Slecht nieuws: er is te veel chemie onder de mensen

Tamar Stelling
Correspondent Niet-menselijk leven
Beelden uit de serie 'Nature's Ruin' door Feileacan McCormick (Entangled Others Studio)

De wildgroei der chemische meuk heeft de veilige grens voor de mensheid overschreden, stellen wetenschappers deze week. De productie van chemicaliën nam sinds 1950 toe met een factor 50 en zal opnieuw verdrievoudigen tegen 2050. Veel belandt vroeg of laat in het milieu.

Er was eens een schuim dat levens redde. Als er dan een vliegtuig crashte, een vrachtwagen kantelde, of een fabriek in de hens vloog: hoera voor blusschuim. Of eigenlijk: voor perfluoroctaansulfonzuur (PFOS), een bestanddeel met chemische verbindingen zó sterk dat het elke vlam verstikte voor die ideeën kreeg. 

Decennialang stortten we bakken blusschuim over al wat brandgevaarlijk was. Ook tijdens Zo ging er dermate veel schuim doorheen, dat PFOS nu over de hele wereld in het drinkwater zit – en

Wel jammer dus dat hoge concentraties PFOS leiden tot nier- en teelbalkanker. Of schade aan lever en schildklier, een lager geboortegewicht van baby’s en andere suboptimale dingen.

En helemaal vervelend dat er zo nóg 350.000 verschillende chemicaliën zijn die dagelijks in allerlei fases en vormen in het milieu belanden, om allerlei goede redenen, waarvan een onbekend percentage even giftig is.

Vandaar dat veertien onderzoekers al die chemische meuk bedreigt het welzijn van mens en ecosysteem. Een kritische grens lijkt overschreden. 

Lijkt, want er zijn zó veel verschillende stoffen (en er komen elke dag nieuwe stoffen bij) en ze worden geproduceerd in zulke grote volumes, dat het ondoenlijk is om van al die ‘nieuwe entiteiten’ – chemicaliën, pesticiden, medicijnen enzovoorts – te onderzoeken hoe schadelijk ze precies zijn en waarom. 

Koppel dat aan de monsterlijke toename van de stoffen waar wél enig zicht op is – plastics, antibiotica, veelgebruikte oplosmiddelen – en er is genoeg grond om te stellen dat de planetaire maat vol is, in Environmental Science and Technology

Met dit paper wordt eveneens een van de laatste openstaande vraagtekens in het ‘planetaire grenzen’-overzicht van het opgevuld: een taartdiagram van de negen grootste planetaire problemen, zoals klimaatverandering, zoetwatergebruik en ozonafbraak, dat in stoplichtkleuren aangeeft

De nieuwe-entiteiten-taartpunt kleurt dus dieprood, al is die grens verder niet gekwantificeerd. Van de ozonlaag meet je de dikte in Dobson-eenheden Voor het klimaat kun je broeikasgassen als CO2 meten in parts per million (ppm). Maar deze nieuwe-entiteiten-grens moet opgaan voor ruim 350.000 verschillende chemicaliën, met een onbekend groot aantal bijproducten. 

Een paar stoffen kun je uitgebreid onderzoeken om tot een harde grens te komen, maar alles? ‘Zijn we duizenden jaren zoet mee, in het huidige tempo’, zegt Cynthia de Wit, coauteur en hoogleraar milieuchemie aan de

‘De snelheid waarmee de chemische industrie nieuwe stoffen verzint, produceert en in het milieu dumpt, ligt véél hoger dan ons vermogen om voor elke chemische stof afzonderlijk drempels vast te stellen.’ De balans tussen evaluatiesnelheid enerzijds en productietempo anderzijds is compleet doorgeslagen richting productie. 

‘Het is absurd hoeveel verschillende chemicaliën we produceren’, zegt De Wit. ‘En in enórme hoeveelheden: dat is ook een ding. Er zijn aantallen en er zijn volumes.’ 

Kortom: de evaluatie ligt duizenden jaren achter. Vandaar dat rood.

Resultaten uit het verleden

Niet al die 350.000 chemicaliën zijn giftig. Sommige zijn als tafelzout, of worden in het milieu afgebroken De Wit: ‘Maar wat we wel weten is dat we er zelfs vroeger al, met een veel lagere productie van chemicaliën in soorten en volume, altijd in slaagden iets te maken met onverwacht zeer negatieve effecten.’ 

Neem cfk’s, een koelmiddel in koelkasten en drijfgas in spuitbussen: niemand wist dat ze de ozonlaag zouden verdunnen. Of de klassieker DDT, een Nobelprijswinnend pesticide: niemand wist dat het in dieren zou afbreken tot DDE en allerlei populaties zou doen crashen, van de slechtvalk tot de iconische Amerikaanse zeearend. 

Er zijn veel chemicaliën waarvan ‘de industrie’ lang volhield dat ze écht veilig waren, tot die positie onhoudbaar werd: arsenicum, asbest, dioxine, formaldehyde, lood, styreen, vinylchloride, zeswaardig chroom, TCE, PCE, PCB’s, PBDE’s, perchloraat. Of ftalaten – weekmakers die zorgen dat PVC flexibel blijft, het glyfosaat in Roundup, de neonicotinoïden die werken als en meer pesticiden als difenylether, antrachinon, – de lijst is lang.

Het is vóór introductie ook lastig te zeggen wat een nieuw middel op grote schaal aanricht. Want voor de mens het lab introk bestonden deze stoffen Teruggaan naar ‘pre-industriële niveaus’ – een geliefd streven – betekent dus teruggaan naar nul en dat kunnen we vergeten. De productie van chemicaliën nam sinds 1950 toe met een factor 50 en zal opnieuw verdrievoudigen tegen 2050,  

Misschien moeten we elke nieuwe chemische stof verbieden tot diens onschadelijkheid bewezen is. Guilty until proven innocent

De Wit: ‘Ja, want nu is alles innocent until proven guilty, en het ontbreekt ons aan tijd en wetenschappers om al die stoffen “schuldig” te verklaren. Zeker daar producenten vaak geheimhouden wat er precies in hun producten zit. Je moet een halve detective zijn om een ingrediëntenlijst boven tafel te krijgen.’ 

O?

Een voorbeeld. De Wit: ‘Ik onderzoek Vaak staat er op de verpakking: dit is een brandvertrager, hij is geschikt voor plastics en hij bevat geen broom. Goed, geen broom, wat wel? Dan moet je monsters testen en analyseren. Maar veel producenten zetten wetenschappers op een zwarte lijst. Wil je iets van hun product kopen, verkopen ze het niet aan je. Dus moet je zelf uitzoeken in welke producten die specifieke vlamvertrager zit. Bijvoorbeeld in een computer. Dan koop je de computer en schraap je er stukjes plastic af ter analyse van de vlamvertrager. Pff...’ 

Verboden op stoffen leiden tot een verschuiving van productie, niet tot een vermindering

‘Als ik hieraan denk, en dan aan de immense schaal waarop de chemische industrie produceert... Kansloos.’ 

Het probleem met broomhoudende brandvertragers: ze zijn toxisch voor mens en niet-mens. Brandweerlieden die ermee werken krijgen veel vaker kanker dan het algemene publiek, ze ontregelen hormoonhuishoudingen, veroorzaken neurologische problemen en ze breken niet af, dus eenmaal in het milieu stapelen ze eindeloos op (bioaccumulatie). 

Alle brandvertragers verbieden dan maar? Zo werkt het niet. Per land of statenverband, zoals Europa, wordt steeds een specifieke stof verboden. Dit verklaart de wildgroei van 350.000 chemicaliën: een producent introduceert in reactie op een verbod simpelweg een nieuwe variant van het uit de gratie gevallen molecuul, aldus De Wit. 

De auteurs noemen dit het ‘lock-in effect’, verboden leiden tot een verschuiving in wat er geproduceerd wordt, niet tot een vermindering in productie. 

Moraal van het verhaal: je kunt de broomhoudende vlamvertragers uitbannen, maar dan heb je nog steeds een broomindustrie die een andere afzetmarkt zal vinden voor en producenten van vlamvertragers die broom vervangen door een nieuw element dat ongeveer hetzelfde doet en mogelijk weer even schadelijk is.

Intersekse vissen

Dus zitten we nu met 350.000 ‘nieuwe entiteiten’, plus een onbekend aantal bijproducten, die alle aandacht verdienen. Al heerst er hoofdzakelijk stress over plastics – want zichtbaar en overal: er zit plastic in de lucht, in je poep, je hersenen, ongeboren kind  – en over de poly- en perfluoralkylstoffen (PFAS), een familie van meer dan zoals de eerder genoemde PFOS en ook wel de ‘forever chemicals’ geheten, omdat ze gewoonweg

PFOA wordt gebruikt voor teflon in antiaanbakpannen, of gore-tex in kleding die ademt maar waterafstotend is. PFOA belandt rechtstreeks van de productie-installaties in het milieu, of wordt op stortplaatsen zoals gigantische chemiebedrijven als DuPont in de Verenigde Staten doen, met

Voor Nederland zijn het chemiebedrijven als 3M die vanuit België jaarlijks duizenden kilo’s PFAS in de Westerschelde lozen. Veel vis daar Eind vorig jaar riepen experts op zeker

Na onderzoek en rechtszaken werden enkele PFAS verboden. De Wit: ‘Maar mensen willen nog steeds teflonpannen.’ Dus zijn er nu, in plaats van een handjevol, duizenden ‘Dat nieuwe PFAS steeds erg lijken op de oude, blijkt als

Geregeld hebben stoffen ook effecten die je niet voorziet. Zo blijken veel chemicaliën door het lichaam aangezien te worden voor hormonen.

Veel chemicaliën blijken door het lichaam aangezien te worden voor hormonen

De Wit: ‘Veel broomhoudende brandvertragers verstoren de schildklierhormonen. Terwijl de schildklier uiterst belangrijk is voor de ontwikkeling van de hersenen en je stofwisseling, vooral als jong mens.’

‘Het is echt moeilijk om te weten hoeveel chemicaliën hormoonverstorend zijn, omdat ze daar niet automatisch op getest worden. Het zijn wetenschappers die dat ontdekken.’ 

Biologen vinden in rivieren en kustwateren bijvoorbeeld intersekse vissen – manvissen die half in vrouwtjes veranderen – of geslachtelijk getroebleerde en door hormoonontregelende chemicaliën die zich

Maak schadelijk spul herbruikbaar

Hoe komt deze nieuwe-entiteiten-taartpunt ooit terug in het groen?

De Wit: ‘In het paper pleiten we voor een productieplafond.’ Zeg: een cap of harde bovengrens aan wat de wereldwijde chemische industrie jaarlijks produceren mag. Het is de meest voor de hand liggende manier om de enorme toevoer te vertragen. Een beetje het CO2-model.

Verder hoopt De Wit op meer risicoanalyse en regelgeving. Vergeet de verboden op losse chemicaliën, maar verbied meteen hele klassen: dus in één keer álle poly- en perfluoralkylstoffen (PFAS), of alle vlamvertragers, of

Maar het meeste heil ziet De Wit in ‘groene chemie’. ‘Als je toch chemicaliën maakt voor gebruik in producten, laat ze dan afbreken tot onschadelijke stoffen in het milieu.’

Dus 1. stop de groei in productie, 2. vergroot het aantal chemicaliën dat snel geanalyseerd en gereguleerd kan worden. En 3. stap over op groene chemicaliën. 

Of De Wit deze ontwikkelingen al ergens spot?

‘Wat je merkt is een grotere nadruk op “circulaire economie” of circulaire systemen.’ Geen slecht idee om producten te maken die het eerst eindeloos lang doen en vervolgens herbruikbaar zijn – als er dan toch schadelijk spul in moet.

‘Maar goed, kijk naar plastic: in theorie herbruikbaar of recyclebaar, toch wordt verreweg het meeste ervan verbrand. En dat is eigenlijk gewoon het verstoken van olie via een omweg.’

Planetaire grenzen? Waar ging dit over?