Zou Rafael van der Vaart weleens van mening veranderen?
Zo nu en dan publiceren we op De Correspondent stukken die echt heel goed zijn. Ja, dat gebeurt gewoon. Een collega kwam een jaar of wat geleden op het lumineuze idee om die stukken ‘Klassieker’ te noemen en zo nu en dan, als het uitkomt en als het niet uitkomt, te herpubliceren.
Is ‘Klassieker’ een beetje aanmatigend? Laat het ‘een beetje’ maar weg. Is dat erg? Ach. Is het een goed idee die stukken blijvend te publiceren? Ja, natuurlijk! Want waarom zou je dat ene lekkere ijsje maar één keer eten of verkopen?
Wil je ook lekkere ijsjes? Abonneer je dan op onze Klassieker-nieuwsbrief.
Wie kan Rafael van der Vaart doen laten twijfelen?
Is het gek dat veel voormalige topvoetballers nooit twijfelen? Dat ze altijd dingen zeker weten?
In Studio Voetbal zat Rafael van der Vaart aan tafel met onder meer de journalist Simon Kuper. Kuper probeerde uit te leggen waarom het huidige voetbal beter is dan het voetbal van tien jaar geleden, en waarom Messi wel een persoonlijkheid was (in de zin van: iemand met een mening en macht), maar de persoonlijkheid niet had (in de zin van: de karaktertrek) om die mening zelf verbaal te uiten in een confrontatie – zoals toen Messi wilde dat Zlatan Ibrahimovic wegging bij Barcelona.
Van der Vaart werd op beide onderwerpen pinnig. Het vroegere voetbal is vanzelfsprekend beter, volgens Van der Vaart, en dan met name het voetbal uit de tijd waarin hij zelf speelde. (Volgens Van der Vaart is de oplossing voor bijna alle matig spelende ploegen een creatieve nummer 10 zoals hij zelf was.) De toegenomen fitheid van spelers anno nu verklaart hij juist uit de onkunde van moderne voetballers: ze hebben geen controle over de bal (anders dan hij) en moeten dus rennen. En het hebben over Messi’s ‘persoonlijkheid’? Als hij niet de confrontatie aangaat met Zlatan? Dat vond hij belachelijk. ‘Dat vind ik geen persoonlijkheid.’
Kuper probeerde te begrijpen (waarom doet Messi zoals hij doet?), Van der Vaart had een mening (wat een slappe zak die Messi). Geen twijfel over de definitie van het woord persoonlijkheid, geen oor voor zijn gesprekspartner. Nee, counteren die man, die het waagde het voetbal van nu beter te noemen dan het voetbal van hem, en die het had over Messi’s persoonlijkheid. Zelfs toen Kuper uitlegde dat Messi geen man van woorden was, anders dan Van der Vaart zelf (slim: kritiek verpakken als compliment), leek er weinig te dagen.
Ik bedoel dit overigens niet eens als kritiek op Van der Vaart (het zal hem trouwens aan zijn gouden vuvuzela roesten) – ik denk gewoon dat het zo werkt. Beroemdheden krijgen niet veel tegenspraak en trekken niet zo veel tegenspraak aan. Je ziet het voortdurend: niet de slimste ex-speler voert het hoogste woord aan tafel, maar de speler met de meeste interlands, en de mindere voetballers geven ruim voorrang. Men voegt zich naar zijn rol.
Daarom vermoed ik ook dat de groep mensen die Van der Vaart op andere gedachten kan brengen niet zo groot is. (Erik ten Hag deed laatst een verdienstelijke, niet al te subtiele poging.) Immers: hij is vrijwel altijd de belangrijkste persoon in de ruimte. Dit vergroot de zelfverzekerdheid. Geen rem, geen filter, geen twijfel. En geen ontwikkeling. Heb je één ‘analyse’ van Van der Vaart gezien, heb je ze allemaal gezien. (En ik neem me dan ook voor er niet meer over te twitteren.)
Wel zie je soms barsten in het zelfvertrouwen. In Studio Voetbal verwees hij expliciet naar het feit dat hij wel een hele goede voetballer was en een ander niet. En hij begon zichzelf op de borst te kloppen dat hij – anders dan Messi – met Zlatan het conflict was aangegaan. (‘Er heeft niemand ruzie met hem gehad, behalve ik.’) Boodschap: Zlatan tegenspreken, dát is pas Persoonlijkheid. En die heb ik wel. Een paar jaar geleden was het geloof ik niet nodig dat Van der Vaart dat zo moest benadrukken, nu wel. Over vijf of tien jaar zal dat nog nodiger zijn.
Overigens: hij kon schitterend scoren.
Overigens: Kuper verwachtte dat het nagenoeg failliete Barcelona over een niet al te lange tijd de salarisschalen van, zeg, een Everton zou hebben – en dus datzelfde, lagere niveau zou bereiken. Zoiets schreef ik een tijdje terug ook, op basis van wat inzichten die econoom Thomas Peeters me verschafte. Dat stuk – geen Klassieker, maar ook niet slecht, geloof ik, kijk mij eens! – kun je hier teruglezen.
En verder: collega Josta van Bockxmeer schreef een mooi stuk over de totstandkoming op het gebod op de dodehoekspiegel.
Lees-, kijk-, luistertips
- Tim Sparv schreef zijn gedachten op omtrent het WK in Qatar.
- Luke Bornn over data en voetbal.
- Pieter Zwart over de speelwijze van Louis van Gaal bij het Nederlands elftal.
- Louis van Gaal puur en onversneden.
- Waar het geboortemaandeffect het sterkst is? In China. Ik kijk er niet van op, door mijn vluchtige kennis van de prestatiecultuur daar.
- Sam van Raalte is een podcast begonnen bij 433: The Home of Football.
- Malcolm Gladwell over honden als diagnostische wonderen en over hoe je de was het beste doet. Tl;dl: niet met een eco-wasmiddel en op 30 graden.
- Hardloper Noureddine Morceli zat barstensvol twijfels tijdens races. Wie wordt tweede? Wie wordt derde? (Uit dit stuk over alcoholgebruik bij sporters.)
- Wat je kunt doen met selfienemers buiten een stadionverbod.
- Metaforen zijn tricky. Vaak zijn ze zo belegen als een bepaald soort kaas. Voetbalschrijver Mark Thompson gaat voor moeilijkheidsgraad Zeer Hoog en slaagt wat mij betreft.
- Hoe je corona had kunnen containen? Journalist Anouk Eigenraam laat het in deze thread zien.