Een modale Nederlander behoort tot de rijkste 3,5 procent van de wereld. Waarom geven we toch zo weinig aan goede doelen?
Een nieuwe aflevering van De Rudi & Freddie Show! Dit keer hebben we het over een nieuw gedachtegoed: ‘effectief altruïsme’. Zouden wij, mensen uit rijke landen, niet een veel groter deel van ons inkomen moeten weggeven aan de meest effectieve goede doelen?
Een Nederlander met een modaal inkomen behoort tot de rijkste 3,5 procent van de wereldbevolking. Mensen vinden zichzelf meestal niet rijk, maar laten we eerlijk zijn: als je weleens eten weggooit, mineraalwater uit een flesjes drinkt, koffie to go bestelt of kleding aanschaft die je zelden draagt, dan ben je – relatief gezien – stinkend rijk. Toch geeft een gemiddeld Nederlands huishouden maar 0,4 procent van het inkomen aan goede doelen.
Wat zijn de morele implicaties van onze rijkdom? In 1971 schreef filosoof Peter Singer een baanbrekend artikel* waarin hij betoogde dat mensen in rijke landen de plicht hebben om een groot deel van hun inkomen te doneren aan mensen in veel armere landen. Het artikel werd de oertekst van een beweging die bekend is komen te staan onder de naam ‘effectief altruïsme’.
Effectief altruïsten zien het als hun plicht om meer goed te doen (oftewel: een groot deel van hun tijd en geld aan anderen te besteden) maar willen óók nadenken over hoe ze dat zo doeltreffend mogelijk kunnen doen. Want laten we eerlijk zijn: er zijn heel wat goede doelen die niet zo effectief zijn. Goede bedoelingen zijn mooi, maar het resultaat telt.
In deze podcast verkennen we de uitdagende denkwereld van de effectief altruïsten. Jesse heeft een paar kritische kanttekeningen, Rutger vertelt hoe hij zelf geïnspireerd is door de beweging. We zijn, als altijd, erg benieuwd wat jullie vinden! Deel je ideeën en vragen hier op De Correspondent of mail ons op rudienfreddieshow@decorrespondent.nl