Stel je voor dat kleding wordt ontworpen en gemaakt om zo lang mogelijk mee te gaan. Dat het repareren of vermaken van een jas of broek vele malen goedkoper is dan een nieuwe kopen. Dat het voor kledingbedrijven financieel aantrekkelijker is om materialen te recyclen dan om nieuwe stoffen te produceren of te kopen. Dat niet massaproductie, maar op maat gemaakte T-shirts het meeste opleveren. En dat kledingbibliotheken, ruilwinkels en andere ondernemingen die zo zuinig mogelijk omgaan met niet de uitzondering maar de regel zijn.

En stel je nu eens voor dat dit niet alleen voor kleding geldt, maar voor zo’n beetje alles wat we produceren en consumeren. 

Het klinkt misschien onrealistisch. Het staat haaks op het huidige lineaire economische systeem van take-make-waste. Maar het kan. En nee, daarvoor is geen wondermiddel nodig. Wat wel? Een verschuiving van de belastingen. 

Om specifiek te zijn: maak als overheid en vervuiling duur.

Uit de serie One Last Playground door Farhad Rahman.

Het verschuiven van belastingen is geen nieuw idee 

In Nederland was ondernemer Eckart Wintzen begin jaren negentig al pleitbezorger van deze maatregel. In 1989 begon hij in de jaarverslagen van met het doorrekenen van Hij hing daar een prijskaartje aan en trok het bedrag van de winstrekening

In vertelt hij hoe we steeds meer zijn gaan produceren met steeds minder mensen, en hoe dit anders kan. ‘Als je het onttrekken van waarde aan de planeet nou gaat belasten en tegelijkertijd de personeelslasten gering gaat maken, dan zal iedere ondernemer voortdurend andere beslissingen nemen.’

‘Je lost je milieuprobleem én je werkloosheid op met dit systeem’ 

Op die manier hoefde materiële zuinigheid volgens Wintzen niet te ontstaan ‘uit ideële overweging, maar puur uit fiscale overwegingen – dat zijn dingen die de ondernemer begrijpt. Je lost je milieuprobleem én je werkloosheid op met dit systeem.’ 

Economische groei en milieuvervuiling: gaan die twee wel samen?

Meer dan 25 jaar later is Wintzens pleidooi nog altijd relevant: in 2019 waren de in de EU-lidstaten goed voor 51,7 procent van de Dit terwijl de slechts 5,9 procent In Nederland is dat niet veel anders: onze schatkist wordt voor 49,8 procent gevuld via lasten op arbeid, en voor 8,6 procent via groene belastingen.

Van elke euro die een werkgever aan arbeidskosten betaalt, komt gemiddeld slechts 60 cent in de zak van de werknemer De rest verdwijnt in de staatskas. 

Het gevolg? Werkgevers doen er alles aan om het aantal werknemers te reduceren. Door te besparen op services, en producten aan te bieden zonder reparatie- of onderhoudsdiensten. Door de inzet van zelfbediening – denk aan de zelfscankassa’s in supermarkten. Door in te zetten op massaproductie, in plaats van op maat gemaakte producten. Door de werkdruk te verhogen en met minder mensen evenveel werk te verzetten. Of door de productie te verschuiven naar lagelonenlanden. 

En ondanks de voordelen van – denk aan minder vliegverkeer, minder luchtvervuiling en duurzamere productie – worden deze nauwelijks ingezet en toont het gebruik ervan zelfs een

Uit de serie One Last Playground door Farhad Rahman.

Het begin van een verschuiving

Met de die Eckart Wintzen overhield aan de verkoop van richtte hij het groene investeringsfonds Ex’tent op, en investeerde in duurzame en sociale ondernemingen zoals Greenwheels. 

Toen bij in 2008 overleed aan een hartinfarct, besloot Femke Groothuis, die in 1999 bij Wintzens groene investeringsfonds kwam werken, zijn idee van belastingverschuiving verder uit te werken. In 2010 richtte ze en sindsdien doet ze, samen met belastingexperts van onderzoek naar wat zo’n belastingverschuiving in de praktijk voor en kan betekenen. 

zijn verbluffend, en laten zien dat er een vorm van economische groei bestaat die het verminderen van vervuiling niet in de weg staat. Hoe dat werkt, legt Groothuis me uit aan de hand van een product dat een schoolvoorbeeld is van wat er mis is met het huidige economische model: textiel. 

Waarom de textielindustrie baat zou hebben bij een belastingrevolutie 

De kleding- en textielsector is verweven met milieu- en sociaal-maatschappelijke en laat zien hoe bedrijven het voor elkaar hebben gekregen ‘om de grenzen van verzadigde markten op te rekken’, ‘door materiële producten te maken die letterlijk zijn bedoeld voor de vuilstort’. ‘s Werelds meest winstgevende modemerken verkopen fast fashion, kleren die zijn ontworpen om zo snel mogelijk uit de

Dat is een gigantische verspilling. Niet alleen van materialen, maar ook van vaak onder

Dat kan anders, zegt Femke Groothuis: ‘Wil je dat er in de kledingbranche in Nederland een verdienmodel komt voor het ontwerpen van kleding die lang meegaat en het hergebruiken of recyclen van kleren, dan moet je de arbeidslasten omlaag brengen en schonere verdienmodellen stimuleren.’ 

Dat laatste kan door in te voeren die vervuiling bestraffen, zoals het beprijzen van luchtvervuiling en CO2-uitstoot door de industrie, het duurder maken van het gebruik van grondstoffen als water en fossiele brandstoffen, een hoger prijskaartje hangen aan het en het belasten van Groothuis: ‘Voer je dit in, dan wordt het minder aantrekkelijk om producten zoals kleding de wereld over te slepen. En gaat het lonen om spullen beter te onderhouden, te customizen, te vermaken.’  

Uit de serie One Last Playground door Farhad Rahman.

Tijdrovend mensenwerk

Er zijn al modemerken die dit doen. Als voorbeeld noemt ze Mud Jeans, een Nederlands jeansmerk dat niet alleen broeken verkoopt maar ook verhuurt, en ze na gebruik of recyclet. ‘Dit is allemaal tijdrovend mensenwerk, waardoor het nu lastig rendabel te krijgen is.’ Datzelfde geldt voor de productie van lokale, schonere grondstoffen voor kleding, zoals en

En om dit voor elkaar te krijgen moet een verschuiving van de belastingen niet alleen in Nederland gebeuren, maar ook in – waar de textielindustrie de grootste problemen veroorzaakt.

Bij Ex’tax hebben ze dan ook gekeken wat zo’n belastingverschuiving betekent op het gebied van werkgelegenheid, vervuiling en voor een land als de op een na grootste textielproducent ter wereld. 

Wat gebeurt er bijvoorbeeld als Bangladesh in vier jaar tijd geleidelijk een invoert en tegelijkertijd de olie- en aardgassubsidies voor en energieopwekking afschaft? Volgens de studie zouden deze maatregelen goed zijn voor 4,3 miljard dollar. Als dat geld vervolgens geïnvesteerd wordt in infrastructuur, schone technologie in de textielsector en (gericht op de laagste inkomens), kan Bangladesh niet alleen de aanpakken, maar ook de vervuiling terugdringen. En dat zonder in te leveren op economische groei. 

Bovendien zorgen deze maatregelen ervoor dat het werk in bijvoorbeeld kledingfabrieken menselijker wordt. Groothuis: ‘De druk om met zo weinig mogelijk mensen zoveel mogelijk output te produceren – dus zoveel mogelijk spullen eruit persen –   

Het gevaar van de belastingvlucht

Zonder risico is het invoeren van een nationale belasting op een mondiale industrie niet: Als de productie van kleding in een land als Bangladesh duurder wordt, kunnen bedrijven uitwijken naar landen waar het goedkoper kan, zoals nu al decennia in de kledingsector gebeurt. ‘Er zal altijd wel weer ergens in de wereld een ander putje zijn waar de kosten of lonen weer wat lager zijn. Als bedrijven het op die manier willen blijven doen, kan je dat niet tegenhouden’, zegt Groothuis.  

‘Er zal altijd wel weer ergens in de wereld een ander putje zijn waar de kosten of lonen weer wat lager zijn’

Ze ziet regelmatig dat bedrijven de invoering van groene belastingen proberen te verhinderen of te ontmoedigen, met het argument: als er een CO2-belasting komt, dan verhuizen wij ergens anders heen met de productie. ‘Met als gevolg dat het debat vaak stilvalt en overheden zeggen: oké, dan doen we het niet.’ 

Wat daarbij niet helpt: er zijn nauwelijks tot geen openbare data beschikbaar van de vervuiling die bedrijven veroorzaken en de hoeveelheid grondstoffen die ze verbruiken. ‘Zolang we dat niet weten, valt ook niet uit te rekenen wat bepaalde maatregelen een bedrijf precies kosten en opleveren. Daardoor weet ook niemand in hoeverre hun argumentatie – dat het aantrekkelijker is om zich elders te vestigen – overeind blijft staan.’ 

Maar in het geval van Bangladesh is het effect van een belastingverschuiving op de concurrentiepositie van de textielindustrie gering: de export zou volgens het onderzoek van Ex’tax slechts 0,4 procent afnemen. En dan is in deze berekening nog niet eens rekening gehouden met het gegeven dat Bangladesh een deel van de belastinginkomsten weer kan investeren in duurzame productie, wat de concurrentiepositie juist kan versterken. 

Uit de serie One Last Playground door Farhad Rahman.

‘Het grootste raadsel van onze tijd’

Stel dat bedrijven (meer) moeten gaan betalen voor afvalproductie, watergebruik en CO2-uitstoot, en minder voor arbeid. Dat zou betekenen dat bedrijven die veel werknemers hebben en weinig vervuilen er financieel op vooruitgaan, en bedrijven die veel vervuilen en weinig mensen in dienst nemen

Het grote probleem: op dit moment zijn het vooral de kleinere bedrijfjes die het meest van dit soort maatregelen profiteren. En laten zij nou juist de minste politieke invloed hebben. ‘De grootste vervuilers hebben meestal niet de meeste werknemers.’ Het maakt dat het doorvoeren van deze principes nog maar weinig tot niet gebeurt. 

En in Bangladesh zeggen weer: laat ons nu eerst economisch ontwikkelen, dan doen we daarna wel wat aan de vervuiling.

Het hardnekkige idee dat het aanpakken van milieuvervuiling en economische groei niet hand in hand gaan, vindt Groothuis een van de grootste raadsels van onze tijd. ‘Het bbp is opgebouwd uit wat er verdiend wordt aan spullen en wat er verdiend wordt met werk. Als je dat laatste vergroot, betekent dit dat meer mensen meer geld in hun zak krijgen, maar dat hoeft nog niet te betekenen dat de economie ook vervuilender wordt. Als wij meer diensten inkopen in plaats van nieuwe spullen, kan dat bbp van een heel ander hout gesneden zijn. Ik denk dat we het veel meer zouden moeten hebben over het soort groei en wat de rol van mensen hierin is.’

Een systeem dat al een eeuw over de datum is

De fundamenten van het werden gelegd in het tijdperk van de industriële revolutie; vóór globalisering en massaconsumptie, vóór de gevolgen van klimaatverandering ons duidelijk werden, en vóór digitalisering en automatisering.

In de loop der jaren hebben veel onderzoekers en internationale organisaties opgeroepen tot belastinghervorming – van Wereldbank, het Europees Parlement en de Europese Commissie. Die laatste noemde het

‘Als je de spelregels laat zoals ze zijn, dan blijft alles bij het oude’

En dat is hoopgevend, want afstemming en samenwerking, te beginnen in de Europese Unie, zijn Dat belastingen een nationale aangelegenheid zijn, maakt de implementatie ervan er alleen niet makkelijker op. 

Maar willen we een eerlijkere en duurzamere wereld, dan is het verschuiven van de belastingen pure noodzaak, zegt Groothuis: ‘Als je de spelregels laat zoals ze zijn, dan blijft alles bij het oude. Dan blijven schone producten en inclusieve bedrijven een niche, en we willen juist dat ze de norm worden. Als we ons belastingstelsel niet eerst aanpakken, is al het andere een druppel op de gloeiende plaat.’

Uit de serie One Last Playground door Farhad Rahman.
Over de beelden In de hoofdstad van Bangladesh, de op een na grootste textielproducent ter wereld, leidt het groeiende ruimtetekort ertoe dat de watermassa’s van de stad worden gedempt en omgevormd tot bouwterrein. In de korte tijd tussen het dempen en de bouw transformeren de zandbakken steeds tot tijdelijke speelplaats. Vanuit alle uithoeken van Dhaka trekken trekken kinderen naar deze vlaktes om elkaar te ontmoeten en hun fantasie los te laten op het lege canvas. De Bangladese fotograaf Farhad Rahman, die zelf in Dhaka opgroeide en er nog steeds woont, portretteerde de kunstmatige droogte en de kinderen. Zijn beelden verplaatsen de aandacht van de vervuilde rivieren van vandaag, naar alle mogelijkheden voor de toekomst, zowel voor het landschap als de kinderen. Aan wat voor toekomst willen we bouwen? (Isabelle van Hemert, beeldredacteur) Bekijk hier meer werk van Farhad Rahman

Lees verder

Het waarmaken van idealen begint bij de belasting die we betalen Rutger schreef over hoe je met de juiste belastingen de wereld kunt veranderen. Tijd voor een belastingrevolutie.
Lees het stuk van Rutger hier