Het draait allemaal om medemenselijkheid, zegt Moustafa Makhlouf (37).

De Bosschenaar is een bezige bij. Hij zet zich in voor verschillende goede doelen, heeft zijn zesde dan in karate, runt een karateschool. Onder andere. De meeste tijd is hij kwijt aan personal coaching van zo’n acht mensen met een beperking, of in zijn woorden: ‘met een uitdaging’. En dat grotendeels op vrijwillige basis, ‘uit het hart’, zegt Moustafa.

Hoe het allemaal begon: zeven jaar geleden zag hij Ron Dingemans (59), die blind is, samen met zijn vrouw in de sportschool. Moustafa werkte er als fitnessinstructeur, hij was invalkracht, vier uurtjes per week. De sporters en een aantal van Moustafa’s collega’s smoesden wat over Ron – iemand noemde hem een ‘blok aan het been’ – en gingen verder op de apparaten of hielpen de ‘normale’ leden. 

Dat raakte Moustafa, ‘het knaagde’, want hij weet hoe verdomd naar het is als men je als minder en anders ziet en behandelt, vertelt hij kalmpjes, zoals hij eigenlijk alles koeltjes vertelt. 

Hoe het voelt om scheef aangekeken te worden 

Hij heeft het namelijk zelf ervaren én ervaart het nog steeds. Voorbeelden? Er volgt een spraakwaterval: honderden keren solliciteren, maar niet aangenomen worden, vrouwen die hun handtas dichter bij hun lichaam houden als hij langsloopt, of mensen die juist met een bocht om hem heen lopen, hem op straat voor terrorist uitmaken, bijvoorbeeld. 

‘Je zou kunnen zeggen dat ik in de slachtofferrol kruip, overdrijf, zielig doe, daarom wil ik het hier eigenlijk niet te veel over hebben,’ vertelt Moustafa, ‘maar het gaat niet om een ervaring, het gebeurt stelselmatig.’

‘Mensen die oordelen, begrijpen niet. En mensen die begrijpen, oordelen niet’

Waarom gebeurt het? Als hij op mensen die iets naars riepen afstapte, om het gesprek aan te gaan, dan zetten ze het op een lopen, zegt Moustafa. ‘Ze zien een Marokkaans-Nederlandse man met een lange zwarte baard en denken: hij is gevaarlijk. Maar ze weten gewoon niet beter’, vermoedt hij. 

Zijn lijfspreuk: ‘Mensen die oordelen, begrijpen niet. En mensen die begrijpen, oordelen niet.’

Inmiddels heeft hij een olifantenhuid, maar aanvankelijk legde hij de schuld bij zichzelf en die ervaringen maakten hem klein. 

Je bent het niet, maar je voelt je toch minderwaardig, hoe sterk je ook in je schoenen staat, en zelfs als je een karateka met meerdere titels op je naam bent, blijkbaar. Totdat je eraan went, dan maakt het je alleen nog maar verdrietig.

Al wil hij telkens ook het positieve benadrukken, hoe mooi mensen kunnen zijn, hij wil in ieder geval zélf het leven blijven toelachen, zegt hij. 

Coaching op z’n Moustafa’s: sporten en lachen

Toen hij die avond Ron in de sportschool zag, voor de zoveelste week, anderhalf uur lang alleen maar op een spinningfiets en de lopende band, omdat Ron alleen dat zelfstandig kon, dacht hij: ik help hem wél een handje. Sindsdien trainen ze samen, buiten of in een sportschool. Ze hebben samen een kwart marathon, zo’n tien kilometer, gelopen, in minder dan een uur, terwijl beiden hetzelfde lintje vasthielden. 

Moustafa en Ron doen het vaakst evenwichtsoefeningen, zodat Ron in een rechte lijn leert lopen en rennen. 

En ze trainen zijn richtingsgevoel. Een van de oefeningen: Ron moet vanaf een afstandje met vijf grote ballen gooien. Het doel is een ijzeren bak, waarnaast Moustafa staat. Hij heeft ook een bal in zijn handen. Ron mist vijf keer. Meteen na de laatste poging knalt Moustafa zijn bal in de bak. ‘Heel erg goed, maat’, schreeuwt Moustafa. Ron wrijft in zijn handen en doet een vreugdesprongetje. 

‘We zijn broeders’, zegt Moustafa. 

Moustafa’s personal coaching bestaat uit meer dan sporten: ze maken ook uitjes. Maar het allerbelangrijkste voor een personal coach is volgens Moustafa: empathisch vermogen. ‘Je moet je kunnen verplaatsen in andermans schoenen en niet oordelen vanuit jouw eigen situatie, jouw eigen zegeningen, jouw eigen kracht.’

Daarin gaat Moustafa ver. Zo droeg hij 24 uur lang een afgeplakte skibril, om te weten hoe het is om niets te zien, voor zover dat kan – ‘mijn wereld viel in elkaar, alles viel weg’. En om zijn sporters met overgewicht en longproblemen beter te begrijpen liep hij een hele dag met een zuurstofmasker en sjouwde een andere keer een gewichtsvest mee. 

Wacht niet tot iemand jou om hulp vraagt

Inmiddels begeleidt Moustafa naast Ron zeven mensen met een beperking. Allemaal uniek. De twintiger Yvette bijvoorbeeld, die het downsyndroom heeft. Ze noemt hem haar ‘BFF’, best friends forever. Yvette vertelde tijdens een sportles dat ze graag eens zou willen fietsen, dus Moustafa leende de tandem van Ron. Vervolgens zamelde hij 2.500 euro in en kocht er een voor

‘Doe het, help een ander als je de middelen, wijsheid en kennis bezit’

Hij ziet hoe zijn ‘kameraden’ opbloeien. Zo had Ron aanvankelijk het gevoel niet mee te mogen doen, iets te mankeren, maar nu doet hij oefeningen voor gevorderden en heeft hij zelfvertrouwen opgebouwd, vertelt Moustafa. ‘Ron heeft zo’n mooie persoonlijkheid en heel veel positiviteit, maar dat kwam blijkbaar nooit echt tot uiting, die ruimte en mogelijkheid kreeg hij niet.’

Het werk doet ook hemzelf goed. ‘Het is een zegening dat ik mensen als Ron en Yvette mag ondersteunen. Het maakt me gelukkig. Een goed gevoel creëren voor jezelf is zo makkelijk’, zegt hij. Hij raadt iedereen aan: ‘Doe het, help een ander als je de middelen, wijsheid en kennis bezit.’

En wacht niet tot iemand jou om hulp vraagt, zegt Moustafa: ‘Stap op mensen af. Dat is het mooist en getuigt van een zuivere intentie.’ 

Lees ook:

Maak taal simpel Wie kwetsbaar is, kan alle hulp gebruiken. In een nieuwe serie breng ik mensen in beeld die zichzelf én anderen helpen. Vandaag: Rosetta, die moeite heeft met lezen en schrijven, maar ook taalambassadeur is. Lees het interview met Rosetta Leiendecker