Scheidsrechter vindt het leuk om scheidsrechters te bekijken. Niet om zomaar te kijken, maar om te shoppen: trucjes afkijken van collega’s en ze vervolgens zelf te testen en – eventueel – eigen te maken.

Recent zag hij een favoriete collega aan het werk, de fitte, atletische en elegante Duitser Felix Brych, die zondag de eerste EK-wedstrijd van Nederland tegen Oekraïne fluit. Sommige dingen kan hij niet van Brych leren, zoals het feit dat Brych gepromoveerd jurist is. (‘Iedereen weet dat’, zegt Van der Eijk. ‘Dat geeft hem een natuurlijk gezag.’) Andere dingen wel: hoe je je gezag niet verliest.

Gezag kun je elk moment verliezen. Zoals in de zeventigste minuut van de halve finale van de Champions League tussen Paris Saint-Germain en Manchester City, waar Brych de scheidsrechter was. Een speler van Paris Saint-Germain maakte op een gevaarlijke plek een overtreding, en uit frustratie trapt Leandro Paredes, de verdedigende middenvelder van PSG, de bal weg. Dat is ‘spelbederf’.

Brych heeft gefloten, Paredes schiet de bal weg.

Spelbederf kun je tolereren als scheidsrechter, of niet, zoals Brych besluit. Hij wil Paredes geel geven, maar wil ook dat Paredes bij hem komt om de kaart in ontvangst te nemen. En Paredes luistert niet. Hij doet alsof zijn neus bloedt. Hij loopt weg van de scène – met zijn rug naar Brych – zonder op of om te kijken.

Hij wil het gevolg van een domme fout – nodeloos spelbederf met als gevolg een gele kaart – met iets slims goedmaken. Zijn ploeggenoten lijken hem te willen helpen, door Brychs aandacht weg te trekken van Paredes. Misschien, denken ze, laat Brych het erbij zitten. Misschien vergeet hij de gele kaart wel.

Machtsspel tussen scheidsrechter en speler

Maar die kaart komt er – natuurlijk komt die er. Brych heeft de kaart al in de hand, hij noemt Paredes’ naam. Dat is iets wat Van der Eijk sinds een tijdje ook doet. ‘Het maakt meteen duidelijk wat het besluit is. Bovendien vergeet je minder snel wie al een gele kaart had door het hardop uit te spreken.’

Waarom dat belangrijk is? ‘Omdat je niet zomaar een wil geven. De drempel ligt dan toch hoger. Wat je niet wilt, is naar je broekzak gaan om geel te geven, dan beseffen dat het de tweede gele kaart is, en dan de kaart weer terugstoppen. Dat is funest voor je gezag.’

Gezag is voor een scheidsrechter geen doel maar een middel

Maar vergeet de kaart. Er speelt in deze scène iets anders: een machtsspel. Brych wil de aandacht van Paredes, om duidelijk te maken dat die over een grens is gegaan. Dat aandacht niet triviaal is, leerde Van der Eijk van acteur, cabaretier en docent die Nederlandse scheidsrechters traint in dit soort zaken. ‘Je kunt die gele kaart aan iemands rug tonen en roepen, "dan weet-ie het ook wel"’, zegt Van der Eijk – maar oogcontact is cruciaal voor ‘impact’. Dat wil zeggen: gehoorzaamheid aan en acceptatie van de beslissing.

Paredes wil Brych het oogcontact en de aandacht niet geven. Dat is beroerd voor het effect op Paredes, maar ook voor Brychs gezag als geheel. Dat is meer dan een egokwestie. Gezag is voor een scheidsrechter geen doel maar een middel. Een middel om de wedstrijd in het vervolg in goede banen te leiden. Als je je gezag kwijt bent in de ogen van de spelers, dan verlies je sneller controle over de wedstrijd.

Oogcontact en een armgebaar, niet meer dan dat

Hoe gezag verliezen eruit ziet? In scheidsrechterskringen is er een berucht filmpje waarin een Franse scheidsrechter Zlatan Ibrahimovic maant naar hem toe te komen, zodat hij Ibrahimovic een standje kan geven. Zlatan negeert de scheidsrechter niet alleen compleet, hij loopt ook nog eens van hem weg, terwijl hij de scheidsrechter aankijkt.

Wat nou naar jou toe komen? Kom jij mij naar mij. Ik ben Zlatan. En jij was?

Waarop de Franse scheidsrechter hulpeloos en vruchteloos blijft gebaren en binnen enkele seconden verschrompelt van volwassene naar kleuter. Weg gezag – voor langere tijd dan alleen die ene wedstrijd.

YouTube
Ibrahimovic en de scheidsrechter in 2015.

De les die Van der Eijk leerde van Rogaar: maak bij het vermanen van een speler oogcontact en één armgebaar, hooguit twee. Je kunt de speler een paar passen tegemoet komen, en je kunt de speler nog manen met Maar als de speler dan echt niet komt, ondanks uitdrukkelijk verzoek, dan is het simpel: geel. Kan dat? Mag dat? ‘Het staat niet in de regels’, zegt Van der Eijk, ‘maar de regels geven je wel de ruimte.’

Brych heeft niet het probleem van de Fransman. Brych heeft status. En Paredes loopt niet weg terwijl hij Brych spottend aankijkt, hij loopt weg als een betrapte dief. ‘Maar’, zegt Van der Eijk, ‘als je echt verbinding wilt maken, als je zeker wil weten dat de boodschap aankomt, dan is oogcontact belangrijk.’

Brych weet dat. Hij laat dit niet passeren en neemt zijn tijd. Hij negeert de superstermultimiljonairs die op hem inpraten en volgt Paredes. En als Paredes aan zijn sokken heeft gefriemeld, en ook die afleidingsmanoeuvre is uitgeput, Brych hem – Paredes! – en kijkt de Argentijn op.

Het oogcontact is gemaakt, Brych geeft snel de gele kaart, en gaat door met de vrije trap. Het wedstrijdje-in-een-wedstrijd met Paredes heeft Brych gewonnen. De kans op een fatsoenlijk verloop van de rest van de wedstrijd is net wat groter geworden.

Tijd kopen waar je tijd kunt kopen

Hoeveel dat meespeelt in de lastige momenten die erop volgen? Dat is moeilijk te zeggen, maar Van der Eijk ziet hoe Brych een paar minuten later een rode kaart uitdeelt voor een situatie die hij zelf niet heeft gezien – en toch leidt het tot geen enkel serieus protest.

PSG-speler Idrissa Gueye raakt met een tackle van achteren de kuit van İlkay Gündoğan. Kraakhelder rood, maar Brych staat schuin achter de situatie en heeft het daardoor Van der Eijk ziet dat aan Brychs blik naar de kant: hij signaleert daarmee dat hij wil weten wat zijn assistent en zagen. Vervelend: het ideaal van een scheidsrechter is om resoluut te zijn. Uitstel van de beslissing leidt tot twijfel aan de beslissing; leidt tot verlies aan gezag; leidt tot escalatie.

Maar resoluut de foute beslissing nemen is een groter probleem. En je kunt nu eenmaal niet alles zien. En toch levert de situatie Brych geen enkele schade op. Hij maakt uitstekend gebruik van de situatie die eigenlijk altijd ontstaat na zo’n overtreding. Het opstootje, het gekerm van de geraakte speler, de blessurebehandeling die hij met een gebaar toestaat, het geeft hem allemaal tijd tot overleg met zijn assistent.

‘In zo’n situatie is het: buy time’, zegt Van der Eijk. ‘De rust zoeken en vinden. Heel knap. Daarvan kan ik leren. Soms ben ik te snel, waardoor ik advies van een collega niet goed verwerk. Dit seizoen miste ik bij daardoor een rode kaart. Ik was zo snel met het geven van een gele kaart, dat ik het advies ‘rood’ pas kreeg toen ik al bezig was.’

YouTube
Het moment in de 68ste minuut van Cambuur-Almere (vanaf 4:13).

Hij had de beslissing kunnen terugtrekken, maar op het moment voelde dat toch te veel als ‘op appèl’ van de spelers van Cambuur fluiten, wat zijn gezag weer zou aantasten. Recent kwam een vergelijkbare situatie voor bij Björn Kuipers, Nederlands beste scheidsrechter, tijdens de bekerfinale Ajax-Vitesse. Vitessenaar Jacob Rasmussen maakt in de 86ste minuut een spijkerharde tackle op Ajacied Antony.

YouTube
De scène vanaf 7:50. In de herhaling is goed te zien dat de assistent van Kuipers de overtreding goed ziet en daarom ‘rood’ adviseert.

Kuipers had de gele kaart al in zijn hand, maar van zijn assistent kreeg hij dwingend advies: rood. Kuipers volgde dat advies – wat hem Waarom moest hij door anderen worden geholpen? Had hij zich laten beïnvloeden door protesterende Ajacieden? Dat werk. Maar hij nam wel de juiste beslissing, zegt Van der Eijk.

Had Van der Eijk dat ook moeten doen bij Cambuur-Almere? Ja. Had hij dat ook gekund? Vermoedelijk niet. Vrijwel elke andere scheidsrechter verliest daarna respect en controle. Kuipers komt ermee weg: ‘Hij heeft zó veel gezag.’ Dat is het verdiende privilege van de scheidsrechter die met zijn prestaties gezag heeft afgedwongen. Ofwel: fantastisch goed worden lukt alleen als je eerst heel goed wordt.

Meer lezen?

Ode aan de scheidsrechter. De hi-ha-held van het voetbalveld De taak van de scheidsrechter: voetbalwedstrijden zo soepel en eerlijk mogelijk laten verlopen. Als ze het goed doen, horen ze niks. Als het fout gaat, zijn ze de lul. Geen wonder dat steeds minder mensen iets zien in het beroep. Ode aan de scheidsrechters, aan de hand van de gedragsregels van een van de besten in het vak. Lees mijn interview met scheidsrechter Dennis Higler hier terug Een goede scheidsrechter heeft soms lak aan de spelregels Voetbalfans en -spelers begrijpen de besluiten van een scheidsrechter vaak slecht. Soms door matige kennis van de spelregels, soms omdat spelregels op meer manieren zijn uit te leggen. Met scheidsrechter Dennis Higler besprak ik vier veelvoorkomende misverstanden. ‘Als ik hier geen rood geef, is iedereen verbaasd. Want dit is wat het voetbal verwacht.’ Lees mijn explainer hier terug