De compensatieregeling voor de toeslagenaffaire is een fiasco van 5,5 miljard. Wat nu?

Jesse Frederik
Correspondent Economie

Vandaag debatteert de Tweede Kamer over de compensatieregeling voor de toeslagenaffaire, die ernstig uit de hand is gelopen. De definitie van gedupeerde is zo ver opgerekt dat zelfs mensen die wel degelijk de boel hebben bedonderd, aanspraak maken op tienduizenden euro’s compensatie. Intussen tieren Kamerleden dat iedereen verantwoordelijk is – behalve zijzelf.

Staatssecretaris voor Mijnbouw, staatssecretaris voor Toeslagen, het zijn van die functies waarbij je eigenlijk acuut de hoorn op de haak moet gooien als ze je vragen. Maar daar is het voor Aukje de Vries (VVD), de kersverse staatssecretaris voor Toeslagen, inmiddels te laat voor. Waar het nog niet te laat voor is: het monster in de bek kijken.

Vandaag vindt er alweer een Kamerdebat plaats over dat monster: de hersteloperatie voor de toeslagenaffaire. In eerdere debatten tuimelden Kamerleden over elkaar heen om op hoge toon meer en snellere compensatie te eisen. Geen politicus wenste voor de ander onder te doen. In de politiek-emotioneel geladen sfeer vroeg niemand zich af: loopt het niet uit de hand? Het valt te hopen dat daar vandaag verandering in komt, want

Van 500 miljoen naar 5,5 miljard euro

In juni 2020 was er nog zo’n 500 miljoen euro gereserveerd voor de hersteloperatie, inmiddels is dat bedrag opgelopen tot maar liefst 5,5 miljard euro. (Ter vergelijking: in 2020 werd er 3,4 miljard euro aan kinderopvangtoeslag uitgegeven.) Naar verwachting zullen er circa 25.000 huishoudens zijn aangemerkt als gedupeerd door de toeslagenaffaire. Dat betekent dat de hersteloperatie bij de huidige stand van zaken 220.000 euro per gedupeerde gaat kosten. 

Gedupeerden hebben dan ook recht op forse compensatie. Zij maken aanspraak op 30.000 euro, kwijtschelding van alle publieke schulden (waaronder studiefinanciering, belastingschulden, zorgverzekeringsschulden), kwijtschelding van alle publieke schulden van de partner, kwijtschelding van alle private schulden (ook zakelijke schulden tot een bedrag van twee ton, niet meer, anders wordt het illegale staatssteun volgens Europese regelgeving), 10.000 euro voor de ex-partner, 2.000 tot 10.000 euro per kind, compensatie van de werkelijke schade (nader te bepalen), brede hulp van gemeenten (bijvoorbeeld: bij het vinden van een woning of werk), en mogelijke hulp bij de terugkomst naar Nederland vanuit het buitenland. 

Die bedragen zullen vaak niet optellen tot 220.000 euro. Veel kosten zitten in de personele inzet die nodig is om de complexe hersteloperatie uit te voeren. Er zijn maar liefst 1.016 voltijdsequivalenten werkzaam bij de Uitvoeringsorganisatie Herstel Toeslagen (UHT), en ze zoeken nog mensen. Toen de toeslagen-ellende tien jaar geleden begon, waren er ongeveer 600 voltijdsequivalenten werkzaam bij de hele afdeling Toeslagen van de Belastingdienst.

Een toestroom van kansloze aanmeldingen maakt het moeilijk gedupeerden te helpen

De groep slachtoffers is het afgelopen jaar steeds verder uitgedijd. Met name na de aankondiging van de Catshuisregeling in december 2020 groeide het aantal aanmeldingen enorm. De Catshuisregeling komt erop neer dat iedere gedupeerde bij wie meer dan 1.500 euro is teruggevorderd automatisch een bedrag van 30.000 euro krijgt. Dus als er bijvoorbeeld ooit 3.000 euro ‘ten onrechte’ is teruggevorderd, dan krijg je het tienvoudige aan compensatie.

Overigens heeft ongeveer de helft van de aanmeldingen niks met de toeslagenaffaire te maken. Veel mensen hebben zich gemeld omdat je als potentieel slachtoffer van de toeslagenaffaire veel meer rechten hebt dan als slachtoffer van reguliere ellende. Zo wordt de invordering van publieke schulden stilgelegd zo gauw je je meldt als toeslagengedupeerde.

Die toestroom van kansloze aanmeldingen maakt het echter wel weer moeilijker om de echte gedupeerden op tijd te helpen. Bij mensen die aanspraak maken op meer dan 30.000 euro moet namelijk nog uitgezocht worden wat er precies is gebeurd, maar doordat zo veel mensen zich hebben gemeld, heeft de politiek een hooiberg gemaakt waarin de speld van ware gedupeerden is verloren. 

Toch kun je ook bij de mensen die nu als gedupeerden worden aangemerkt soms vraagtekens zetten. Waar de Belastingdienst namelijk eerder zocht naar de kleinste fouten om grote bedragen terug te vorderen, moet hij nu zoeken naar de minste aanleiding om grote bedragen aan compensatie uit te keren. 

De definitie van gedupeerde is zo ver opgerekt dat zelfs mensen die wel degelijk de boel hebben bedonderd – en bij wie er dus terecht toeslagen zijn teruggevorderd – aanspraak maken op compensatie. Zo moest de staatssecretaris naar aanleiding van berichtgeving op De Correspondent erkennen dat veertien mensen die kinderopvangtoeslag aanvroegen via het IP-adres van een veroordeelde in de Bulgarenfraude inmiddels ook Dat is natuurlijk van een sublieme ironie: de ganse politiek verzocht acht jaar geleden nog om een harde fraudeaanpak naar aanleiding van berichtgeving over de Bulgarenfraude, nu maken we dezelfde mensen 30.000 euro over.

Er zijn 'uiteenlopende zorgen' over de hersteloperatie

Helaas beperken de problemen zich niet tot deze mediagenieke Bulgaren. ‘Via verschillende kanalen, bijvoorbeeld van medewerkers van de Belastingdienst, Toeslagen en gemeenten, komen meldingen met zorgen over de hersteloperatie’, schrijft de nieuwe staatssecretaris ‘Deze zorgen lopen zeer uiteen, van signalen over overcompensatie tot verdenkingen van frauduleuze handelingen om (meer) compensatie te krijgen.’ 

Op het bureau van de vorige staatssecretaris lag naar aanleiding van mijn artikel in december een vertrouwelijke nota, in het bezit van De Correspondent, met een selectie van zulke signalen. Zo hing de Sociale Verzekeringsbank aan de lijn met een casus van iemand die had gefraudeerd met uitkeringen voor een niet-bestaand kind. De strafzaak tegen deze burger was opgeschort, omdat deze inmiddels was aangemerkt als gedupeerde van de toeslagenaffaire. Ook de terugvordering van uitkeringen zou worden kwijtgescholden. Bij nadere inspectie zag de Uitvoeringsorganisatie Herstel Toeslagen dat deze burger ook kinderopvangtoeslag had aangevraagd voor dit niet-bestaande kind. 

De Belastingdienst geeft in de nota een voorbeeld van iemand die de afgelopen twee jaar voor een hoog aantal opvanguren kinderopvangtoeslag had aangevraagd. Bij navraag bleek dat de kinderen niet meer naar de kinderopvang kwamen, en de ingediende bewijsstukken vervalst waren. De ouder reageerde niet op telefonische en schriftelijke vragen, maar bleek inmiddels te zijn aangemerkt als slachtoffer van de toeslagenaffaire voor eerdere jaren. 

De ouder reageerde niet op vragen, maar bleek inmiddels te zijn aangemerkt als slachtoffer van de toeslagenaffaire

Ook gemeenten kwamen met signalen van misbruik. ‘Een schuldhulpverlener ziet bij het inventariseren van de schulden een aantal facturen/achterstanden van schuldeisers die bekend zijn bij de gemeente als malafide bedrijfjes’, aldus de nota. ‘De schuldhulpverlener vermoedt dat dit facturen zijn voor niet geleverde diensten.’ Aangezien alle schulden toch door de overheid worden betaald, kun je met een schuldeiser onder één hoedje spelen om valse schulden op te voeren. 

De nieuwe staatssecretaris schrijft dat deze signalen het onvermijdelijke gevolg zijn van de gemaakte keuzes. ‘Er wordt steeds een afweging tussen ruimhartigheid, snelheid en rechtmatigheid gemaakt’, ‘Uw Kamer is op verschillende momenten over de risico’s geïnformeerd.’ De nieuwe staatssecretaris neemt wel vast een voorschot op de omvang van het probleem: ‘Het percentage van achteraf onterechte uitbetalingen wordt geschat op 2-5%. Dat is op dit moment nog steeds ons beeld.’ 

Of de nieuwe staatssecretaris het beseft weet ik niet, maar door het probleem te vernauwen tot die 2 tot 5 procent onrechtmatige uitkeringen maakt ze het kleiner dan het in werkelijkheid is. Het probleem zit hem niet in die onrechtmatige uitkeringen. Het werkelijke probleem is dat het begrip ‘rechtmatig’ zo ver is opgerekt dat zelfs die Bulgaren vermoedelijk gewoon ‘rechtmatig’ compensatie krijgen. Het punt is dat rechtmatig niet meer rechtvaardig is. 

Wat te doen met al die signalen van misbruik? Nou, niks

Veel betrokkenen wensen niet de gestelde kaders te bevragen, maar gooien het dus op: ‘Ach ja, foutmarge.’ Zo vroeg de vorige staatssecretaris de Bestuurlijke Adviesraad, een adviescollege waarin allerhande prominenten zitten, wat te doen met al deze signalen van misbruik. Hun advies was eigenlijk: niks. Gemeente constateert dat ‘gedupeerde ouder’ helemaal geen kinderen heeft – ‘oordeel Belastingdienst moet leidend zijn’. Gemeente constateert dat er vermoedelijk valse facturen worden ingediend – ‘de gemeente heeft geen opsporingsplicht’. De Bestuurlijke Adviesraad schrijft: ‘Herstel van vertrouwen betekent dat we een hersteloperatie inrichten met het startpunt dat we de ouders en andere partners (zoals schuldeisers) vertrouwen.’ En de Belastingdienst wantrouwen, hadden ze eraan toe kunnen voegen. 

Nu heb ik zelf ook bepleit om vaker uit te gaan van vertrouwen. Dus toen ik schreef over forse overcompensatie en risico’s op misbruik, kreeg ik nogal wat verbaasde reacties. ‘Wat krijgen we nou? Schrijf je een heel boek waarin je anderen ervan beticht de risico’s op misbruik op te blazen, en nu doe je het zelf!’

Maar er is wel een fundamenteel verschil tussen de compensatieregeling en het toeslagenstelsel als geheel. Je kunt best geloven dat het misbruik onder alle gebruikers van kinderopvangtoeslag beperkt is tot een paar procent. Maar dat wil nog niet zeggen dat onder de gebruikers van kinderopvangtoeslag bij wie de Belastingdienst meende dat er sprake was van misbruik, het daadwerkelijke misbruik ook beperkt bleef tot een paar procent. 

Men gaat er bij de compensatie van uit: de Belastingdienst heeft het zo goed als nooit bij het rechte eind gehad

Dat laatste is bij de compensatieregeling aan de orde. Men gaat er eigenlijk van uit: de Belastingdienst heeft het zo goed als nooit bij het rechte eind gehad, er was nimmer sprake van misbruik, terwijl zij dachten van wel. Dat lijkt mij een tamelijk radicaal standpunt. 

Neem het amendement van Kamerlid Renske Leijten (SP), waardoor mensen als gedupeerde worden aangemerkt indien er bij hen ‘opzet/grove schuld’ (O/GS) is vastgesteld. Bij O/GS meende de Belastingdienst dat iemand bewust de boel had belazerd (bijvoorbeeld: door nooit kinderen in de opvang te hebben) of grof nalatig was geweest (bijvoorbeeld: door nooit te reageren op informatieverzoeken). Je kon dan geen persoonlijke betalingsregeling krijgen, maar moest de gehele terugvordering binnen twee jaar terugbetalen. 

Als de UHT het vinkje ‘O/GS’ ziet staan, dan krijgt iemand kwijtschelding van alle schulden, 2.000 tot 10.000 euro per kind, en ga zo maar door. Nu zijn er bij O/GS-stellingen zeker maar zijn álle O/GS-stellingen fout? Is 80 procent fout? 50 procent? 10 procent? 

De cijfers bevestigden wat iedereen dacht te weten, dus niemand las de kleine lettertjes

De vorige staatssecretaris publiceerde cijfers van een steekproef van 84 dossiers, waaruit zou blijken dat 94 procent van de O/GS-stellingen ‘onterecht’ was. Het cijfer vond gretig aftrek in de pers en de politiek. ‘In 94 procent van de gevallen zijn [ouders] onterecht beschuldigd’, viel bijvoorbeeld te lezen in Trouw. ‘Laat het op u inwerken. Meer dan 20.000 ouders zijn als fraudeurs aangemerkt, waarvan meer dan 19.000 onterecht’, De cijfers bevestigden wat iedereen al meende te weten, dus in de kleine lettertjes bij deze steekproef was weinig interesse.

Die kleine lettertjes blijken echter nogal cruciaal, zeker als je er een compensatieregeling aan wil ophangen. Want wat maakte een O/GS–stelling nu ‘onterecht’? In iets meer dan de helft van de O/GS-stellingen bleek er niet afdoende gecommuniceerd met de burger of was de beslissing gebrekkig gedocumenteerd. Nu is het natuurlijk bedroevend dat de Belastingdienst zo’n zwaarwegende beslissing slecht motiveert, of dat er niet meer valt terug te vinden waarom een beslissing indertijd zo is genomen. Maar dat wil nog niet automatisch zeggen dat de O/GS ‘onterecht’ is.

Stel bijvoorbeeld dat een Bulgaar in een busje naar Nederland is gekomen, onterecht kinderopvangtoeslag heeft aangevraagd, waarna in een summier briefje aan hem is medegedeeld dat hem O/GS wordt verweten.

Wel misbruik, maar toch compensatie

Hier lopen beoordelaars bij de Uitvoeringsorganisatie Herstel Toeslagen ook tegenaan; zij zien dat er wel degelijk sprake is van misbruik, maar dat mensen toch worden gecompenseerd vanwege gebrekkige communicatie en documentatie. In een presentatie aan de vorige staatssecretaris stonden enkele ervaringen van beoordelaars opgetekend. ‘Ik heb moeite met de evidente gevallen waar feitelijk geen recht op kinderopvangtoeslag was’, aldus een van hen. ‘In een casus hadden we een ouder met een kind van zeventien. De kinderopvangtoeslag is teruggevorderd en is niet terugbetaald. Nu heeft de ouder [...] recht op een O/GS compensatie die “gewoon” zal worden uitbetaald.’

Een andere beoordelaar schrijft: ‘In veel gevallen kon je zien dat [O/GS] wel degelijk terecht is gesteld. Dit zijn gewoon dingen die cruciaal zijn en nu moeten we het als het ware wegpoetsen en dat gaat absoluut tegen mijn rechtvaardigheidsgevoel in.’ 

Uit de steekproef bleek ook dat ongeveer 28 procent van de met O/GS bestempelde ouders meer opvanguren had aangevraagd dan waar ze recht op hadden, en dit langdurig niet hadden gecorrigeerd. Volgens de nieuwe criteria kreeg je alleen nog O/GS wanneer sprake was van ‘evident misbruik’, een verschil in opvanguren werd niet meer als zodanig beoordeeld.

Nu lijkt het mij ook veel te hardvochtig om een persoonlijke betalingsregeling te ontzeggen als je niet bijtijds een wijziging van het aantal opvanguren hebt doorgegeven. Maar is het niet ook wat vreemd om te zeggen: ‘Jij hebt voor 230 uur kinderopvangtoeslag aangevraagd, terwijl je 130 uur afnam, die te veel ontvangen toeslagen hebben we wat rechtlijnig teruggevorderd, dus nu ben je gedupeerd en krijg je 30.000 euro, 10.000 euro per kind, 10.000 euro voor je ex-partner, kwijtschelding van alle schulden, en ga zo maar door.’ 

Als het aan de politiek had gelegen, was het nog veel hardvochtiger geweest

Bovendien, als het aan de politiek had gelegen was het niet eens gebleven bij het ontzeggen van een persoonlijke betalingsregeling, nee, dan had je er ook nog een fijne boete van 100 procent van de terugvordering bovenop gekregen! ‘Onze lijn is: als je fraudeert, betaal je alles terug, met 100 procent boete’, zei minister Henk Kamp (Sociale Zaken en Werkgelegenheid, VVD) Wat was fraude volgens minister Kamp?

‘Het is verkeerd als ouders een aantal opvanguren hebben waar ze kinderopvangtoeslag voor krijgen, en vervolgens minder kinderopvang afnemen, maar wel gewoon het geld laten blijven komen. Ouders moeten het doorgeven als ze minder uren afnemen. Dan krijgen ze minder geld. Doen ze dat niet, dan zullen ze gesanctioneerd worden, een boete krijgen.’

Daarvan is overigens weinig terechtgekomen. Het opleggen van een boete was een arbeidsintensief proces dat een beoordeling door twee aparte teams vergde, er was een verplichting de boete aan te kondigen en om de burger te horen – dat was allemaal veel te veel werk. Ja, de dienstverlening liet weleens te wensen over door gebrek aan mankracht, maar de handhaving schoot er ook weleens bij in. De soep werd dus niet zo heet gegeten als de politiek haar had opgediend. De meeste ouders werd ‘slechts’ een betalingsregeling ontzegd. 

Het politieke tij is 180 graden gedraaid

Afijn, het is het zoveelste voorbeeld van hoe het politieke tij 180 graden is gedraaid. Te veel opvanguren aanvragen was eerder iets waarvoor we een boete van 100 procent van de terugvordering wilden uitschrijven, nu is het iets waarvoor we de ouder 30.000 euro willen overmaken – wie het nog begrijpt mag het zeggen.

Duidelijk is in ieder geval dat we mensen nu vooral aan het compenseren zijn voor misslagen in de (interpretatie van) wetgeving. Dat roept de vraag op: wat maakt de slachtoffers van de toeslagenaffaire anders dan slachtoffers van vergelijkbare wetgeving? Is het minder erg wanneer je 6.000 euro boete moet betalen vanwege het niet tijdig doorgeven van inkomenswijzigingen aan het UWV? Of wanneer je  

Bij verkeersboetes was het tot 1 juli 2015 überhaupt verboden om betalingsregelingen aan te bieden: iedereen opzet/grove schuld. En opzet/grove schuld met de turbo erop, want binnen zes weken moest de volledige boete zijn betaald, anders ging je het drievoudige betalen. En – ook leuk geregeld door de wetgever – als je niet kon betalen, dan mocht je niet eens in beroep tegen de verkeersboete. Zélfs als die boete was opgelegd voor onverzekerde brommertjes die al jaren als schroot in een schuur lagen.

De politieke compassie is sterk gekalibreerd op de mate van media-aandacht

Kortom: de politieke compassie lijkt nogal sterk gekalibreerd op de mate van media-aandacht. ‘De kinderopvangtoeslagaffaire is voor het kabinet enorm groot geworden, ook politiek, in relatie tot de Tweede Kamer’, zei wethouder Peter Heijkoop (CDA, Dordrecht), tevens het bestuurslid verantwoordelijk voor de toeslagenaffaire bij de Vereniging van Nederlandse Gemeenten, in een interview met ‘Maar we moeten ons realiseren dat er nog meer verhalen zijn van kwetsbare Nederlanders waar we niet van weg moeten kijken.’ Hij vulde aan: ‘Voor onze medewerkers bij gemeenten is het soms wel heel wrang dat mensen met een ander etiket minder rechten hebben.’

Om de selectiviteit nog maar eens te benadrukken: inmiddels krijgt een meerderjarig kind van een ouder van de toeslagenaffaire twee keer zo veel geld (10.000 euro) als een kind dat structureel misbruikt is in de jeugdzorg (dat moet het doen met 5.000 euro). En voor de goede orde: het kind zal dat geld krijgen zelfs als de ouder maar 2.000 euro heeft terug moeten betalen. 

Een meerderjarig kind van een toeslagengedupeerde krijgt twee keer zo veel geld als een in de jeugdzorg misbruikt kind

Nu vermoed ik dat alle betrokkenen – de Kamer, het kabinet, de ambtenarij – deze beerput liever dichtlaten. Dat niemand zit te wachten op het crematorium dat uit de kast duikelt zo gauw je gaat bevragen wat inmiddels doorgaat voor ‘rechtmatige compensatie’. Het liefst wijst men naar dat kleine percentage onrechtmatige uitkeringen, dat dan wel een probleempje is, maar ach, toch ook weer niet zo groot. Opdat de compensatietrein maar ongehinderd voort kan denderen. Want laat er geen misverstand over bestaan: het einde is nog niet in zicht. Er zitten nog meer regelingen in de pijplijn. 

Het spoor loopt onvermijdelijk terug naar door de Kamer gemaakte keuzes

Vanuit de Kamer lijkt er weinig animo om dit pijnlijke debat te voeren. Er is ouders natuurlijk een enorm onrecht aangedaan, dus in het licht van al dat leed is het nogal koud om over overcompensatie te beginnen. Een andere reden om het onderwerp dood te zwijgen is natuurlijk dat het spoor onvermijdelijk terugloopt naar door de Kamer gemaakte keuzes.

Typisch is wat dat betreft dat Renske Leijten, de indiener van het amendement waarmee O/GS als compensatiegrond is vastgesteld, in Kamervragen naar aanleiding van mijn berichtgeving probeert haar eigen blazoen schoon te poetsen.

‘Kunt u uitleggen waarom de meldingen [de berichtgeving van De Correspondent, JF] de schuld leggen bij het aangenomen amendement Leijten?’ En: ‘Klopt het dat het mogelijk maken om mensen die onterecht via O/GS zijn aangepakt niet het probleem is, maar de forfaitaire regeling die bekend is onder de Catshuisregeling? [sic]’ 

De regering heeft het gedaan, door die dwaze Catshuisregeling af te kondigen, vindt Leijten

De regering heeft het gedaan, door die dwaze Catshuisregeling af te kondigen, zo meent Leijten. Merkwaardig, want Leijten was indertijd juist enthousiast over die 30.000 euro-regeling. ‘Dat dit de eerste stap is, dat is denk ik goed, ze versimpelen ook de regeling, waardoor het minder ingewikkeld wordt, dat is denk ik ook goed’, Haar voornaamste kritiekpunt was vooral: waarom nu pas? ‘Deze verbeteringen worden al heel lang door de hele Tweede Kamer gevraagd.’

Inderdaad, Kamerlid Henk Nijboer (PvdA) had een week voor de aankondiging van de Cathuisregeling ook al ‘De regeling van het Catshuis is van de regering’, twitterde Leijten vorige maand naar aanleiding van mijn artikel. ‘Wij waren nooit voor.’ 

'Zo hadden we het niet bedoeld' klinkt het luidst in de Kamer

Het verantwoordelijkheidsvacuüm waarin menig Kamerlid zich plaatst begint wat vermoeiend te worden. Kamerleden tieren dat bewindspersonen, ambtenaren, eigenlijk iedereen, maximaal verantwoordelijkheid moet dragen, maar zelf duiken ze er haastig voor weg. De ‘zo hadden we het niet bedoeld’-jes klinken misschien wel het luidst vanuit de Kamer.

Onlangs merkte Chris van Dam, voorzitter van de Parlementaire ondervragingscommissie Kinderopvangtoeslag, in met de Volkskrant op dat alle staatsmachten naar aanleiding van de toeslagenaffaire aan zelfreflectie hadden gedaan, op één na. ‘De Tweede Kamer heeft tot op de dag van vandaag niets aan zelfreflectie gedaan’, zei hij. ‘Werkelijk he-le-maal niets.’

Dus, mocht de nieuwe staatssecretaris voornemens zijn het monster in de bek te kijken, dan adviseer ik haar de Kamercommissie mee te nemen op een tournee langs die monstermond. Toon ze maar elke rotte kies, elke afbrokkelende tand, elke plak bloedend tandvlees. ‘Ruikt u dat? Nou, ik helaas ook.’ 

Dat lijkt mij ook in haar welbegrepen eigenbelang. ‘Als dit zo doorgaat’, zo waarschuwden enkele Belastingdienstmedewerkers in een vertrouwelijke brandbrief aan de dienstleiding, ‘mag over een paar jaar de dan zittende staatssecretaris weer verantwoording gaan afleggen over deze uitwassen.’

Meer lezen?