josta

Nieuwsbrief Deze updates in je inbox ontvangen? Dat kan! Elke twee weken stuur ik een mail waarin ik je op de hoogte houd van mijn onderzoek en artikelen. Schrijf je hier in voor mijn nieuwsbrief