Tijd voor partnerkeuze. Wat doe je aan? Of ben je daar niet mee bezig?
Spannend, een nieuwsbrief sturen! Ik ben nog steeds een beetje onthutst van de vorige keer dat ik dat deed. Niks wat ik eerder schreef maakte zulke uiteenlopende reacties los als die aanbeveling van een aanbeveling van een schimmelfilm: ‘Schimmel is geen scheldwoord (of hoe ik een species justice warrior werd)’.
De ene lezer proestte thee over haar toetsenbord van het lachen, de ander vergeleek me met een witte man die zwarte mannen dooddrukt tegen de straat. Alleen al op De Correspondent kreeg de nieuwsbrief ruim honderd reacties variërend van grappig tot inhoudelijk tot van het padje af – allen het lezen waard. ‘Sinds kort klopt de tijdsgeest op mijn deur’, schreef Tommy Wieringa in een column een paar dagen later. Mijn idee.
Ik wil hier wat mee doen, maar niet nu. Mijn behoefte aan blije onderwerpen is groot deze covidmaanden. En weinig verblijdt meer dan veertjes. Dus schreef ik een stuk dat nieuw licht schijnt op de vraag: waarom zijn er mooie veertjes in de wereld?
Relevante veertjes
Wat boeien veertjes de gemiddelde lezer? vraagt dan de hoofdredacteur. Zeker, veerkennis gaat je niks helpen besparen op de maandelijkse uitgaven.
Maar iedereen die zich weleens afvraagt waarom de wereld eruitziet zoals ze eruitziet, of waar die enorme verscheidenheid in gedrag en functie van levend spul goed voor is, zal geïnteresseerd zijn in ‘de evolutie’. Zie het hoe en waarom van veren als een zoveelste hoofdstuk in het boek over wat evolutie zoal vermag.
Eerder schreef ik over evolutie door symbiose; of hoe organismen zeer innige samenwerkingen aangaan en zo nieuwe wezens vormen. En over convergente evolutie; hoe de evolutie op sommige problemen steeds dezelfde antwoorden vindt, waardoor dieren in steden op mensen gaan lijken.
Dit verhaal gaat over seksuele evolutie. Relevant ook, want het paarseizoen is in aantocht. Tortelduiven tortelen op m’n balkonhek en allerlei mezen belagen m’n vogelhuisje. (Wie bouwt een mees-Funda?)
Tekenheld Rosemary Mosco van birdandmoon.com maakte er dit stripje over. ‘Sommige vrouwen gaan alleen voor grote schreeuwende ovalen’, mailt Mosco. Dat is de kraagparadijsvogelvrouw. Voor haar tordeert de man z’n hele lijf tot zeer onvogelachtige vormen.
De kraagparadijsvogel is een dimorfe soort: man en vrouw zien er anders uit. Hij is diepzwart met een iriserende kruin, blauwgroene borstbedekking en een lange fluweelachtige cape op zijn rug. Zij is roodbruin met lijntjes op haar borst.
Oftewel: zij is saai en hij is een neongestreept spektakel. Dat is meestal zo in dimorfe soorten. In Nederland zie je het bij eenden, vinken en merels. Maar waarom? En is hij wel écht altijd de mooiste? Nee! Uit een recentelijk uitgekomen paper blijkt dat bij de dimorfe kolibrie óók de vrouw af en toe een bont mannenpak draagt.
Pronk met zijn veren
Dit heet ‘female-limited polymorphism’ (FLP), een mij totaal onbekend fenomeen. Bekender is dat oudere vrouwvogels door hormoonschommelingen of meer testosteron, soms ook een paar kleurrijke manveertjes krijgen, zoals de roodkroonhaan. Of dat sommige kwartelvrouwen op leeftijd een baard groeien.
Bekend is ook hoe manvogels soms juist vrouwveren inzetten, zoals de kemphaan. Zoiets zie je in ‘leks’: gebieden waar mannetjes samenkomen om zich uit te sloven voor vrouwtjes, die alles vanaf de zijlijn gadeslaan en dan kiezen.
De kemphaanman aldaar kent drie gedaantes: de sexy alfaman – de baas; de satellietman – die als de alfaman bezig is ook een paar vrouwtjes scoort; en de vrouw-man – dat zijn nét vrouwtjes. Zij sluipen door het lek, onopgemerkt door alfa- en satellietman, om opeens toe te slaan.
Maar vrouwen die er soms uitzien als mannen? Ik ken het van waterjuffers; insecten die mannelijke looks gebruiken om hun stress van seksuele intimidatie iets te temperen.
Dus what gives, kolibrie?
Mocht je hierna nog door wat mooie beestbeelden willen scrollen, zie dit geweldige fotoboek dat een ode brengt aan de onvolprezen krabjes van het koraalrif, of plof in de vacht van deze gigantische witte pluisbeesten (dat mag wel na zo’n jaar).
En boomliefhebbers, klik vooral niet hierop.
Fijn weekend!
Tamar