Zo werd voetbal de oneerlijkste sport van Europa (en de saaiste)

Michiel de Hoog
Correspondent Sport
Illustratie door redactioneel ontwerper Luka van Diepen
Illustratie door redactioneel ontwerper Luka van Diepen

De Super League kwam er niet omdat iedereen het te oneerlijk vond, maar oneerlijk is het voetbal al jaren. Hoe kwam het zover en wat valt er nog aan te doen?

Het was een schitterende prestatie van Ajax in het seizoen 2018/2019: het haalde de halve finale van de Champions League en bijna – – de finale. De verdiensten van de club voor dat bijna-droomseizoen?

78 miljoen euro.

Real Madrid stelde dat seizoen teleur. Het werd in de achtste finales uitgeschakeld – door Ajax – en deed het dus duidelijk veel minder goed. De verdiensten van Real voor de prestatie in de Champions League dat seizoen?

85 miljoen euro.

Laten we dat eens vrij vertalen. Real Madrid, lieverd, de UEFA hier. Wat zielig voor je dat dat kleine schattige Ajax je finaal te kijk heeft gezet. Maar kijk eens: hier is een dikke zak met geld. Niet meer huilen nu. En sla die kleintjes volgend seizoen maar als vanouds tot pulp.

Voilà: zo oneerlijk is het Europese voetbal georganiseerd.

De verklaring zit ‘m in twee variabelen van de voor het prijzengeld. De ene is dat grote clubs meer kijkers trekken (en dus meer geld verdienen) – vooruit. De andere variabele zijn prestaties uit het verleden – onbegrijpelijk. Waarom zou je dit seizoen opnieuw worden beloond voor vroegere successen?

Het is Robin Hood, maar dan omgekeerd, zoals de Belgische econoom Thomas Peeters recent in economentijdschrift ESB. De Europese voetbalbond, de UEFA, neemt geld van de armen en deelt het uit aan de rijken, die daardoor – hou je vast – steeds rijker worden. En dus beter: wie het meeste geld biedt,

Gevolg: saaiheid. Tien, hooguit vijftien clubs maken nog enige kans om de Champions League te winnen. van de vier halve finalisten van dit seizoen zijn hobbyprojecten van oliemultimiljardairs; de komen uit de schatrijke Engelse Premier League.

Ajax’ bijna-finale van 2019? Een memorabel incident dat helpt de schijn van serieuze competitie op te houden.

De Champions League is niet eens de oneerlijkste competitie van Europa

Nationale competities zijn niet veel spannender. Correctie: ze zijn veel saaier.

Neem de Eredivisie: de ettelijke miljoenen die Ajax de afgelopen seizoenen aan de Champions League verdiende, zetten alle andere Nederlandse clubs verder op afstand. En die waren al slechter dan Ajax. In het seizoen 2019/2020 verdiende Ajax in totaal 194 miljoen euro en naaste concurrent PSV slechts 93,5 miljoen. verdiende Ajax alleen al aan Europees voetbal 35 miljoen meer dan PSV. De rest van de clubs zijn sowieso nauwelijks

Daar komt de ongelijke verdeling van de binnenlandse inkomsten bovenop. Leuk en iets te onbekend weetje: de Eredivisie is de oneerlijkst georganiseerde competitie van Europa. Nergens krijgen de best presterende clubs een groter deel van de dan in Nederland. Of beter gezegd: nergens krijgen de kleintjes zo weinig. Zo krijg je

De kans dat een andere club dan Ajax of PSV de komende vijf jaar kampioen wordt? Vijf procent, misschien?

Varianten van zulke oersaaie competities zijn overal in Europa te zien. Natuurlijk: geld bepaalt niet alles. In het voetbal speelt geluk een forse rol. Net als ‘Incompetentie bij topclubs’, zegt econoom Thomas Peeters, ‘maakt de Belgische competitie spannend.’ De rijken winnen dus niet altijd. Maar wel steeds vaker.

Dit weekend werd Bayern München voor de negende keer op rij kampioen van Duitsland. Olympiakos Piraeus werd dit seizoen sinds 2000 Grieks kampioen. En sinds 2000 hadden Engelse clubs 82 Champions League-tickets te verdelen. Hoeveel van die plekken, denk je, zijn opgevuld door de rijkste zes topclubs van Engeland – Manchester City, Manchester United, Arsenal, Liverpool, Tottenham en Chelsea?

– op vier na allemaal.

Speltip 1 voor een ambitieuze voetbalclub: word opgericht in Engeland

Is voetbal een meritocratie?

Voor spelers wel. Als speler moet je vreselijk goed zijn om de top te halen. Je kunt succes niet kopen: je komt er alleen met hard werk, veel plezier, een beetje geluk en iets meer Maar voor clubs geldt dit allang niet meer.

Als je als club eenmaal goed en rijk bent, dan word je alleen nog maar rijker en beter, enkele schitterende ongelukken daargelaten (zie: en Jarenlang slecht beleid? Maakt niet uit, je blijft rijk en dus kansrijk (zie Manchester United en Barcelona). De rijken spelen voetbal in

Misschien biedt voetbal een duistere blik in de toekomst – eentje waarin de kansrijken nooit meer kunnen verliezen

Zeker: het is ook een verdienste om in zo’n luxepositie te geraken. De clubs die het meeste geld krijgen, krijgen dat geld omdat ze goed presteren. Waarom presteren ze goed? Omdat ze veel geld verdienen. En hoe verdien je veel geld? Daarvoor zijn twee opties. Ofwel je verkoopt je ziel aan een mensenrechtenschendend regime dat via jou zijn reputatie wil opvijzelen (Paris St. Germain en Qatar). Ofwel je wordt opgericht in Engeland.

Dat zit zo. In 1992 besloot de hoogste Engelse divisie, de Premier League, om haar tv-gelden niet meer met de lagere divisies te delen. Dat maakte de clubs in de Premier League dat ze de beste spelers ter wereld konden kopen. Dit leidde tot nog grotere tv-deals, nog betere spelers, nog betere deals, nog betere spelers, De tv-deal van de Eredivisie? 80 miljoen euro. De tv-deal van de Premier League? 3,1 miljard euro.

Dit geld – en de relatief eerlijke verdeling ervan – maakt dat een club als Crystal Palace, dat het voetbal nooit meer heeft gegeven dan haar eigen bestaan, heeft dan – zeg – Ajax. En het maakt dat het geen wonder is dat de Champions League-finale gaat tussen twee steeds rijker wordende Engelse clubs (Chelsea en Manchester City).

Voetbal draait dus minder om wat je doet dan om wie of waar je bent. Dat is geen verdienste, maar wel een enorm zelfbevestigend voordeel. Zo bezien is voetbal een uitvergroting van En misschien biedt voetbal zelfs een duistere blik in de toekomst – eentje waarin de kansrijken nooit meer kunnen verliezen.

Vier weken geleden bleek dat de rijkste clubs van Europa de oneerlijke verdeling van het geld in de Champions League nog niet oneerlijk genoeg vonden. Zij wilden een eigen competitie beginnen: Een ‘gesloten’ competitie waaruit de deelnemers niet kunnen degraderen, en waarin zij zo veel geld zouden verdienen – dankzij miljarden tv-kijkers – dat ze nooit meer in te halen zouden zijn door de rest.

Die rest – de arme, prutsende, ploeterende 99 procent van het Europese voetbal – zou als derde- en vierderangs langzaam maar zeker afsterven en uiteindelijk een vegetatief bestaan leiden. Want wees eerlijk: zou jij daarnaar kijken als je ook naar de Super League kunt kijken? De Super League zou voor veel clubs game over betekenen.

Het stockholmsyndroom van de Europese voetbalfan

Zo ver kwam het allemaal niet – nog niet tenminste. Fans in heel Europa waren zo boos over de Super League-plannen dat de initiatiefnemers bang werden. Uren nadat het plan met veel tromgeroffel was aangekondigd, stortte de Liga der in. Het was allemaal… Al even vreemd was wie er kort daarna als held van de dag werd gevierd: de UEFA.

De op-schoot-van-de-macht-zittende UEFA werd nu bejubeld als verzetsstrijder jegens het grootkapitaal

Juist: die organisatie die het geld zo verdeelt dat clubs uit kleinere landen nu kansloos zijn. Die organisatie die een financiële spelregel verzint die de rijken – en die regel Financial Fair Play noemt. Die op-schoot-van-de-macht-zittende UEFA werd nu bejubeld als verzetsstrijder jegens het grootkapitaal. De Europese voetbalfan lijdt kennelijk aan een ernstige variant van het stockholmsyndroom.

Toegegeven: de UEFA zit in een lastig parket. Als de rijke clubs niet krijgen wat ze willen – lees: steeds meer geld uit de Champions League – beginnen die clubs simpelweg hun eigen competitie. En als de UEFA de rijken wel geeft wat ze willen – steeds meer geld uit de Champions League – is het resultaat vrijwel precies hetzelfde: een klein groepje kansrijke superclubs en een peloton van

En dit is exact wat er gebeurt. De jongste nieuwe-en-nog-ongelijkere van de Champions League gaat nationale competities oer- en maken. De Nederlandse kampioen van 2024 (wie zou dat toch zijn?) verdient dan minimaal als de hele Eredivisie Structurele ongelijkheid dus – gefaciliteerd door een bond die zegt voor solidariteit te zijn.

Of zoals de voetbaleconoom Thomas Peeters het bondig analyseert: ‘De UEFA is helemaal niet tegen de Super League. Het wil de Super League zelf organiseren.’

Is er ook iets eerlijkers en boeienders denkbaar?

De voetbalfan, de schoft,

Stel dat de Europese voetbalfans in 1995 plots zouden zijn geconfronteerd met de huidige krachtsverhoudingen: hadden ze dat Nee, maar we zijn eraan gewend geraakt. Tot vorige maand: de Super League-plannen hebben de doen beseffen dat ze aan het sterven waren. De vraag is: is er ook iets eerlijkers, iets boeienders denkbaar dan de status quo waarin alles wordt geofferd voor acht á vier potjes van hoog niveau?

Voetbal heeft niet minder maar meer concurrentie nodig – dat is nu net wat voetbal zo mooi maakt

Eén optie: pan-Europese competities met een gelijke verdeling van de opbrengsten van die competities. De concurrentie zal moordend zijn; het niveau daardoor hoog; het hele jaar ziet de fan topvoetbal; nationaliteit is geen doodvonnis meer voor een club. Concreet: clubs als Ajax en Anderlecht zijn weer kansrijk. Nieuwe topclubs

Voetbal heeft niet minder maar meer concurrentie nodig, zegt Thomas Peeters – dat is nu net wat voetbal Daarom denkt hij ook dat dit scenario uiteindelijk werkelijkheid wordt. Maar niet nu. Wie wil nu de nationale competities opheffen? Welke Engelse clubs willen hun financiële voorsprong inleveren? De situatie moet hiervoor nog wat ongelijker worden – de Premier League moet zo dominant worden dat niemand anders nog achter de status quo staat.

Een meer haalbare optie is een tussenstap: de tv-gelden uit de Champions League eerlijker verdelen. Dit maakt zowel de Champions League als de nationale competitie (iets) Wat hiervoor nodig is: een politieke interventie. De deal: de UEFA krijgt van de EU (jegens de grote clubs), in ruil voor een eerlijker, transparanter, meer solidair beleid.

loopt vermoedelijk via een relatief obscuur maar machtig clubje Brusselse technocraten: het Directoraat-generaal Concurrentie (‘DG COMP’, hier verder ‘DG’), de tegen machtsmisbruik in de Europese interne markt. Het DG moet dan doen wat het in andere sectoren ook doet: besluiten dat de UEFA als toezichthouder én organisator van de Champions League zijn monopolie misbruikt. Immers: het bevoordeelt de rijke clubs

Het DG zal dat Het is een megaklus, die ellendig veel weerstand oplevert, en bovendien de plek inneemt van werk in allerlei andere belangwekkende dossiers. (Categorie: kartelvorming in de Roemeense betonmortelmarkt.) En dus moeten enkele politici druk uitoefenen op het DG om desondanks in actie te komen.

De politicus die dit probeert, maakt zich vermoedelijk tot een van de meest geliefde politici van Europa – de 99 procent Tevens zal de politicus die dit probeert voor de 1 procent – en alle spindoctors die hun geld kan kopen (dat zijn, denk ik, letterlijk alle spindoctors) – de meest gehate politicus van Europa zijn.

Prettige wedstrijd.

Met dank aan Thomas Peeters en Steve Weatherill.

Meer lezen?